PRESTO RIJKSPENSIOEN VOV Het Duitsche antwoord aan de Locarno-mogendheden LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad Woensdag 1 April 1936 Hedenochtend overhandigd ZEEPPOEDER SPORT. DE ONTWIKKELING VAN 'T GEWETEN, PSYCHOLOGISCH BESCHOUWD. Voordracht van prof. Carp voor dc theologische studenten. Op uitnoodiging van de faculteit van theologische studenten heeft gistermiddag prof E. A. D. E. Carp, hoogleeraar in de psychiatrie aan de Leidache Universiteit, een voordracht gehouden over bovenge noemd onderwerp. Wanneer men. aldus spr.. als psycho loog over het geweten spreekt, als psycho therapeut telkenmale weer bij zijn patiën ten in aanraking komt met de onanbbel- zinnige uitingen tran datgene, wat als een categorische imperatief in het geestes leven werkzaam pleegt te zijn, dan komt men tot de vraag, vanwaar komt die innerlijke stem, aan welks aandrang de mensch zich zoo moeilijk kan onttrekken? Uit den aard zal de theoloog en de philo- soof op deze vraag een ander antwoord geven dan de psycholoog, of beter gezegd, de beide eersten zullen gezichtspunten van een andere orde ln hun denken betrekken en op deze in de allereerste plaats den nadruk leggen. De psycholoog althans zooverre hij tevens de behoefte aan een Geloofsover tuiging in zich voelt ziet den mensch eveneens als een schepping Gods, met vrijen wil, met een hem immanenten drang tot zelfbehoud, zelf-ontplooilng, zelf-vervolmaking en zelf-overgave. Daar naast ziet hij den mensch als een persoon lijkheid met een eigen indlvidueel-ver- schtllende structuur, met 'n eigen geaard heid, met driften van zeer verschillenden aard. met een eigen temperament, met verschillende geestelijke vermogens en functies, ma.w. als een organisme Hij ziet de menschelijke persoonlijkheid als een organisatie van functies en denkt door deze beschouwingswijze wellicht te gera ken tot een mechaniseering van het geestesleven. Vooropstellend dan, dat de klem van het geweten reeds in het menschzijn ligt opgesloten en slechts op ontplooiing en ontwikkeling wacht, wilde spr. de vraag behandelen, langs welke wegen en op welke wijze deze ontwikkeling kan plaats vinden. De beantwoording van deze vraag achtte spr belangTijk, daar in het ant woord noodwendig opgesloten liggen die gezichtspunten, welke mede ten grondslag liggen aan het therapeutisch handelen van den arts, terwijl zij ook den geestelijken leidsman in zijn taak kunnen helpen. Wanneer reeds op zeer vroegen leeftijd het bewustzijn eener geestelijke buitenwe reld zich heeft afgescheiden van het be wustzijn eener geestelijke binnenwereld en beide kenwerelden onderscheiden wor den beleefd, dan roept deze onderschei ding een drang tot aanpassing op. Het zijn allereerst de levende objecten uit de on middellijke omgeving, welke deze aanpas sing wagen. Deze aanpassing kan worden verkregen in twee uiterste vermen. nJ. door overheersdhing en door onderworpen heid. Het is aannemelijk, dat in het leven van het jonge menschenkind wel in de eerste plaats aan de moeder aanpassing zal worden gezocht en gevonden. Spr. gaat vervolgens de ontwikkeling van de primitieve gswetensfuncties na en betoogt, dat een goed geleide Ontwikkeling op ouderen leeftijd aan de persoonlijkheid de gelegenheid zal bieden tot nadenken en tot het beluisteren van de stem van het geweten, alvorens tot een overijlde hande ling of tot een besluit wordt overgegaan. NadeT doet spr. dan uitkomen het ver schil tusschen dressuur en opvoeding en weidt dan uit over de werkelijke zelf- ciitiek. welke ontstaat