Stop dien hoest ABDIJSIROOP DE GROENE DOMiNO' Greta Garbo in „Anna Karenina". 76sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 28 Februari 1936 Vierde Blad No. 23291 „Politiek schuilt overal" - Vadertje Kers in opstand. AKKER's verstèrkte BURG. STAND VAN LEIDEN Men zou de wijze, waarop de bekende actrice Lil Dagover, die sinds jaren ook op het tooneel triomfen viert, aan de film gekomen is, evenals haar leven zélf trouwens terecht romantisch kunnen noemen. Zij is geboren in het schilderachtig dorpje met groote rijstvelden Pati op het eiland Java, in een kleine bungalow, om geven door tropische palmboomen. Haar varier was in Hollandschen dienst, maar is, nadat zijn vrouw was overleden, naar Duitschland teruggekeerd. Toen Li! in Weimar woonde heeft ze op een goeden avond den plaatselijken schouwburg bezocht en raakte op het eer ste gezicht verliefd op den acteur Fritz Daghofer. Den volgenden dag zond zij hem een brief, die eindigde met: „uw vereerster.." Een jaar later was ze zijn vrouw Nau welijks zestien jaar oud Heel Weimar sprak over haa en over haar opvallende knapheid. Eens waagde een regisseur het, haar op straat aan te spreken: „U heeft een gezicht, dat zich buitengewoon voor de film leent, mevrouw. Ik ben...." Doch hij kreeg de kous op den kop en met eenige woorden, die niets aan duide lijkheid te wenschen overlieten, werd hij „afgepoeierd". Zij liet den grooten regisseur voor wat hij was, zonder te vermoeden, een gele genheid te hebben laten loopen, om door middel van de film wereldberoemd te worden. 's Avonds bezocht dezelfde regisseur een artistenfeestje. Hij ontmoet daar zijn ouden vriend Fritz Daghofer, die hij in vele jaren niet had gezien. Doch in plaats van zich uitbundig over dit weerzien te verheugen, is hi.i er niet met z'n gedachten bij. De vrouw, die hij 's middags ontmoet had. zweeft hem nog steeds voor oogen. Het gaat als in een film zelf: plotseling verschijnt zij in de zaal. Enthousiast stoot de regisseur zijn vriend aan: dat is ze, over wie ik je sprak. Zou je me niet met haar in kennis kunnen brengen? Met alle genoegen, antwoordt de vriend, ze is namelijk mijn vrouw. Het duurt niet lang meer. voor Lil in Berlijn „filmt". De naam Lil Daghofer wordt. Lil Dagover. Dat was in 1922. toen men de geluidsfilm nog niet kende. Haar debuut in „Der müde Tod" had een der mate succes, dat deze jonge begaafde ac trice onmiddellijk onder de grootsten der grooten gerangschikt werd. De een na de andere film wordt met haar gemaakt. Ze heeft tot nu toe in ongeveer 60 films mee gespeeld, en daarin creaties te zien gege ven, die tot op heden nog niet vergeten zijn. Lil Dagover is veel geïmiteerd, doch nimmer is men er in geslaagd, haar te evenaren: het zijn de weldoende kalmte van haar bewegingen, het harmonische in geheel haar optreden, wat haar een bijzondere bekoring geeft. Alles is even stijlvol in haar. Aanvalligheid en waar digheid zijn op de meest ideale wijze in haar vereenigd. De laatste film. die zij thans gemaakt heeft en die binnenkort ook hier vertoond wordt, is de Ufa-rolprent „Hoog Spel", onder regie van Gerhard Lamprecht. Naast haar spelen Karl Ludwig Diehl en Heli Finkenzeller hoofdrollen. De film speelt omstreeks 1810 in het stadje Perle- berg. Diehl is de held van het stuk en strijdt moedig en eenzaam voor zijn land. Lil Dagover, een Parijsche spionne, die tegelijkertijd artiste is van de „Comédie Francaise". Wat haar in de rol van Madame Martin zoo aantrekt, is de sympathieke, menschelijke noot in deze spionne. Zij speelt haar gevaarlijk spel niet „op de uitrekening", maar uit liefde voor haar land.. Voor „Madame Martin" eindigt de rol tragisch. (Van onzen correspondent). Parijs, 19 Februari. Zekere Maartgebeurtenissen zijn hier in aantocht, en dat beginnen we duchtig te merken. Het is langzamerhand al zoover gekomen dat geen enkel voorval meer an ders dan van een partijstandpunt bekeken schijnt te kunnen worden, en wij vragen ons af of we het misschien nog eens bele ven zullen dat een rechtsche agent van politie een inbreker nog slechts arresteert als deze het Volksfront is toegedaan, en dat een linksche brandweerman er den brul van geeft het huis van een fascist te blusschen als daar brand uitbreken mocht. Het is die steeds meer opgezweepte partijzucht die geleid heeft tot de weer zinwekkende mishandeling van den socia- listischen leider Léon Blum. Die is wonder- goed afgeloopen, al moet Blum zelf nog een tijd in huis blijven zitten en al ligt mevrouw Monnet, die met haar echtge noot, ook een socialistisch Kamerlid, bij hem in de auto zat, nog met koorts te bed. De jongens van de „Action Francaise" heb ben niet meer kunnen doen dan stompen en trappen, nadat ze de ruiten van de auto hadden ingeslagen, doordat eenige agen ten en werklieden hun hun slachtoffers ontrukten, maar het heeft een haar ge scheeld of er kwam een drama van, want dc Seine was dichtbij. Als onmiddellijke reactie op deze gewelddaad zijn dienzelf den avond een stuk of wat communisten de ruiten gaan inslaan van een lokaal waar de koningsgezinden een lezing hiel den en zijn toen met de scherven gaan gooien naar de aanwezigen, ten gevolge waarvan een jonge dokter een lange glas scherf in zijn oog kreeg, dat daardoor on herstelbaar werd verwoest. Zoolang men er nog zulke zeden op nahoudt, is er niet veel reden tot voldoening over onze twintig- ste-eeuwsche beschaving! Onder den invloed van den aanslag op Blum, die in Kamerkringen een enorme verontwaardiging hoeft gewekt, heeft de regeering wel wat overhaast het besluit genomen, de diverse organisaties van de „Action Francaise", de bond van konings gezinden, te ontbinden. Er zijn verschillen de redenen om te betwijfelen of dat wel een heel verstandige hesiissing geweest is. In de eerste plaats is het nooit goed een besluit te nemen ab irato, onder den druk van de woede dool" een bepaald voorval gewekt, want men ontgaat dan maar moeilijk de beschuldiging van partijdig heid. Ten tweede is het zeer de vraag, of de wet op ontbinding van de organisaties die zich schuldig maken aan zekere voor de gemeenschap gevaarlijke handelingen in dit geval van toepassing ls; daarover zal thans de Raad van State uitspraak heb ben te doen. en welk een figuur slaat het kabinet als dit college het bij geval onge lijk geven mocht! En ten derde is het uit een politiek oogpunt niet verstandig, den schijn op zich te laden een bepaalde groep van andere richting tot martelaars te maken. Ook in de politiek is het bloed der martelaren een zaad, dat welig pleegt op te schieten. Anders staat het met de strafvervolging ingesteld tegen Charles Maurras. de voor naamste geestelijke leider van de royalisti sche beweging. Hij en Léon Daudet schrij ven eiken morgen het ochtendblad vol dat ook „Action Francaise" heet, en ze doen dat met een heftigheid, een voortdurend gebruik van scheldwoorden en dreigemen ten, die waarschijnlijk in geen enkel ander land zouden worden geduld. Tot dusver heeft men ze vrijwel ongehinderd hun gang laten gaan, zooals men op straat niet reageert op het gejouw van een straat jongen, als bewijs dat men er niet de minste waarde aan hecht. Maar in derge lijk opruiend geschrijf, in het aanduiden van bepaalde personen als oorzaak