NEDERLANDSCH-INDIË EN DE MARINE. QmeeÉbacf^i LEÏDSCH DAGBLAD - Derde Blad Maandag 9 Maart 1936 DE UITBREIDING VAN JAPAN. GEMENGD NIEUWS. RECHTZAKEN. VICKS H0ESTB0NB0NS CORRESPONDENTIE INBRAAK TE DEN HAAG. Een vorig artikel over dit onderwerp ■werd besloten met de opmerking, dat de zoo lang geheerscht hebbende rust in de Oost-Azisehe politieke verhoudingen ver stoord is door de snelle opkomst en uit breiding van het Japansche Rijk. Gedurende den langen tijd, dat Japan vrijwel geheel afgesloten was van de bui tenwereld. vanaf het midden der 17de tot het midden der 19de eeuw. was het bevol kingscijfer stationair gebleven. De bodem kon maar voor een klein gedeelte, nog geen 20'in cultuur gebracht worden en bij de onmogelijkheid van in- en uitvoer was er dus maar voor een beperkt aantal menschen voedsel en levensonderhoud te verkrijgen. Dit aantal schommelde tus- schen 26 en 27 millioen. Kinderbeperking was algemeen en werd van hoogerhand opgedrongen. De maatregelen, die daarbij toegepast werden, waren veelal uiterst hardhandig, maar in de politieke en econo mische afzonderingspositie van het Japan sche Rijk was de beperking eigenlijk on vermijdelijk. Toen Japan zich onder den dwang der Westersche mogendheden tegenover de buitenwereld ontsloot, begreep de ver vooruitziende regeering. dat het noodza kelijk was de methodes van het Westen over te nemen. Het was een betrekkelijk kleine groep vastbesloten, bekwame, va derlandslievende mannen, die onder hoog ste leiding van den Keizer, een nieuw, sterk gecentraliseerd regeerstelsel vorm den. dat eenheid bracht in plaats van de bestaande verdeeldheid en die het achter lijke land met behulp der vreemdelingen op allerlei gebied zijn achterstand snel deden inhalen. Vanaf 1370 kwam er een eind aan de stelselmatige kinderbeperking; langzamer hand groeide de bevolking sneller aan en thans is de toename nagenoeg 1 millioen zielen per jaar, gerekend over het eigen lijke Japan, waarvan het aantal inwoners nu tot ruim 65 millioen is opgeloopen. Dat van het geheele Japansbhe Rijk bedroeg op het eind van 1935 nagenoeg 100 mil lioen. In denzelfden tijd ontstonden een uitge breide, goedkoop leverende industrie, een belangrijke scheepvaart en overzeesche handel, een sterke vloot, een machtig le ger, uitnemend onderwijs en wetenschap pelijke ontwikkeling in alle richtingen. De Japansche regeering had geen oogen- blik uit het oog verloren, dat de snelle toe name der bevolking gepaard moest gaan met een even snelle toename van gelegen heid tot werk en middelen tot levenson derhoud. Van de twee daarvoor het meest voor de hand liggende wegen: emigratie en industrieele ontwikkeling, werd de eer ste al spoedig geheel versperd door de immigratieverboden van Australië en de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, de landen die door hun gunstige klimaat en overvloed van werkgelegenheid den Ja panner de beste kansen hadden kunnen bieden. Maar de ontwikkeling der industrie slaagde des te beter. Onder de welbewuste leiding, aanvankelijk van de regeering, la ter van de groote Mitsni- en Mitsubishi- concerns werden industrie, scheepvaart en handel tot hoog peil opgevoerd en zij zijn thans, vooral als gevolg van de lage loo- nen. waarmee de arbeidzame, intelligente en sobere bevolking genoegen neemt, van een zoodanig concurreerend vermogen ge worden. dat de Westersche mogendheden er de nadeelige gevolgen allerwege op de wereldmarkt van ondervinden. Nederland weet hiervan mee te praten; terwijl het zijn invoer in Ned.