door verinnerlijking van waarde-bepalingen welke zich hier van grcotendeels hebben losgemaakt. Tegelijk met de ontwikkeling van de functie 'der innerlijke waarneming en het ontstaan van een bewustzijn van het eigen Zelf, komt ook reeds een primitief waardeoordeel aangaande het eigen Zelf tot stand. Waarnemen is ook: beoordee- len en zeker gaat aan elk oordeel een waarde-oordeel gepaard, dat aanvanke lijk wel onder een meest primitieven vorm, n.l. als lust-om-lust-waardebepa- ling zich zal openbaren. Het moederlijk gebod of verbod wordt langzamerhand een gewetensfunctie. Naast de moeder- resp. vader-figuur zuilen ook andere Ik-vreemde persoon lijkheden uit de naaste omgeving, op school en elders, alle tot de verdere ont wikkeling der gewetensfunctie bij het jonge kind bijdragen. De verinnerlijking, welke hierdoor ontstaat en welke in zekeren zin tot een vorm van vereenzel viging wordt, vindt wel voornamelijk plaats onder invloed van positieve ge- voelsbetrekkingen. En hier is de grens van hetgeen de dressuur vermag en het geen werkelijke opvoeding voor de ver- cere ontwikkeling van het geweten beteekent. Eerst door vereenzelviging verandert de kern der persoonlijkheid en vloeien Ik cn geweten ineen. Eerst dan werdt de uitwendige drang der dressuur tot een lnwendigen dwang, tót iets Ik- clgens Spr. komt dan tot behandeling van den vorm van phantasieleven, welke zich richt naar het beleven van Ik-idealen en welke van het grootste belang is voor de ontwikkeling der gewetensfunctie. Ik- idealen zijn tijdens de ontwikkeling van het geestesleven van den mensch aan vele wisselingen en veranderingen onder hevig, maar steeds geven zij een zekere richtlijn aan de persoonlijkheid en zijn als zoodanig van bijzondere beteekenis.. In dit verband noemt spr. het eminente belang van het godsdienstonderricht reeds voor jonge kinderen. Natuurlijk behoort dit onderricht aangepast te zijn aan den geestelijken ontwikkelingsgraad van het kind en langzamerhand zullen de verschillende figuren voor het kind een richtsnoer zijn voor zijn verhouding tot zijn omgeving. Eerst wanneer het Gods-besef zich aan het kind opdringt wordt aan het Ik de beteekenis van de gewetensfunctie dui delijk en komt hiermede deze functie voor het Ik tevens od een hooger plan. Het weten, dat zich tot een dusdanig olan heeft ontwikkeld, heeft dan naast en boven de verinnerlijkte personen van de eigen opvoeders een verinnerlijking van den GoddeUiken wil verkregen. De waar debepaling. de critiek. welke het geweten uitspreekt over het Ik dat met een besef van eigen vrijen wil handelt en oordeelt, wordt van nu af door het eigen Ik ge voeld als een onverbiddelijke boven alles verheven en hierdoor zoo beklemmende macht. Men kan derhalve zeggen, dat de mensch in de stem van zitn geweten Gods wil beluistert. En hierdoor wordt de ge wetensfunctie dan ook tevens een bedrei- VERZEKER U THANS EEN RAAD VAN ARBEID EN SLUIT EEN 1834 (Ingez. Med.) ging van het Ik. dat in deze waarschu wende of veroordeelende stem een ver breking van den gemeenschapsbond met God vreest. Spr. behandelt vervolgens de z.g be staansdrift. utingsvorm van elk levend organisme, In één kernmerkend opzicht onderscheidt zich deze drift bij den mensch van die van het redelooze dier. n.l. door de behoefte zich het Ik-bestaan boven het vitale aardsche Ik-bestaan uit te denken. Het is de overtuiging van het bezit eener onsterfelijke ziel. welke de I menschelijke persoonlijkheid tot een ge heel andere beschouwing en waardebepa ling van het Ik-bestaan brengt. De