|)e werkeloosheidssteun
aan gemeenten.
iie Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 19 Augustus 1936
Derde Blad
No. 23435
BINNENLAND.
rugkomst van koningin
en prinses.
Vergiftige dampen.
de afwerking van het
primaire wegennet.
Irag van f. 15.730.000 alsnog
aangevraagd.
Gevolgen van het niet in
acht nemen van de veilig
heidsvoorschriften.
de verkoop van vlieg
tuigen naar spanje.
Werk!
uit ned. oost-INDIë.
regenten-conferentie
te batavia.
yTERDAG WEER OP HET LOO.
wij vernemen, ligt het ln de bedoe-
raii H.M. de Koningin en H.K.H. de
om Zaterdag 22 dezer uit het bul-
lod op het Palels Het Loo terug te
VERHOOGING BEGROOTING
URKELOOSHEIDSSUBSIDIEFONDS.
VOOR 1935.
HET ONGEVAL TE DRUTEN.
de Tweede Kamer is Ingediend een
ontwerp tot wijziging en verhooging
de begrooting van uitgaven van het
Booslieidssubsldiefonds voor 1935.
[toelichting wordt o.m. opgemerkt:
de begrooting van uitgaven van het
"Uoosheldssubsidiefonds voor het dienst-
1935 werd onder art. 3 wegens bljdra-
aan gemeenten f. 94.770.000 ultgetrok-
en onder, art. 5. wegens bijdragen aan
eenten 1. 5.830.000; terzake van bijdra-
san gemeenten in de uitgaven wegens
wningen terzake van werkloosheid,
londei deze belde artikelen derhalve ln
ui f. 100.600.000 gevoteerd,
werkloosheidsuitgaven der gemeenten
schreden, tengevolge van toeneming der
Boosheid, de geraamde bedragen. Aan-
sn de werking van dezen factor bij de
aling van het subsidie-percentage tot
ig had, dat dit subsidiepercentage steeg,
alleen hierdoor reeds voor een deel aan
kijk gemaakt kunnen worden, dat de
iTankelijk geraamde uitgaven van het
itloosheidssubsldde fonds overschreden
den. Bovendien echter moest dit per-
tegewijze hoogere subsidie verleend wor-
i in hoogere uitgaafbedragen, zoodat de
mnkelljk voor de gewone bijdrage ge-
inde bedragen niet toereikend waren,
overeenkomstig de voor 1935 geldende
ral gewone bijdragen aan de gemeenten
ïerleenen.
tor de aanvankelijk op f 88.770.000 ge-
mde gewone bijdragen, blijkt thans een
tag van f. 102.000.000 noodig te zijn. Het
lag der extra-bijdragen wordt na onder-
1 van de begrootingen der gemeenten,
roodanlge bijdrage verzochten, nader
naald op f. 8.100.000, terwijl de bijdragen
de kosten van controle op f. 400.000 zUn
nellen.
lede ten gevolge van de omstandigheid,
ia de practijk belastingbedragen alleen
leend worden aan gemeenten wier be
lting, ook na raming van een maximale
!a-bljdrage, niet sluitend is, kon het be-
l der belastingbedragen beperkt bleven
1. 4.400.000.
len slotte zal noodig zen:
oor gewone bijdragen f. 102.000.000; voor
ia bijdragen f. 8.100.000; voor tegcmoet-
lüng in de kosten van controle f. 400.000,
aal f. 110.500.000;terwljl voor deze uit
ren toegestaan was f. 94.770.000; zoodat
Ier wordt aangevraagd f. 15.730.000.
EEVENSMIDDELEN IN NATURA.
rehtkeline van den middenstand bij dc
levering gevraagd.
k heer Stumpel heeft de volgende
irlttelljke vragen gesteld aan den mlnls-
'an sociale zaken:
h het juist, dat bij de voorgenomen
'hging van de steunregeling voor werk-
«n, het tevens in het voornemen der
Wring ligt over te gaan tot uitbreiding
i de verstrekking van levensmiddelen in
Sra?