-Indië van 1929'34 zag dalen van 19'/i"/o tot 13°/o van den totalen invoer, nam die van Japan in dezelfde periode toe van 10"« tot 32°y Men kan wel. zooals nu veelal geschiedt, ter bescherming van de eigen industrie, door hooge invoerreohten. contingentee- ringen of verbod van invoer de Japansche concurrentie gedeeltelijk of geheel uitscha kelen, maar men mag daarbij niet uit het oog verliezen, dat een groot deel der Ja pansche bevolking in uitermate armoedige omstandigheden leeft, en dat ook zij lijdt onder de economische inzinking. Het stil leggen van den export zou haar onder gang zijn en de Japansche regeering moet en zal dus alles doen om voor dien export de noodige uitwegen te banen en te hand haven. Japan's bodem levert slechts in zeer on voldoende mate de grondstoffen, die voor zijn industrie en voor zijn weermacht on misbaar zijn. Voor ijzer, steenkolen, petro leum, katoen, rubber, tin en nog veel meer is het afhankelijk van den invoer uit het buitenland. Niet alleen de export, maar ook de im port is een levensvoorwaarde voor het Japansche volk. De regeering beschouwde deze afhanke lijkheid van het buitenland als een gevaar voor de veiligheid van het Rijk. Vandaar de in de laatste tientallen jaren zoo her haaldelijk tot uiting komende wensch tot staatkundige uitbreiding en dientenge volge ruimere, liefst volledige beschikking in het eigen land over de grondstoffen, die de industrie, vooral de oorlogsindustrie, van noode heeft. Vandaar ook de voort durende uitbreiding en versterking van leger en vloot, de machtsapparaten, waar mede de staatkundige uitbreiding werd afgedwongen. Na den Chineesch-Japanschen oorlog (1894'951 werd Formosa aan Japan toe gevoegd. na den Russisch-Japanschen oor log 11904'05) verkreeg het het zuidelijk deel van Sachaline, benevens bijzondere rechten in Korea en Zuid-Manchoerije. In 1910 werd Korea geannexeerd. Na den oorlog van 1914'18 werden de voormalige Duitsche eilandengroepen door den Vol kenbond onder Japansch mandaat gesteld, een mandaat dat Japan eigenmachtig voor recht van bezit heeft verruild. In September 1931 zette Japan den al meermalen tot een begin van uitvoering gebrachten wensch. zich meester te maken van Manchoerije, met kracht van wapenen door. scheurde dit land los van het Chi- neesche Rijk en zette het. om in den ge heel van Japan afhankelijken. zoogenaamd „onafhankelijken" staat Manchoekwo, on der lankmoedige afzijdigheid van den Volkenbond. En thans, voornamelijk door het drijven van het leger, dringt Japan door inNoord- Ohina, dat eveneens van China wordt los gesneden en hoe langer hoe meer onder Japanschen invloed komt. Dit optreden van het leger moge in West- Europeesche begrippen weinig passen, het wordt duidelijker wanneer men bedenkt, dat het leger, evenzeer als de marine, rechtstreeks onder den Keizer staat. Voegt men hierbij, dat de Keizer volmaakt on aantastbaar is en het volk, uitermate na- tionalistisch en militair gezind, achter 1 leger en marine staat, dan laat het eigen machtige optreden van het leger zich ta melijk goed verklaren. Manchoekwo is geen onverdeeld succes voor de Japanners. Als immigratieland voldoet het maar weinig; de Japansche landbouwer, min of meer verwend door zijn zeeklimaat, zal nooit wennen aan de heete zomers en de koude gure winters van het vasteland, terwijl hij bovendien toch niet concurreeren kan tegen de vele mil- lioenen nog veel soberder dan hijzelf le- 1 vende Chineezen. die zich in de laatste 20 jaar in Manchoerije gevestigd hebben. Die mogelijkheid tot het spoedig verkrijgen l van grondstoffen is niet meegevallen en de militaire macht, die noodig blijft om 1 het nog lang niet uitgeroeide bendewezen den kop in te drukken, kost schatten geld. Vooral van marinezijde, ook door offi- cieele en verantwoordelijke personen, wordt er thans openlijk een krachtige I propaganda voor gemaakt expansie te zoe ken naar de z.g. Zuidzee-eilanden, dat zijn in hoofdzaak de Filippijnen en Neder- landsch-Indië, die door hun klimaat en hun rijkdom aan grondstoffen een veel beter terrein voor uitbreiding zouden zijn, dan dat waar het leger zich heeft vastge beten en die ook veel sneller tot tastbare resultaten zouden kunnen leiden. Van welken aard die expansie zou zijn, kan hier nog