be staansdrift in de menschelijke persoonlijk heid streeft derhalve niet slechts en zelfs niet in de eerste plaats naar het behoud en de ontplooiing van het vitale, maar bovenal naar een sucra-vitaal Ik-bestaan. Dit is echter onverbreekbaar verbonden met het geloof in een Opperwezen en een g-mcenschap met het Opperwezen. Na in grove trekken de ontwikkeling van de gewetensfunctie geschetst te hebben, zooals deze zich van psychologisch stand punt voordoet, maakte spr. nog enkele opmerkingen betreffende den samenhang van deze functie met het driftleven der persoonlijkheid haar geaardheid, haar temperament cn tenslotte met haar intel ligentie. Scr. besloot tenslotte met enkele bemer kingen over den invloed van den ver- standeliiken aanleg od de ontwikkeling van het geweten. Zoo zijn het wei verschillende facetten van de vee'-eenheid welke de psycholoog tezamen vat onder de benaming van de menschelijke persoonlijkheid en welke alle medehclpen aan de ontwikkeling van het geweten. Een antwoord op de vraag naar den oorsprong van het geweten, moet de psycholoog echter schuldig blijven: niet als psycholoog, maar als geloovie mensch er kent hij bij het stellen van deze vraag het bestaan van een Hcogere Macht, van welke hU de weerklank in het eigen ge weten beluistert. o LEZING VAN DR. F. C. BURSCH. AVONDTEEKENSCHOOL VAN DEN NED. R.K. VOLKSBOND AFD. LEIDEN. De Midöencuropccschc elementen in de Mykeensehe beschaving. Gisteravond hield dr F. C. Bursch, wetenschappelijk assistent bij het Rijks- museum van Oudheden, in genoemd museum de laatste van een reeks archaeo- lcglschc voordrachten in dit seizoen. Dc Mykeensehe beschaving, aldus spr., is de eerste uiting van den Europeeschen geest, die in het licht der historie valt. Dit Is het groote belang van deze cultuur, die op tal van plaatsen op het Grieksche vasteland wordt aangetroffen. Wat haar kunst betreft, staat zij sterk onder Kre- tensischcn invloed, doch meer en meer geeft zij ons daartegenover ook haar eigen karakter bloot. Spreker toont dit nader aan met behulp van lichtbeelden. Moet dus aangenomen worden, dat de Mykeensehe beschaving een andere oor sprong heeft dan de Kretensische. dan geldt het, deze nu na te sporen. In de vroeg-Helladische periode ls nog duidelijk invloed uit Klein-Azië zichtbaar, doch dit verandert op slag bij den aanvang van het middel-Helladische tijdvak, omstreeks 2000 voor Chr. Uitteraard treden deze verschillen het duidelijkst aan het licht op die punten, waar de Kretensische in vloed het geringste was. Spr. gaat nu verder na, waar in mid den-Europa analoge verschijnselen op treden en komt dan tot de slotsom, dat er daar drie verschillende, doch deels samenhangende stroomingen zijn, die ten slotte ln de Mykeensehe cultuur uitmon den en die dus als componenten ervan zijn op te vatten. Zoo meent spr. te kunnen aantoonen, dat de dragers der Mykeensehe bescha ving, die in onlangs te Bogasköi gevonden documenten reeds Achaeers worden ge noemd cn dus al Grieken waren, oor spronkelijk uit Midden-Europa stamden. Ook de verspreiding der voor-Grieksche plaatsnamen leert ons. dat degenen, die omstreeks 2000 v. Chr. Midden-Grieken land binnendrongen, reeds de eerste Grie ken genoemd mogen worden. Ook in ons land worden vertegenwoor digers gevonden dezer stroomingen, even als in vele andere landen van Europa. Welke van deze drie samenstellende ele menten der Mykeensehe cultuur nu verantwoordelijk te stellen is voor de ver breiding van het Grieksch. dat is heden nog niet met volle zekerheid te beslissen, ook al heeft men zijn vermoedens. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Nieuwe inschrijving: W. Plu, Pakhuisstraat 2 hoek Leven daal, Leiden; lood- en zinkwerker en sanitair. Eigenaar W. Plu, Leiden. Wijzigingen: Nlc. van Weesel's Loodgietersbcdrijf, Ververstraat 30, Leiden. Uittr. eigenaar Nlc. van Weesel. dd. 7 Maart 1936. Wijz. handelsn. in W. Plu, Naamlooze Vennootschap „Metselbe drijf", Levendaal 43, Lelden. De statuten zijn gewijzigd. Handelsnaam thans N.V. „Metselbedrijf". P. Wey, Jan Vossensteeg 75/77. Leiden. Winkel in geregelde en ongeregelde goe deren. Nieuwe eigenaresse H. A. M. E. Vogelaar, wed. van P. Wey. N.V. voorheen M. van Dop's Bouw bedrijf, Papelaan 200. Voorschoten. Kan toor verplaatst naar Nootdorp, alsmede woonadres directeur M. van Dop per 1 April 1936. o ERNSTIGE VAL. Gistermorgen is de 22-jarige wielrijder A. van E. op den Maresingel met zijn racefiets ln de bocht geslipt, waardoor hij met het pedaal den trottoirband raakte en omsloeg De jongeman werd in zorg- wekkenden toestand naar het Academisch Ziekenhuis overgebracht, waar bleek, dat hij een gecompliceerde schedelfractuur had bekomen, terwijl de linkerschouder en verscheidene ribben werden gekneusd. Uitreiking van diploma's. Gisteravond zijn aan de daarvoor in aanmerking komende leerlingen van bovengenoemde school de getuigschriften volgens Art 29 van de N IJver herd sonder- wijswet uitgereikt. Deze uitreiking geschiedde door den Voorzitter van het schoolbestuur, den heer J. H. Nijhuis. In tegenwoordigheid van het schoolbestuur, leeraren en ouders der leerlingen. De Voorzitter begon met zijn leedwezen erover uit te spreken, dat dc Directeur der school, de heer P. J. J. van Weerlee, wegens ziekte niet aanwezig kon zijn en wenschte hem een spoedig herstel toe. Voorts wenschte de voorzitter op de hem eigen geestige wijze den leerlingen geluk met het door hen bereikte resultaat, hun op het hart drukkende, dat ze nog niet tevreden moeten zijn, doch moeten door gaan met 't vermeerderen van vakkennis, waartoe in de vervolgklassen der school nog een schoone gelegenheid wordt ge boden. Nadat nog een enkel woord was gespro ken door den leeraar H. J. Barentsen en een der leerlingen, J. P Snijders, aan bestuur en leeraren dank gebracht voor het genoten onderwijs, werd met een stevigen handdruk afscheid genomen. De getuigschriften werden uitgereikt aan: Afdeeling timmeren: A. van Haastregt te Oud-Ade, B S van Leeuwen. J. P. Snijders, C. de Wit, F. W. Blotkamp te Hazerswoude, P. C. Reizevoort, A. Riet kerk te Warmond, J. J. Heemskerk te Roelofarendsveen, W. van Gerven te Zoeterwoude. Afdeeling metselen: A. de Beer. Afdeeling meubelmakers: W. G. Kenbeek. Afdeeling loodgieters: J. H. dc Bruin en P. J. van der Mark. Afdeeling schilders: Ph. van den Berg. Afdeeling Metaalbewerkers: J. A. Kuijpers te Stompwijk. P. van Tilburg te Hillegom, D. Fallaux, N. J. Va vier en Ph. Smits. Waar geen plaatsnaam is vermeld, is deze Leiden. EXCURSIE VAN ADSPIRANT- TYPOGRAFEN. Ten besluite van den wintercursus 1935. 