De oorlog in Abessynië LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad Donderdag 23 April 1936 Vertraagde opmarsch naar Addis Abeba, Nieuw vertrouwen in de hoofdstad. BINNENLAND. o Abessijnsch succes bij den berg Tarmadir. Volgens de beschikbare gegevens zijn de vooruitgeschoven afdeellngen van de vleu gels van het leger van generaal Grazlani thans Sasabaneh en Daggohmodo gepas- Het zou echter wel kunnen zijn, dat de Italiaansche opmarsch hier, welke voort gezet wordt in de richting van Harrar en Djidjiga belemmerd wordt door de regens, die weer zijn begonnen te vallen. Van het Noordelijk Iront zijn uit Ery- threesche bron geen berichten ontvangen, maar geruchten van dien kant doen de ronde, dat enkele vooruitgeschoven Ita liaansche elementen reeds op 80 K.M. van de hoofdstad zouden zijn aangekomen langs een van de twee wegen, die van Des- sië uit derwaarts leiden. Deze geruchten worden echter van Abessijnsche zijde te gengesproken. waaraan wordt toegevoegd, dat de Abessijnen bezig zijn de wegen naar Addis Abeba ln de lucht te doen vliegen In de bergpassen, welke op een afstand van ruim 150 K.M. ten Noorden van Addis Abeba liggen. Reeds hebben wegen opge houden te bestaan over een lengte van verscheidene honderden meters op een hoogte van omstreeks 3000 meter terwijl de wegen voorts doorsneden worden door bergstroomen, die door middel van explo sies uit hun bedding naar die wegen toe geleld zijn De Abessijnen hebben verder mitrailleurnesten ingericht achter verrolde rotsblokken, teneinde de wegen te kunnen bestrijken. De Italiaansche luchtstrijd krachten bombardeerden deze stellingen echter en hebben ook kleine Abessijnsche afdeellngen, die zij toevallig in het oog kregen, gebombardeerd. De correspondent van Reuter-ANP te Addis Abeba heeft er zich van kunnen overtuigen, dat de kroonprins Asfoe Wos- san erin geslaagd is, nieuw vertrouwen in de hoofdstad op te wekken. De paniek, die ontstaan was door de geruchten over de nadering van de Italianen, is weer ver dwenen, hetgeen o.m. duidelijk blijkt uit de omstandigheid, dat de trein, die uit de hoofdstad naar Djiboeti ls vertrokken, min der passagiers vervoerde dan gewoonlijk. Met dezen trin ls o.m. vertrokken de avla- teur Robinson, de laatste der Amerikaan- sche negers, die Abessynië te hulp zijn ge komen. Voorts had de Amerikaansche mili taire attaché, kapitein Mead ln dezen trein plaats genomen. Omtrent de Abessijnsche overwinning, die behaald zou zijn, worden thans de vol gende bijzonderheden medegedeeld. De Italiaansche troepen hebben ver scheidene stormaanvallen ondernomen op den berg Tarmabir, waarover de voor naamste weg van Dessie naar Addis Abeba loopt over een reeks van hellingen en lus- vormige bochten. Driemaal, aldus wordt verklaard, wisten de gardetroepen van den kroonprins de Italianen af te slaan en hun ernstige verliezen toe te brengen. Bij het vallen van den nacht klommen de Abes sijnen langs de hellingen van den berg en langs vrijwel onbegaanbare geltenpaadjes, waarna zij een onverhoedschen aanval deden op de Italiaansche achterhoede, die op de vlucht sloeg en daarbij een radio installatie en een groot aantal geweren achterliet. Gisteren hebben Italiaansche vliegtui gen een vlucht gemaakt boven Ankober en hier vlugschriften neergeworpen, waarin zij beloven, dat Ankober binnen twee dagen bevrijd zal worden en de Galla-bevolklng vragen geen tegenstand te bieden aan de Italianen. Gisteravond heeft de keizerin den cor respondent van Reuter-ANP bij zich ont vangen en met tranen in de oogen een be roep gedaan op de wereldpers de Abessijn sche zaak ln het licht te willen stellen. Prinses Tsahai vertaalde de oproep van haar moeder in het Engelsch. De Keizerin verzocht de geheele wereld haar land te