buiten beschouwing gelaten worden. Het is van belang, zich hierbij te herin neren, dat omstreeks 1943 de Filippijnen zeer waarschijnlijk geheel onafhankelijk van de Vereenigde Staten zullen zijn en dan dus de groote kans loopen een gelijk soortige „onafhankelijkheid" van Japan te zullen verwerven, als thans het deel is van Manchoekwo. Zoowel de economische als de staatkun dige uitbreiding van Japan zijn in een op vallend snel tempo verloopen en er is niets, dat wijst op het einde van het proces. De noodzaak om de snel toenemende bevolking werk en levensonderhoud te ver- schaffen, is hier zeker de voornaamste drijfveer van geweest, maar ook heeft een rol van beteekenis gespeeld de geestesge steldheid van het Japansche volk. dat on der invloed van stelselmatige, ultra-natio nalistische propaganda zich als hooger en heter is gaan beschouwen dan de Wester sche volken en zich dientengevolge geroe pen voelt te heerschen tot ver buiten de grenzen van het tegenwoordige Rijk van de Rijzende Zon, tot ver ook buiten de landen in en om den Westelijken Pacific. Een bij snel opgekomen volkeren meerma len voorgekomen prestige-politiek is hier 't gevolg van; Japan volgt in deze het voor beeld van Duitschland vóór den Wereld- oorlog en ziet in het Italië van nu een I gelijkgezinde. De steeds toenemende drang tot uitbrei ding ging gepaard het kan niet anders met sterke toename van de uitgaven voor leger en vloot. Deze bedragen thans reeds bijna de helft van de totale staats uitgaven en de inkomsten zijn geheel on voldoende om de uitgaven te dekken. Van 1931—'34 nam de staatsschuld toe van 6 tot 9'/- milliard yen. Tot dusver waren de uitgaven voor de vloot nog eenigszins beperkt door het in 1922 gesloten verdrag van Washington en door het in 1929 daarop aansluitende ver drag van Londen. Door deze verdragen werden voor de Vereenigde Staten, Groot- Brittannië en Japan en gedeeltelijk ook voor Frankrijk en Italië bepaalde maxima vastgesteld voor hun totaal aan tonnen- maat van hun verschillende schepensoor ten en werd de verhouding dier maxima voor de eerste drie bepaald op 5 5 3. Het initiatief tot deze verdragen was uitgegaan van de Vereenigde Staten met het uitgesproken doel. beperking van be wapening te verkrijgen, een doel dat ten deele bereikt werd. Gewild of ongewild werkten zij intusschen evenzeer als een rem op de neiging tot uitbreiding van het Japansche Rijk en het is wel zeker, dat een groot deel van het Japansche volk, op gevoed in de prestige-politiek. in sterke mate tegen het aanleggen van dien rem gekant was. De vlootbeperking van Washington ging gepaard met de beëindiging van het En- gelsch-Japansche verdrag, dat gedurende 20 jaar voor deze beide naties van groot practisch nut was geweest. Zij bracht te vens mee. dat Groot-Brittannië af zag van haar sinds eeuwen bestaande supprematie ter zee. De Japanners zouden er nooit toe geko men zijn. het verdrag van Washington te onderteekenen, wanneer hun niet de zeer belangrijke concessie was gedaan, dat de verschillende onderteekende mogendheden Zich verbonden, geen nieuwe, versterkte marinebases aan te leggen tusschen nul en 30 graden Noorderbreedte en 110 en 180 graden Oosterlengte. Deze bepaling gaf den Japanners tegenover de Amerikanen een vrijwel onaantastbare stelling; zij liet de Amerikaansche vloot in Oost-Azië zon der goed versterkte marinebasis. Haar basis bij Honolulu, die buiten den verbo den vierhoek valt, ligt op een afstand van Japan, half zoo groot als die van Neder land tot Ned.