ERNSTIG SPOORWEGONGELUK
NABIJ WOERDEN
MECHANISATIE
IN DE SIGARENINDUSTRIE
GOEDERENTREIN RIJDT IN OP
ONTSPOORDEN PERSONENTREIN
WAT DE REIZIGERS VERTELDEN
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 8 October 1936
Derde Blad
No. 23478
Tht Jaargang
OOGENBLIKKEN OM NOOIT TE VERGETEN
met 2
oU&kehje stuM&n
Het wetsontwerp beoogt slechts aan het proces
der mechanisatie leiding te geven
De laatste trein, die gisteravond uit Utrecht naar Gouda, Den
Haag en Rotterdam, was vertrokken, is ongeveer 300 Meter vóór
het station Woerden ontspoord en zeer kort daarna door een
goederentrein aangereden.
De gevolgen waren ontzettend: de ontspoorde trein werd voor
een groot gedeelte in elkaar gereden, terwijl de goederentrein
eveneens voor een gedeelte werd vernield.
De heer Buiterman, majoor bij het Leger des Heils te 's-Graven-
hage en de 30-jarige zoon van den Goudschen wethouder P. D.
Muylwijk hebben bij dit ongeluk, dat wel een van de ernstigste
is dat de laatste jaren in ons land heeit plaats gehad, het leven
gelaten. De heer Ginjaar, een 30-jarige cargadoor uit Zoeter-
woude, is zwaar gewond; hedenmorgen was zijn toestand rede
lijk. Een aantal andere reizigers liep lichtere verwondingen op
en kon na ter plaatse verbonden te zijn, huiswaarts keeren.
Het treinverkeer ter plaatse is volkomen gestremd, hetgeen voor-
loopig nog wel zoo zal blijven.
Het treinongeluk, dat vannacht even
buiten het station Woerden is gebeurd, is
wël een van de ergste, dat de laatste jaren
in ons land heeft plaats gehad.
Majoor Buiterman van het Leger des
Heils te 's-Gravenhage en de 30-jarige
zoon van den Goudschen wethouder P, D.
Muylwijk, zijn bij dit vreeselijk ongeluk
gedood, de heer Ginjaar, een 30-jarige
cïrgadoor, is zwaar gewond. Hij is met een
lljckken- en schouderfractuur benevens
zware inwendige kneuzingen in het zieken
huis te Woerden opgenomen.
Bij informatie aan het ziekenhuis te
Woerden, waar de heer Ginjaar wordt ver
pleegd. deelde men ons mede, dat zijn toe
stand hedenmorgen redelijk was.
Nog 5 of 6 passagiers hebben lichtere
verwondingen, schaafwonden, ontvellingen
Qf lichte kneuzingen opgeloopen. Zij kon
den na verbonden te zijn naar hun wonin-
ge worden overgebracht.
Direct nadat de spoorwegramp te Woer
den bekend werd, werd de hulpverleening
georganiseerd. Op het station Woerden
werd een eerste-hulp-dienst ingericht,
waar o.a. dr. W. van der Giesen en dr. A.
Schreuder aanwezig waren. Hier werden de
lichtgewonden geholpen, doch geen van
hen behoefde naar het ziekenhuis te wor
den vervoerd.
De chaos in de nabijheid van het Woer-
densche station is volkomen. Twee trei
nen zijn voor een groot gedeelte vernield.
De personentrein 648, die om 23.16 uit
Utrecht vertrekt, bestond uit een zware lo
comotief van de serie 3700, 4 rijtuigen voor
Dén Haag, een bagagewagen en achteraan
vjer rijtuigen voor Rotterdam. De goede
rentrein, die eveneens door een sneltrein
locomotief van het type 3700 werd getrok
ken. had 38 wagens achter zich.
Hoeveel van die 38 wagens zijn vernield
staat nog niet vast. in totaal zijn van den
den goederentrein 16 rijtuigen ontspoord.
De oorzaak.
Betreffende de oorzaak van dit on
geluk bestaat nog geen zekerheid. Uit
den aard der zaak is deze pas vast te
stellen, wanneer het opruimingswerk
verder gevorderd is en meerdere ge
tuigen uitvoerig zijn gehoord. Op de
plaats van de ramp liggen vier sporen,
nj. tusschen blokhuis C. aan den Kat-
tenbroekdijk en het station Woerden.