helpen, zoolang het nog tijd is, op dit bui tengewoon moeilijk oogenblik in de Abes sijnsche geschiedenis. Zij gaf uiting aan haar voornemen tot het uiterste bij haar volk te zullen blijven. Beroep van Abessynlë's keizerin. Nader wordt nog gemeld, dat de keizerin verklaarder „Wij vechten tegen een verschrikkelijke overmacht, doch zijn nog steeds onver slagen. Nog steeds is het tijd voor hen, die de rechtvaardigheid wenschen, een actie te ondernemen om een einde te maken aan den meest onrecht vaardigen oorlog. Vele maanden voor den oorlog heeft Italië troepen, materiaal en munitie en ook gifgas naar de aan Abessynië gren zende gebieden overgebracht, terwijl Abessynië door het embargo dat de mo gendheden hadden opgelegd, het recht werd ontzegd zich voor eigen verdediging te wapenen. Toch was de vijand slechts in staat onze linies te doorbreken en voor- deelen te behalen door de toevlucht te nemen tot het gebruik van de meest dul- velsche aanvalsmiddelen als bijtende en giftige gassen. Zelfs het tegenwoordige lijden van ons, zonder middelen van ver dediging zijnd volk, wekt nog geen mede lijden op. Het tot een aanfluiting maken van plechtig aangegane verdragen be- hoorde een actie tengevolge te hebben van alle andere bij de overeenkomst be trokken partijen, want welke garantie bestaat er, dat een dergelijke verschrik king niet ook spoedig over de steden van Europa kan komen? Slechts een collectieve overeenkomst kan een aanval als waar van wij thans het slachtoffer zijn voor komen. Uitstel van actie op dit beslissend oogenblik verschaft den vijand voordeel". Tot slot deed de keizerin speciaal een beroep op Frankrijk en Groot-Brlttannië om Abessynië te redden. Weer Abessijnsch optimisme? Naar de meening van bultenlandsche militaire deskundigen is het nauwelijks mogelijk te achten, dat de Italianen de Abessijnsche hoofdstad voor midden Mei zullen kunnen bereiken. Men wijst er op, dat de ongunstige ter reinomstandigheden een ernstigen hinder paal vormen. Van Abessijnsche zijde wordt de mill- talre situatie de laatste dagen optimis tischer beoordeeld. Men verklaart, dat het gelukt is, de Italiaansche aanvallen Sasa Baneh en Dagah Boer af te slaan en de pogingen der Italianen, in de provin cie Bali door te dringen, te verijdelen. Dit beteekent een aanzienlijke verbetering der positie van Abessynië. De Italiaansche kosten, Een nieuw bedrag, groot 1.440.500.000 lire, is uitgetrokken voor de buitengewone uitgaven, noodlg voor de campagne in Oost Afrika. De kosten van de expeditie, gerekend van 20 Juni af, bedragen derhalve 8.560.500.000 lire. Vragen in het Engelsche Lagerhuis In het Engelsche Lagerhuis heeft minis ter Eden gistermiddag een groot aantsl vragen beantwoord, die alle den oorlog in Oost-Afrika raakten. Majoor Attlee vroeg of de regeering wist wat de Volkenbond nu zou gaan doen, nu het duidelijk was, dat Italië in militair opzicht de overwinning had behaald. Zou men zich bij die overwinning van den aanvaller neerleggen? Eden verwees naar de resolutie van 20 April te Genève, die de mogelijkheid van verscherping der sancties had open gelaten. De Commissie van Achttien kwam 11 Mei weer bijeen of zelfs eerder, als het wenschelljk zou zijn. Vond de minister dat de bestaande sancties Iets hadden uitgewerkt ten na- deele van den aanvaller, was de volgende vraag. Eden vond van wel en wees op de cijfers van den Italiaanschen handel, maar het was natuurlijk een kwestie van opvatting of de sancties aan hun doel hadden beant woord. Mc. Govern van de onafh. arb. partij vroeg toen of de regeering klachten had ontvangen van de Nederlandsche regee ring over aanvallen op de Nederlandsche ambulance en in het algemeen over Abes sijnsche wreedheden? Eden zei, dat hem niets bekend was van een