-Indië. Tegenover Groot-Brittannië bevindt Ja pan zich wat dat betreft in een minder gunstige positie. Singapore, de aangewezen plaats voor een Britsche marinebasis, ligt buiten den vierhoek. De basis aldaar, na Washington in bouw genomen, is thans bijna gereed. De Britsche vloot heeft er het best mogelijke steunpunt voor de verdedi ging der Britsche gebieden in Zuid- en Oost-Azië en van Australië, zoomede voor de controle der handelswegen tusschen Oost-Azië en den Indischen Oceaan. De verdragen van Washington en Lon- f 2000 buitgemaakt in een bananenpakhuis Naar wij vernemen Is te Den Haag in gebroken in het bananenpakhuis van de firma Anhuys en Van der Laan, Schapen, laan 2628. waarbij een geldkistje, in houdende ruim f. 2000 werd buitgemaakt. De inbraak werd gepleegd door middel van inklimming. De achteruitgang van een leegstaand pakhuis, grenzende aan het bananenpakhuis, werd geforceerd, waartoe de toegang tot het pakhuis vrij kwam. Het slot werd opengebroken en het zich achter den gasmeter bevindende geld kistje werd ontvreemd. De toedracht van de inbraak wijst er op. dat de daders met de situatie op de hoogte waren. ONDER EEN TREIN GERAAKT. Ernstig ongeluk te Rotterdam. Op het D.P.-station te Rotterdam is Zaterdag een man onder een rijdenden trein gekomen. Enstig gewond en in zorg- wekkenden toestand is hii naar het zieken huis aan den Coolsingel overgebracht. Te ongeveer halftwaalf vertrok van het eerste Derron een trein. De 29-jarlge A. v. Raamsdonk uit de Bethlehemsdwarsstraat stond op het perron. Plotseling kwam hii door onbekende oorzaak te vallen, met het gevolg dat hii tusschen de wielen van den rijdenden trein terecht kwam. De machi nist werd gewaarschuwd en de trein stopte oogenblikkeliik. Het kostte zeer veel moeite het slachtoffer te bevrijden Het bleek dat hij beide armen en beenen had gebroken en bovendien een schedelbreuk en zware inwendige kneuzingen had opgeloopen. Zijn toestand is zeer ernstig. BRAND IN EEN SIGARENFABRIEK TE 3L4ARTENSDIJK. Vermoedelijk doordat de kachel te hard heeft gebrand is Zaterdagnacht brand uitgebroken in de sigarenfabriek van den heer De Bruin te Maartensdijk. De brand weer. die spoedig ter plaatse was. had het vuur na eenig uren onder de knie. Een groote hoeveelheid sigaren en tabak is verloren gegaan. De schade, die vrij groot is. wordt door verzekering gedekt Crt. DOOR DE SPOORBOOMEN GEREDEN- Zaterdagmiddag wilde de bestuurder '■an een vrachtauto den overweg aan de Biltstraat te Utrecht passeeren, toen de groote sluitboomen reeds waren neerge laten. De chauffeur trachtte nog den doorgang tusschen de kleine sluitboomen te nemen, doch deze boomen kwamen ook omlaag op het moment, dat de vracht auto den overweg opging De wagen reed de spoorboomen stuk en bleef op de rails staan, midden op dën overweg. Uit de richting station-Maliébaan naderde een trein. Dank zij de activiteit van den spoor wegwachter aan den overweg in de Ram straat kon de in aantocht zijnde trein tot stilstand worden gebracht. Tegen den bestuurder van de vrachtauto is door de politie procesverbaal opgemaakt. RECLAME. AUTO-ONGELUK TE BEEKBERGEN. In den nacht van Zaterdag op Zondag is te Beekbergen een auto-ongeluk ge beurd. waarbij dr. Kool uit Almelo zeer ernstig is gewond aldus De Crt. Dr. Kool kwam met ziin auto uit de richting Arnhem. Nabij het zwembad „De Hagenbrug" te Beekbergen is hij, waar de wea ter plaatse een bocht maakt, recht uit gereden, in Plaats van linksaf den weg naar Apeldoorn te vervolgen. Na op den berm van den weg te ziin terechtgekomen, reed dr. Kool tegen een boom ten gevolge waarvan de auto omsloeg en vrijwel ge heel werd vernield. Het slachtoffer werd zeer ernstig gewond naar het ziekenhuis te Apeldoorn vervoerd Zijn toestand ls zorgwekkend. KANTONGERECHT ALPHEN. Al tc vroolijkc Oudcjaarsavondgastcn. Allereerst had zich te verantwoorden v. A. uit Alphen, die blijkens de dagvaar ding op oudejaarsavond 1935 zich in blijk baar wat al te vroolljke stemming aan bal dadigheid te buiten was gegaan door in den turn voor het café „Centraal" aan de Hooftstraat planten uit daar staande kui pen te hebben getrokken. Verdachte ont- i kende. Hij was ter plaatse wel met eenlge vrienden gepasseerd, doch had geheel rechts van den weg geloopen. Twee