DE STRIJD IN SPANJE LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad Vrijdag 14 Augustus 1936 De nationalisten in Noord en Zuid in aanval. BINNENLAND. De exploratie van Nieuw-Guinea. THUS IJS HELPT DE SPINNENDE PRINSES De strijd om Badajoe is nog altijd onbe slist, hoewel het overwicht aan den kant van de nationalisten schijnt te zijn. In het Noorden hebben hun vorderingen gisteren niet veel te beteekenen gehad. De beschieting van San Sebastian, welke gis teren is ingezet, schijnt voorloopig slechts als intimidatie te zijn bedoeld, maar de nationalisten maken zich gereed om de stad ook van de zeezijde aan te vallen. In het Zuiden is generaal Queipo de Llano zijn opmarsch tegen Malaga begon nen. In het Zuiden. De Spaansche minister van oorlog deelt mede, dat de regeeringstroepen zich van verscheidene dorpen meester hebben ge maakt. om. van de dorpen Calahora en Alguacel. waar de nationalisten een artil lerie-stelling in gereedheid brachten. De nationalisten hebben thans een begin gemaakt met hun opmarsch naar Malaga. 600 man geregelde troepen, voorzien van wapenen en mitrailleurs, verder een deta chement artillerie hebben La Linea verla ten en rukken op naar Estepona. Verder zijn 500 soldaten, vergezeld van vracht auto's en ambulances, uit San Roque ver trokken om langs een anderen weg even eens naar Estepona te gaan. Met de bezetting van Malaga zou aan de Spaansche regeeringsvloot in het Zui den de laatste plaats voor ravitailleering zijn ontnomen. Een vliegtuig van de nationalisten heeft op de reede van Malaga den kruiser Jaime I gebombardeerd. Een van de bommen trof doel en beschadigde den voorste ven. Een matroos werd gedood en vijf wer den gewond. Alle schepen in de haven stelden hun afweergeschut in werking, maar het vliegtuig wist te ontkomen. Volgens radio-Sevilla zou de kruiser tot zinken zijn gebracht, doch dit lijkt on waarschijnlijk. In het Noorden. Naar uit het hoofdkwartier van gene raal Mola in Burgos verluidt is thans de verbinding tusschen de noordelijke strijd krachten van Mola en de zuidelijke troe pen van generaal Franco definitief tot stand gebracht. De beide generaals hebben gisteren reeds telefonisch een gesprek kunnen voeren. De artillerie der nationalisten heeft gistermorgen voor de eerste maal het vuur geopend op San Sebastian. Onder de be volking heerschte groote opwinding. De badgasten beginnen te vertrekken. Buiten- landsche kooplieden sluiten hun zaken, die vervolgens in beslag worden genomen. Het verluidt, dat aan de beschieting der stad ook deelgenomen wordt door de aan den kant van de nationalisten strijdende kruiser Almirante Cervéra. Het radiostation van Tenerlfe deelt mede, dat ook de oorlogsbodems Espana en Canarias te Ferrol gereed liggen om op te stoomen naar San Sebastian of Irun, om den aanval te steunen. Boven San Sebastian zijn 2 vliegtuigen verschenen, die vijf bommen hebben ge worpen. Een bom viel in de buurt van een kerk. een andere bij de oude markt. Er is niemand getroffen en slechts materieele schade aangericht. Verder vliegend, hebben de vliegtuigen drie bommen laten vallen op hetvliegveld te Lagarte, op 6 K.M. van San Sebastian, waar versoheidene regeeringsvliegtuigen liggen. Geen daarvan is geraakt. De voorhoede der nationalisten ten zui den van San Sebastian Is gistermorgen eenige kilometers ten noorden van Tolosa opgerukt en bevindt zich thans op een af stand van nog slechts 15 K.M. van San Sebastian. De grens bij Hendaye is door de regee- ringstroepen aan de Spaansohe zijde ge sloten. Niemand mag meer