klacht van de Nederlandsche regee ring. De Abessijnsche regeering heeft in tegendeel alles gedaan om alle ambulances te beschermen. Nopens de beweerde wreed heden moest men onderscheid maken tus- schen daden van indlvldueelen aard en dé aanwijzingen der Abessijnsche regeering, die zich ongetwijfeld aan geen enkele be wuste wreedheid had schuldig gemaakt Maar zelfs als er een enkele wreedheid begaan ware, dan kan dit nog het gebruik van gifgassen niet goedpraten. De minister wilde ziclh echter niet over dat gebruik uitlaten voor de commissie te Genève al het haar ter beschikking ge stelde materiaal had onderzocht. Toen vroeg Granville: „Als het gebruik van gifgassen, zooals waarschijnlijk ik afdoende bewezen zal worden, zou de re geering dan niet op de krachtigste wijze protesteeren door het terugroepen van haar gêzant te Rome?" „Neen" antwoordde Eden „want men moet niet vergeten, dat de geheele Engelsche politiek gedragen wordt door het Volken bondsbeginsel en de collectieve veiligheid. Iedere afzonderlijke daad zou slechts tot helllooze gevolgen leiden". „Maar waarom werd Italië dan niet uit den Volkenbond gejaagd", vroeg een ander arbeiders-afgevaardigde. „Ook dit," antwoordde Eden, „zou ln de tegenwoordige omstandigheden geen nut hebben". CLANDESTIENE BEREIDING VAN BOTER EN MARGARINE. ZIJ NEEMT VOORAL OP HET PLATTE LAND HAND OVER HAND TOE. Het „Vad." deelt een en ander mede over den omvang der productie van huismar garine. Deze wordt reeds geschat op 150.000 kg. per week! De volgende beschou wing over den toestand op het platteland wijst er op, dat men nog verdere verbrei ding van deze practijk moet verwachten. De steeds lagere inkomsten van den plattelandsbewoner nopen den laatsten tijd menig huismoeder tot het nemen van bijzondere maatregelen en één daarvan is vooral het vervangen van de boter die in verhouding tot de gezinsinkomiten veel te duur is door een vetmengsel of ander smeersel, dat belangrijk goedkooper is en toch den indruk geeft dat men zijn brood besmeerd heeft. Kwam vroeger op het platteland het zelfbereiden van boter of margarine slechts sporadisch voor: den laatsten tijd heeft deze clandestiene berei ding zulke groote vormen aangenomen, dat de boterhandel vooral in de provincie ten onder dreigt te gaan. Zoo vernamen wij aldus het blad van enkele handelaren uit de omgeving van Zoetermeer, Benthuizen en andere botercentra. dat hun weekomzet danig ls gedaald, zóó erg zelfs, dat menige boter- handelaar in financieele moeilijkheden dreigt te komen en zijn bedrijf slechts moeizaam kan voortzetten. Een bekend handelaar, die vroeger een week-omzet aan boter haalde van f. 1000 tot f. 1500, zag zijn omzet dalen tot plan. f. 600 en volgens onzen zegsman is dit voornamelijk te wij ten aan de hooge boternoteerlng, welke tot gevolg heeft, dat het plattelandspubliek zelf de bereiding van een soort melange ter hand heeft genomen. Het verspreiden van recepten dienaangaande zelfs door de Commissie van advies voor huishoude lijke voorlichting heeft daaraan zeker geen goed gedaan. Een ander boterhande- laar zag zijn omzet eveneens sterk terug- loopen, met het gevolg, dat hij toen het getij verliep de bakens verzette en zich ging specialiseeren op dén verkoop van ingrediënten, benoodigd voor de vervaar diging van eigen melange, of hoe men het eigen product moge noemen. Dit had tot gevolg, dat zijn normale omzet in cijfers zij het door middel van andere produc ten weder terugkwam. De thans gevolgde boterpolitiek heeft intusschen weder een nieuw beroep in het leven geroepen, n.l. dat van handelaar ln karntoestelletjes. In verschillende dorpen ziet men reeds kooplieden, die vernuftige toestelletjes te koop aanbieden, waarmede de huisvrouw een „smeerseltje" heerlijk cp het