\etov/fo/
Het Koloniale Vraagstuk
De strijd in Spanje
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 5 November 1936
Derde Blad
No. 23502
PARLEMENTAIR OVERZICHT
BI-ARLITA"
Het vliegveld Getafe bezet
77sfe Jaargang
door Prof. Dr. B. Schrieke
EERSTE KAMER.
Dokters-patiënt
]Vn patent
PHILIPS'
VRAGENRUBRIEK
FAILLISSEMENTEN
X.
Economisch-historische achtergrond.
(Speciale Berichtgeving)
In de allerlaatste jaren is het Ko
loniale Vraagstuk plotseling weer ac
tueel geworden. Italië, Duitschland en
Japan stellen met nadruk eischen
van expansie. De stabilisatie, die het
Vredesverdrag van Versailles beoogd
had te brengen, is verbroken. Europa
is in rep en roer. Met bezorgdheid
vraagt men zich af of een nieuwe we
reldoorlog op til is. Bij velen echter is
de wensch tot een vreedzame oplos
sing van de tallooze problemen, die
Europa verscheuren, sterk. Men zint
op de mogelijkheid ook van de afwik
keling van de Koloniale kwestie op
vredelievende wijze. Om den toestand
niet nog gecompliceerder te maken
dan hij al is, wil men het Koloniale
Vraagstuk isoleeren en tot dc eigenlijk
gezegde „koloniën" terugbrengen. Is
dat mogelijk? Is dat juist?
Het Koloniale Vraagstuk heeft zijn up's
en down's gekend in den loop der eeuwen.
Het gouden tijdperk was, toen Engel-
schen, Hollanders, Franschen, Denen en
zelfs Pruisen het voorbeeld van Spanjaar
den en Portugeezen volgden, nieuwe we
relden ontdekten, onbekende veroverden
en koloniën stichtten. Koloniën beteeken-
den in die dagen rijkdom. De handel in
koloniale producten bloeide. In de tweede
helft van de 18de eeuw werd dat echter
I anders. De handel werd minder winst
gevend; de concurrentie leidde tot over
productie; monopolies werden verbroken;
koloniaal beheer leed onder corruptie; ko
loniale oorlogen en koloniale defensie
kostten schatten en de Engelsche kolo
niën in Noord-Amerika bevochten hun
I vrijheid. Dit laatste voorbeeld volgden in
de eerste helft van de 19de eeuw de meeste
Spaansche en Portugeesche koloniën in
Zuid- en Midden-Amerika. Er kwam een
kentering in de stemming ten aanzien van
1 de koloniën. Leidende geesten als Adam
Smith, James Mill en Jeromy Bentham
1 graken zich openlijk tegen het bezit van
I lioniën uit. Het Engelsche parlement
I inklaarde zich tegen verdere uitbreiding
I un het koloniaal bezit. Zelfs de latere
f Britsche imperialist Disraeli voorzag, be-
I rustend, de onafhankelijkheid van Canada,
dat hij aan zijn lot wilde overlaten, en
rek overigens bepleitte "hij beperking van
verplichtingen. Engeland weigerde niet
eéns, maar herhaalde malen aangeboden
protectoraten ln verschillende werelddee-
I len. Hetzelfde deed Duitschland onder
Bismarck, die tot 1878 was was van alle
koloniale expansie. In Frankrijk kostte de
eerste expeditie naar Tunis aan Jules
1 Ferry zijn ministerzetel. Het oude mercan
tilisme behoorde tot het verleden, het
I was de era van den vrijhandel. De En
gelsche industrie was vóór alle andere tot
ontwikkeling gekomen. Overal kon zij haar
producten afzetten; waarom was het dan
noodig om uitgaven te doen voor kolo
niën, wanneer men ook zonder deze van
den bloei zijner handelsbetrekkingen was
verzekerd? Vandaar dat alle groote voor
vechters van free trade: John Bright,
Richard Cobden, Gladstone enz. in kolo
niën meer een last dan een voordeel zagen.