getui gen verklaarden evenwel pertinent, dat verdachte het feit had gepleegd. Eenige vrienden die voor verdachte als getuigen a decharge optraden en met wie hij den oudejaarsavond had doorgebracht ver klaarden allen eenparig, dat verdachte steeds bij hen was geweest, dat zij geheel rechts van den weg hadden gewandeld en in het geheel niet links van den weg ter plaatse van genoemd café waren geweest. De ambtenaar meende echter dat het ten laste gelegde wel degelijk wettig en over tuigend bewezen was. Reeds verschillende keeren heeft verdachte terecht gestaan en altijd ontkent hij. De baldadigheid der jeugd in Alphen is meer dan ergerlijk en hoewel de ambtenaar voornemens was ge weest hier een einde aan te maken door 1 een zware straf te vorderen, wilde hij er ditmaal nog rekening mede houden, dat het op Oudejaarsavond was en de jonge lui blijkbaar wat al te vroolijk waren ge weest. Hij vorderde derhalve een geldboete van f. 5, subs. 10 dagen. Verdachte bleef ontkennen, doch de kantonrechter, die hem eveneens een ernstige reprimande gaf en het optreden der straatjeugd te Alphen ook als zeer ernstig en liederlijk kwalificeerde waartegen streng moet wor den opgetreden, veoordeelde verdachte conform. Groene zwanen, witte zwanen en van een wat al te driftig eigenaar. Onwillekeurig zal bij velen het liedeke zijn opgekomen „groene zwanen, witte zwanen, wie wil er mee naar Engeland varen", toen A. v. L. uit Nieuwerbrug te recht moest staan, wegens het gooien en bekogelen van een tweetal personen in een roeiboot met steenen, omdat zij achter een hem toebehoorende zwaan voeren. Ver dachte had aan de politie verklaard: „ik was kwaad en had zin om te gooien!" wat den kantonrechter deed opmerken, dat dit geen manier was. Indien hij meende dat iemand achter zijn zwanen zat, had hij zich tot de politie moeten wenden. Ver dachte voerde echter ter verdediging aan, dat 1 der personen een knecht van zijn broer was, die dezen al meer had gehol pen om zwanen van hem te stelen, waar- BRAND TE HOOGKERK. Gistermorgen om zeven uur is door het in vlam geraken van een Dartti hooi. die opgeslagen lag op den zolder dicht bij den schoorsteen, brand ontstaan in de woning van de familie H. Bekkema té Hoogkerk. De vlammen grepen snel om zich heen. Aangezien onmiddellijk naast de bran dende woning de groote loodsen lagen van de N.V. Petroleum-Maatschappii „Purfina" en de wind in die richting woei. alar meerde de burgemeester van Hoogkerk de I brandweer uit Groningen, die spoedig ter plaatse was en het vuur met twee stralen bestreed. Dat het gevaar niet gering was. blijkt wel uit de omstandigheid, dat bij de petroleummaatschappil in totaal niet minder dan 725.000 liter brandstof lag op gestapeld Nadat de brandweer echter met de blusschingswerkzaamheden begonnen was was het gevaar voor uitbreiding van het vuur al spoedig geweken. De woning brandde gedeeltelijk uit. Toen de Gro- ningsche brandweer vertrok, kwam de spuit van Hoogkerk juist ter plaatse. De schade wordt door verzekering gedekt. 9978 Vicks VapoRub (J ingrediënten verwerkt in de smakelijke 35 cf. per doosje. den loopen dit jaar ten einde. Japan heeft zijn vrijheid hernomen, het wilde, ondanks zijn buitengewoon gunstige strategische ligging in Oost-Azië, geen genoegen meer nemen met een toegestane vlootsterkte, kleiner dan die van de Vereenigde Staten en van Gr.