van alles wat verkeerd gaat, en het meer of minder bedekt aansporen hen uit den weg te ruimen, zit toch wel degelijk een ge vaar. Nu dat in den onverdedigbaren aan val op Léon Blum zoo duidelijk aan den dag gekomen is, is een strafvervolging vol komen gemotiveerd. Volgens de nieuwe wet komt die vervolging thans niet langer voor de jury, die zoo vatbaar is voor een han dig pleidooi, maar voor de rechtbank, waarin beroepsrechters zitten, en dit maakt het waarschijnlijk dat het nu ook wel tot een veroordeeling komen zal, die Maurras, groot dichter, schrijver en philosoof. maar als journalist veel te onbeheerscht en on- noodig heftig en persoonlijk, zeker ver dient. Persvrijheid houdt op een nuttig bezit te zijn als misbruik ervan niet ook op zijn tijd wordt gestraft. In hun hart zijn alle rechtsche groepen door het gebeurde buitengewoon onaan genaam getroffen, omdat ze heel goed begrijpen, hoeveel kwaad het hun zal doen bij de kiezers, die binnenkort aan het woord komen. De betooging van verleden Zondag, waarbij honderdduizenden heb ben deelgenomen aan den protestoptocht van het Pantheon naar de Place de la Nation, is daarvoor een aanwijzing. Daar bij is het Volksfront op zijn beurt te ver gegaan: ze hebben met roode vaandels gezwaaid en de kreten „Les Soviets a Pa ris!" en het gezang van de „Internatio nale" waren niet van de lucht. Dergelijke dingen maken het Fransche volk, dat in zijn groote meerderheid alle geweld, van welke zijde het ook komt, afkeurt, en ze ker niet communistisch aangelegd is, ook weer kopschuw. Evenwel, zelfs de strafwet houdt onder bepaalde omstandigheden rekening met een te ver gaan, dat ver oorzaakt is door een hevige gemoedsbewe ging wegens daden van anderen. De aan leiding hebben de royalisten gegeven; men verwacht dat de kiezers dat in meerderheid zullen inzien, en dat daardoor de uitslag „Thrillers" worden in verschillende lan den op geheel eigen wijze verfilmd: in Amerika wordt bij een spannend gegeven graag met wapenen en brutaliteit ge werkt, in Duitschland legt men meer het accent op de psychologie. Wij verklappen u hier niet het boeiende gegeven van de film „De Groene Domino", maar de namen van Karl Ludwig Diehl. Brigitte Horney, Theodoor Loos e.a. waarborgen toch wei. dat hier wederom bekwaam en begaafd spel te zien is in een dat zeggen wij reeds wél emotioneel gegeven, waar door een „crime-story" van in het genre, belangrijk niveau ontstond. HALLO, HIER AMERIKA! Een lawine van beroemdheden. Een iilm met een beroemdheid in iedere meter! En in iedere tien meter een an dere beroemdheid! „Dat bestaat niet", zal de nuchtere lezer zeggen. En inderdaad, het is een beetje overdreven, maar ais men een opsomming zonder meer voor zich krijgt, van al de grootheden die in de nieuwe Paramount-musical „Hallo, hier Amerika!" optreden, dan moet men tot zijn eigen groote verbazing toegeven, dat die overdrijving niet eens zoo vei' gaat Wanneer wij u vertellen, dat Richard Tauber in deze iilm een paar liederen zingt, o.a. „Melodie" van Rubinstein, en dat Ray Noble er met zijn nieuwe band eenige nieuwe composities in ten gehoore geeft, waaronder „Why stars come out at night", dan hebben wij al een paar klin kende namen genoemd. van de verkiezingen nog meer kans heeft een, verschuiving naar links te zien te ge ven dan voordien al het geval was. Om ons te troosten over de excessen van de politiek en over de onaangename en verontrustende geruchten van dreigende nieuwe Internationale verwikkelingen heb ben we hier op het oogenblik een amusant proces'gekregen. Het is dat van den „Père la Cerise" tegen een filmmaatschappij, die