naar Spanje of uit Spanje passeeren. De niet-inmenging. In den Franschen ministerraad heeft de minister van buitenlandsche zaken Delbos medegedeeld, dat Fransche Marokkanen door agenten van het Spaansche vreemde lingenlegioen. dat. zooals men weet. de zijde van den opstand tegen Madrid heeft ge kozen, in Fransch Marokko worden ge worven. Verder maakte de minister het Italiaan- sche antwoord op de Fransche voorstellen tot niet-inmenging bekend De Italianen verlangen, dat in het bui tenland geen inzamelingen worden gehou den. noch vrijwilligers worden geworven voor een van belde partijen in Spanje en dat een internationaal comité van toezicht zal worden gevormd. In Frankrijk kunnen, aldus de minister, inzamelingen niet wettelijk worden verbo den: bovendien ziin deze „meest bestemd voor menschlievende doeleinden, zooals de zorg voor gewonden" Wat de werving van vrijwilligers betreft, verklaarde Delbos. dat dit in Frankrijk niet wordt toegestaan! Men kan Spanjaarden evenwel niet beletten, naar hun vaderland terug te keeren. om zich bii een van beide partijen aan te sluiten. Engeland heeft ten tweeden male te Rome een stap gedaan tot steun van het Fransche voorstel, maar het is blijkbaar niet zoo in bijzonderheden ingelicht over de tegenwerpingen van Italië als Frank rijk. dat de onderhandelingen in hoofd zaak voert. Men is te Parijs nog altijd van oordeel dat een internationaal accoord om aan Spanje geen wapenen te leveren, zoo spoe dig mogelijk dient te worden gesloten en dat de andere kwesties (gelijk de door Italië gemaakte reserves) tot later kunnen worden aangehouden. Tegen het Italiaan- sche denkbeeld van instelling van een comité van toezicht heeft Frankrijk geen bezwaar Ook de Britsche regeering voelt er alles voor zoo snel mogelijk tot een oplossing te komen en begint eenige nervositeit aan den dag te leggen in verband met het uitstel door diverse mogendheden betoond Berichten dat dictatoriaal geregeerde landen de rebellen blijven bevoorraden veroorzaken ofschoon ze officieel niet bevestigd werden zekere ongerustheid en men vraagt zich af of de vertraging van hun antwoorden niet tot op zekere hoogte op berekening berust. Daarom verlangt men sterk de gedachtenwisseling zooveel moge lijk te bespoedigen en het is waarschijnlijk dat Engeland opnieuw zal trachten de be langhebbende regeeringen daartoe te be wegen Een conferentie van talrijke anti-fas cistische organisaties in Europa is te Parijs bijeengekomen ..ter bestudeering van de middelen voor het brengen van hulp aan de Spaansche republiek". De voorzitter van de tweede internatio nale. de Brouckère. verklaarde ter confe rentie o.m. „Wij behoeven niet na te gaan. welke de houdng der regeering moet zijn. aangezien wij hier de regeeringen niet vertegenwoordgen maar de openbare meening". Aan het einde der zitting werd een co ördinatiecommissie benoemd, waarin ver- tegenwoordgers van organisaties uit ver scheidene landen zitting hebben. De socialistische fractie van de Fransche Kamer heeft het volgende communiqué ge publiceerd: „Teneinde de broederlijke gevoelens ten opzichte van het Spaansche volk. dat rond ziin regeering gegroepeerd staat, om de republikeinsche VTüheden te verdedigen, te demonstreeren. besloot de fractie een in schrijving te openen, waarop alle socialis tische kamerleden en senatoren reeds 50 francs hebben gestort" DE TOESTAND TE MADRID. RELAAS VAN EEN NEDERLANDSCHE. Het „Hbld." heeft een onderhoud gehad niet een Nederlandsche dame, die een week geleden nog te Madrid vertoefde, doch thans