LEIDSCH DAGBLAD - Tweede Bied
Maandag 5 October 1936
plechtig huwelijksfeest tot de streelingen
j voor het oog behoort, om dan af te wijken
naar de meer zakelijke wereld van gas en
electriciteit en weer op te gaan in de his
torie, die ons o.a. herinnerde aan den on-
verbrekelijken band tusschen „Oranje en
Lelden", waarvan wij den laatsten tijd ge
lukkig weer zulke treffende staaltjes moch
ten ondervinden.
1 Van weelderige pracht, was ook tenslotte
I het gezelschap van den Perzischen Koning
Shahryar, die tezamen met Sheherazade
en Dinarzade, dochters van grootvizier
Baba Abdallah en de vermaarde Prinses
Badroulboudour aan deze opeenvolging van
indrukken uit verleden en heden een uit
stekend getroffen climax verleende!
Een van de hoogtepunten van den optocht: de waarlijk voor
treffelijk gerestaureerde gouden koets. Graaf Hendrik v. Nassau
en Markiezin Mencia de Mendoze poseeren minzaam voor onzen
fotograaf.
zicht nog het voordeel had, dat het stellig
méér verscheidenheid bood, dan wanneer
men zich ook deze keer tot één bepaalde
periode had bepaald.
Men moge er over redetwisten, wat groo-
tere artistieke bekoring heeft: één bepaald
onderwerp of dit bonte gewemel van schil
derijen uit de geschiedenis, waartusschen
door dan de meest contrasteerende zaken
als een reclamewagen of een stuk bloe
mencorso: zeker is, dat men zich ook nü
weer de oogen kon uitkijken naar fel ge
kleurde costuums, statige karossen of fees
telijk versierde praalwagens! Uit de veel
heid der tegendeelen heeft men zijn keuze
tc kust en te keur kunnen laten vallen en
gelukkig kwam alles daarbij des te meer
tot zijn recht door het schitterende na
jaarsweer: gulden najaarszonnestralen
schenen over de kleurenpracht als een ex
tra geschenk aan het 3-Octoberbestuur, nu
de vereeniging haar gedenkwaardig Gou
den Jubileum mocht vieren.
Als vanouds was het tegen twaalf uur
bij het voormalige Militaire Invalidenhuis
waar wij onze trouwe oud-strijders, die
steeds zoo belangstellend toekeken, nog
altijd missen! een druk en Ietwat geagi
teerd komen en gaan van reeds sierlijk
uitgedoste deelnemers en charmante deel
neemsters, ten deele of reeds geheel ge
schminkt, in gespannen afwachting van het
moment, dat de energieke heer De Koning
hen naar buiten zou commandeeren voor
de definitieve opstelling.
Alles liep hier door elkaar: belangrijke
personages uit lang vervlogen eeuwen
stonden geschaard naast hen. die in het
rijk van Koning Shahryar van Perzië thuis
hooren. Het gezelschap van Samuel Pick
wick voelde zich wat onwennig naast de
reuzen uit de Javaansche bruidstoet, ter
wijl de bebrilde Romeinsche paardenmen-
ner zich heldhaftig naast den minstens
even fieren Spaanschen toreador Espada
voortbewoog.
Gouden harnassen van vorsten uit den
ouden tijd overschaduwden den eenvoud
der kleeding van minder vooraanstaande
stoetgenooten, maar niettemin heerschte
er in het uur, voorafgaand aan het ver
trek een algemeene verbroedering.
Wél was 't een hutspot overigens op
3 October zéér in stijl! van de meest
uiteenloopende individuen, maar dit ver
hoogde slechts de gunstige stemming, die
steeds opgetogener werd in het vooruit
zicht van den gebruikelijken gang door de
Sleutelstad, aangestaard en bejubeld als
men wordt door de kijkgrage Leidenaars,
die nimmer nalaten den deelnemers een
hartelijke ontvangst te bereiden!
De samensteller van den optocht, de heer
Bernard de Koning, gaf zijn indicatie's en
het was voor de zooveelste maal verwon
derlijk, hoe nauwkeurig en met welk een
juist inzicht, getoetst aan jarenlange prac-
tijk, hij de deelnemers rangschikte en met
een enkele opmerking de oplossing aangaf
voor moeilijkheden, die zich vóór de afrit
altijd nog wel even voordoen.
Het kranige tamboers- en pijperscorps
„Jubal" uit Dordrecht, waarvan de leden
onder leiding van den heer Schotel, ver
kleed als muzikanten uit Bergen op Zoom,
den stoet zoo fraai verlevendigde, pijpte en
zong alvast een wijsje voor den reportage
wagen der N.C.R.V. en oogstte na afloop
een vriendelijk applaus voor de frissche
en in de sfeer van dezen dag zoo prachtig
passende muziek.