Het getij keerde, toen het economisch
nationalisme zijn intree deed.
In de Vereenigde Staten, in Duitsch
land, in Rusland en in Frankrijk waren
jonge industrieën ontstaan, die om be
scherming tegen haar oudere (Britsche)
zuster vroegen. De Ver. Staten gaven het
voorbeeld door nog gedurende den Bur
geroorlog (18611865) protectioneele ta
rieven in te stellen; de andere genoemde
landen volgden. Behalve om protectie voor
hun ontluikende nijverheid was het hun
te doen om afzetgebieden, waarin zij. door
ze onder hun gezag of invloed te brengen,
zich een bevoorrechte positie konden ver
zekeren. Dat waren o.m. de koloniën, maar
wij doen goed ons thans reeds te realisee-
ren, dat dergelijke gebieden zich niet tot
de eigenlijk gezegde koloniën beperken.
Waar toch begint het begrip „kolonie"
en waar eindigt het? De Britsche koloniën
cp de Oostkust van Noord-Amerika con
stitueerden zich na den Vrijheidsoorlog als
cc Ver. Staten en waren sedert dien een
onafhankelijke staat in politieken zin. doch
economisch beschouwd, bleven zij tot diep
In de 19de eeuw een „kolonie" van West-
Europa. Zij waren een immigratiegebied
voor kolonisten, die er zich ieder jaar bij
honderdduizenden kwamen vestigen; ze
leverden de grondstoffen voor de Europee-
sche industrieele naties; ze waren een ge
heid beleggingsveld voor Europeesch ka
pitaal; ze waren het afzetgebied voor de
auropeesche nijverheidsproducten. Het
zelfde kan tot op den huidigen dag gezegd
worden van verschillende Zuid-Amerl-
kaansche en Midden-Amerikaansche repu-
oueken, die al een eeuw lang politiek „on
afhankelijke" staten zijn.
Nadat sedert 1876 de nieuwe belang
stelling voor koloniaal bezit in West-
Europa was ontwaakt, ontwikkelde zich
ven ware wedijver onder de mogendheden
m brokken van Afrika te bemachtigen
Tunis werd een Fransch protectoraat;
Tripolis en Cyrenaika een Italiaansche
Kolonie onder den naam van Libia; Egypte
kwam practisch onder Britsch opperge
zag; Klein-Azië werd het object van on
derhandelingen over „invloedssferen". Per-
Prof. Schrieke.
zië, Afghanistan, Tibet en Siam onder
gingen ieder weer op andere wijze den
invloed van den 19en eeuwschen drang tot
expansie. Spanje verloor Cuba, Portorico
en de Philippijnen aan de Ver. Staten;
Cuba werd een „onafhankelijke" staat,
maar de Amerikaansche marine had er
een vlootbasis en Amerikaansche mari
niers stellen er herhaaldelijk „orde op
zaken". Hetzelfde geschiedde in Haïti en
Nicaragua. De onafhankelijke staat Uru
guay kwam onder Britschen invloed tot
stand, de republiek Panama dankte haar
ontstaan aan de Ver. Staten; buiten-
landsch kapitaal en de opeenvolgende
Amerikaansche regeeringen hadden de hand
in de revoluties van Mexico. En zoo
kunnen wij doorgaan, doch voldoende
schijnt thans wel aangetoond, dat histo
risch en economisch' gesproken, het begrip
„kolonie" niet bij de eigenlijk gezegde ko
lonies ophoudt. Waar begint het en waar
eindigt het? Australië, Tasmanië en
Nieuw Zeeland waren oorspronkelijk „ko
loniën": het zijn vestigingsgebieden ge
worden van Europeanen; de oorspronke
lijke bevolking is grootendeels uitgeroeid.