veilig en wei te Amsterdam vertoeft. Van Guadarrama was zij naar Madrid ge vlucht. Het dagelijksche leven in de hoofdstad was danig veranderd. Alle auto's werden gebruikt ten behoeve van troepenvervoer. Alleen wagens van gezantschappen, voor zien van vlaggen en papieren, en dokters auto's konden nog rijden. Wie niets op straat te maken had, kwam er niet. Vooral tijdens de eerste dagen van den opstand was men zijn leven nimmer vei- lig. Een automobilist, die zijn rechterhand uitstak omdat hij rechtsaf wilde gaan, werd neergeschoten: men had het gebaar voor een fascistengroet aangezien. Een als monarchist bekend staand vooraanstaand ingezetene werd op straat onder de oogen van—zijn- vrouw zonder- vorm - van- proces gedood. Toen een der mannen ook een re volver op de vrouw richtte, zeide de leider: „Neen. dat niet, vrouwen moeten wij respecteeren!" De tram reed nog wel door de straten van Madrid, maar een pretig verkeersmid del was het allerminst. Zoodra de wagen door een straat kwam, waar gevochten werd. wierpen alle inzittenden zich op den bodem van de tram om voor verdwaalde kogels gevrijwaard te worden. Ook wan delaars gingen plat op den grond liggen zoodra er in de buurt schoten vielen. Op bevel van de regeering bleven de le vensmiddelenzaken open. Niettemin was het voedsel er eenige weken geleden zeer schaarsch. Melk krijgt Madrid uit Santan der. doch nu de verbinding met het noor den verbroken wordt, komt er nog maar heel weinig de stad binnen. En wat men heeft aan melk is voornamelijk voor de gewonden. Vleesch is ook bijna niet te krijgen. Wel is er nog brood en meel. De treinen van de Oostkust brachten tot voor kort nog vruchten aan. Op het oogenblik rijden echter ook daar al geen treinen meer. Drinkwater betrekt Madrid uit een enkel bergmeer. Zoodra de rebellen dat in han den hebben moet Madrid zich overgeven. Er heerscht een groote hitte in de stad. Men kan er zonder water niet leven. Als men voedsel wil koopen, moet men er voor zorgen, reeds des ochtends om zes uur in de rij te staan. Wie om negen uur aan den winkel komt, krijgt niets meer. En dan is alles gerantsoeneerd met bon nen, gelijk bij ons in de jaren der mobi lisatie. Het straatbeeld wordt beheerscht door patrouilles roode troepen. die weinig tucht kennen. Huiszoekingen zijn aan de orde van den nacht. Alle hulzen worden door zocht. Vindt men iets verdachts, dan wor den de bewoners meegenomen. Waarheen? Bloedige geruchten doen de ronde. Nie mand kan of durft ze controleeren. Het heet, dat in de parken van het Casa de Camjxi bij tientallen de lijken liggen opgestapeld van personen, die de regee ring vijandig gezind waren. Meegelokt en doodgeschoten zonder eenig pardon. Ook op de begraafplaatsen worden de lijken eenvoudig op een hoop gegooid. En dat in Madrid, ver van de plaatsen, waar de eigenlijke oorlog woedt! De radio klinkt voortdurend luid door de straten van Madrid. Wie een toestel heeft zoo heeft de overheid voorgeschre ven moet het bij het geopende raam plaatsen, opdat de voorbijgangers het ge sprokene hooren kunnen. Er worden voort durend berichten gegeven over de situatie van het land. Erg betrouwbaar zijn die overigens niet. Terwijl wij in El Escorial het kanongebulder dagelijks hoorden na deren, spraken de radioberichten in tegen gestelden zin. Een beeld van de werkelijke situatie kan men zich in de hoofdstad niet vormen. Het inschakelen van een radiostation, dat in handen van de opstandelingen is, is levensgevaarlijk. Niemand waagt het. Er hebben nog dagelijks gevechten plaats in