1 Is het de regeering bekend, dat tot nu
'in vele gemeenten bij die verstrekking
aatura de middenstand bij de distribu
eert uitgeschakeld?
b ook de regeering niet van oordeel,
daardoor aan den toch reeds ln zoo
moeilijkheden verkeerenden mid
land een deel van den omzet is ont-
ten en dat het daardoor veroorzaakte
lfel nu. bij de uitbreiding dier verstrek-
f nog belangrijk grooter zal worden?
h de regeering bereid zoodanige maat-
Wen te nemen, dat ln den vervolge bij
"'strekking in natura de middenstand
™t ingeschakeld en dan tegen een wel
matige, maar toch den arbeid loo-
™e vergoeding, daar het niet-nemen
«zoodanige maatregelen tot gevolg zou
dat steeds meer middenstanders
«strijd om het bestaan zouden moeten
u'en en daardoor op blljvenden steun
Ïkh? overhetd zouden worden aange-
KIÏFVERDRAG NEDERLAND—POLEN.
"dsontwerp tot goedkeuring Ingediend.
hSiend 15 biJ Tweede Kamer een
~™)lwerp tot goedkeuring van het op 9
^[^jchen Nederland en Polen gesloten
:?,I!?c'er'nS schrijft ln de memorie van
dat het op 11 December 1933
^Nederland en Polen gesloten
sband
(Van onzen reisredacteur).
Wanneer de bepalingen van het Veilig
heidsbesluit 1916 maar werden ln acht ge
nomen zouden er heel wat ongelukken
kunnen worcen vermeden. Het ongeval te
Druten, waarbij een schipper ln het ruim
zoodanig door benzol-dampen werd be
dwelmd, dat hij viel en spoedig daarna
overleed, had niet mogen voorkomen, aldus
ir. R A. Gorter, de directeur van het Vei
ligheidsmuseum te Amsterdam, met wlen
wij naar aanleiding van deze laatste ge
beurtenis in een telkens zich manlfestee-
rende reeks van bedwelmingsgevallen een
onderhoud hadden.
Benzol-dampen zijn altijd zeer gevaarlijk
en de grootste omzichtigheid moet erbij
in acht worden genomen. Wanneer een
tank, waarin benzine of een dergelijke licht
verdampende en gemakkelijk brandbare
vloeistof ls vervoerd, geledigd is, blijven de
dampen erin hangen, omdat deze zwaarder
zijn dan de lucht en dus niet omhoog stij
gen. Een open tank kan op deze wijze nog
zeer langen tijd gevaar opleveren. Daarvan
zijn tal van voorbeelden bekend.
Niet alleen Immers dat deze dampen
vergiftig zijn, er bestaat ook groote kans
op ontploffing. Daarom moet men met
werkzaamheden aan benzinetanks van
auto's of motorfietsen ook zoo uitermate
voorzichtig zijn. Een vonk van een slag met
een hamer kan een ramp veroorzaken, om
nog maar niet eens te spreken van gloeien
de soldeerbouten. Men kan met ruimten,
waarin benzine ls geweest, niet omzichtig
genoeg zijn.
Wat iu de tanikschepen betreft, daar
omtrent bevat het Veiligheidsbesluit ver
schillende bepalingen, die bedoeld zijn om
de daarin werkende personen tegen be
dwelming en erger te beschermen. De werk
gever is gehouden deze bepalingen in acht
te nemen, maar daarvan is hier blijkbaar
geen sprake geweest. Trouwens, de werk
gever ls hier zelf het slachtoffer van zijn
nalatigheid geworden, maar het had net zoo
goed zijn knecht kunnen overkomen en
dan rust op hem een zware verantwoor
delijkheid.
Artikel 130 van het Veiligheidsbesluit be
paalt, dat voldoende voorzorgen moeten
worden genomen, opdat de in zulk een
ruimte werkende personen bij bedwelming
onmiddellijk buiten die ruimte kunnen
worden gebracht, zonder dat anderen zich
daarin behoeven te begeven. En artikel 131
maakt daarop alleen een uitzondering voor
het geval de werklieden voorzien zijn van
toestellen, die de inademing van zuivere
lucht of zuurstof waarborgen
Dat laatste kan zoo eenvoudig, verklaarde
ons ir. Gorter. Men moet een soort gas
masker voor het gezicht nemen, maar in
plaats van de prop met desinfecteerende
stof voor den mond, sluit men het masker
aan op een slang, waarvan men het andere
uiteinde buiten de tank laat hangen. Is de
slang te ïang, doordat de tank zeer diep is
en de arbeider een groote bewegingsvrijheid
moet hebben, dan kan een eenvoudig blaas-
balgje voor voldoende luchttoevoer zorgen.