De machinist van den personentrein
heeft na de botsing bij een eerste ver
hoor aan de politie medegedeeld, dat
hij de oorzaak van de ontsporing, die
mede de botsing tot gevolg heeft ge
had, niet weet. Volgens hem stonden
alle signalen veilig.
Hoe het gebeurde.
De personentrein uit de richting Utrecht,
die daar ter plaatse nog een snelheid heeft
van 85 a 90 K.M., verlaat even voorbij
blokhuis C. het hoofdspoor om op spoor
B. te komen. Vlak bij den wissel is de trein
ontspoord en op spoor C. geloopen.
Waarschijnlijk ook dit is nog niet ab
soluut zeker is eerst de locomotief uit
de rails gewipt, eenige wagons volgden en
met daverend gekraak kwamen twee wa
gons geheel dwars over de baan te staan.
De machinist had zijn tegenwoordigheid
van geest niet verloren. Hij had onmiddel
lijk stoom afgesloten en alles gedaan om
zijn uit de rails geloopen machine zoo vlug
mogelijk tot stilstand te brengen. Alles is
veel sneller gegaan, dan wij dit kunnen
beschrijven. De ontsporing is het werk van
enkele oogenblikken geweest. Voor de ma
chine naar de linkerzijde overhelde heb
ben zoowel de machinist als de stoker zich
in veiligheid kunnen stellen. Een groot
deel van de passagiers de trein was ge
lukkig matig bezet was, doodelijk ver
schikt uit den trein gesprongen. Gelukkig,
want binnen enkele oogenblikken zou de
ramp nog op ontstellende wijze worden
vergroot.
Het tweede ongeluk.
Op dat moment, misschien een halve
minuut na de ontsporing komt van de an
dere zijde, dus van Gouda naar Utrecht,
de snei-goederentrein no. 4043. Er is geen
sigmaal meer dat den machinist van den
goederentrein een halt kan toeroepen, het
is niet zoo spoedig tot hem door kunnen
dringen, dat daar enkele oogenblikken ge
leden een trein is ontspoord en hem den
doortocht verspert. Er liggen wagons dwars
over zijn weg en met een daverenden slag
rent de goederentrein op de versperring.
Een daverende slag, die tot zeer ver in
den omtrek den stillen, kouden October-
nacht verscheurt. Het tweede ongeluk is
gebeurd. De zware sneltrein-locomotief
van den goederentrein komt er slecht af.
Het gevaarte slaat om en komt op zijn
rechterzijde in een slootje naast den spoor
baan terecht. Den stoom kon de machinist
nog afsluiten. Hij zelf springt van zijn
machine en valt in het water. Met een
blauw oog en een nat pak kwam hij vrij.
Hij was echter wat niet te verwonderen
is erg overstuur. „Ik zat er bovenop voor
ik er erg in had", luidde zijn verklaring.
Ook zijn helper was in veiligheid, ook hij
was op het laatste nippertje van de ma
chine gesprongen. De treinleider, die zich
in het achterste gedeelte bevond, had even
min letsel bekomen.
Wat de passagiers ondervonden.
Onbeschrijfelijk, zoo vertelde ons een der
pasagiers. was de chaos direct na het on
geluk. Iedereen was het hoofd kwijt. Het
was een vreeselijk moment, een oogenblik
om nooit te vergeten. Op het moment, dat
de trein derailleerde, werden we in de
coupé dooreengeworpen. Bagage viel uit
het net, een hevig gekraak en gegil van
passagiers voltooide de paniekstemming.
Alles speelde zich in minder dan geen tijd
af. De trein stond met een geweldigen
schok stil. We zijn zoo gauw mogelijk naar
buiten gesprongen en dat is ook de reden,
dat zoo betrekkelijk weinig persoonlijke
ongelukken hebben plaats gehad. We zagen
kans ons in veiligheid te stellen voor de
tweede ramp plaats had. Nog geen minuut
later reed de goederentrein op onze wa
gens in.
De trein was gelukkig slecht bezet.
Naar de opgave van den conducteur be
vonden er zich in totaal 42 personen in.
Helaas heeft het ongeluk een menschen-
leven gekost. Reeds spoedig vond men tus
schen de wrakstukken van een der voor
ste wagons het lijk van majoor Buiterman,
die onmiddellijk dood moet zijn geweest.