Madrid. Fascisten schieten van de da ken op de roode militiemannen: op straat ontstaan strubbelingen. Een tijdlang is voorgeschreven geweest, dat des avonds de luiken open en de lichten brandende moes ten blijven, opdat men schietende tegen standers onmiddellijk zou kunnen vinden. De regeering deelde daarbij mede. dat de verhoogde electriciteitsrekening niet be taald behoefde te worden DE OVEREENKOMST VAN DEN STAAT MET MIJNBOUW MIJ. NEDERLANDSCH NIEUW-GUINEA. ONDERNEMING MET NATIONAAL KARAKTER. Aan de memorie van antwoord aan de Tweede Kamer inzake het wetsontwerp houdende machtiging tot het sluiten van overeenkomsten als bedoeld in artikel 5a der Indische mijnwet met de te 's-Graven- hage gevestigde N.V. Mijnbouwmaatschap- pij Nederlandsch Nieuw-Guinea, voor de opsporing en ontginning van delfstoffen, in tetTelnen, gelegen in de residentie Mo- lukken, is het volgende ontleend: Met de leden, die de indiening van het wetsontwerp zeer toejuichten, is de minister van oordeel, dat in de ontsluiting van Nieuw-Guinea, welke door particuliere exploratie en exploitatie kan worden be vorderd, een groot nationaal belang is ge legen. Juist in de mogelijkheid om bij gunstige uitkomsten op aannemelijk geoordeelde voorwaarden tot exploitatie te kunnen overgaan, ligt de eenige compensatie voor het wagen van groote kapitaalsuitgaven voor stelselmatig onderzoek van een terrein, waarin tot dusver de aanwezigheid van economisch winbare delfstoffen niet is kunnen worden aangetoond. Men mag niet verwachten, dat de belanghebbenden tot die uitgaven bereid zullen zijn, indien hun niet de gelegenheid wordt geboden, om, door hun pionierswerk over een zeer groote uitgestrektheid uit te voeren, hun kansen op het vinden van loonende ertsafzettingen te vergrooten. Van investatie van landsgel- den in een staatsbedrijf of gemengde on derneming van mijnbouw in Nieuw-Guinea kan, naar de overtuiging van den minister, geen sprake zijn. In antwoord op de vraag, waarom geen grooter aandeel in de winst of zeker per centage van het oprichtingskapitaal in aandeelen is bedongen, wordt er op gewe zen, dat de in het ontwerpcoptract gefor muleerde voorwaarden de' Béste zijn, welke de regeering na langdurige onderhandelin gen heeft kunnen bedingen en dat zij de overtuiging bezit, dat bij verzwaring van die voorwaarden van het plan zou zijn af gezien. Aangezien de ontwikkeling van Nieuw Guinea zonder gelijktijdige uitbreiding der bestuursmiddelen niet denkbaar is en be scherming der particuliere industrie mede behoort tot de normale bestuurstaak, be staat er geen reden, de kosten daarvan op de rechtstreeks belanghebbenden te ver halen. behoudens voor zoover dergelijke uitgaven voortvloeien uit het bijzonder karakter van nog niet aan vaste bedrijfs- centra gebonden opsporingsexpedities. Ook de minister is zich bewust van de gevaren, welke voor dé'autochthone bevol king van Nieuw-Guinea aan een instroo ming van vreemde elementen verbonden zijn. Hij kan de verzekering geven, dat de regeering op dit gewichtige bevolklngsbe- lang doorloopend het oog gevestigd zal houden. Handhaving van het nationaal karakter der onderneming acht ook de minister een op den voorgrond tredend belang. Ter waarborging daarvan dient naar zijn meening niet de weg ingeslagen te worden van nationaliteltselschen voor het bezit van de meerderheid der aandeelen. Overi gens diene, dat alle firmanten, op één na. van de firma Erdmann en Sielcken, Neder landers zijn. De statutaire bepalingen der N.V. Mijnbouwmaatschappy Nederlandsch Nieuw-Guinea, welker