Voor de alleraardigste kleintjes, die par
mantig, als bloemen, feeën, elfjes, kabou
ters. herten, fazanten of konijnen verkleed,
mee zouden loopen in die vroolijke gekleur
de groep, welke onze onvolprezen „Leld-
sche Hout" moest voorstellen, was 't een
geluk, dat de zon scheen en het niet koud
was. Want ze zouden er bij guur regenweer
zeker kwaad aan toe geweest zijn! Talrijke
amazone's bestegen reeds haar paarden,
die eerst even moesten wennen aan de ge
bruikelijke onrust, die dit jaarlijksche eve
nement altijd met zich mee brengt. Bur
gemeester v. d. Werff, aan wiens roem
ruchte dapperheid wij zoo veel te danken
hebben, zwaaide heldhaftig met zijn ver
maarde degen, Hendrik van Nassau en zijn
bekoorlijke gemalin Mencia de Mendoza.
beantwoordden in de imponeerende gou
den koets, die in géén optocht mag ont
breken. reeds minzaam tal van eerbiedige
groeten.
Zoo leefde een ieder zich bij voorbaat
een weinig zijn rol in, om straks een zoo
goed mogelijken Indruk op de duizenden
toeschouwers te maken.
Tot het sein voor den aftocht gegeven
werd en men vol moed en opgewektheid
de urenlange wandeling door de Leldsche
veste aanving.
Hóe bekend en vertrouwd deze jaarlijksch
weerkeerende gebeurtenis ons ook moge
zijn: er gaat toch altijd weer een gevoel
van emotie door de rijen der menigte, wan
neer de stoet vertrekt en de muziek inzet:
't ls éen en al kleur en leven, 't is steeds
weer die gevarieerde aanblik van praal en
schittering, die voor éénmaal in het jaar
de meerdere eentonigheid althans uiter
lijk van.het hedendaagsche leven, plot
seling verbreekt en aan de 3-Octobervierlne
het feestelijk cachet geeft, dat zulk een
ongemeene trekpleister vormt voor Leide-
naar en buitenman, die veelal van heinde
en ver gekomen is, om het Leldsche „feest
der feesten1' bij te wonen.
Niet minder dan 700 personen en 200
paarden. 8 praalwagens, 5 karossen en wat
ai niet meer waren daar ln één lange rij
vereenlgd, waarbij dan nog de Eerewacht,
de ordecommissarissen en de talrijke mii-
ziekcorpscen niet vergeten mogen worden.
Natuurlijk was de aanvang gewijd aan
de grootsche feiten, die het begin en het
einde vormen van de 3 Octoberviering: het
beleg en het ontzet der Leidsche veste. Met
trots herinnert men zich dan opnieuw den
Leiden zélf bood in dit middaguur tijdens
het voorbijtrekken van al dit schoons
weer den traditioneelen aanblik van dui
zenden en duizenden bewonderaars, wien
''et wachten niet lang viel, omdat men
zich den tijd kortte in de gebruikelijke
feeststemming. Zoo mogelijk namen zij
voor de tweede keer den stoet met nóg
meer interesse in zich op. het oog gericht
op tallooze détails, die aanvankelijk aan de
opmerkzaamheid ontsnapt waren. Op
meerdere plaatsen werden als vanouds de
welkome feestdranken en bloemstukken ge
presenteerd onder véél gejuich en harte
lijke woorden.
Langs elke straat en gracht spoorde de
groote belangstelling van het publiek de
deelnemenden aan tof, onverflauwde animo
en mocht op een zeker moment vermoeid
heid zich doen gelden, deze was spoedig
daarna weer overwonnen. Men hield tot 't
einde dapper vol: voor zoo ver ons bekend,
waren er ook ditmaal geen uitvallers en
heeft een ieder naar beste krachten mede
geholpen dezen Jubileumoptocht zoo goed
mogelijk te doen slagen!
Een woord van oprechten dank moge hier
niet ontbreken aan hen allen: in het bij
zonder aan den heer de Koning, die kort
geleden van het ziekbed opgestaan, zich
geheel en al aan zijn zware opgaaf heeft
gewijd, aan den heer Jan de Quack, bij
wien de artistieke verzorging weer in ver
trouwde handen was, aan de leden der op
tochtcommissie, wier onvermoeid speurend
oog over den goeden gang van zaken waak
te en aan de vele anderen speciaal de
leden der muziekcorpsen die zulk een
belangrijk aandeel In het welslagen van
dezen luisterrijken optocht hadden!