Aan den kant van de breede sloot lag een
tweede lichaam. Het was de zwaar gewon
de cargadoor Ginjaar.
De verwoesting.
Toen wij vannacht op het terrein van
de ramp kwamen was het opruimingswerk
in vollen gang. Het was een onbeschrijfe
lijke chaos.
De voorste wagens van den personen
trein zijn volkomen vernield.
Overal liggen stukken versplinterd
hout, kromgebogen ijzeren stangen, ge
broken glas, vaneengcrukte banken,
daartusschen wordt nog bagage gevon
den en het is dan ook niet geheel uit
gesloten, dal onder de puinhoopen nog
een slachtoffer zal worden gevonden.
Een personenrijtuig is geheel van hetf
onderstel geslagen, de rijtuigen daarach
ter zijn zwaar beschadigd. Ze staan dwars
over den weg. Daarboven op hangen twee
leege goederenwagens, die over den gede-
railleerden trein zijn heengeschoven. Over
al in het rond lagen de wrakstukken.
Het centrum van den chaos wordt
gevormd door een meterhooge berg van
onontwarbare, Ineengeschoven, ver
wrongen en gebarsten brokstukken.
Gelukkig is er geen brand ontstaan,
want dan zou de ruïne nog volkomener
zijn dan zij dit nu reeds is.
(Van onzen verslaggever.
Zoodra het ons bekend werd dat er bij
Woerden een spoorwegongeluk was ge
beurd zijn we naar het station hier ter
stede gegaan en hebben de aankomst van
den extra trein uit Woerden die hier om
ongeveer tien minuten over halftwee aan
kwam afgewacht.
Met dezen trein kwamen ongeveer 40
reizigers mee die allen in den verongelukten
trein hadden gezeten en waarvan de mees
ten op weg waren naar Gouda, den Haag
of Rotterdam.
De heer Woltring uit den Haag, de eenige
gewonde van 't geheele gezelschap, hij had
een hoofdwonde en zijn linkerarm was uit
de kom, vertelde ons dat hij met twee an
dere heeren in een tweede klasse compar
timent in het voorste rijtuig van den trein
was gezeten. Wij zaten gezellig te praten,
toen er plotseling, wij waren naar schat
ting enkele honderden meters van het
station Woerden verwijderd een geweldige
slag weerklonk. Wat er toen precies ge
beurde weet ik niet meer, alles ging zoo
razend vlug in zijn werk, het eenige wat ik
me nog herinner was dat ik mijn beenen
optrok en dat is waarschijnlijk heel geluk
kig geweest, want alles brak. schoof op en
over elkaar. Kortom er bleef niets op zijn
plaats.
Toen ik mij goed realiseerde wat er was
gebeurd zat ik in de modder, onder den
blooten hemel, het dak was geheel wegge
schoven, te midden van een onbeschrijflijke
warboel van wrakstukken. Mijn twee mede
reizigers die direct weer op de been waren
en zagen, dat ik mij niet gemakkelijk kon
bewegen, mijn linkerarm leek verlamd,
kwamen mij direct te hulp.
Nauwelijks hadden wij de ravage verla
ten of wij zagen tot onze groote ontstel
tenis een anderen trein met groote snel
heid naderen. De geheele omgeving werd
fel verlicht door de enorme vuurgloed van
de locomotief van onzen trein. Het mag
wei een zeer groot geluk genoemd worden
dat de locomotief van den goederentrein
direct na de botsing kantelde en in de
sloot terecht kwam Met groot geweld en
onder oorverdoovend geraas reden de eer
ste goederenwagens op onzen trein in en
zoo dat mogelijk was werd alles nog verder
op en over elkaar geschoven. Het was een
ontzettend angstig oogenblik, dat gelukkig
slechts zeer kort duurde, want tusschen 't
oogenblik dat wij den tweeden trein zagen
naderen en het kantelen der locomotief
verliepen slechts enkele oogenblikken. die
ik echter mijn leven lang niet zal vergeten
Heel spoedig was er geneeskundige hulp
aanwezig, een tweetal militaire semi-
artsen verrichtte zeer verdienstelijk werk
en ook waren zeer spoedig doctoren en an
der verplegend personeel uit Woerden
aanwezig. Toen mijn wonden voorloopig
verbonden waren, ben ik te voet naar het
station Woerden gegaan, waar wij op den
extra trein voor den Haag en Rotterdam
hebben gewacht. Van een paniek, aldus
onze zegsman, is in het geheel geen sprake
geweest; alle reizigers en vooral het trein
personeel gedroegen zich zeer rustig. Niet
tegenstaande zijn verwondingen en de
doorstane angst, was de heer Woltring op
gewekt en met een lachend gezicht vertel
de hij ons het bovenstaande alsof hij over
een alledaagsche zaak sprak.