Als dominions zijn zij nu zelfstandige on-
derdeelen van het Britsche wereldrijk. De
Ver. Staten gaan er prat op vrijwel geen
eigenlijk gezegde „koloniale oorlogen" te
hebben gevoerd, maar bij de „expansie
naar het Westen" en de „verovering van
het continent" hebben de Amerikaansche
kolonisten zich niet om leven en eigendom
der Indianen bekommerd: ze hebben pre
cies hetzelfde gedaan als de Engelschen
in Australië en Nw-Zeeland. De wijze,
waarop Texas en later Arizona, Nw Mexico
en Californië aan Mexico zijn afhandig
gemaakt, onderscheidt zich in geen enkel
opzicht van de klassieke koloniale prak
tijk. Luisiana is van Frankrijk. Florida van
van Spanje gekocht, zooals later de Vir-
gineilanden van Denemarken. Nu zijn
Texas, Arizona, New Mexico, Californië,
Louisiana en Florida alle staten van de
Unie; zij vormen geen deel van het „kolo
niale Vraagstuk" meer, evenmin als de
Waar
>n een anderen vorm openbaarden
wh diezelfde drang en wedijver ten aan
zien van Zuid-Amprika. Dat dit wereld-
niet evenals Afrika onder de mo-
sendheden werd verdeeld, moet in de
a» x» plaats worden toegeschreven aan
J "Whroe-leer, waardoor de Ver. Staten
rlciL Europeesche naties een halt toe-
Chi lot van Afrika scheen ook
ov™3 te bedreigen, maar hier was het de
-P°°te naijver, tusschen de Europee-
stpia jChten, die China in de gelegenheid
spele den 0en tegen den ander uit te
vloerif zo°dat men met concessies en In-
het 4 ren genoegen moest nemen Op
tedwche rijk van vóór den wereld
brokd ï!;r('en beide methoden toegepast
"tukken werden ervan afgesneden
„onafhankelijke" staten, wier onafhanke
lijkheid zoover gaat als hun economische
structuur toelaat. Duitschland koloniseerde
Polen en het Szaristische Rusland vond
in Siberië het terrein voor zijn koloniale
expansie. Dezelfde imperialistische poli
tiek past nu de U.S.S.R. onder een ande
ren naam toe. Van de randstaten maakt
zij „Soviet republieken". Het keizerrijk
Annam en het koninkrijk Cambodja zijn
protectoraten van Frankrijk en maken o.a.
met de kolonie Cochinchina deel uit van
het door een Gouverneur-Generaal be
stuurde Fransche Indochina. Het tot An
nam behoorende Tonkin Is tot een af
zonderlijk „protectoraat" verklaard, waar
van de Fransche resident superieur op
treedt als „onderkoning van Annam".
Waar dus, economisch gesproken, de lijnen
tusschen koloniën en vele „onafhanke
lijke" staten vervagen en tevens verschil
lende zelfstandige staten uit koloniën
zijn voortgekomen, Is het daar wel juist
om den momenteelen status als uitgangs
punt te nemen en de eigenlijk gezegde
„koloniën" als een afzonderlijke grootheid
te beschouwen? Immers, ook ln de huidige
„koloniën" is nog steeds een groei in po
litieken zin waarneembaar! Reeds het eco
nomisch nationalisme van de laatste de
caden der 19de eeuw, dat zich aan een
wilde jacht naar koloniaal bezit overgaf,
en zijn materieele drijfveren niet ver
bloemde. werd niet geïnspireerd door
louter economische motieven. Een even
reëel element daarin, dat aan velen, die
aan die koloniale expansie medewerkten
bezielingskracht gaf, was een idealisme
hetwelk eenerzijds voortkwam uit een na
tionaal superioriteitsbewustzijn. waaraan
de dragers het besef van de rechtmatig
heid van hun handelen ontleenden en
anderzijds gevoed werd door een cultureele
roeping om misstanden uit te roeien en
de zegeningen van eigen beschaving te
brengen. Vandaar het groote aandeel dat
èn liberalen èn Roomsch-Katholieke èn
Protestantsche zending in de koloniale ex
pansie hebben gehad.