Een model ervan ls in het Veiligheids-
museum aanwezig. Laat men daar eens
komen kijken. Of laten de schippers anders
maar eens beter naar mijn radio-praatjes
luisteren, verzuchtte de heer Gorter.
Het beste ls natuurlijk, de gassen eerst uit
de tank te verwijderen, voordat men erin
gaat werken. De tankschepen van de groote
vaart gebruiken daarvoor ventilatoren, die
electrisch ln beweging worden gebracht en
met kracht frische lucht ln de ruimte
blazen, waardoor de gevaarlijke gassen
worden verjaagd. Of wel men laat het door
groote buizen den zeewind doen. Zulke
Installaties hebben de binnenschippers
meestal niet, maar ze moeten dan ook de
andere veiligheidsvoorschriften in acht
nemen. Die zijn gemaakt ter bescherming
van henzelf en van hun personeel, laten ze
dat toch goed bedenken.
Hoelang die giftige gassen in een tank
blijven hangen, bewijst wel de ervaring op
de groote tankschepen, waar men de rui
men eerst duchtig ontgast en dagen lang
open laat staan, voordat ze worden schoon
gemaakt. Wanneer er dan werklieden ln af.
dalen, komen zij nog vaak onder den in
vloed van de dampen, die er desondanks
achterbleven. Ze vertoonen verschijnselen
van dronkenschap, die na eenigen tijd in de
frissch» lucht weer overgaan.
Zulke gevallen zijn evenwel niet ernstig.
Veel grooter onheilen komen voor. wanneer
de tanks nog vol met het gevaarlijke gas
zitten. Dan is de grootste omzichtigheid
geboden. Het geval te Druten heeft weer
eens bewezen, wat ermee gemoeid ls, wan
neer de voorschriften worden veronacht
zaamd. Menig menschenleven had behou
den kunnen blijven, aldus lr. Gorter, wan
neer de wet en het daarbij behoorende
uitvoeringsbesluit beter werden nageleefd.
sbijlslevi
Koord
een herziening behoefde ln
•net de door het Nederlandsche
en onder de werking van dit
la !>PSedane ervaring.
Bi ilf, .s'Gravenhage gevoerde besprekln-
jjj e.n tot onderteekening op 9 April
km t» bil bet onderhavige wetsont-
soedkeurlng aangeboden tarlefs-
iri-tT" "etwelk in de plaats komt van het
i.,._ eoord van 11 December 1933. Het
to fdrag beoogt in de eerste plaats
ei4T!tndschen handél ln de gelegen-
U »n een fuimer. gebruik te maken
11 in voor den Invoer uit Neder-
Dy, p?len vastgestelde contingenten,
'in8» Ken ls, dat de Invoerrechten in
linlaï?^r de betreffende artikelen, on-
ln 1933 verkregen verlagingen, nog
tni.^fb-ag zal tot 31 Maart 1937 van
Ba ""ben en, behoudens opzegging met
'nieS? van dri€ maanden, stilzwijgend
*d worden.
I waren.
CONTINGENTEERING VLASGARENS.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot regeling van den invoer
van vlasgarens.
In de memorie van toelichting schrijft
de Minister van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart, dat de eenige Nederlandsche
onderneming in dezen tak van industrie in
den laatsten tijd in toenemende mate moei.
lljkheden bij den afzet van het onderhavige
product ontmoette, zoowel ln binnen- als
buitenland. Deze waren van dien aard, dat
het bestaan van dit bedrijf, dat als eenige
onderneming op haar gebied een aparte
plaats in ons geheele industrieel apparaat
inneemt en dat ten aanzien van de werk
gelegenheid niet zonder beteekenis is,
ernstig in gevaar werd gebracht.