wijziging aan de goedkeuring van den Minister van Koloniën is voorbehouden, geven, mede in verband met het van andere zijde reeds in herin nering gebrachte artikel 19 der ontwerp overeenkomst, naar de meening van den minister, voor de handhaving van het nationaal karakter der onderneming vol doende zekerheid. VLIEGTUIGEN NAAR SPANJE. Toestellen waren door Nederland aan Engeland verkocht. Reuter meldt uit Londen: Zes transportvliegtuigen, twee Neder landsche en vier Engelsche, zijn gisteren van Croydon opgestegen met bestemming naar Portugal en Spanje. De „Evening Standard" melc'.t in dit verband, dat twee der toestellen Fokker-machines zijn. drle- motorige vliegtuigen, die in staat zijn 16 passagiers te vervoeren; de andere toe stellen zijn minder groot. Volgens dit be richt zouden 4 der toestellen bestemd zijn voor de opstandelingen en de twee ande re voor de regeering. Het A. N. P. meldt: Naar aanleiding van bovenstaand be richt uit Londen, deelt men ons van be voegde zijde mede, dat deze twee vliegtui gen geen Nederlandsche vliegtuigen meer zijn. De belde machines zijn door de K. L. M aan een Engelsche maatschappij ver kocht en deze verkoop is slechts tot stand gekomen nadat aannemelijk was gemaakt dat deze machines niet aan Spanje of aan Spanjaarden geleverd zouden worden. De Nederlandsche papieren zijn uit de vlieg tuigen gehaald, terwijl het contract door den directeur der Engelsche maatschappij is onderteekend, zonder tusschenkomst van andere personen. Ook moet niet uit het oog worden ver loren, dat bedoelde Engelsche maatschap pij reeds verscheidene malen van de K. L. M. vliegtuigen had overgenomen, welke door eerstgenoemde maatschappij op haar lijnen geëxploiteerd werden. Men achtte het in het geheel niet on waarschijnlijk, dat deze machines inder daad gebruikt zullen worden voor een vaste lijn met Spanje en Portugal. ROST VAN TONNINGEN LID VAN DE N.S.B. Mr. Rost van Tonningen, die met Ingang van 1 October a.s. ontslag gevraagd heeft als financieel vertegenwoordiger van den Volkenbond te Weenen, is thans tot het lidmaatschap van de N.S.B. toegetreden. DE BESTUURSHERVORMING IN DE BUITENGEWESTEN VAN INDIE. Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer. Aan de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer, in zake de wetsontwerpen tot goedkeuring van de besluiten van den G G. van Ned.-Indië tot wijziging en aan vulling van de begrooting van Ned.-Indië voor 1936 is het volgende ontleend: Met de door verscheidene leden gegeven omschrijving van de werkwijze, die thans zal worden gevolgd, namelijk dat de amb telijke en de staatkundige hervorming, waar mogelijk en zooveel doenlijk, gelijken tred kunnen houden, kan de minister zich vereenigen. De bedenking, door deze leden geopperd tegen de voorgenomen splitsing van de landsrekening in uitgaven en middelen van centralen en regionalen aard, schijnt den minister niet op goeden grond te berusten. De splitsing veroorzaakt dus geen drasti scher bezuiniging in eenig gebied, en zij heeft ook niet de strekking om daartoe te geraken. Zij bedoelt slechts het verband zichtbaar te maken tusschen de in elk ge biedsdeel ontvangen wordende middelen, voorzooyer die als van regionalen aard kun nen worden beschouwd, en de daarmede correspondeerende uitgaven; te doen zien in welke mate tusschen deze beide even wicht aanwezig is en daardoor eenerzijds tot beter inning van middelen, anderzijds tot doelmatiger beheer van uitgaven te stimuleeren. Daarnevens is haar strekking, den grond, slag te leggen voor