Grondverzakking in de hoofdstad - Minister Slingenherg in Friesland TESSA 76sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. HET NOORSCHE STOOMSCHIP „ROSTEN" EN OE LOODSBOOT „MANX SHEAFWATER" leden beide schipbreuk op de rotsen te Whitburn Steel. Men zal trachten beide schepenweer vlot te krijgen. ZEVEN JONGE BOXERS VAN WIE OOREN EN STAART NIET ZIJN GECOU PEERD in een, kennel te Blaricum. Het niet coupeeren van honden vindt ook in ons land meer en meer navolging. EEN LICHTE EIETS VERVAARDIGD DOOR EEN FRANSCHMAN, Het gewicht bedraagt niet meer dan 6 kilo en het kleine meisje heeft niet de ministe moeite haar op te tillen. GRONDVERZAKKING TE AMSTER DAM. Door het springen van een persbuis bij het viaduct aan de Kruis- laarn is een enorme massa zand verschoven. GOED BESCHERMD MINISTER SLINGENBERG HIJSCHT OP EEN TERREIN TE LEEUWAR. zijn bovenstaande Oxford-spelers voor de inter-varsity Lacrosse-match tusschen de studenten van Oxford en Cambridge, welke DEN, WAAR EEN VLIEG! ELD IN AANLEG IS, DE VLAGten teeken, een dezAv ria^n werd ffesneeld dat de werkzaamheden zijn begonnen. Het werk wordt in een aezer aaQen wera gespeeia. werkverschaffing uitgevoerd. door RICHARD STARR. Vertaald door A. Rtewerd. 65) „Ja, ja. Wat kan ik voor haar doen?" „Wilt u doen, wat ik u zal zeggen?" „Ja, natuurlijk." „Heel goed. Ik zal u naar binnen bren gen en dan moet u regelrecht naar de voorkamer loopen, uw armen om haar heen slaan en haar kussen." „Maar dat gaat toch niet," zei Anstru- ther ontsteld. „Goed," zei Tessa. „Dan trek ik mijn handen van u af. Ga maar weg en zoek een ander werkend meisje. Goeden avond." zy wandelde weg, maar dadelijk was hij weer aan haar zijde en smeekte: „Miss Fisher, ga niet heen. Vertel mij, wat u bedoelt. Kan ik iets voor Pet doen?" „Luister," zei Tessa. „Ik moest eigenlijk niet zoo met u praten, maar het schijnt een ernstig geval, en ik neem de risico op mij. Meisjes zijn vreemde wezens. Soms verliezen zij het hoofd en doen vervelende dingen. Zij wijzen bij voorbeeld een man af, op wien zij dol zijn, omdat zij denken, dat zij ontzettend verliefd zijn geworden op een anderen man. Dan ontwaken zij en herkrijgen hun verstand, en wenschen, dat zij den eersten man niet hadden afge wezen." „Maar Tessa, Je bedoelt toch niet, dat Pet ,,Mr. Anstruther, wat is het beste voor een meisje, dat de liefde van een man heeft verworpen, en plotseling ontdekt, dat ze die dolgraag terug zou willen hebben?" „Ik ik weet het niet," stamelde An struther, die weer spierwit om den mond werd. „Ik ook niet," zei Tessa. „Hier, kom met mij mee. Als ik u nog langer buiten laat staan, valt u flauw, en dan is het uit." Zij bracht hem naar het huis, en op haar kloppen verscheen mrs. Peil. An struther, die een beklagenswaardig ge zicht opleverde, werd op de deurmat ach tergelaten nadat de deur was gesloten. Mrs. Pell en Tessa trokken zich geheim zinnig aan het eind van de gang terug en begonnen een heel levendig, fluisterend gevoerd gesprek. Eindelijk verdween Mrs. Peil in de keu ken, en Tessa sloop, met den vinger op de lip, naar Anstruther. Zij bracht hem naar de deur van de voorkamer, hield haar mond dicht bij zijn oogen en fluisterde: „Zij is daar binnen. Ge naar haar toe, sla de armen om haar heen en kus haar. Vraag niet, of het mag, of zooiets onzin nigs. Omhels en kus haar, voordat zij be komen is van de verrassing u te zien. Zij zal denken, dat het haar moeder is, die haar een kop thee komt brengen, dus ziet ze u misschien heelemaal niet, voordat u haar hebt gezoend. Het is zoo gemakke lijk als iets voor u." „Maarmaarfluisterde Anstru ther, „ais ze nu eens boos wordt?" „Dan zoent u haar weer. Blijf haar zoenen tot zij lief wordt. Als u haar maar lang genoeg zoent, wordt zij lief. En Pet kan heel lief zijn, als zij wil. En val in 's hemels naam niet midden in de kamer flauw. Het zou geen kwaad idee zijn, als de kamer niet maar twee bij drie groot was, en u zeker het hoofd tegen een of ander zoudt verbrijzelen." Zij opende de deur, duwde de bevende Anstruther zacht naar binnen en sloot ze. Zij bleef luisteren, en mrs. Peil voegde zich bij haar. Zij hoorden zacht verward stemmen gegons, dat eenige minuten duurde. Toen kraakten de veeren van de sofa. Daarop volgde een lange, lange stilte. Tessa haalde diep adem. „Dat is gelukkig in orde!" fluisterde zij