Waar het niet mogelijk bleek om de be
trokken onderneming op andere wijze te
hulp te komen en het voortbestaan van
dezen tak van industrie, zooals gezegd, van
belang moet worden geacht, is de Minister
van meening, dat het, nu de invoer een
overmatig karakter heeft aangenomen,
noodzakelijk is de positie van dit bedrijf
op de binnenlandsche markt door middel
van een contingenteering van den invoer
van ongetwijnde garens van vlas eenigszins
te verstevigen.
EEN SYSTEMATISCH EN
ENERGIEK PLAN.
In een adres aan den Minister van Wa
terstaat heeft de K.N.A.C. verzocht bij de
begrooting van het Verkeersfonds voor het
jaar 1937 voor den post Rijkswegen van de
Afdeeling Landwegen van het Verkeers
fonds als verhooging van het gegarandeer
de minimum c.q. op den Kapitaaldienst
een zoodanig bedrag uit te trekken, dat
met behulp daarvan een begin van uit
voering wordt gegeven aan een systema
tisch en energiek plan om het primaire
wegennet in 20 jaren geheel te voltooien.
Bij dit verzoek worden o.m. de volgende
toelichtingen gegeven.
Bij de indiening van het ontwerp-wegen-
belasting i Wet van 30 December 1926) werd
in de Memorie van Toelichting bij een
voorzichtigen flnancleelen opzet gerekend,
dat de aanleg, de omlegging en de omvang
rijke verbetering van de wegen van het
Rijkswegenplan en van de provinciale we
genplanner. zouden kunnen worden vol
tooid in 25 a 30 jaren '1951 a 1956), ter
wijl bij de behandeling in de Tweede Ka
mer door de toenmalige Regeering werd
verklaard, dat deze termijn van 25 a 30
Jaren eenigszins ruim was genomen om
voor eventueele teleurstellingen gevrij
waard te zijn.
Ook bij het Rijkswegenplan 1932 werd
een financieringsplan ingediend, waarbij
zonder versnelden aanleg (voorschotten)
het wegennet van dat plan ln 25 jaren (dus
in 1956) zou zijn afgewerkt, terwijl bij ver
snelden aanleg gedurende de eerste tien
jaren de voltooiing een paar Jaar langer
zou duren.
BIJ dat plan werd er voordeel in gezien
om de uitvoering van verbeteringswerken.
waaraan de behoefte algemeen dringend
wordt gevoeld te versnellen, zelfs krachtig
ter hand te nemen, omdat o.a. daardoor
de wegenbelasting zou toenemen, volgens
een schema, waarbij de mótoriseering in
Nederland zich in 25 jaren zou ontwikke
len tot op een hoogte van in Engeland in
1932.
De grondslagen van het financierings
plan 1932 zijn aangetast door de tempori
seering van de wegenverbetering en door
de instelling van het Verkeersfonds, waar
door eensdeels 'n bedrag v. f. 100 mill, als
bijdrage uit de algemeene middelen voor
de wegenverbetering kwam te vervallen,
anderdeels de belasting op de motorrijtui
gen zoodanig werd verhoogd, dat, zooals
thans reeds is gebleken, van een ontwik
keling van het motorwegverkeer geen
sprake meer is, terwijl tenslotte sedertdien
van het beschikbaar stellen van systema
tische voorschotten voor versnelden aan
leg en verbetering van ons primair wegen
net is afgezien.
Intusschen zijn uit werkverruimingsfond
sen sinds 1934 voor verschillende urgente
werken gelden beschikbaar gesteld; ech
ter geschiedt zulks niet systematisch, maar
incidenteel, omdat omtrent de arbeidsvoor
waarden overeenstemming moet zijn ver
kregen, terwijl bovendien deze fondsen naar
de meening van de K.N.A.C. nog verschei
dene jaren zullen dienen te worden be
schouwd als een middel om den achter
stand in dit werk, die van 1927 t/m 1934
tot niet minder dan 47.6 millioen was op-
geloopen, in te halen.