Namens hen, die wederom van een unie
ken middag mochten genieten, zij hier de
erkentelijkheid uitgesproken aan het
3 Octoberbestuur. dat aanspraak mag ma
ken op de hulde van den Leidenaar, wien
het vreemd te moede zou zijn, wanneer ei-
De Academische Senaat in 1659, zich opmakende ter verwel
koming van Prins Willem III, begrijpt volkomen de bedoeling
van een camera.
dan door de ouders weer met lekkernijen
werden bezworen.
Hier en daar dreigde een opstootje even
de feestvreugde te verstoren, doch de poli
tie, die Zaterdag overal tegelijk moest zijn
en ook inderdaad overal was, wist met een
tactvol woord of een welwillenden por in
den rug. de gemoederen te kalraeeren. De
politie, bijgestaan door een groot aantal
rijksveldwachters, stond wél voor een zware
taak. Eijna een geheel etmaal achtereen
heeft de Hermandad onder hoogen druk
gewerkt en zij heeft het er perfect afge
bracht. Daarvoor is een woord van hulde
op zijn plaats. Want al gaat men ook bij
voorkeur niet op een feestdag ruzie maken,
waar zóóveel menschen bijeen zijn, ont-
Een herinnering aan den optocht van 1927: De bewoners van den Leidschen Hout.
kloeken strijd onzer voorvaderen en het
heldhaftig gedrag der Geuzen. Direct hier
op volgde een uitbeelding van Spanje, niet
een van het Spanje, zooals het nü is en
in vuur en vlam staat, maar uit gelukkiger
tijd, toen de Toreador de éénige held was;
die door de donkeroogige en warmbloedige
Spaansche dames omzwermd werd.
Als altijd maakten toch wel de episode's
uit de vaderlandsche geschiedenis op ons
den diepsten indruk, na de gezellige Pick-
wick-mailcoach volgden zij elkander in
groote verscheidenheid op. Intochten van
vroegere vorsten in Bergen op Zoom, Brus
sel en Leiden, de Gouden Eeuw met Frede-
rik Hendrik en zijn getrouwen, waartus
schen door een praalwagen, die wel aller
eerst de aandacht verdiende, al was 't
slechts om ons nog eens de groote ver
diensten van de jubileerende 3 October-
vereeniging in gedachte te brengen: de
indrukwekkende reclame-wagen, voorafge
gaan door keurige, ln het rood en wit ge
doste page's en jockey s. Een juister geko
zen middel tot opwekking om lid te wor
den. had men niet kunnen bedenken!
Wij denken zoo, dat de sprookjesachtige
uitbeelding der Leidsche Hout wel aller
hart gestolen heeft. De talrijke kleintjes,
die aan deze groep medewerkten, zullen
zonder twijfel met intense vreugde hun
rol op zich genomen hebben, juist omdat
dit kleurige fragment zoo levendig op de
verbeelding werkte.
Bij het „Vervoerwezen" waren het vooral
de buitengewoon artistieke Sicillaansche
kar uit de 16e eeuw afgestaan door den
heer Goemans uit Wassenaar en het
sierlijke Biedermeyerrljtuigje, die sterk de
aandacht vroegen: deze groep was zeker
een der meest minltieus verzorgde!
Dan werden wij weer onverwacht herin
nerd aan het feit, dat wij aan de boorden
van den onvergankelijken Rijn liggen: de
kostelijkste druiven puilden uit de gemoe
delijke ..Trinklaube". Het was alleen jam
mer, dat de lustige .drinkebroers" den
ganschen middag op een droogje moesten
zitten.
Zoo wiselde het één het ander af: van
geurende bloementuinen werden wij ver
plaatst naar het verre Indië, waar een
eens op 3 October géén óptocht door zijn
straten zou trekken!
Als een extra-compliment aan het pu
bliek. zij de dank van het 3 Octoberbestuur
gebracht, voor de wijze waarop men gevolg
heeft gegeven aan het verzoek van de
politie, om geheel vrij baan te laten voor
het passeeren van den stoet, waardoor de
taak van optochtcommissarissen en Her
mandad zoo zeer verlicht is!
DE DRUKTE IN DE STAD.