een afdoende regeling van dé financieele verhouding tusschen het Land en de ln sommige gebiedsdeelen te scheppen autonome gemeenschappen. De doorvoering van de bestuurshervor- ming is niet geëntameerd om tot bezuini ging te geraken, doch wel is één van de doeleinden, waartoe zij thans ter hand is genomen, het scheppen van een basis waar op de bezuiniging en versobering, die met of zonder deze hervorming noodza kelijk zijn, kunnen worden bereikt met zoo gering mogelijk nadeel voor het maatschap pelijk en staatkundig leven. Ongetwijfeld zal de wijze, waarop de plannen zullen worden ten uitvoer gelegd, van de grootste beteekenis zijn voor het welslagen daarvan, doch het wil den minister voorkomen, dat die uitvoering, binnen de lijnen van de aan de Staten- Generaal gegeven uiteenzetting der grond slagen, aan de in Indië gezetelde organen in de eerste plaats dient te worden over gelaten. Voor de instelling van vertegenwoordi gende lichamen in den daaraan hier ge woonlijk gehechten zin, komen niet üi de eerste plaats de nieuwe gewesten in aan merking, doch wel de p-oepsgemeenschap- pen, die elk in hoofdzaak één bevolkings groep zullen omvatten. In elk der nieuwe gewesten zal naar be kend is. binnen twee jaar na de instelling van die gewesten aan den gouverneur een adviseerende raad worden toegevoegd. Of schoon zulk een raad geen naar wester - schen trant gevormd vertegenwoordigend lichaam mag worden genoemd, zal een dusdanig college, mits doeltreffend samen gesteld, in een Oostersch land, dat nog niet In de leer der verkiezingsdemocratie is op gegroeid. toch ongetwijfeld een represen tatief karakter kunnen bezitten cn door de bevolking als zoodanig kunnen worden erkend. Op deze wijze zal medezeggenschap ln den zin van vertegenwoordiging der volksbelangen'geleidelijk kunnen groeien DE VOEDINGSTOESTAND VAN SCHOOLKINDEREN. Bij beschikking van den Minister van Sociale Zaken is de commissie, aan welke was opgedragen op korten termijn een voor het geheele land bruikbare methode aan te geven, volgens welke het onderzoek naar den voedingstoestand van schoolkinderen en de verwerking van de verkregen gege vens zal moeten plaats hebben, welke com missie haar rapport heeft uitgebracht, op geheven, onder dankbetuiging aan den voorzitter prof dr. J. Tinbergen te 's-Gra- venhage, aan de leden arts C. L. Deyll te Amsterdam, dr. E. H. J. van der Heyden te Maastricht, dr. J. C. Streng te 's-Graven- hage, en arts G. D. Swanenburg de Veye te Veendam, alsmede aan dr. J. B. D. Derk- sen, die als secretaris heeft gefungeerd, voor de door hen bewezen diensten. BOTERNOTEERING. De commissie-noteëring voor Nederland sche boter ls voor de week van 17—22 Augustus vastgesteld op 62 cents per kilo gram. EENDENHOUDERIJ AAN HET IJSSELMEER. Op de vragen van den heer Kortenhois betreffende het verleenen van credieten aan Zuiderzeevisschers of voormalige Zul. derzeevisschers tot het beginnen of het uitbreiden van een eendenhoudersbedrijf heeft de minister van Waterstaat geant woord In de jaren 1929, 1931 en 1932 zijn aan een 8-tal Zuiderzeevisschers credieten vsr. strekt om een eendenhoudersbedrijf te be- glnnen of uit te breiden. Rekening hou- ciende met de slechte vooruitzichten voor de eendenhouderij en met ongewenschtt uitbreiding heeft de credietverleenlng in- gevolge de Zuiderzeesteunwet voor cen- denhouders zich in de laatste jaren be- perkt tot twee aanvullende credieten van zeer geringe beteekenis. In aanmerking nemende, dat een aan tal niet rendabele eendenhoudersbedrljven door medewerking