Immers berichtte de Minister in Novem
ber 1935 op een adres van de K.N.A.C. dat
er naar wordt gestreefd den achterstand,
die op verschillende punten ls ontstaan,
met behulp van gelden, welke door het
Werkfonds 1934 worden voorgeschoten, tot
zoo geringe mogelijke afmettngen terug te
brengen en den aanleg van de groote we
gen, vooral in het centrum van het land,
zooveel mogelijk te bevorderen.
Derhalve bestaat sedert eenige jaren voor
het werk aan de wegen van het Rijkswe
genplan 1932 geen bruikbaar financierings
plan meer, terwijl- ook aan het destijds op
gemaakte tweede vijfjarige werkplan niet
kon worden vastgehouden, waardoor een
gezonde en zuivere basis, waarop kan wor
den gewerkt, ontbreekt.
Volgens de verklaring van den Minister
van Waterstaat in de Eerste Kamer op 19
Maart 1936 wordt overwogen het (tweede)
5-jarige plan (1932 t/m 1936) nog een jaar
langer te doen functionneeren. omdat een
grondige herziening en verbetering van het
wegenplan zeer zorgvuldige voorbereiding
verelscht, ln welk geval er waarschijnlijk
geen gelegenheid zou bestaan een nieuw
werk- en financieringsplan nader te be
zien vóór het Indienen van de begrooting
van het Verkeersfonds voor 1938.
De K.N.A.C. acht het nu van het hoog
ste gewicht voor een economische, veilige
en vlotte verkeersafwikkeling op de wegen,
dat aan den oorspronkelijken opzet van
het wegenverbeteringsprogramma wordt
vastgehouden, waarbij een termijn van 25
30 jaren van 1927 af voor de alge-
heele voltooiing van het net der primaire
wegen werd aangehouden, Hiervoor zou het
noodig zijn, dat op de volgende begrootin
gen van het Verkeersfonds voor de land
wegen een zoodanig bedrag wordt uitge
trokken. dat met behulp van die fondsen
eind 1956 de aanleg en verbetering van de
wegen van het Rijkswegenplan vólgens de
geldende normen kan zijn voltooid.
Zulks wordt mogelijk geacht, omdat ln
de Wet van 6 October 1934 tot instelling
van een Verkeersfonds is vastgelegd, dat
voor aanleg, verbetering of onderhoud van
de bij het Rijks in beheer en onderhoud
zijnde wegen, voor zoover die op een We
genplan, als bedoeld ln artikel 33 of 34 der
Motorrijtuigenbelastingwet, voorkomen, een
bedrag ten minste gelijk aan het 9 5/30
gedeelte van de ten bate van dit fonds
komende opbrengst der motorrijtuigenbe
lasting en van de rijwielbelasting in het
begrootingsjaar, wordt gebracht, terwijl
overigens ook op den Kapitaaldienst even
als voor de waterwegen en de spoorwegen
gelden kunnen worden uitgetrokken.
De financiering van dit programma zou
geenerlei zorg behoeven te baren, omdat
na afwerking daarvan de opbrengsten van
de motorrijtuigenbelasting en de rijwiel
belasting geheel of nagenoeg geheel be
schikbaar komen.
Wellicht is het nog niet mogelijk in ver
band met de voorbereiding der verdere
plannen, voor de begrooting 1937 nauw
keurig vast te stellen, met welk bedrag het
vastgestelde minimum zou moeten worden
verhoogd (ten koste van het „voordeelig
saldo" van de Afdeeling Landwegen van
het Verkeersfonds) om een afwerking van
het Rijkswegenplan-net in 20 jaren te ga
randeeren, maar terzake zou voorshands
met een globale raming kunnen worden
volstaan.
VRAGEN VAN KAMERLEDEN
BEANTWOORD.
„Koopt tandpasta uit eigen land.
Dat geeft meer werk ln Nederland."
„IVOROL" De Nederlandsche tandpasta,
-ggg (Ingez. Med.)