Het is zelfs bij benadering niet te zeggen
hoevee! vreemdelingen Zaterdag onze stad
hebben bezocht, doch één ding staat bij
ons als een paal boven water: het waren
er méér dan bij onze heugenis ooit tevoren
op een 3 October-dag. Daartoe droegen ver
scheidene factoren bij. In de allereerste
plaats het ongemeen fraaie weer, dat als
het ware iedereen naar buiten lokte. In
enze eigen stad bleef cm zoo te zeggen
geen vrouwtje bij het spinnewiel en tot in
wijden omtrek toonden de seksegenooten
zoowel als de heeren der schepping zich
onverdeeld solidair. Al vroeg in den morgen
brachten de propvolle treinen uit de rich
tingen Den Haag, Haarlem en Ütrecnt
steeds nieuwe drommen feestgangers naar
onze stad; de trams van de N.Z.H. en
H.T.M. droegen het hunne bij en de par
keerwachters en rijwielbewaarplaatsen aan
den rand der stad konden den overstelpen
den toevloed van autobussen, auto's, motor
rijwielen. tandems en fietsen nauwelijks
verwerken. In de binnenstad was het ook
reeds vroeg gezellig druk. Het lied van
oud-burgemeester de Gijselaar. die vroeger
de eenige „goeie Leienaar heette te zijn.
bleek nog steeds niet vergeten en voorts
waren er tal van andere producenten van
feestklanken. Draaiorgels, straatzangers en
trompettisten mengden hun geluiden door
een tot een uiterst onwelluidend geheel,
dat zelfs den Sinterklaas, die volgens een
plakkaat op zijn rug. uit Spanje gevlucht
was. tot het inzicht moet hebben gebracht.!
dat het ook in Holland Spaansch j
kan toegaan. Afgrijselijk beschilderde kerels!
ontketenden huilsalvo's bij de jeugd, welke
staan allicht conflicten en meeningsver-
schillen en daarbij blijft vooralsnog de
aanwezigheid van „den sterken arm" ge-
wens cht.
Wanneer de optocht eens of meermalen
is bewonderd, treedt, er een periode van
rust in de feestelijkheden in, welke door
de meesten wordt benut voor da verster
king van den inwendigen mesch middels
vele hun daarbij ten dienste staande vloei
bare en vaste bestanddeelen. Tot de laat
ste categorie behoort onherroepelijk voor
den echten Leidenaar hutspot. Wie op
3 October geen stamppot van wortelen,
uien en aardappelen met klapstuk eet,
wordt als stadgenoot niet voor „vol" aan
gezien. Hij, die op het idee zou komen één
week vóór het Leidsche feest alle wortelen
en uien in de omgeving op te koopen, kan
zich op 4 October gevoegelijk uit het zaken
leven terugtrekken: de man is schatrijk.
Maar terzake:: wie gezond van lijf en
leden is, blijft ook in de avonduren van
den 3 Octoberdag niet thuis. Velen begaven
zich Zaterdagavond naar de Stadsgehoor
zaal, waar de derde en laatste opvoering
van de revue ,,'t Is alles hutspot" werd ge
geven en bij welke gelegenheid aan den
auteur Ter Hall een zilveren hutspotje
werd aangeboden; anderen begaven zich
naar den
FEESTAVOND CHR.
VEREENIGING.
ORANJE
De Ohr. Oranje Vereeniging had, ouder
gewoonte, haar tenten opgeslagen in het
gebouw Prediker en hier 'n feestavond be
legd. Zeer velen, w.o. de burgemeester,
waren hier aanwezig.
Het muziekgezelschap Symphonia o.l.v.
den heer Plu zorgde al spoedig voor een
feestelijke stemming, welke tot op het eind
van den avond gehandhaafd bleef.
De samenkomst, die een enthousiast ver
loop had en waarin vaderlandsche liede
ren luide weerklonken, werd met een woord
van welkom door den voorzitter ds. Thomas
geopend.
Direct hierop hield de burgemeester een
korte toespraak, waarin hij allereerst herin
nerde aan de historie van Leiden om dan
met een enkel woord stil te staan bij de
onderscheidene wijze, waarop deze feestdag
wordt herdacht en waarbij spr. gelegenheid
vond om zijn sympathie uit te spreken
voor de Ohr. Oranje vereeniging en het
karakter, dat zij aan een avond als deze
weet te geven.
Ds. J. C. van Apeldoorn, die vervolgens
de feestrede uitsprak, begon met er op te
wijzen, dat wij vandaag toch. feitelijk een
dubbelen verjaardag vieren. Immers deze
dag is de geboorte-dag onzer staatkundige
vrijheid, waaruit is voortgekomen de vrije
republiek der Vereenigde Nederlanden,
maar ook de geboortedag van onze religie
vrijheid, waaruit is ontsproten en opge-
bloeidde kerk der hervorming in ons vader
land.
Is dus het feit, dat Leiden in 1574 niet
viel in Spaansche handen van het grootste
belang en telkenjare onze herinnering
overwaardop zichzelf beschouwd, of ge
zien dan de verstrekkende gevolgen voor
Het Dordrecntsche tamboers- en pijperskorps „Jubal" maakte in
den optocht een kranig figuur, niei alleen door zijn muziek, maar
ook door zijn kranige houding tijdens den marsch.
3—2