-Brittannië en de kans is groot, dat deze houding leiden zal tot nauwere aaneensluiting van deze beide zeemogend heden. Tegelijk met de vlootbeperking, was op de Washingtonsche conferentie van 1922 in het negen-mogendhedenverdrag vast gelegd, dat „de souvereiniteit en de onaf hankelijkheid, zoomede de politieke inte griteit van China door hen gerespecteerd zouden worden, dat zij al hun invloed zouden gebruiken om in China gelijke kansen voor handel en industrie van alle naties te verkrijgen en dat zij er zich van zouden onthouden te trachten er speciale voorrechten te verwerven, die nadeelig zouden zijn voor bevriende rijken." Aan dit verdrag heeft Japan zich in 1931 door de bezetting van Manchoerije en door zijn verdere optreden in China met de daad volkomen onttrokken. Het streeft naar een alles overheerschende positie in Oost- Azië. De behandeling der vraag hoe de andere mogendheden, inzonderheid Rus land, de Vereenigde Staten en Groot-Brit tannië hier tegenover staan, zal het onder werp zijn van een volgend artikel. Gep. vice-admiraal G. L. SCHORER. BUITENLANDSCH GEMENGD. LAWINES IN HET AOSTA-DAL. De zware sneeuwval en de hevige regen buien in Noord-Italië hebben vooral in het Aosta-dal groote schade aangericht In het Lys-dal zijn de wegen door tien lawines bedolven. Cogne is sedert twee dagen geisoleerd. De hoogspanningsleiding voor Colonna en Locony is door lawine's vernield Vier jeugdige arbeiders, die aan de leiding werkzaam waren, zijn bedolven. Twee hunner konden zich redden: van de beide andere jongemannen zijn de lijken geborgen. In de Alpen van Bergamasco is gele regen, in het gebied der Presolana roode sneeuw gevallen. Ook op de bergen aan het Gardameer waren groote vlokken roo de sneeuw te zien. Op den Simplonweg is het verkeer door lawines belemmerd. Ar beiders ziin bezig met de verwijdering der sneeuwmassa's. DYNAMIETEXPLOSIE. Terwijl te Miami (V. St.l een werk gever bezig was ziin arbeiders uit te be talen heeft zich in een steengroeve een dynamietontploffing voorgedaan, waar door een blanke en minsten twee negers gedood werden. MISLUKTE BOMAANSLAG. Zaterdag hebben ambtenaren der pos terijen een dynamietbom gevonden onder de poststukken geadresseerd aan „Kame raad Charles W Flint Universiteit van Syracuse". En onderzoek wees uit dat deze voor den kanselier der universiteit be stemde bom binnen enkele uren tot ont ploffing zou zijn gekomen. GROOTE BRAND TE NEW YORK. In de Greenpoint-wiik van Brooklyn is een groote brand uitgebroken die ondanks het optreden van de brandweer zoo fel om zich heen greep, dat niet minder dan twee gebouwen in de asch werden gelegd en zeven brandschade bekwamen. De totale schade wordt geraamd op 75 tot 100 dui dend dollar. voor zijn broer de vorige week terecht heeft moeten staan voor de Utrechtsche recht bank. Ook nu had hij gemeend, dat men de zwaan wilde vangen en had zich daarop kwaad gemaakt Als getuige werd gehoord v. O. inzittende der roeiboot, die verklaar de, dat verdachte op eenige meters afstand had gegooid en hem wel dood had kunnen gooien. Tevens deelde deze getuige mede, dat verdachte altijd meent, dat zijn zwa nen worden ontvreemd. Hoe het echter ook zij, de ambtenaar vond het optreden van verdachte geen methode en vorderde een geldboete van f. 15.subs. 15 dg. Veroor deeling f. 7,50 subs. 10 dagen. Keuken als slachtplaats. H. J. v. d. L. uit Alphen die reeds meer dere malen wegens overtreding der vleesch- keuringswet is veroordeeld, had zich thans te verantwoorden wegens het slach ten van een schaap zonder vergunning;1 het in voorraad houden van ongekeurd vleesch en het slachten in de keuken van zijn woning, dus een slachtplaats, die niet voldoet aan de voorschriften der wet. De ambtenaar zeide tot verdachte „man. je knoeit van alle kanten en je begrijpt, dat dat mis loopt!" Verdachte gaf dit toe en was zich hiervan terdege bewust. Hij be weerde en voerde ter verdediging aan, dat hij werkloos was en een hekel had aan stempelen en op deze wijze trachtte zijn kost te verdienen. Hij had zelfs een on derhoud met den burgemeester om te megen slachten In de noodslachtplaats tegen verminderd slachtloon, hetgeen hem niet was toegestaan. Uit dien hoofde had hij dus maar zijn keuken als slachtplaats gebruikt. Hij deed het nu maar zoo: „1 schaap slachten aan de noodslachtplaats. en 1 thuis". Hij vroeg reeds bij voorbaat om een voorwaardelijke veroordeeling. omdat deze misschien een rem voor hem zou zijn. dat hij geen overtreding zou be gaan. Hij zou de boete niet kunnen beta len. wat den ambtenaar deed opmerken; „man schei er dan toch mee uit; er ls niets met je aan te vangen, want dan verzin dit en dan weer dat" Wat verdachte tot groote hilariteit van het publiek deed opimerken: „Ik mag toch mijn best doen om er uit te springen!" De ambtenaar overwoog hoe hij verdachte 3 feiten ten laste had gelegd en hem nog voor 2 feiten had ontzien. Hij vorderde thans resp. een geldboete van f. 50.