van de Zulderzeesteun- wet kon worden geliquideerd, is de minis- ter van meening, dat door toepassing van deze wet geen of althans geen noemens waardige uitbreiding aan de eendeneieren- productie is gegeven. DE WIJZIGING IN DE STEUNREGELING Vragen van den heer Sneevliet. Het Tweede Kamerlid, de heer Sneevliet, heeft aan den minister van Sociale Zaken gevraagd of deze bereid ls mede te deelen, of in eenigerlei vorm voorafgaand overleg met de gemeentebesturen heeft plaats ge vonden over de wijzigingen ln de steun regeling. Zijn deze wijzigingen in overeen stemming met de door de geraadpleegde vakcentrales kenbaar gemaakte inzichten! Is de minister, nu uitgegaan is van een maximum uit de publieke middelen be schikbaar te stellen som. bereid een opgave te verstrekken van het totaal bedrag der beschikbare steunuitkeerlngen? Is de minister niet van oordeel, dat de declassee ring van langdurig werkloozen, voor wie een nieuwe loonnorm in die circulaire vastgesteld, neerkomt op het leggen van een moreelen druk, die als onnoodige ver zwaring van het lot der werkloozen gezien moet worden? Wil de minister mededeelen, welk bedrag door den nieuwen maatregel wordt uitge wonnen en welke besparing hij wil ver krijgen door de voorgestelde intrekking van den huurbijslag? Acht de minister het oorbaai', dat de tot dusver uitgebleven algemeene huurverla- ging, althans ten deele, door aantasting van den huurbijslag wordt verkregen? li WETTELIJKE BEPALINGEN IN ZAKE HANDELSAGENTEN. Enkele Eerste Kamerleden stellen in het voorloopig verslag van de commissie van rapporteurs over het ontwerp van wet, houdende wettelijke bepalingen omtrent handelsagenten en handelsreizigers, de vraag waarom zoo geruime tijd moest ver- loopen, alvorens de regeling, in het ontwerp opgenomen, in een min of meer definitie' stadium kwam te verkeeren. Zij meenden namelijk te weten, dat reeds verscheidene jaren geleden de Staatscommissie-Limburg een voorontwerp had gereedgemaakt en dat pas betrekkelijk langen tijd daarna de Koninklijke boodschap, waarbij dit wets ontwerp werd ingediend, volgde. Sommige leden betreurden, dat de ont worpen regeling in zooverre onvolledig is, als daarin geen richtsnoer wordt gegeven aangaande de tijdstippen, waarop tot stond komen de overeenkomsten tusschen den principaal en zijn afnemer, overeenkomsten welke de handelsagent heeft voorbereid. Zij achtten de opneming van een desbe treffende bepaling vereischt. Thans ontstaat rechtsonzekerheid, weixe menigmaal tusschenkomst van den rech ter noodig zal maken. UITBREIDING KORPS LUCHTDOEL- ARTILLERIE. Uitbreiding met een schoolcompagnie Naar wij vernemen ligt het in de bedoe ling van ons legerbestuur het korps lucht- doelartlllerie binnenkort met een school compagnie uit te breiden. Van de vergroo ting van het korps tot een brigade schijn' voorloopig nog niets te komen. N.R.crl 20. Het prinsesje liet zich niet lang smeeken, en stapte v-roolijk op den wagen; men zag, hoewel zij niet mocht spreken, dat zij graag heel veel had willen vragen. Zij kon zich een gemak'lijk plaatsje zoeken op de hooge stapels doeken; Thijs en Paddekwistje zetten zich daar vóór, en toen ging 't heele zaakje er van dcor. De kabouters, die nu achterbleven, hebben hun een hartelijke afscheidsgroet gegeven; zij wulfden met hun mutsen en hun zak doeken en met hun baarden, zoo lang als zij den wagen nog ont waarden. „Nu zullen wij eens zien", zei Thijs, „of Hocus Potten zich wer kelijk nimmer laat bedotten!" 4-8

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 14