EEN GELUKKIG PAAR VOOR DE RADIO WOENSDAG 9 SEPTEMBER 1936 No. 32454 77ste Jaargang DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN TOESPRAKEN VAN DE KONINGIN, DE PRINSES EN PRINS BERNHARD LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIES: 30 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertentles belangrijk lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven 10 ets. porto te betalen, - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijnt per 3 maanden f.2.35 per week f. 0.18 Franco per post t. 2:35 per 3 maanden 4- portokosten.' (voor binnenland f.0.80 per 3 omd.>; FOTO ZIEGLER - DEN HAAG. Een Moeder spreekt over Haar Dochter. Om kwart voor één hedenmiddag zou H. M. de Koningin voor de beide zenders Haar aangekondigde radio-toespraak hou den. Tot groote en blijde verrassing der luisteraars heeft echter niet alleen de Koningin gesproken, doch is ook het woord gevoerd door het verloofde paar. Beiden vertelden hoe gelukkig zij zijn over deze verbintenis en dankten voor de tallooze betui tingen van hulde en sympathie, welke hun reeds ten deel zijn gevallen. Prins Benno sprak in het Nederlandsch, natuurlijk nog met een sterk Duitsch accent, doch hij deed het vlot, met een krachtige, sympathieke en heldere stem, die duidelijk verstaanbaar tot de luisteraars doorkwam. INLEIDING MINISTER DE WILDE. Nadat een koor een tweetal coupletten van het Wilhelmus gezongen had hield minister De Wilde een korte inleiding. Hij zeidc: Nederlanders, landgenooten in het Moederland en de overzeesche ge westen. H. M. de Koningin heeft den wensch te kennen gegeven tot Haar volk in Nederland en de overzeesche gebieden het woord te richten. DE KONINGIN SPREEKT. H. M. de Koningin hield hierna de vol gende toespraak. Ingezetenen van alle deelen des rijks. De bladen hebben u gisteren de blijde tijding kond gedaan van de verloving Mijner Dochter met Prins Bernhard zur Lippe Biesterfeld. In groote en beslissende oogenblikken in Mijn leven en in dat der Mijnen, gevoel Ik Mij meer dan ooit met u nauw verbonden, dank zij uw innig medeleven met ons in lief en leed. Het is voor mij daarom eene diep gevoelde behoefte in dit gelukkig oogenblik, waarop ik, vergezeld van het van blijdschap stra lend verloofd paar voor den zender sta, enkele woorden tot u te richten, opdat gij in ruime mate zoudt kunnen deelen in onze vreugde. Ik kan u niet zeggen, hoe dankbaar ik ben, dat deze verloving er eene is, die uit sluitend berust op beiderzijdsche genegen heid, de beste waarborg voor eene gelukkige toekomst. Het is mij eene voldoening, hieraan te kunnen toevoegen, dat ik de keus mijner Dochter van harte toejuich en eene alles zins verstandige acht, gezien de goede eigen schappen, die mijne aanstaande schoon zoon bezit. Ofschoon hij onlangs eerst den leeftijd van 25 jaar bereikte, heeft hij blijk gegeven, een degelijk en hard werker te zijn. Aan stonds na voltooiing van zijne studie in de rechten in zijn vaderland, heeft hij werk gezocht en gevonden op economisch gebied. Een jaar geleden werd hij te werk gesteld te Parijs en het lag in de bedoeling, de daar aangevangen arbeid en studie te Amster- I dam voort te zetten. Zijn verloven gebruikte hij voor buitenlandsche reizen tot verdere ontwikkeling en bezocht o.a. Nederland en Marokko. Waar het slechts mijne bedoeling is, het verloofde paar bij u in te leiden, wensch ik d i t thans aan het woord te laten komen. Ik besluit met den uit het hart opwellen den wensch, dat Juliana en Bernhard door het smaken van een groot eigen geluk in ruime mate de kunst mogen verstaan, ande ren gelukkig te maken en tot een zegen te zijn en veel, zeer veel voor ons volk in al zijne geledingen te kunnen doen. Daartoe sterke hen God. Ik heb gezegd. FOTO ZIEGLER DEN HAAG. Het nieuwste portret van Prins Benno, gisteren genomen te 's-Graveland, in het Gooi, waar hij met Prinses Juliana vertoefde voordat zij naar Den Haag vertrokken. REDE PRINSES JULIANA. H. K. H. Prinses Juliana sprak als volgt: Hoe kan ik u beschrijven, wat een blij moment het voor mij is, u mijn verloofde voor te kunnen stellen. Ik ben heel gelukkig, nadat wij elkander in den loop van dit jaar in alle stilte heel goed hebben leeren kennen. Het eerst ont moetten wij elkaar in de wintersport, daar na herhaalde malen hier in het land, ten slotte onlangs in de bergen. Geleidelijk aan zijn wij het samen „eens" geworden en wel zeer e e ns. Nu wij vanuit deze stilte plotseling geko men zijn in de feestvreugde te onzer eere gisteren nog geheel onopgemerkt rijdende naar mijn ouderlijk huis nu maken wij uren mee, die onder de mooiste van ons ge meenschappelijk leven gerekend zullen blij ven. Wij staan verrast en overweldigd door Prins Bernhard zur Lippe-BiesferfeH met zijn vader op een wandeling. De vroegere regeerende Vorst en Vorstin van Lippe. De vader van Prins Bernhard, die in Juni 1934 is overleden. wat ons hier wachtte en ik dank u bij dezen hartelijk voor dit alles en tevens voor mijn deel van de tallooze schriftelijke en tele grafische gelukwenschen en het paradijs van bloemen, dat wij hier gevonden hebben, en wat sindsdien nog steeds aangegroeid is. Mijn verloofde wil zich eerst nog eenigen tijd rustig wijden aan de studie van ons land en zijn overzeesche gewesten en die, geleid door zijn persoonlijken aard, speciaal van de economische zijde aanvatten. Wij zijn zoo gelukkig en ontvangen zoo veel blijken van hartelijk medeleven, dat onze grootste wensch is, zooveel mogelijk geluk te verspreiden waar wij de mogelijk heid zullen vinden, dit te doen. Thans zal mijn verloofde eenige woorden tot u spreken. PRINS BERNHARD AAN HET WOORD. Prins Bernhard zeidc het volgende: In de eerste plaats een woord van innigen dank voor de hartelijke ontvangst, welke mij in Nederiand ten deel is gevallen. Ik begrijp natuurlijk volkomen, dat die harte lijkheid in de allereerste plaats de Prinses geldt en niet mij, die voor u een onbekende ben. Maar toch heb ik reeds zoovele harte lijke gelukwenschen ontvangen, dat ik niet kan nalaten, er hier mijn diepgevoelden dank voor uit te spreken. Maar ik wil trachten, mij zoo spoedig mogelijk met mijn toekomstig vaderland vertrouwd te maken. En ik hoop, dat men mij rustig den tijd zal willen laten, om mij hier in allerlei belangen in te werken. Ik hoop, dat wij dan na twee of driemaanden kunnen trou wen. Ik ben heel gelukkig en mijn streven zal er op gericht zijn mijn aanstaande vrouw tot een werkelijken steun in het leven te zijn. In mijne betrekkingen met het Neder- landsche volk neem ik mij voor, mij te Ia- ten leiden door het voorbeeld van dc zoo bijzondere verhouding, welke van ouds be staat tusschen Nederland en het Huis van Oranje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 1