De voorzitter van den Raad van Ministers
heeft geantwoord op vragen van den heer
Schalker ln verband met een poging tot
aankoop van Nederlandsche vliegmachines,
ten behoeve van de rebelleerende Soaan-
sche militairen:
Het ls der regeering bekend, dat een
Spanjaard, zich noemende Morénas begin
Augustus ln Nederland heeft vertoefd en
den 3en dier maand oer vliegtuig van den
gewonen dienst der KX.M met onbekend
doel naar Croydon is vertrokken. TUdens
dat verblijf heeft hü gepoogd een tweetal
vliegtuigen van de Kl.M. te koopen en
naar Spanje te doen vervoeren welke ver
koop door de regeering ls belet.
Op den lOden Augustus bevond Morénas
zich blllkbaar opnieuw ln Nederland en
hit heeft de directie van de K.L.M. te
Schiphol van uit Amsterdam opgebeld met
de vraag, of hij nog vliegtuigen zou kun
nen koopen. Het antwoord oo die vraag
luidde ontkennend.
Daarmee waren de bemoeiingen van de
K.L.M. met den heer Morénas beëindigd.
Voor zoover bij een onmiddellijk na ont
vangst der vragen Ingesteld onderzoek ls
kunnen blijken, vertoeft de bedoelde
vreemdeling niet meer .in Nederland.
In afwachting van de internationale
non-interventle-overeenkomst. waarover
thans door de groote mogendheden overleg
wordt gepleegd, heeft de regeering beslo
ten. voor zoover haar bevoegdheid strekt,
ook te verhonderen. dat tilden/ deze on
derhandelingen burgerlijke vliegtuigen naar
Spanle zouden worden geleverd.
De heer Polak beantwoord.
Minister Collin heeft voorts geantwoord
op vragen van den heer Polak.
Het bericht van AN.P.. waarnaar in de
eerste vraag verwezen wordt, ls. voor zoo
ver het feit van den verkoop van twee
K.L.M.-vliegtulgen aan een Brltsche lucht-
verkeersmaatschapptl betreft, luist. De ver
gunning daartoe werd door de regeering
8 Augustus verleend.
Deze verkoop betrof twee Fokkertoestel
len van het type F 7 b aan de CTilly Air
ways Ltd.. aan welke maatschappij de
KL.M, ook reeds ln het verleden oudere
toestellen had verkocht.
Aangezien de uiteindelijke bestemming
van een vliegtuig, dat naar het buitenland
wordt verkocht, uit den aard der zaak niet
kan worden gecontroleerd, doch er althans
voor moest worden gezorgd, dat de leve
ring plaats had overeenkomstig de trans
actie waarvoor goedkeuring werd ver
leend heeft de reeeering aan de KL.M. de
voorwaarde gesteld, dat de belde vliegtui
gen door Nederlandsche piloten naar En
geland zouden worden gevlogen en daar
door den Brltschen kooper zouden worden
overgenomen, terwlll zij de Nederlandsche
bescheiden, bij de vliegtuigen behoorend,
weder naar' Nederland moesten terug
brengen.
Aan dezen elsch ls voldaan, daardoor
hielden de belde vliegtuigen vanaf het
tijdstip van de aflevering oo van Neder
landsche nationaliteit te zUn en waren zü
overgegaan in het bezit van den kooper.
2 t.m. 4. Zooals uit de beantwoording der
eerste vraag blijkt, is de toedracht eenigs
zins anders geweest dan de vrager aan
neemt. zoodat on deze vragen niet nader
geantwoord behoeft te worden
5. De verkoop van oudere vliegtuigen
aan andere verkeersmaatschapplien is een
normale en veelvuldig voorkomende trans
actie, aan welke de regeering geen hinder
palen in den weg pleegt te leggen Zij vond
ln de omstandigheide dat ln een ander
Europeesch land een burgeroorlog woedde,
geen aanleiding thans den verkoop van de
betrokken twee vliegtuigen aan een bona
fide Britsche verkeersmaatschapoii te be-
moeiliiken. Daar zich ln Engeland vele
vliegtuigen van Nederlandsche herkomst
bevinden, is voorts niet bekend, dat juist
deze belde vliegtuigen een andere dan de
gedachte normale bestemming hebben
gekregen.
6. Het is niet juist gebleken, dat een
Spanjaard bli de onderhandelingen over
den verkoop van deze vliegtuigen betrokken
was.