1936 hebben dc adspirant-typografen on der leiding van hun leeraren een excursie gemaakt naar de papierfabriek Van Gel der te Renkum. •Begunstigd doptf«r ..prachtig lenteweer werd de reis per touringcar gemaakt. De heenreis werd onderbroken door een pauze in het Jagershuis te Zeist. Nadat de prachtige Rijnbrug cn een nieuwe woningwijk achter Sonsbeek wa ren bezichtigd, ging de tocht verder naar Renkum, naar de papierfabriek. Met een vriendelijke verontschuldiging, dat het bedrijf niet ingericht is voor de ontvangst van gasten, werden de deel nemers ln vier groepen verdeeld en hun vier geleiders toegewezen. Het groote bedrijf te Renkum fabriceert hoofdzakelijk courantenpapier. De leerlin gen konden onder deskundige voorlich ting het gansche proces vanaf het hout tot het eindproduct volgen. De papier machines van 70 meter lengte maakten zichtbaar indruk op de jongelui. De heer Wijngaard dankte namens allen de directie voor haar gastvrijheid en de geleiders voor hun uitnemende explicatie. Om half vijf werd de terugreis aanvaard. Nadat onderweg nog even' gepauzeerd was, werd te Utrecht gezamenlijk gedineerd. Tijdens den maaltijd dankte de heer Van Dcorn de leeraren Wijngaard en Buiten dijk voor de vele moeiten, die zij zich ge troost hadden, om deze prachtige excursie voor te bereiden. Tevens stak hij den examinandi een riem onder het hart. Onder vroolijk gezang werd de laatste etappe afgelegd, waarbij de wensch werd geuit om meerdere „leertochten" te onder nemen. LEIDSCHE SPAARBANK. Bij de Lcidsche Spaarbank is ln de vo rige maand (Maart 1936) ingelegd f. 402.443.08 en terugbetaald f. 499.433.90; 121 nieuwe inleggers zijn ingeschreven en 127 boekjes werden geheel uitbetaald. Het tegoed der 18.516 inleggers, inclusief 1.461 deelnemers aan den Afhaaldlenst, bedroeg einde Maart 1936 f. 8.431.482.25. In 4.748 posten is in deze maand door den Afhaal- dienst f. 14.286.75 ontvangen. GEREF. JONGELINGSBOND. Aid. Zuid-Holland. Gelijk wij reeds hebben gemeld, zal op den Tweeden Paaschdag in de Stadsge hoorzaal hier ter stede de jaarvergadering van de afd. Zuid-Holland van den Ned. Bond van Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag worden gehouden. Na de morgen vergadering, die aan de behande ling van huishoudelijke zaken is gewijd, zal op ..Den Burcht" een gemeenschappe- Uiken koffietafel worden gehouden, waar bij ds. H. A. Wiersinga, Gcref. predikant alhier, als tafelpresident zal fungeeren In de middagvergadering heeft prof. dr. D. H Th. Vollenhoven hoogleeraar aan de Vriie Universiteit, toegezegd te zullen refe- reeren over: .Bezinning noodig" waarna ds. F. A. den Boeft, Geref. predikant te Kralingen een rede zal houden Na de jaarvergadering zal de heer Feike Asma op het orgel in de Hooglandsche Kerk voor de bezoekers dezer jaarvergade ring een concert van Dopulair klassieke muziek geven o De Erven W. J. Zwetsloot alhier be haalden op de Paaschveetentoonstelling te Rotterdam met Inzendingen gemest vee een eersten en een derden prijs. O (Vervolg van het 3de Blad). LONDEN, 1 April. (Reuter). Heden morgen 10 uur heeft von Ribbentrop het Duitsche antwoord aan Eden overhandigd, waarna het Engelsche kabinet bijeenkwam. Het Itallaanschc agentschap Stefanl ver neemt uit welingelichte bron: Het document beslaat 22 getypte véllen en bestaat uit 27 punten, welke in drie verschillende deelen zijn gegroepeerd. In het eerste deel zijn juridische over wegingen vervat, waarbij Duitschland zijn weigering vernieuwt om het memorandum van Londen te aanvaar-- den, polemiseert over de opportuni teit der aangekondigde besprekingen tusschen de generale staven van Frankrijk en Engeland cn verklaart dat Frankrijk met het Verdrag van Versailles dc 14 punten van Wilson, die de grondslag waren van den Wa penstilstand van 191S, geschonden heelt. Duitschland zegt van meening te zijn dat indien onderhandelingen moesten plaats hebben voor herstel van den vrede ln Europa, deze in drie phasen zouden moeten geschieden: De eerste phase als Inleidende bespre kingen