De machinist van den verongelukten
personentrein bleek niet in staat om iets
te vertellen. Met een aschgrauw gezicht,
een blauw oog en wild over zijn gelaat
hangende haren zat hij zenuwachtig in
een hoekje van den extra-trein gedoken.
Op onze vraag of hij bereid was iets van
het gebeurde te vertellen wist hij slechts
te antwoorden: ..Ik weet niets meer en ik
kan niets vertellen".
De conducteur van den personentrein,
die in het Rotterdamsche, d. i. het aph-
terste gedeelte van den trein had gezeten,
legde er ook den nadruk op, dat er van een
paniek geen sprake is geweest, de reizi
gers hadden zich niet voorbeeldiger kun
nen gedragen.
Wij, aldus onzen zegsman, hebben, in het
Rotterdamsche gedeelte dat uit vier wa
gons bestond, waarvan alleen het voorste
in gebruik was. eigenlijk niet veel anders
van het ongeluk gemerkt dan een gewel
dige schok. In ons gedeelte werd niemand
gewond. De wagens schoven niet in elkaar
en slechts een ervan ontspoorde.
Ik verliet direct den trein en ben naar
achteren geloopen om de roode lantaarns
weer aan te steken en goed zichtbaar op de
rails te plaatsen, om zoodoende eventueel
ons achterop rijdende treinen te waarschu
wen.
Alle reizigers, die hier vannacht om twee
uur op het station waren vol lof over de uit
stekende hulp, die reeds zeer kort na het
ongeluk werd geboden.
Het ongeluk werd zooals begrijpelijk
druk besproken maar niemand, behalve
dan de machinist, scheen zich het gebeur
de erg te hebben aangetrokken.
Nadat de locomotief was gerangeerd ver
trok den trein na ongeveer 15 minuten
weer in de richting den Haag.
Machteloos liggen daar de beide zware
locomotieven. De personentreinlocomotief
is zoo op het oog slechts betrekke
lijk weinig beschadigd. Anders is het met
dien van den goederentrein. Het zware ge
vaarte is bijna geheel weggezakt in het
modderige slootje. De linkerzijkant steekt
nog boven het water uit. Er zijn wat plan
ken overgelegd en deze hulpbrug dient om
via een welland aan de andere zijde van de
brokstukken te komen zonder al te veel
kans op ongelukken.
Over alles heen ligt de seinbrug, die de
geheele baan overspant. De brug is volko
men vernield, als kinderspeelgoed zijn de
zware ijzeren stangen en binten opgevou
wen en kromgetrokken. Alleen het cemen
ten voetstuk staat nog. Ook de telegraaf
palen langs den weg zijn als stroohalmen
afgebroken. Op sommige punten is het een
onontwarbaar kluwen van draden.
Het telefoonverkeer is gedurende een
groot gedeelte van den nacht geheel ge
stremd geweest.
Ongeveer anderhalf uur na het ongeluk
is de eerste werktrein met de volledige pn-
gevallenploeg uit Utrecht onder leiding
van den hoofd-lngenieur van de spoorwe
gen, de heer Laumans ter plaatse aange
komen.
Met kracht wordt er aangepakt. De
passagiers zijn lntusschen voor een deel
via Leiden verder gereisd, met den aan-
sluitenden trein uit Woerden. Deze trein
is te Woerden vastgehouden tot de reizi
gers op het station bijeenwaren. Een an
der deel is met A.T.O.-bussen verder ge
reisd.
Direct heeft de stationschef te Woerden
maatregelen getroffen om die gedeelten
van den trein, die gespaard gebleven zijn,
weg te halen, zoodat de werktreinen zoo
dicht mogelijk bij de plaatst van de ramp
kunnen komen.
Laat in den nacht was men nog steeds
bezig met het zoeken naar eventueele
slachtoffers. Fakkels wierpen een fantas
tisch licht op de ravage, hier en daar
sissen steekvlammen Zwijgend en vlug
werkt de hulpploeg. Ieder kent zijn taak
en het opruimingswerk vordert.