— of 25 dg.; f. 100— of 50 dg. met openbaarmaking v.h. vonnis, de kosten hiervan begroot op f. 10._en subs, bij niet betaling 5 dg. en f. 50.öf 25 dagen. De kantonrechter veroordeelde verdachte tot resp. f. 25 subs. 25 dagen; f. 75 subs. 50 dagen met openbaarmaking van het vonnis en 1 maand hechtenis voorwaar delijk met een proeftijd van 2 jaar. Ver dachte had hiertegen bezwaar en vond het erg dat men voor één schaap drie feiten ten laste legde, zoodat hij reeds nu mede deelde, dat hij in hooger beroep zou gaan. HAARLEMSCHE POLITIERECHTER. Voortgezet werd de zaak tegen den 33- jarigen landarbeider J. v. d. L. uit Haar lemmermeer, die op 21 Febr. terechtstond wegens vernieling en verduistering. Verd. had in een door hem gehuurde woniifg van den heer P. Postma aldaar verschil lende hoeveelheden planken uit eenige kasten genomen en deze voor de kachel gebruikt. Verd. had in de eerste instantie verklaard dat z'n vrouw hiervan ook op de hoogte was. Deze werd als getuige ge hoord, en verklaarde thans dat zij een en ander had vernield en niet haar man. De officier van justitie vroeg voor ver dachte vrijspraak. De politierechter sloot zich hierbij aan. Zoowel de officier van justitie als de politierechter deelde aan de getuige (de echtgenoote van verdachte) mede, dat thans tegen haar een vervolging zal wor den ingesteld. In de verdachtenbank nam vervolgens plaats de 34-jarige los werkman J. W. uit Hillegom wegens beleedigng van den amb tenaar van de werkloozenzorg, den heer B. W. Reeds 9 veroordeelingen had ver dachte op zijn straflijst. De officier eischte een geldboete van f. 12 subs. 8 dagen hechtenis. Overeen komstig den eisch werd verdachte ver oordeeld. De 20-jarige arbeider W. G. uit Haar lemmermeer stond terecht omdat hij in het tijdvak Mei '35Jan. '36 toen hij zich als drogistbediende werkzaam was bij mej. C. F. drogiste tc Hillegom een bedrag groot f. 37 van de door hem bij de klan ten verkochte artikelen heeft toegeëigend. Verdachte had de verschillende ontvan gen bedragen in zijn portemonnaie gedaan bij zijn eigen geld. Wanneer echter een schuldeischer verdachte tegen kwam. gaf hij telkens een gulden uit zijn portemon naie. Een over verdachte uitgebracht re- classeeringsrapport luidt niet gunstig. De reclasseeringsvereeniging adviseerde geen voorwaardelijke straf te geven. De officier van justitie eischte een ge vangenisstraf voor den tijd van 3 maan den. De politierechter veroordeelde verdach te tot 6 weken gev.straf. De 23-jarige boerenknecht J. R., thans werkzaam te Wassenaar, stond terecht, dat hij op 20 Dec. '35 toen hij nog te Hil legom woonde, aldaar den schoenwinke lier Th. S. onder valschen naam heeft be wogen tot afgifte van 2 paar heerenschoe nen, zoogenaamd voor de fam. v. H. te Hillegom. Daar de winkelier voornoemde familie goed kende, had hij de schoenen medege geven. Toen later per quitantie over het bedrag gedisponeerd werd, wist de ge heele familie van H. van geen gekochte schoenen af. Aangezien een predikant te Wassenaar zich over het lot van verdachte wil ont fermen, wilde zoowel de officier van justi tie als de politierechter over verdachte eerst een reclasseeringsrapport hebben. De zaak werd voor onbepaalden tijd uit gesteld. M. dc V. te K. Wij brachten uw wensch ter kennis van onzen berichtgever te IJmuiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 12