ter nauwkeurige bepaling van den toestand. De tweede phase voor concrete onder handelingen, met het doel een definitief accoord te bereiken voor de veiligheid en den vrede ln Europa. De derde phase om zekere kwesties op te lossen, zooals het economische vraag stuk. kwesties, die nog niet op nauwkeurige omschreven wijze kunnen worden bekeken, maar die eens ln haar geheel moeten worden onderzocht. Het tweede deel van het document dat uit 17 punten bestaat, bevat dc hoofdvoorstcllcn, welke dezelfde zijn als die van het Duitsche memorandum van 7 Maart. n.l. het sluiten van non-agressie-pacten met Frankrijk, België en Nederland in dien dit laatste land dit wil voor den duur van 25 jaren, met een waarborg van Engeland en Italië; het sluiten van een luchtpact met de Westelijke mogendheden, een non-agressie-jpaet met Lithauen, de terugkeer van Duitschland naar den Vol kenbond, terstond of na het sluiten van een accoord, dit alles in. de verwachting dat men binnen zekeren tijd een oplos sing verschaft voor het koloniale vraag stuk en voor het vraagstuk der afscheiding van het Volkcnbondsstatuut, van de discrimlneerende bepalingen in het ver drag van Versailles. Duitschland verplicht zich tevens om de effectleven van zijn troepen in het Rijnland niet te verhoogen mits Frankrijk en België hetzelfde doen. Duitschland en Frankrijk zouden op zich moeten nemen te verhinderen dat men bij de opvoeding van de jeugd en in de pers de wederkee- rige gevoelens der heide volken vergiftigt door hatelijke en kwetsende beweringen. De beide staten zouden zich bereid moe ten verklaren FransenDuitsche commis sies bij den Volkenbond te vormen, welke ten doel hebben, alle klachten in de ver houdingen tusschen de beide landen in ontvangst te nemen en aan de respectieve lijke regeeringen voor te leggen. Duitschland stelt voor dat de eerste nhace d»r procedure een maximum duur heeft van 4 maanden; de onderhandeiin- Hoge waskracht; lage prijs. nu tijdelijk 3 pakken voor 15 ct. mo -b 1-310 (Ingez. Mod.) Voor het alhier afgenomen examen van apothekers-assistent zijn geslaagd- de dames W. A. Amesz (Rotterdam), P. H. Top (Hlllegersberg), J. S. de la Parra (Rotterdam i en M. M. C. Poppezijn (Schie dam). Met ingang van heden heeft de heer L. C. Heynen zijn zaak in goud-, zilver en uurwerken verplaatst van Hooigracht no. 3 naar Hooigracht 6 hoek Nieuw- straat. De heer Heynen ls vooral ruim ge sorteerd in Junghans en Anker-uurwer ken. Aan den winkel ls tevens een repa ratie-inrichting verbonden. Hedenmorgen vertrokken met trein 3323 naar de legerplaats Oldenbroek 30 manschappen en 1 officier van het 6e Reg. Veld Artillerie alhier voor het houden van schietoefeningen. gen moeten echter terstond worden be gonnen of tenminste na de Fransche ver kiezingen. De Duitsche regeering stelt voor dat of ln Duitschland of ln Frankrijk een volks stemming over dit algemeen accoord tus schen de belde mogendheden wordt ge houden welke volksstemming kracht van ratificatie van het betreffende accoord zou moeten bezitten. Teneinde de territoriale toestanden aan de Duitsche of aan de FranschBelgische grens te controleeren zou men een com missie van drie leden moeten instellen een Engelschman en een Italiaan, terwijl het derde lid toebehoort aan een neutraal land dat niet bij de kwestie betrokken is. Deze eommlsie zou tot taak hebben de militaire verhoudingen tusschen de beide contracteerende oartlien in het grensge bied gade te slaan, teneinde de eventueele noodzakelijkheid van wijziging te onder zoeken. Elk van de