Het besef van een cultureele en mo-
reele taak te vervullen is gegroeid: opvoe
ding van de koloniale volkeren werd de
rechtvaardiging van het koloniaal bezit.
Dit besef zag men na den wereldoorlog be
lichaamd in het mandatenstelsel dat
deze taak als een verplichting op de
mandaatmogendheid legde, terwijl de
Permanente M;mdatencommissie toezag,
dat die verplichting werd nagekomen. Hoe
onvolmaakt de bevoegdheden van die com
missie ook zijn. de door haar aangegeven
richtlijnen hebben niet nagelaten invloed
te oefenen op het beheer van koloniaal
gebied buiten de eigenlijke mandatensfeer.
Maar ook afgezien daarvan, kan men in
de meeste „koloniën" in den loop der
laatste decenniën een groeiende mate van
medezeggingsschap in het beheer der za
ken des lands bij de inheemsche koloniale
bevolkingen (naar gelang van hun ont-
wikkelingstrap) onderkennen. Het Brit
sche mandaat Irak (Mesopotamië) werd
tot een onaf hankelti ken" staat; het
Fransche mandaat Syrië is op den weg
daarheen: sinds de oorlog verwierf Egypte
geleidelijk zelfbeschikkingsrecht. In ver
schillende Franscli'e- koloniën kreeg locale
autonomie meer en meer inhoud en be-
teekenis. In de staatsrechtelijke structuur
van Briiseh-Indic hebben zich nrincipieele
wijzigingen voltrokken. De Philiooijnen
bereiden zich voor op onafhankeliikheid.
De regeling van „de inwendige aangelegen
heden" in Nederlandsch-Indië berust thans
bij Gouverneur-Generaal en Volksraad.
Daarom, houdt men rekening met
de werkelijkheid dan geeft de term
„kolonie" geen houvast meer: men ziet
„onafhankelijke" staten, die in wezen
„koloniën" zijn; staten zelfs, waar
vreemden douane- en politiefuncties
uitoefenen, regeeringen afzetten of
instellen. Aan den anderen kant ziet
men koloniën alle mogelijke vormen
aannemen en zich tot zelfstandige
staten ontwikkelen. Noch van een hi
storisch, noch van een economisch
standpunt kan men de „koloniën" als
een afzonderlijke grootheid isoleeren
en als een speciale quaestie trachten
te behandelen en af te doen.
MECHANISATIE SIGAREN-
INDUSTRIE EN RIJTIJDEN-
WET.
De Senaat heeft gisteren een tweetal
wetsontwerpen behandeld.
In de eerste plaats dat tot beperking van
de mechanisatie in de sigaren-industrie. In
het debat bleek men omtrent het te ver
wachten effect over het ontwerp nog al
verdeeld: de heer Andriessen meende dat
nog andere maatregelen noodig zijn om
het bedrijf te saneeren; de heer De Jong
wenschte een tijdelijk verbod van machi
nes; de heer Knottenbelt oordeelde dat
door dit tegengaan van mechanisatie de
werkloosheid niet beduidend zal worden
verminderd en de heer de la Bella, of
schoon ook nog al matig geestdriftig,
juichte het ontwerp toe, omdat de Over
heid nu medezeggenschap krijgt bij de
mechanisatie. Minister Gelissen heeft er in
zijn nadere toelichting op gewezen, dat
mechanisatie noodig zal blijven en den
kostprijs verlaagt, hetgeen al dadelijk met
het oog op de internationale concurrentie
van belang is. Maar beperking is in de
sigaren-industrie, met het oog op de ver
ontrustende werkloosheid, wenschelijk, en
wanneer mocht blijken, dat men ook :n
andere bedrijven met de mechanisatie te
ver gaat, dan zoo zei de Minister
zullen ook voor die bedrijven maatregelen
worden voorgesteld. De Minister deelde in-
tusschen mede, dat er in het Nederland-
sche bedrijfsleven opleving te constateeren
valt.