de verrukte mrs. Pell in het oor. „Nu ga ik mijn eigen zaakjes opknappen. Ik heb vanavond heel wat te doen." HOOFDSTUK XLIII. Lady Betty zuivert de atmosfeer. Tessa was van plan Luella in het huis der Turners te gaan opzoeken. Daarna zou zij misschien nog tijd hebben Jimmy te spreken, maar dat was twijfelachtig. Er was natuurlijk kans, dat zij hem in zijn ouderlijk huis zou ontmoeten, maar daar rekende zij niet op, want zij wist, dat Jimmy meestal in zijn kamers in Londen was. Maar zij moest Luella spreken voordat zij Jimmy zag, niet alleen om de brieven, maar ook, omdat zij enkele vragen had te stellen omtrent lady Betty Maldon en anderen. Zij wist, dat zij de waarheid wel uit Luella zou weten te halen, omdat Luella altijd tegen een huwelijk van haar met Jimmy was geweest, of zelfs maar hun omgang. Maar hoewel zij weinig tijd had, moest zij eerst naar huis. Want dit bezoek aan Jimmy's ouderlijk huis was een belangrijke gebeurtenis, en zij moest zoo netes moge lijk gekleed zijn. Dit en nog meer dingen gingen Tessa door het hoofd. Zij was zoo opgewonden, dat zij ternauwernood wist, wat zij deed, en 't heeie leven 'n grillige draaikolk scheen. Voor het huis van Potts vond zij een groote, gesloten auto met niemand er bij, behalve eenige kleine jongens, die hun namen in het stof der paneelen schreven. Tessa joeg hen weg en werd bij de deur ontvangen door mrs. Potts met haar mooiste blauwe muts op. „Liefje, daar is een dame, die je spre ken wil. Ik heb haar beneden in de voor kamer gelaten. Daar kun je haar spreken, liefje. Zij wacht al een uur." „Genadige goedheid, mrs. Potts!" hijgde Tessa, en ging regelrecht naar de bene denvoorkamer. waar zij Luella op haar vond wachten. „Tessa!" Luella stond op en strekte de handen uit, terwijl haar gezicht een en al glim lach was. Zij omhelsde Tessa verrukt en kuste haar. „Je bent een schat, Tessa," riep Luella, „en een dapper klein ding, en ik houd veel van je." „En ik van jou," zei Tessa, de omhelzing en den kus beantwoordend. „Wel, het was erg edelmoedig van je, als je in aanmerking neemt, dat ik niet be paald je vriendin scheen te zijn. Maar daar willen we nu niet over spreken. Ik ben hier gekomen om je te zeggen, dat het prachtig van je was dien man zoo aan te pakken, als jij deedt, en met hem mee naar zijn huis te gaan, om uit te vinden waar hij woonde en zoo meer. Het was knap gedaan. Jimmy heeft er mij alles van verteld. Ongelukkig heeft het niet veel uitge werkt, maar dat is jouw schuld niet.. Jij hebt het jouwe gedaan, maar de dief is ons te slim af geweest. De enveloppe, die hij Jimmy gaf, bevatte niets dan een krant. Jimmy werd bedrogen, en de man heeft de brieven nog. Ik verwacht er vroe- i ger of later een vreeselijk schandaal van." „Dat zal er niet zijn, Luella," fluisterde 1 Tessa verrukt, terwijl zij zich in de armen van het andere meisje nestelde en haar glimlachend aankeek. „Er zal geen schan daal zijn, en jij zult den man kunnen trouwen, dien je liefhebt." „Dat is onmogelijk, lief kind, voordat ik die brieven terug heb. En ik denk, dat ik al wel grijze haren zal hebben, voordat dat gebeurt, en in dien tusschentijd zal er zooveel over mij in de kranten gestaan hebben, dat de man, van wien ik houd, naar iemand anders uitkijkt. Maar hoe dan ook, jij hebt je rol prachtig gespeeld. Jimmy heeft het bedorven." „Luella, alles is in orde," riep Tessa, bijna dansend van pret. „Je zult niet in de kranten komen en je zult je minnaar niet behoeven op te geven. Wacht een oogen- blik." Zij liep de kamer uit en holde naar bo ven om de brieven te halen. Het was don ker op de verdieping, waar de badkamer was, en zij liep regelrecht in iemands armen, die zich onmiddellijk om haar sloten. „Ha, nu heb ik je!" klonk de stem van mr. Banks. „Nu zal ik je kussen." „Laat mij los!" zei Tessa, worstelend, „of ik roep mrs. Potts. Hoort u dat, mr. Banks? Laat mij los, jijjij barbier!" Mr. Banks schrok zoo van deze uitdruk king, dat hij haar losliet en achterover tegen den muur tuimelde. Tessa vervolgde haar zegeweg met twee treden tegelijk. „Dat zal hem goed doen." zei ze bij zich zelf. „Hij had mij dien ellendigen leugen over Jimmy en Lallie Mulvaney niet moe ten vertellen. Ik geloof, dat hij wist, dat niet waar was, toen hij mij de krant gaf." (Slot volgt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 5