Werktreien uit Den Haag en Rotterdam
zijn in aantocht en arriveeren in den vroe
gen ochtend. Ook de groote kraanwagen
uit Utrecht is besteld, terwijl die uit Nij
megen via Amsterdam naar Woerden wordt
gedirigeerd.
We hadden nog een onderhoud met den
heer Laumans, dié ons over de oorzaak
uiteraard nog geen inlichtingen kon geven.
De ontsporing had niet precies op den
wissel plaats, deze is zelfs nog intact. De
machinist van den personentrein, de heer
Suiker uit Den Haag. remde op die plaats
reeds omdat hij te Woerden moet stoppen.
Hij reed op veilig signaal. De goederentrein
werd gereden door machinist Ditmarsch,
eveneens uit Den Haag.
Het zal nog geruimen tijd duren voor
een van de vier sporen bcreidbaar is. Van
daag en vannacht zal zeer zeker nog moe
ten worden doorgewerkt.
De baan is op alle sporen over ca. 150 M
versperd en het buitenspoor zal het eerst
worden vrijgemaakt Vanavond komt een
hulpploeg uit Amsterdam (Rietlanden)
naar Woerden.
Od het terrein van de ramp waren van
nacht o.a. aanwezig de burgemeesters van
Woerden en Gouda, de heeren Van Kem
pen en Gaarlandt.
Hoe de treinen voorloopig rijden.
Het treinverkeer ter plaatse is geheel
gestremd, hetgeen voorloopig nog zoo zal
blijven. Overstappen te Woerden ter
plaatse van het ongeval is uitgesloten.
Reizigers, die van plan zijn te reizen van
of naar Leiden, Den Haag. Rotterdam, via
Woerden, worden aangeraden te reizen
over Amsterdam of Dordrecht. Tusschen
Rotterdam-Maas, Gouda en Woerden en
...en 6on oov-tpeScAente*
214
(Ingez. Med.)
tusschen Leiden-Woerden en Den Haag
(SS.)Gouda en Woerden zal een uur
treindienst worden onderhouden.
Tusschen Utrecht en Woerden zal een
AT.O.-busdienst worden gereden in aan
sluiting op de uurtreinen uit de richtingen
Den Bosch en Arnhem.
Reizigers van Amsterdam zullen te
Utrecht hun gewone aansluiting vinden.
Nadere berichten geven alle stations.
De vermoedelijke oorzaak.
De heer H. van Maren, een van de
directeuren der Ned. Spoorwegen, dien
onze speciale verslaggever op de plaats
van de ramp aantrof, heeft hierbij me
degedeeld, dat de machinist van den
personentrein met een snelheid van 90
K.M. den wissel is gepasseerd, terwijl
volgens het sein slechts een snelheid
van 45 K.M. geoorloofd is. Dit moet dus
voorloopig beschouwd worden als de
oorzaak van de ontsporing. De achter
de locomotief gekoppelde postwagen,
die eveneens ontspoorde, kwam daarbij
dwars over het andere spoor te staan,
waardoor de goederentrein met dit rij
tuig in botsing kwam.
Op last van den rechter-commissaris
mr. Altena en den officier van Justitie, jhr.
mr. Quarles van Ufford is het seinhuis te
Woerden hedenmorgen verzegeld.
Majoor Buitermans werd in 1884 te
Den Haag geboren. In 1907 werd hij on
der-kapelmeester der stafmuziek. In 1910
maakte hij een tournee door Nederland en
in 1914 door Engeland.
Hierna is de heer Buiterman belast ge
weest met het bevel over de grootste evan-
gelisatieposten in ons land.
In 1927 werd hij aangesteld als divisie
officier voor de Noord-Nederland-divisie
met standplaats Amsterdam. In 1932 werd
hij overgeplaatst naar Den Haag.
Majoor Buiterman laat een vrouw en
vier kinderen na.
Hoewel het ongeval eerst tegen half
twaalf plaats had, waren spoedig tal van
nieuwsgierigen uit de omgeving samenge
stroomd. De politie van Woerden en de
rijkspolitie zorgden echter voor een goede
afzetting om het opruimingswerk niet te
doen belemmeren.