Zonder hoofdelijke stemming is tenslotte
het wetsontwerp aangenomen.
Tegen het tweede ontwerp, dat inzake
het tegengaan van oververmoeidheid van
chauffeurs, kwamen nog al bezwaren. Vol
gens den heer Ter Haar gaat het veel te
ver en had men kunnen volstaan met de
regeling der werktijden van het personeel
van middelen van vervoer. De Arbeidswet
had de bestuurders voldoende kunnen be
schermen. Ook de heer Janssen de Lim-
pens was van oordeel, dat het ontwerp over
het doel heenschiet, al achtte hij in be
ginsel maatregelen tegen oververmoeidheid
wel noodzakelijk. Maar die van het ont
werp gaan te ver. Dit was ook de meening
van den heer Kropman. Daarentegen ging
den heer Moltmaker het ontwerp niet ver
genoeg; wil men werkelijke verkeers-vei-
ligheid bereiken, dan had men. volgens
hem, nog verder moeten gaan, te meer,
daar deskundigen 20 a 25 der ongeval
len wijten aan vermoeidheid der chauf
feurs. De heer Van Asch van Wijck was
echter van oordeel, dat het zeer lastig zal
blijven oververmoeidheid werkelijk te con
stateeren, en meende dat er veel macht
aan de Regeering wordt gegeven op dit
terrein, een opvatting, welke door den heer
Droogleever Fortuyn werd gedeeld, evenals
door den heer Van Citters, die ronduit
verklaarde er niet aan te zuilen medewer
ken, dat de Staten-Generaal, anders dan
bij dringende crisis-maatregelen, meer en
meer worden uitgeschakeld bij het treffen
van allerlei regeringen.
Zoo waren de ernstige bezwaren van
tweeërlei aard:
Zij betroffen'niet alleen de regeling zelf,
die velen te ver ging, maar ook het feit,
dat het ontwerp te veel bevoegdheid geeft
aan de uitvoerende macht, met uitschake
ling van de Staten-Generaal.
Dc Regeering zal vandaag nog heel wat
moeite hebben al die bezwaren te over
winnen.
HAGENAAR.
^^Jecovilol levertraan weten-
^^■schappelijk de beste lever-
troon voor U on Uw kind.
Verkrijgbaar bii apothekers
en drogisten öfó.75 p.fjocon
1671
(Ingez. Med.)
Hoofdpijn, gevoel van onbe
hagen, snelle vermoeidheid bij
avondwerk, verdwijnen in menig
geval, wanneer de huisverlich
ting verbeterd wordt. Contro
leert toch of het middenlicht
van al Uw vertrekken wel een
Philips' Bi-Arlita'Mamp van
minstens 150 dekalumen bevatl
Neemt de moeite ons gratis boekje
Van het Wondere Zien" eens aan
ie vragen I
1661
(Ingez. Med.)
J- M. V. te L. Een arsenaal is een op
slagplaats voor wapenen en munitie. En-
ktie woordenboeken geven als vertaling ook
.tuighuis". Wat nu echter de juiste be-
teekenis is van den naam van bedoelde
Engelsche voetbalclub is ons onbekend.
Uitgesproken:
M. van Dop. aannemer te Nootdorp. R.-c.
mr. A. J- Paulus, Cur mr. W. K. N. Henge-
veld. Voorburg.
P. T. Gevers, boekhandelaar, destijds te
Hillegom thans te Den Haag. R.c. mr. E.
W. J. Top, Cur- mr. T. A. M. A. van Löben
Seis, Haarlem (na intrekking der verleen
de surseance van betaling).
