Stop dien hoest
ABDIJSIROOP
DE GROENE DOMiNO'
Greta Garbo in „Anna Karenina".
76sle Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 28 Februari 1936
Vierde Blad
No. 23291
„Politiek schuilt overal" -
Vadertje Kers in opstand.
AKKER's verstèrkte
BURG. STAND VAN LEIDEN
Men zou de wijze, waarop de bekende
actrice Lil Dagover, die sinds jaren ook
op het tooneel triomfen viert, aan de film
gekomen is, evenals haar leven zélf
trouwens terecht romantisch kunnen
noemen.
Zij is geboren in het schilderachtig
dorpje met groote rijstvelden Pati op het
eiland Java, in een kleine bungalow, om
geven door tropische palmboomen. Haar
varier was in Hollandschen dienst, maar
is, nadat zijn vrouw was overleden, naar
Duitschland teruggekeerd.
Toen Li! in Weimar woonde heeft ze op
een goeden avond den plaatselijken
schouwburg bezocht en raakte op het eer
ste gezicht verliefd op den acteur Fritz
Daghofer.
Den volgenden dag zond zij hem een
brief, die eindigde met: „uw vereerster.."
Een jaar later was ze zijn vrouw Nau
welijks zestien jaar oud Heel Weimar
sprak over haa en over haar opvallende
knapheid. Eens waagde een regisseur het,
haar op straat aan te spreken: „U heeft
een gezicht, dat zich buitengewoon voor
de film leent, mevrouw. Ik ben...."
Doch hij kreeg de kous op den kop en
met eenige woorden, die niets aan duide
lijkheid te wenschen overlieten, werd hij
„afgepoeierd".
Zij liet den grooten regisseur voor wat
hij was, zonder te vermoeden, een gele
genheid te hebben laten loopen, om door
middel van de film wereldberoemd te
worden.
's Avonds bezocht dezelfde regisseur een
artistenfeestje. Hij ontmoet daar zijn
ouden vriend Fritz Daghofer, die hij in
vele jaren niet had gezien. Doch in plaats
van zich uitbundig over dit weerzien te
verheugen, is hi.i er niet met z'n gedachten
bij. De vrouw, die hij 's middags ontmoet
had. zweeft hem nog steeds voor oogen.
Het gaat als in een film zelf: plotseling
verschijnt zij in de zaal. Enthousiast stoot
de regisseur zijn vriend aan: dat is ze,
over wie ik je sprak. Zou je me niet met
haar in kennis kunnen brengen?
Met alle genoegen, antwoordt de vriend,
ze is namelijk mijn vrouw.
Het duurt niet lang meer. voor Lil in
Berlijn „filmt". De naam Lil Daghofer
wordt. Lil Dagover. Dat was in 1922. toen
men de geluidsfilm nog niet kende. Haar
debuut in „Der müde Tod" had een der
mate succes, dat deze jonge begaafde ac
trice onmiddellijk onder de grootsten der
grooten gerangschikt werd. De een na de
andere film wordt met haar gemaakt. Ze
heeft tot nu toe in ongeveer 60 films mee
gespeeld, en daarin creaties te zien gege
ven, die tot op heden nog niet vergeten
zijn. Lil Dagover is veel geïmiteerd, doch
nimmer is men er in geslaagd, haar te
evenaren: het zijn de weldoende kalmte
van haar bewegingen, het harmonische
in geheel haar optreden, wat haar een
bijzondere bekoring geeft. Alles is even
stijlvol in haar. Aanvalligheid en waar
digheid zijn op de meest ideale wijze in
haar vereenigd.
De laatste film. die zij thans gemaakt
heeft en die binnenkort ook hier vertoond
wordt, is de Ufa-rolprent „Hoog Spel",
onder regie van Gerhard Lamprecht.
Naast haar spelen Karl Ludwig Diehl en
Heli Finkenzeller hoofdrollen. De film
speelt omstreeks 1810 in het stadje Perle-
berg. Diehl is de held van het stuk en
strijdt moedig en eenzaam voor zijn land.