beide contracteerende par- tllen zou het recht hebben op deze com missie een beroep te doen Indien zich in de militaire bezetting van het grensgebied, hetzij aan de Duit sche hetzij aan de Fransch-Belgische zijde wijzigingen voordoen, zou bovengenoemde commissie Indien een klacht hierover wordt ingediend de militaire attaché's van Engeland en Italië moeten opdragen een onderzoek naar deze wijzigingen in te st»llen. De beide contracteerende partijen ver klaren zich bereid terstond rekening te houden met de waarnemingen en voorstel len van de commissie. Duitschland verklaart zich bereid zich ln verbinding te stellen met de staten aan de Oostelijke en Zuid-Oostelijke grens, t.w. Oostenrijk, Tsjecho-Slowaklje. Li thauen en Polen, om met deze staten non agressie-pacten te sluiten. Ook stelt Duitschland voor de oprich ting van een Internationaal gerechtshof van Arbitrage dat uitsluitend voor dit ac coord competent ls en dat de uitvoering van de bepalingen, welke ln het accoord zijn vervat, zou moeten waarborgen en besluiten zou moeten nemen ten aanzien van eventueele schendingen of geschillen. Wanneer dit gerechtshof een schen ding zou constateeren. verplichten zich Duitschland en de andere partij om den normalen stan'd van zaken te herstellen. Het derde deel van het document behelst het voorstel een internationale conferentie bijeen tc roepen met het uitslultënd en nauwkeurig omschre ven doel den vrede tc verzekeren. Ook wordt voorgesteld dat de kwestie der beperking der bewapening wordt be studeerd, aangezien de oplossing van deze kwestie niet slechts om economi sche en financieele redenen, maar ook nit psychologisch oogpunt nood zakelijk is. Ten aanzien hiervan doet het document een serie voorstellen welke ten doel heb ben „den oorlog humaner te maken". Het document besluit met de verklaring dat de Duitsche regeering in dit pro gramma een daadwerkelijke bijdrage van het Duitsche Rijk ziet tot het waarborgen van den vrede in Europa. VOETBAL. CHRISTIAENS' TOESTAND ZEER GUNSTIG. Weldra ter verdere verpleging naar België De toestand van den Belgischen doel- verdediger Christiaens, die Zondag tijdens den voetbalwedstrijd Nederland—België bij een valpartij een hersenschudding opliep, blijft zich naar ons bij informatile aan het Wilhelmina Gasthuis te Amsterdam werd medegedeeld ln gunstigen zin ontwikkelen, zoodat de kans groot ls, dat weldra aan zijn verlangen, om verder ln zijn eigen land te worden verpleegd, ge volg zal kunnen worden gegeven. HET INTERACADEMIAAL TOURNOOI. Leiden cn Utrecht in den eindstrijd. Het interacademiale tournooi, dat ge houden wordt op het A.S.C.-terrein aan de De Kempenaerstraat en op het veld ach ter Pomona, is gistermiddag voortgezet. Voor de 2e ronde had Delft I, gelijk reeds gemeld, met 80 gewonnen van Utrecht II. Voor dezelfde ronde werden verder nog gespeeld: Utrecht ILeiden II 10, Lel den IRotterdam 50 en Wagenlngen Groningen 6—1. De verdere wedstrijden in de verliezers- ronde hadden tot resultaat: Utrecht II—Leiden III 4—1 Delft IIAmsterdam 5—0 (regl.) GroningenDelft II 01 Utrecht II—Leiden II 2—1 De eindstrijd gaat dus tusschen Delft II en Utrecht II. In het hoofdtournool plaatsten Utrecht en Leiden I zich heden ln de finale. Utrecht bracht het tegen Delft niet ver der dan een puntloos gelijk spel, doch won met strafschoppen, terwijl Leiden I een benauwde en niet geheel verdiende 21 overwinning behaalde op Wageningen. Hedenmiddag om 3 uur zou de elnd- etrlia worden gespeeld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 2