brood, vertellen zij er bij, want boter of margarine bereiden zonder vergunning mag immers niet kan maken. Deze toe stelletjes gaan gewoonlijk grif van de hand, doch ook hier is het brood van den één de dood van den ander, want uiteindelijk is het weer de boterhandel, die van dezen handel de dupe wordt. Werd vroeger door bepaalde personen „boter" vervaardigd uit bakkersvet en an dere ingrediënten, deze clandestiene han del is thans geheel verloren gegaan en de ambtenaren van de Crisis-Zulvelcentrale behoeven in die richting dan ook weinig nasporingen meer te doen. Voor deze clan destiene handel is echter een andere han delwijze in de plaats gekomen, die voor den boterhandel vrij wat gevaarlijker is en waarbij het haast ondoenlijk is de over tredingen te achterhalen. Het aantal huis vrouwen, dat vooral op het platteland een eigen smeersel voor het brood bereid, is legio en voor den Opsporingsdienst is het ondoenlijk al die gevallen te onderzoeken en te aohterhalen, omdat de overtreding slechts in heel enkele gevallen naar bul ten bekend wordt. o KON. HOLLANDSCHE LLOÏD. Het onderzoek is nog niet geëindigd. Op schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Drop in zake de Koninklijke Hollandsche Lloyd heeft de minister van Handel. Nijverheid en Scheepvaart het vol gende geantwoord: Besprekingen over het voortbestaan van den Koninklijken Hollandschen Lloyd zijn reeds geruimen tijd aan den gang en du ren nog voort. Een resultaat is nog niet bereikt, zoodat de tijd nog niet is aangebroken om over inhoud en strekking van de besprekingen nadere mededeelingen te doen. Indien de besprekingen leiden tot voort zetting van den dienst, zal daarmede naar alle waarschijnlijkheid geen uitbreiding van het bedrijf gepaard gaan, zoodat de kans op weder in dienstneming van ont slagenen uitermate gering is. Bij de besprekingen is steeds aan de be langen der gepensionneerden en pensioen gerechtigden aandacht geschonken. In hoeverre hiervan resultaat is te verwach ten, kan thans nog niet worden beoordeeld. Het ligt niet in de bedoeling der Regee ring om voor de ontslagenen van den Koninklijken Hollandschen Lloyd afzonder lijke voorzieningen te treffen. o ALG. NED. BOND VAN BOUWARBEIDERS De heer L. v. d. Wal treedt af als bondsvoorzitter. Naar het Volk meldt, zal de heer L. v. d. Wal op 30 April aftreden als voorzitter van den Alg. Ned. bond van bouwarbeiders. Eenlgen tijd geleden heeft de heer v. d. Wal n.l. den leeftijdsgrens van 60 jaar bereikt. Als zijn opvolger wordt candidaat ge steld de hoofdbestuurder G. Klein De openkomende plaats in het hoofdbestuur zal worden ingenomen door den heer A. Veenstra, districtsbestuurder van Fries land. o DE NIEUWE BRUG TE VREESWIJK. Ernstige verzakkingen belemmeren de werkzaamheden. Naar de „Utr. Ct." verneemt, zal de offl- cieele opening van de nieuwe verkeersbrug bij Vreeswijk, welke aanvankelijk bepaald was op 15 Mei a s., veel later geschieden. Verschillende ernstige verzakkingen doen zich voor, welke de werkzaamheden ten zeerste vertragen. GEEN VERLAGING VAN BIERACCIJNS. Voorstel der brouwerijen door den minister afgewezen. In de Commissie van Overleg, welke is samengesteld uit afgevaardigden van den Nederlandsehen Bond van Koffiehuis-, Restauranthouders en Slijters, den Neder- landschen Bond van Werkgevers in Ho tel-, Restaurant-, Café- en aanverwante bedrijven „Horecaf", den Nederlandschen R.K. Bond van Hotel-, Café-, Restaurant houders en Slijters „St. Joseph" en den Bond van Ned. Brouwerijen, is eenstem migheid bereikt over de noodzakelijkheid eener spoedige vermindering van den prijs van het bier per glas en flesch. Die ver mindering moet zoodanig zijn. dat zij zich aanpast aan de verminderde koopkracht van het publiek. Vanwege het groote