Aan de memorie van antwoord aan de
Tweede Kamer inzake het ontwerp van
wet, houdende tijdelijke maatregelen be
treffende de mechanisatie in de sigaren-
industrie wordt het volgende ontleend:
Het onderhavige wetsontwerp beoogt niet
de mechanisatie in de sigarenindustrie
tegen te gaan doch slechts aan dit proces
in dier voege leiding te geven, dat de toe
passing van machines in een tempo ge
schiedt. waarbij ernstige schokken op so
ciaal gebied kunnen worden voorkomen. De
regeering kan zich derhalve in geenen
deele vereenigen met de opvatting van die
leden, welke in het wetsontwerp den eer
sten stap zien op den verkeerden weg. In
dien zich in de toekomst ten aanzien van
andere tak/ken van industrie soortgelijke
omstandigheden voordoen als in de siga
renindustrie. rekent zij het zioh tot een
plicht na te gaan, of wederom maatrege
len dienen te worden voorgesteld. Zij is
echter niet voornemens zich dan op een
uitspraak van de Kamers over het voor
liggende ontwerp van wet te beroepen.
De regeering is van oordeel, dat de zeer
bijzondere omstandigheden, welke zich
thans bij de sigarenindustrie voordoen,
zich in andere bedrijfstakken in het alge
meen niet vertoonen.
Met name dient er op te worden gelet,
dat in de ondernemingen zelf in zekere
mate een natuurlijk evenwicht in het ra
tionalisatietempo wordt verkregen. De
ondernemer immers, die tot mechanisatie
wil overgaan, staat uiteraard voor de
vraag of hij het risico, verbonden aan de
mechanisatie, t.w. de verstarring gelegen in
de grootere kapitaalintensiviteit, kan dra
gen dan wel het voordeeliger is de elastici
teit van zijn bedrijf te behouden in een
meer loontntensieve productie. Aangezien
de regeering zioh er van bewust is, dat bij
de rationalisatie en mechanisatie groote
volksbelangen zijn betrokken, is zij bereid
te dezen de meest nauwgezette waak- en
werkzaamheid te betrachten. Zij is echter
van oordeel, dat het in de huidige omstan
digheden niet noodzakelijk is nieuwe be
drijfsorganen te scheppen om de regeering
bij het nemen van maatregelen van advies
te dienen. De thans bestaande bedrijfsorga
nen en de door de regeering in het leven
geroepen advies-colleges stellen haar in
staat zich volledig omtrent de ten behoeve
van het bedrijfsleven te nemen maatrege
len te oriënteeren. Indien in de toekomst
echter mocht blijken, dat er aan nieuwe
adviseerende instanties behoefte bestaat,
is dè regeering bereid aan het scheppen
daarvan haar medewerking te verleenen.
Naar aanleiding van de vraag, waarom
de regeering nu de export van sigaren
van weinig beteekenis is het voorbeeld
van Duitschland en Zwitserland niet
wenscht te volgen, waar de mechanisee
ring in het sigarenbedrijf om werkverrui
ming te verkrijgen, werd verboden, wijst
de regeering er op, dat zij het economisch
niet verantwoord acht den vooruitgang in
de sigarenindustrie tegen te houden. Een
dergelijke maatregel zou een onbillijkheid
beteekenen tegenover de fabrikanten, die
een verbetering der productiemethoden
hebben tot stand gebracht en de alge-
meene prijsverlaging in de hand hebben
gewerkt. Bovendien mag niet uit. het oog
worden verloren, dat de maatregel zooals
deze thans wordt voorgesteld voor de siga
renindustrie in de toekomst de mogelijk
heid openlaat den export belangrijk op te
voeren. Om deze redenen is van de regee
ring dan ook niet de indiening van een
ontwerp tot afschaffing van de mechani
satie in de sigarenindustrie te wachten.
Alhoewel de regeering van oordeel is,
dat aan het door verscheidene leden geuite
denkbeeld, om aan werkgevers de verplich
ting op te leggen, bij invoering van machi
nes bijdragen te storten in een fonds, be
stemd om aan de op die wijze overbodig
gemaakte arbeiders wachtgelden te ver
strekken, ongetwijfeld een svmpathieke
gedachte ten grondslag ligt. is zij van
meening, dat de kwestie van het verstrek
ken van wachtgelden in ieder geval bij
een incidenteele regeling als de onderhavige
buiten beschouwing moet blijven.