7 Reeds vóór de vrager zijn vragen tot
de regeering richtte, is een andere onder
handeling over verkoop van vliegtuigen, op
wensch der regeering. afgebroken, aange
zien de kooDer niet als een bona fide ver
keersmaatschapoii kon worden beschouwd
In afwachting van de Internationale non
interventie-overeenkomst. waarvoor thans
door de groote mogendheden overleg wordt
gepleegd, heeft de regeering besloten voor
zoover haar bevoegdheid strekt, ook te
verhinderen, dat tijdens deze onderhande
lingen burgerlijke vliegtuigen naar Spanje
zouden worden geleverd.
Op de handelingen van het stoomschip
Lodewijk zal, zoolang dit vaartuig zich in
Nederlandsche havens bevindt, worden
gelet.
VERLENGING CONTINGENTEERING
INVOER BENZOL.
Bij de Tweede Kamer is Ingediend een
wetsontwerp tot regeling van den invoer
van benzol.
In de memorie van toelichting merkt de
minister van Handel, Nijverheid en Scheep
vaart op, dat de omstandigheden, welke
voorheen tot beperking van den invoer van
het onderhavige product noopten ook thans
haar invloed nog doen gelden.
De voorbereiding van de maatregelen,
welke beoogen de derving van het benzine-
recht door den Invoer van benzol te voor
komen en waarbij zoowel de belangen van
's Rijks schatkist als de belangen van de
betrokken groepen van het Nederlandsche
bedrijfsleven zooveel mogelijk zullen wor
den behartigd, is nog niet zoover gevorderd,
dat thans reeds opheffing der contingen
teering mogelijk ls. Op grond daarvan is
de minister van meentng, dat de onder
havige contingenteering voor een periode
van 6 maanden ongewijzigd dient te wor
den voortgezet.
DE PRIJS VAN DE V.I.T.A.-TARWE.
Werkgevers in het bakkersbedrijf dringen
op verlaging aan.
De Nederlandsche Vereeniglng van Werk
gevers in het Bakkersbedrijf heeft zich tot
den minister van Landbouw en Visscherlj
gewend, met het verzoek ten spoedigste
maatregelen te willen treffen, welke be
oogen den prijs der V.I.T.A.-tarwe zoo
spoedig mogelijk te verlagen met een be
drag als onder de huidige omstandigheden
ls gerechtvaardigd.
Bij een riohtprljs van f. 12.50 in 1931,
welke de boer voor zijn tarwe ontvangt,
bedroeg de V.I.T.A.-priJs f. 16.35, terwijl nu
de richtprijs verlaagd ls, de V.I.T.A.-prijs
slechts met f. 0.60 verlaagd is en thans
f. 15.75 bedraagt. Daardoor kon het land-
bouw-crisisfonds meer baten verkrijgen,
welke met het oog op het landbouwbeleid
der regeering noodzakelijk waren.
Nu echter de graanprijzen op de markt
aanzienlijk zijn gestegen ten gevolge van
mls-oogsten en dergelijke, ls te vreezen,
dat de prijs der a-bloem, welke toch reeds
sedert 1935 met f. 1.25 ls gestegen, nog aan-
zlerflijk verder zal stijgen. Wel ls waar zal
een verlaging van den V.I.T.A.-tarwe-prljs
tot gevolg hebben, dat het landbouwcrisis
fonds Inkomsten derft, doch daar staat
tegenover, dat de prijs der t.c.-tarwe, welke
min of meer samenhangt met den prijs
van het buitenlandsche graan, eveneens
zal stijgen, waardoor het landbouwcrisis-
fonds weer meer Inkomsten verkrijgt. Der
halve kan het mogelijk zijn, aldus wordt
in het adres betoogd de V.I.T.A.-prijs
met een zoodanig bedrag te verlagen, dat
uiteindelijk het landbouwcrisisfonds daar
van geen schade ondervindt.