deel, dat de bier accijns uitmaakt van den bierprijs, kan deze noodzakeijke vermindering van den bierprijs echter niet tot stand worden ge bracht zonder een aanmerkelijke verla ging van den bieraccijns. Ten einde het budgetair bezwaar van den minister van Financiën op te heffen en daar de ministerieele raming van de opbrengst van den bieraccijns in 1936 83 pet. bedroeg van die in 1935, heeft de Bond van Nederlandsche Brouwerijen op 28 Februari jl. het navolgende voorstel gedaan aan de regeering. Aan een met ingang van 1 Mei a.s. in te voeren bieraccijnsverlaging tot het niveau, als vóór de laatste verhooging gold. wat neerkomt op een verlaging van 60 pet. van den tegenwoordlgen bier accijns. wordt de voorwaarde verbonden, dat Iedere brouwerij van dien datum tot en met 31 December 1936 boven den door haar in die periode verschuldlgden, ver laagden bieraccijns een zoodanig bedrag zal bijpassen, dat het totaal (verlaagde bieraccijns, vermeerderd met het bijge paste bijdrag) gelijk zal zijn aan 83 pet. van hetgeen zij in dezelfde periode van 1935 aan bieraccijns betaald heeft. De brouwerijen zullen dan per 1 Mei a.s. de noodzakelijke bierprijsverlaging invoeren door den bierprijs te verminderen met een grooter bedrag dan de accijnsverla ging reeds toelaat. De totaal-prijsverla ging wordt dan grooter dan overeenkomt met de bieraccijnsverlaging. De omzet zal daardoor geleidelijk op een zoodanig peil komen, dat de accijns opbrengst in 1937 op een reëele en stabiele basis zal kunnen steunen. De fiscus krijgt de garantie, dat de opbrengst in 1936 overeen zal stemmen met de raming, voor komende op de begrooting van dat jaar. Bij dit voorstel hebben de bij den Bond van Nederlandsche Brouwerijen aangeslo ten brouwerijen zich dus bereid verklaard om een offer voor één maal in den vorm eener accijns-opbrengstgarantie te bren gen. Bovendien verklaarden zij zich be reid tot een dusdanige prijsvermindering, dat daaruit voor haar een blijvende op brengstvermindering per liter bier het ge volg zou zijn. Tot deze blijvende prijsopof- fering verklaarden de aangesloten brou werijen zich bereid, aangezien tengevolge van de beoogde prijsverlaging aangenomen mocht worden, dat een einde zou komen aan de voortdurende daling van den bier- verkoop en misschien verwacht mocht worden, dat die verkoop zou stijgen tot het niveau van 1934. Bij dit voorstel heeft de Bond van Ne derlandsche Brouwerijen er den minister opmerkzaam op gemaakt, dat er een mo gelijkheid was om die brouwerijen, die het offer niet wilden brengen, daarvan te ont lasten door te bepalen, dat voor dusdanige brouwerijen de verlaging eerst zou ingaan op 1 Januari a.s. Op dit aanbod der brouwerijen heeft de minister van Financiën geantwoord, geen aanleiding te kunnen vinden om de tot stadkoming te bevorderen van de hierbo ven geschetste regeling. Deze afwijzing doet de hoop op een spoe dige bieraccijnsverlaging verdwijnen. Aan j de algemeen bestaande hoop op een flinke prijsverlaging, een prijsverlaging, welke de afnemers zou kunnen helpen en waar voor de brouwerijen allen steun, die van haar verlangd kon worden, hebben aange boden, ls thans de bodem ingeslagen. Nu het doel niet bereikt is, dreigt weer de sluiting van bedrijven en de daaruit i volgende toeneming van werkloosheid in versterkte mate. o TERUG NAAR OUDE TIJDEN? Wederinvoering van tollen. De commissie van beheer uit de gemeen tebesturen van Heerenveen, Opsterland, Smalllngerland en Tietjerksteradeel voor den weg Heerenveen—Drachten—Bergum Quatre Bras, heeft te Beetsterzwaag ver gaderd en besloten, bij de Kroon een con cessie-aanvrage in te dienen voor weder invoering van de zeven tollen op dezen weg. In 1928 zijn de tollen, uit de op brengst waarvan het onderhoud van den weg