Gedurende de maand October werden bij
de gezamenlijke griffies in Nederland ge
deponeerd 252 crediteurenlijsten met een
totaal passief van f. 4.075.424.46'/:, waarvan
preferent f. 1.018.891.61. Sedert 1 Jan- 1936
werden in totaal gedeponeerd 1768 credi
teurenlijsten met een totaal passief van
f. 28.018.685.49, waarvan pref f. 5.751.392.93' 's
Vernietigd bij arrest van het Gerechts
hof te Amsterdam: W. v. Dongen, Hillegom.
Opgeheven wegens gebreken aan actief:
H J. Konings te Wassenaar.
D. Koster, Alphen.
Om kwart over vier gistermiddag zijn
de nationalistische colonnes Getafe
binnengetrokken na een hevig artil
lerie- en machinegeweervuur op de
eerste huizen van het dorp, waar eenige
honderden roode miliciens den terug
tocht trachtten te dekken.
Om half vijf stonden de benzine-reser
voirs van het vliegveld in brand. Een dichte
zwarte rookzuil steeg eruit op.
Om drie uur hadden de volksfronters
Getafe dat op slechts dertien kilometer van
het centrum der hoofdstad aan den grooten
verkeersweg is gelegen, geheel verlaten.
Hier en daar werd nog slechts een geweer
schot gelost.
Generaal Varela verklaarde aan de
journalisten: „Gij kunt de geheetc
wereld ervan in kennis stellen, dat
Madrid nog deze week zal worden in
genomen"
Inmiddels meldt een correspondent van
het Duitsche Nieuwsbureau uit Mostoles,
een plaatsje ten Zuid-Westen van Madrid,
dat nationalisten ook Alcorcon. dat nog
dichter bij het centrum van de hoofdstad
ligt dan het vliegveld Getafe. hebben be
zet De inneming geschiedde door twee
natlonal'stische afdeelingen welke uit Villa
Viciosa en Mostoles waren opgerukt
De linkschen trachtten eerst een legen-
aanval te ondernemen met viiftien Russi
sche tanks. Door het hevige vuur van de
ter tot mislukking gedoemd. Vier tanks
werden buiten gevecht gesteld.
De volksfronters moesten ten slotte hun
stellingen ontruimen en ook hun artillerie
nam de vlucht in'de richting van Madrid,
terwijl de bii Mostoles en Vila Viciosa in
stelling gebrachte nationalistische batterijen
dichter naar de hoofdstad werden ver
schoven.
Van regeeringswege worden deze tegen
slagen erkend.
De nationalistische bommenwerpers en
jachtvliegtuigen bleven de vijandelijke
linies bombardeeren en zaaiden paniek on_
der de in wanorde terugtrekkende troepen.
Twee schepen opgebracht.
Inmiddels komt uit Noord-Spanje het
bericht, dat eenige nationalistische pa
trouillebooten aan de Spaansche noordkust
twee stoomschepen van de Madrileensche
regeering die met wapens munitie, kolen
en levensmiddelen waren geladen in volle
zee hebben aangehouden en naar de kust
gebracht hebben, waar de bemanning werd
gearresteerd. De schepen kwamen, naar
men zegt. uit Engeland.
Spionnage-centrale te Bilbao
ontdekt.
Te Bilbao is een zeer ernstige spionnage-
affaire ontdekt
Het te Bilbao verschijnend dagblad La
Tarde oub'iceert een liist. met namen van
personen die bii deze affaire betrokken
zouden zijnde consul van Oostenrijk de
consul van een Zuid-Amerikaansche repu
werden ervan afgesneden: Inationalisten werd hun aanvalspoging ech- bliek, de majoor der infanterie Anclada, dë
kapitein der genie Murcga. een advocaat,
een bankier en de directeur van een ven
nootschap zouden volgens het regeerings-
gezinde blad van hun functies en betrek
kingen misbruik hebben gemaakt om pas
poorten af te geven aan verdachte perso
nen. die door de politie werden gecontro
leerd wegens hun sympathie met de
nationalisten.