hem, benevens zijn echtgenoote, op het witte doek heeft gebracht. „Le Père la Cerise" is een merkwaardige, eenigszins geheimzinnige verschijning, die een twaalftal jaren geleden plotseling op den voorgrond gekomen is. De Parijsche politie ontdekte op een goeden avond er gens op een bank een man. die zeer have loos gekleed was, en den indruk maakte wat te diep in het glaasje te hebben ge keken. Toen ze hem meegenomen had en hem fouilleerde bleek hij aan bankbiljetten een bedrag Van over de vijftigduizend francs in zijn zak te hebben. Dat leek al heel verdacht, en men vroeg hem explica ties van de wijze waarop hij aan dat for tuin gekomen was. De man maakte geen moeilijkheden om te vertellen dat hij die gewonnen had op de wedrennen. Hij in teresseerde zich, zoo zei hij, zeer bijzonder voor alles wat paarden betrof, had daar kijk op, speelde geregeld op de courses, en was erin geslaagd een goeden slag te slaan. De verwaarloosdheid van zijn uiter lijk verklaarde zich uit zijn volkomen on verschilligheid daarvoor, en de toestand waarin hij was aangetroffen uit de be hoefte die hij gevoeld had zijn buiten kansje te vieren. Dit alles bleek volkomen in overeenstemming met de waarheid, en de „turfist" (zooals geregelde bezoekers der wedrennen hier heeten) werd op staan- den voet losgelaten. Maar de zaak had zooveel gerucht ge maakt dat de man voortaan geen leven meer had. Het publiek op de courses, die hier ln het goede seizoen dagelijks gehou den worden, en waarvan deze liefehebber er geen enkele oversloeg, hing, zoodra hij gesignaleerd was in zwermen aan zijn lijf, om hem te raadplegen over de kansen der paarden, en net te spelen als hij. Op de „pelouse" noch op de „pesage" was hij veilig, en die overgroote belangstelling voor zijn doen en laten was te onaangena mer voor hem, omdat het groote aantal spelers, dat zijn voorbeeld volgde, zijn winsten veel geringer maakte. Zooals alle bekende mensehen kreeg hij een bijnaam, en die bijnaam was „le Père la Cerise". „Guigne" is in het Fransche argot onge luk, waarschijnlijk omdat „guignon", dat hetzelfde beteekent. iets te maken heeft met het „booze oog" van de Italianen. Maar „guigne" beteekent ook een bepaald soort kleine kers. Het volk zegt daarom door elkaar: „avoir la guigne" en „avoir la cerise" voor iemand die ongelukkig is. En dat men nu den man, die juist zoo ge lukkig was. een bijnaam gaf die op onge luk wijst is een van die komische tegen stellingen, waarin speciaal de Parijzenaars zooveel pleizier plegen te hebben. Hoe dit zij, de man had zijn bijnaam, en hield dien. Het ging hem nu eens goed, dan weer slecht, en zoodoende verflauwde op den duur de publieke belangstelling die hem zoo gehinderd had, en men vergat hem. Nog een oogenblik kwam hij in het brandpunt der belangstelling te staan toen hij een jaar geleden met een eveneens be daagde dame uit zijn wereld in het huwe lijk trad. doch dit was maar een vleugje, en niemand dacht meer aan hem, toen een Fransche film-producente op het denk beeld kwam hem tot hoofdpersoon te kie zen van een komische film over de ren sport. De acteur die hem uitbeeldde was natüürlijk Tramei, die een knappe komiek is, en die zijn specialiteit gemaakt heeft van zulk een wedren-bezoeker van geringe beschaving, dien hij tallooze malen op de planken heeft uitgebeeld. De film sloeg in bij het publiek van de kleine buurtbio- scopen, niet het minst om den titel: „Le Père la Cerise". Zoo kwam hij onder de aandacht van den échten „Père la Cerise", die ze ging bekijken. Wreed geschokt en diep beleedigd kwam hij ervan thuis, en zijn eerste bezoek was den