werd bekostigd, opgeheven, nadat van het Rijk de toezegging was verkregen, dat de weg op het rijkswegenplan zou worden gebracht en grondig verbeterd zou wor den. Van deze verbetering is tot dusverre niets terechtgekomen en de commissie ziet geen kans met de geringe haar ten dienste staande gelden den weg in een behoor lijken staat te houden. Daarom heeft zij thans besloten, de tol len op dezen weg weer in te voeren. o PROEVEN MET OVERSTEEKPLAATSEN VOOR VOETGANGERS TE DEN HAAG EN ROTTERDAM. In antwoord op een door haar gedaan verzpek ontving de K.N.A.C. van het ge meentebestuur van Den Haag bericht, dat bij den hoek Westeinde-Jan Hendrikstraat bij wijze van proef oversteekplaatsen of overgangen voor voetgangers zullen wor den aangebracht. Bovendien wordt over wogen om op bepaalde punten, waar ge bruik wordt gemaakt van verkeerslicht- Installaties, oversteekplaatsen voor voet gangers ln te richten. Te Rotterdam zijn volgens mededeeling van het gemeentebestuur eenlgen tijd ge leden op enkele drukke punten in het centrum der stad nJ. op het Hofplein en het Slagveld speciale oversteekplaatsen voor voetgangers aangewezen, zoodat ln de door de K.N.A.C. gewenschte richting reeds een proef wordt genomen. Mocht deze proefneming gunstige resultaten op leveren, dan zal het aanbrengen van meer dergelijke oversteekplaatsen op andere, daarvoor in aanmerking komende punten worden overwogen. BEZOEK BELGISCHE SCHOOLGROEPEN AAN NEDERLAND. Betreffende het reeds aangekondigde bezoek van Belgische schoolgroepen aan Nederland van 25 tot 28 April a.s. wordt ons nog het volgende gemeld: Van Belgische zijde ls alles gedaan om de deelneming aan de algemeene school reis van het Belgisch middelbaar onder wijs naar Nederland zoo groot mogelijk te doen zijn. Het resultaat kan, de tijdsomstandighe den ln aanmerking genomen, alleszins be vredigend genoemd worden. Aan den tocht zullen ongeveer 425 personen deel nemen. Het reisplan omvat bezoeken aan Rot terdam. Den Haag, Schevenlngen, Amster dam, de Zuiderzeewerken, Haarlem en de bollenvelden bij Hlllegom. o DE HEER FENTENER VAN VLISSINGEN ZIET DE TOEKOMST MET VERTROUWEN TEGEMOET. De veranderende inzichten ln de ver schillende landen, waarbij de noodzake lijkheid van vrij handelsverkeer meer en meer wordt gevoeld, deden den heer Fen- tener van Vlisslngen, voorzitter van de Internationale kamer van koophandel, in een rede te Alkmaar tot de conclusie ko men, dat men de toekomst met vertrou wen tegemoet kan zien. Deze rede, han delend over de vooruitzichten in het In ternationale ruilverkeer, werd door den heer Fentener van Vllssingen gehouden aan een lunch, welke door de kamer van koophandel voor Hollands Noorderkwar tier aan de leden der kamer en de leiders van grootbedrijven ln haar district was aangeboden. >0 BEGRAFENIS VAN MR. DR. C. W. MARIS. Onder groote belangstelling ls gister middag op de begraafplaats „Moscowa" te Arnhem het stoffelijk overschot van mr. dr. C. W. Maris, in leven president van het gerechtshof te Arnhem, ter aarde be steld. De plechtigheid werd o.m. bijgewoond door den commissaris der Koningin ln de provincie Gelderland, mr. S. baron van Heemstra, den burgemeester van Arnhem, H. P. J. Bloemers, dr. A. R. Zimmerman, oud-burgemeseter van Rotterdam, mr. W. F. Bijleveld, vice-president van het ge rechtshof te Amsterdam en vele andere leden van de rechterlijke macht en van de balie. Een aantal sprekers heeft aan de groeve het woord gevoerd, waarna een zoon van den overledene een woord van dank sprak voor de laatste eer aan zijn vader be wezen. o U. M. DE KONINGIN EN H.K.H. PRINSES JULIANA NAAR GOERREE EN OVERFLAKKEE. Zaterdag a.s. hoopt H. M. de Koningin met H. K. H. Prinses Juliana, vergezeld van den commissaris der Koningin van