Voorts worden deze lieden er van be
schuldigd handel te hebben gedreven in
valsche identiteitspapieren en op clande
stiene wijze zeer belangrijke geldbedragen
tot schade van de zaak der regeering te
hebben verzonden.
Toen een Engelsch schip uit d? haven van
Bilbao vertrok, ontdekte men in de door
diplomatieke stukken gedekte bagage docu
menten welke gericht waren aan de Junta
van Burgos. Voorts waren er tal van brie
ven bii. welke inlichtingen bevatten over de
verschillende stellingen van het front der
regeeririgstroepen en eveneens aangaande
manoeuvres welke de kapitaalsvlucht heb
ben bevorderd Een der beschuldigden heeft
bekend, terwijl de Baskische regeering in
deze aangelegenheid over bewijzen beschikt,
waaruit duidelijk de schuld der gearresteer
de personen bliikt aldus .La Tarde".
De non-interventie.
Gemeld wordt, dat oo de zitting der non-
interventiecommissie de Duitsche gedele
geerde gesteund door Grandi gedurende
vijf uur het Russische antwoord oo de
Duitsche beschuldigingen punt voor ount
heeft bestreden.
Tevoren had de commissie het voorstel
tot instelling van een controlecommissie,
die den invoer van oorlogstuig in Spanje
zou moeten verhinderen, besproken en be
sloten. de meening te vragen van de leden
der commisise die geen lid van de sub
commissie zijn.
Maiskv heeft het secretariaat het Rus
sische antwoord oo de Britsche beschuldi-
Tncen overhandigd.
Ook eenise punten van het Russische
antwoord oo de Italiaansche beschuldigin
gen. waarvan sommiee ook in de Duitsche
nota voorkomen, werden besproken. Grandi
bestreed daarbij de Russische uiteenzettin
gen. De commissie kwam tot de conclusie,
dat eenige Italiaansche en Duitsche be
schuldigingen niet bewezen zijn: betreffen
de andere zullen opnieuw inlichtingen aan
de Russische regeering gevraagd worden.
De aanvankelijk voor heden vastgestelde
zitting van de subcommissie is geannuleerd
en uitgesteld tot 9 dezer, terwi.il de com
missie zelve 12 Nov weer bijeenkomt.
De niet-inmengingscommissie heeft haar
vergadering om kwart over tien verdaagd.
Maiskv constateerde, dat Duitschland zijn
zaak tegen de Soviet-Unie zoo zwak ver
dedigd had. dat ziin vertegenwoordigers
gedwongen waren om in Duitschland
nieuwe getuigenissen aan te vragen ter
ondersteuning van hun beweringen
Maisky moet z'ch in de vergadering met
groote heftigheid hebben uitgelaten.
Overval op Spaanzch zaak
gelastigde.
De Spaansche zaakgelastigde te Berlijn,
Rovira is door twee Spaansche uitgeweke
nen overva'len toen hii te voet naar huis
ginï.
De daders ontrukten den zaakgelastigde
een actentasch waarin zich een aantal di
plomatieke documenten bevond en verwond,
den Rovira licht Zii wisten met hun buit.
zonder herkend te ziin te ontkomen.
De Duitsche min'ster van buitenlandsche
zaken heeft den zaakgelastigde ziin leed
wezen over het gebeurde betuigd. De oo'itie
stelt een onderzoek in.
Nieuwe regeering te Madrid.
De samenstelling van de nieuwe Spaan
sche regeering is overeenkomstig de alge-
meene verwachting. Twee ministers ver
tegenwoordigen de provincies, welke auto
nomie verkregen en die het volksfront
steunen.
Dat ook de C N. T. (de anarchistische
vereeniglng), zitting neemt in de regeering
is een groote gebeurtenis. Het is de eerste
keer. dat de C N T. afwijkt van haar
a-politieke" leerstelling en verantwoor-
j delijkheid op zich neemt. Zelfs heeft de
j C. N. T. tot nu toe geweigerd candidaten te
1 stellen voor de Cortes.