volgenden ochtend bij een advocaat. Zoo werd weldra de maatschappij gedag vaard tot schadevergoeding, en de dag vaarding vermeldde, in den stuggen stijl der rechtsstukken. die in dit geval zoo koddig contrasteerde met de uiteenzetting der feiten, wat de man van de courses er tegen had. De heer Bilgot, zoo heet hij in werke lijkheid, legde dan uit dat hij een kolo niaal militair pensioentje heeft, en ge decoreerd is met de médaiile militaire, dat hij zoon is van een paardenfokker, en goed op de hoogte van alles wat paarden be treft, en dat hij gunstig en sympathiek bekend is in wedrenkringen. Daarom acht hij zich in menig opzicht beleedigd door de film. waarin Tramei zich tot een volko men gelijkenis met hem gegrimeerd heeft, en ook zijn vrouw frappant gelijkend is nagebootst. In die film toch is hij een oneerlijk man. Hij wordt voorgesteld als iemand die niets van paarden afweet, volgens zijn eigen verklaring „geen paard van een naai machine kan onderscheiden", en niette min aan goedgeloovigen „tuyaux" ver koopt, Datzelfde doet zijn vrouw. Op de wedrennen speelt zich een scène af. waar bij het echtpaar elkaar geweldig uitscheldt, tot er een agent komt. waardoor requi- rant's dubbelganger op het doek zeer ont steld is, omdat hij het noodige op zijn kerf stok heeft. En het ergste is nog wel dat de film-figuur, die autowasscher in een garage geworden is, in een auto een portefeuille met 27.000 francs vmdt, en die inpikt, en pas teruggeeft op het aandringen van een kind. „In het kort zoo luidt de conclusie dc opvatting en verwezenlijking van deze film vormen ten aanzien van requiranten een waar quasi-delict, aangezien hun per soonlijkheid daarin onder de meest ver achtelijke trekken wordt voorgesteld." De rechtbank heeft alvorens een beslis sing te nemen een deurwaarder aangewe zen om de film te gaan zien, en uit te Hebt u in Shirley Temple's „Dé Kleine Kolonel" de zwarte Bill Robinson die trap zien opdansen? Wel. deze Bill, bijgenaamd „Bojangles", algemeen erkend - als de grootste tap-dancer ter wereld, danst osk in „Hallo, hier Amerika!" Kent u Mary Boland en Charlie Rugglss het filmechtpaar uit zoovele comedies „Als ik een millioen had", „Mama loves Papa", „Ruggles dient twee heeren". enz. enz.? Zij spelen in „Hallo, hier Amerika!" een komische schets. Toch zeker wel eens gehoord van de Wiener Sangerknaben" Dit vermaarde knapenkoor zingt in deze film, behalve een wals van Strauss. ..Stille nacht, hei lige nacht". Ina Ray Hutton speelde met haar da mes-band in verscheidene een-acters,. Nu draagt ook zij met haar rag-muziek bij tot het succes van deze musical. Ja, zeker, Bing Crosby doet ook mee! Hij zingt „I wished on the moon", een RECLAME. 94 welke U overdag kwelt en. 's nachts belet te slapen. Stop dien hoest direct, maar bedenk dat die hardnekkige hoest-buien alleen maar kunnen worden verdreven door een krachtig en doeltreffend werkend mid delde nieuwe verstèrkte Abdijsiroop. Abdijsiroop in vanouds een natuurlijk kruiden- middel, bereid uit oude beproefde geneeskruiden, •welker verrassende werking op aandoeningen der ademhalings-organen wordt erkend en geroemd. Bovendien echter is in de nieuwe Abdijsiroop nu nog toegevoegd de krachtigste hoest-bedwingen- de stof welke er bestaat, namelijk de ..codeine". De nieuwe versterkte Akker's Abdijsiroop ver- eeniet dus nu in zich de zachte maar grondige werking der geneeskruiden en de snelle zeer krachtige werking der codeïne en daarom noemt men Abdijsiroop,,'s Werelds béste Hoest-slroop". Verlaagde prijzen: f 0.75, f 1.25, f 2.