Zuid-Holland, jhr. mr. dr. H. A. van Kar- nebeek, een bezoek te brengen aan de Zuld-Hollandsche eilanden Goerree en Overflakkee. Het hoofddoel van dit bezoek zal het ziekenhuis te Dlrksland op Over flakkee vormen. —o DE ONTSLAGEN BIJ KWATTA VOORLOOPIG OPGESCHORT. De directie der „Kwatta"-fabrleken te Breda heeft na onderhandelingen met de drie vakbonden der werklieden de ont slagen, welke in verband met de vervan ging door jongeren, waren aangezegd, voorloopig opgeschort. Voor deze kwestie zal intusschen de be middeling van den rijksbemiddelaar wor den ingeroepen. SCHOUT BIJ NACHT PULLE 80 JAAR. De gep. inspecteur van den geneeskun digen dienst der zeemacht, schout bij nacht A. W. Pulle wordt Woensdag 29 April a.s. tachtig Jaar. De jubilaris zal op dien dag niet ln Den Haag aanwezig zijn. AFSCHEID VAN GENERAAL-MAJOOR S. G. N. NAUTA PIETER. Gistermiddag heeft de generaal-majoor S. G. N. Nauta Pieter, commandant van de tweede divisie, die den militairen dienst met pensioen verlaat, in de Willems kazerne te Arnhem afscheid genomen ran de officieren van den plaatselijken staf en v.an het achtste en negentiende regi ment Infanterie, alsmede van de reserve- officieren, die tijdelijk onder de wape nen zijn. Generaal Nauta Pieter heeft de verza melde officieren toegesproken en ver klaard, dat hij met voldoening op den militairen dienst zou terugzien. Overste C. D. Nlehoff, commandant van het achtste regiment infanterie, sprak namens de officieren woorden van af scheid en dankte den vertrekkenden gene raal voor de prettige wijze, waarop hij steeds leiding had gegeven. VERHOOGING BEGROOTING STAATSMUNTBEDRIJF 1936. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging en veriiooglng van de begrooting van het staatsmmntbedrijf voor 1936. Het beoogt het maken van een kluis- kelder op de binnenplaats van het voor gebouw van 's Rijksmunt, met lift voor het vervoer van -materiaal. De kosten zijn f. 30.000. o VERSPREIDE BERICHTEN. Bij K. B. is mr, dr. Augustdnus Ber- nardus Gijsbertus Maria van Rijckevorsel, commissaris der Koningin in de provin cie Noord-Braba' t, wonende te 's-Herto- genbosch, met a-1 zijn wettige afstamme lingen ln den Nederlandschen adel ver heven, met de praedlcaten van jonkheer en jonkvrouw. Gemeld was, dat de sigarenfabriek der N.V. Gulden Vlies te Reusel was stop gezet. Dit ls, naar de directie ons meldt, niet volledig, want wel is deze fabriek stopgezet, doch het personeel, ten getale van ruim 170 personen, wordt met ingang van 27 April overgeplaatst naar de fabriek te Tilburg. HET AANTAL ARBEIDERS IN DE MIJNEN. Het totaal aantal arbeiders der geza menlijke steenkolenmijnen in Limburg be droeg op 1 April: ondergronds 18.697, bo vengronds 10.138. De totale netto-productie der gezamen lijke steenkolenmijnen ln Limburg be droeg gedurende Maart 1.015.197.739 ton steenkolen. Het aantal werkdagen, waarop het be drijf gedurende Maart regelmatig werd uitgeoefend bedroeg bij de onderscheidene mijnen: Dominlale mijn: 22. Mijnen Laura: 22. Oranje-Nassau mijn 1, 2 en 4 18. Oianje-Nassau mijn 3 21. Mijnen Willem-Sophia: 18. Staatsmijnen in Limburg: 22. GLASFABRIEK LEERDAM. De directie der glasfabriek LeerdMJ heeft gisteren voorloopige surseance vas betaling aangevraagd. Intusschen zijn ae besprekingen nog niet geëindigd. o UIT NED. OOST-INDIE. AANLEG NIEUWE WERKEN. PALEMBANG, 23 April (Aneta). Toege staan is f. 55.000 voor den bouw van een brug over de Ogan bij Batoeradja. Deze brug zal een der voornaamste scha kels worden voor de toekomstige wegver binding Lampongs-Palembang. Verder is toegestaan f. 199.500 v°°r gemoet-koming ln den afkoop van ie rendiensten, tot een bedrag van f.1. per dienstplichtige over het eerste uau

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 10