Afgescheiden daarvan, rijst de vraag, of
niet een verdere verlaging van den prijs
der V.I.T.A.-tarwe noodig is, ten einde de
Nederlandsche bakkerij, die sinds het cri-
sisbeleid slechts verlaging van den brood
prijs heeft gekend, en nimmer de crisis-
lasten heeft kunnen afwentelen op den
consument, tegemoet te komen. Een spoe
dig ingrijpen van de regeering ten aanzien
van den prijs der V.I.T.A.-tarwe zegt
adressante ten slotte zou niet alleen
onder de huidige omstandigheden gerecht
vaardigd zijn, maar is noodzakelijk, wil
niet een belangrijk en geenszins econo
misch slecht gedeelte der bakkerij den
ondergang tegemoet gaan.
HULDE AAN DEN GOUVERNEUR-
GENERAAL.
BATAVIA, 18 Aug. (Aneta) - De regen
tenconferentie, welke thans te Batavia
bijeen is, werd gisteravond voorafgegaan
door een viering van het zilveren Jubileum
van de regentenvereenlglng „Sedio Moeljo".
welke o.a. werd bijgewoond door tal van
autoriteiten met hun dames.
De voorzitter der vereenlging, de regent
van Batavia, hield een redevoering, waarin
hij een overzicht gaf van de geschiedenis
der vereenlging. Spreker wees er op, dat
de bond niet zonder succes heeft getracht
de belangen van het gezag bij de bevolking
te verzorgen. Hij eindigde met den wensch
uit te spreken, dat het H. M. de Koningin
nog lange jaren moge gegeven zijn de lei
ding van het bestuur over deze gewesten
te voeren. Het „Leve de Koningin", dat
hierna door spreker werd aangeheven, vond
alom instemming.
De solrée werd besloten met een frag
ment uit het Soendaneesche epos „Moen-
dinglaja" begeleid met gamelanspel.
Voordat de conferentie ten paletze bij
een kwam, heette de gouverneur-generaal
alle gouverneurs, residenten en regenten
van Java en Madoera welkom, waarin hit
er zijn verheugenis over uitsprak, dat deze
laatste ontmoeting te Batavia kon plaats
hebben, waar daardoor tevens gelegenheid
was de viering van het zilveren jubileum
van „Sedto Moeljo" bij te wonen. Vervol
gens voerden vier regenten van Java het
woord, waarbij zij de toestanden ln hun
regentschappen schetsten, waarna de gou
verneur een resumé gaf van zijn eigen
Indrukken. Dezelfde gang van zaken werd
voor alle provincies gevolgd.
Door d conferentie en door deze be
handeling in het weergeven van den toe
stand, werd de Indruk gevestigd, dat de
algemeene economische situatie en de
voedsel-toestand en op Java en Madoera
niet slecht zijn. Ook al blijven sommige
punten voortdurende de aandacht vragen.
Ook de politieke toestand geeft aanlei
ding tot tevredenheid, waarnaast echter
waakzaamheid geboden blijft.
Na deze formeele besprekingen, greep
een Indrukwekkende plechtigheid plaats,
namelijk de huldiging van den gouverneur-
generaal. Het eerst nam de regent van
Ngawi het woord om den gouverneur-
generaal namens het corps van regenten
hulde te brengen voor het beleid ln de
moeilijke periode, welke thans voorbij is en
welke misschien wel de moeilijkste is ge
weest, ooit door een gouverneur-generaal
meegemaakt.
Ook gouverneur De Vos, sprekende voor
het Europeesche en het Inheemsche bin
nenlandsche bestuur, betuigde hulde aan
den gouverneur-generaal voor het beleid
in deze zeer moeilijke tijden en bracht
hem dank voor zijn steun aan het corps
van bestuursambtenaren en voor het ver
trouwen, dat hij ln deze ambtenaren heeft
gesteld.
De gouverneur-generaal dankte voor de
gesproken woorden, waarbij hij opmerkte,
dat geen offer voor dit land te groot is.
Hij verklaarde, dat het thans bereikte nim
mer zonder den steun en de medewerking
van het binnenlandsch bestuur had kun
nen worden bereikt.
Indië, zoo zeide spr., is elk offer aan
oersoonlijke werkkracht waard. Hij hoopte
dat het zoo zal blijven.
De aanwezigen waren diep getroffen
door de woorden van dank. door den
landvoogd geuit.