-, f 3.50 p. flacon GEBOREN: Christina Maria, d. van P. H. v. Eg- mond en M. C. Hanno Gerardus Ber- nardus, z. van A. v. Buuren en H. Ouwer- kerk Leentje, d. van H. v. Loef en W. Heemskerk. o OVERLEDEN. A. J. Nachtegeller m. 27 j. M. Brand- Molendijk wede. 75 j. maken of die inderdaad beleedigend is. Blijkt dat zoo te zijn, dan mag verwacht worden dat ze een schadevergoeding zal toekennen en verdere opvoeringen verbie den. En ze zal daarbij het publiek op haar hand hebben, dat wel graag lacht, maar aan den „Père la Cerise" een te sympa thieke herinnering heeft behouden om dat te zijnen koste te willen doen. HOE LIL DAGOVER „AAN DE FILM" KWAM. Greta Garbo en Fredric March, in „Anna Karenina". Diehl en Brigitte Horney bijv. weten door hun soberheid, eenvoud en inge- houdenheid méér te treffen dan artisten, die hun heil zoeken in veel z.g. indruk wekkende uiterlijkheid. Met een enkel ge baar kuqnen zij hun gevoelsleven open baren in dit crimineele verhaal, waarin speciaal het algemeen-menschelijke naar voren treedt. Distinctie staat in deze rijk gemonteerde film, spelend in twee tijd perken, waartusschen een penode van 20 jaar ligt, bovenaan! Hierboven een scène met Karl Ludwig Diehl, Brigitte Horney en Fred Walter. lied dat wij al dikwijls uit onze luidspre ker hoorden wéyrkilngen. Ethel Merman, Aihgjika's geliefde blues, zangêres, zlrift „Ii?s*th'e animal in me"; gesteund door als wildemannen verkleed» dansgirls en een paar dozijn olifanten. Het is allergrappigst, al deze dikhuiden keurig in de maat in revue-tempo te zien dansen. Een technisch snufje, dat een van de hoogtepunten vormt in „Hallo, hier Amerika! Nog véle anderen treden op in deze film-der-beroemdheden! Een kostelijk pantomimisch metselaars-trio. een stel eenige neger-jongens (The Nicholas Bro thers), Henry Wadsworth (hij zingt „Why dream"). Wendy Barrie, Bruns en Allen. En dan hebben we de hoofdrol-spelers Jack Oakie en Lyda Robert! nog niet eens genoemd. „Hallo, hier Amerika!" brengt waarlijk een grootsche verzameling ster ren op het doek! maar naast haar een „Vronsky" van Fre dric March, een speler van groote kracht en allure in dit fataal voortdraaiende ra derwerk. Vronsky en Anna Karenina, wier tragische liefde een der schoonste boeken uit de litteratuur deed geboren worden, weten in hun samenspel van minuut tot minuut te boeien. Deze uitzonderlijk goede bezetting wordt nog verhoogd door de verrassende verschijning van den kleinen Freddie Bartholomew, die kinderlijkheid aan een bijzonder zuiver gevoel paart. Juiste sfeer, volmaakte fotografie en uiterste verzorging tenslotte, stempelen deze film tot een der eersten van de he- dendaagsche Amerikaansche productie. Een film, die een menschelijk gebeuren toont op een wijze, die recht tot het hart spreekt! Karl Ludwig Diehl en Heli Finkenzeller in „Der höhere Befehl", waarin ook Lil Dagover een belangrijke rol speelt. Met verlangen ziet men altijd uit naar Greta Garbo, de ideale film-actrice: deze week i s zij er weer en wel in „Anna Ka renina", naar den beroemden roman van Tolstoï. dien velen van ons ongetwijfeld zullen kennen. Een „groote" roman, waar een „groote" film van gemaakt werd. Het is de tweede maal, dat Garbo deze rol speelt: immers, in den stommen tijd 1927 kwam deze film uit onder den titel „Love". Ditmaal is Tolstoi's stof veel zuiverder gevolgd, al zijn natuurlijk voor den penner de verschillen met den roman zelve, nog aan te toonen! Maar voor de film zijn dan ook heel andere eischen noodig, waarom men wijzigingen gaarne wil vergeven. Er zijn allervoortreffelijkste vertolkers: Garbo natuurlijk op de eerste plaats,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 13