Lil Dagover, een Parijsche spionne, die
tegelijkertijd artiste is van de „Comédie
Francaise". Wat haar in de rol van Madame
Martin zoo aantrekt, is de sympathieke,
menschelijke noot in deze spionne. Zij
speelt haar gevaarlijk spel niet „op de
uitrekening", maar uit liefde voor haar
land.. Voor „Madame Martin" eindigt de
rol tragisch.
(Van onzen correspondent).
Parijs, 19 Februari.
Zekere Maartgebeurtenissen zijn hier in
aantocht, en dat beginnen we duchtig te
merken. Het is langzamerhand al zoover
gekomen dat geen enkel voorval meer an
ders dan van een partijstandpunt bekeken
schijnt te kunnen worden, en wij vragen
ons af of we het misschien nog eens bele
ven zullen dat een rechtsche agent van
politie een inbreker nog slechts arresteert
als deze het Volksfront is toegedaan, en
dat een linksche brandweerman er den
brul van geeft het huis van een fascist te
blusschen als daar brand uitbreken
mocht.
Het is die steeds meer opgezweepte
partijzucht die geleid heeft tot de weer
zinwekkende mishandeling van den socia-
listischen leider Léon Blum. Die is wonder-
goed afgeloopen, al moet Blum zelf nog
een tijd in huis blijven zitten en al ligt
mevrouw Monnet, die met haar echtge
noot, ook een socialistisch Kamerlid, bij
hem in de auto zat, nog met koorts te bed.
De jongens van de „Action Francaise" heb
ben niet meer kunnen doen dan stompen
en trappen, nadat ze de ruiten van de auto
hadden ingeslagen, doordat eenige agen
ten en werklieden hun hun slachtoffers
ontrukten, maar het heeft een haar ge
scheeld of er kwam een drama van, want
dc Seine was dichtbij. Als onmiddellijke
reactie op deze gewelddaad zijn dienzelf
den avond een stuk of wat communisten
de ruiten gaan inslaan van een lokaal
waar de koningsgezinden een lezing hiel
den en zijn toen met de scherven gaan
gooien naar de aanwezigen, ten gevolge
waarvan een jonge dokter een lange glas
scherf in zijn oog kreeg, dat daardoor on
herstelbaar werd verwoest. Zoolang men er
nog zulke zeden op nahoudt, is er niet veel
reden tot voldoening over onze twintig-
ste-eeuwsche beschaving!
Onder den invloed van den aanslag op
Blum, die in Kamerkringen een enorme
verontwaardiging hoeft gewekt, heeft de
regeering wel wat overhaast het besluit
genomen, de diverse organisaties van de
„Action Francaise", de bond van konings
gezinden, te ontbinden. Er zijn verschillen
de redenen om te betwijfelen of dat wel
een heel verstandige hesiissing geweest is.
In de eerste plaats is het nooit goed een
besluit te nemen ab irato, onder den druk
van de woede dool" een bepaald voorval
gewekt, want men ontgaat dan maar
moeilijk de beschuldiging van partijdig
heid. Ten tweede is het zeer de vraag, of
de wet op ontbinding van de organisaties
die zich schuldig maken aan zekere voor
de gemeenschap gevaarlijke handelingen
in dit geval van toepassing ls; daarover
zal thans de Raad van State uitspraak heb
ben te doen. en welk een figuur slaat het
kabinet als dit college het bij geval onge
lijk geven mocht! En ten derde is het uit
een politiek oogpunt niet verstandig, den
schijn op zich te laden een bepaalde groep
van andere richting tot martelaars te
maken. Ook in de politiek is het bloed der
martelaren een zaad, dat welig pleegt op
te schieten.
Anders staat het met de strafvervolging
ingesteld tegen Charles Maurras. de voor
naamste geestelijke leider van de royalisti
sche beweging. Hij en Léon Daudet schrij
ven eiken morgen het ochtendblad vol dat
ook „Action Francaise" heet, en ze doen
dat met een heftigheid, een voortdurend
gebruik van scheldwoorden en dreigemen
ten, die waarschijnlijk in geen enkel ander
land zouden worden geduld. Tot dusver
heeft men ze vrijwel ongehinderd hun
gang laten gaan, zooals men op straat niet
reageert op het gejouw van een straat
jongen, als bewijs dat men er niet de
minste waarde aan hecht. Maar in derge
lijk opruiend geschrijf, in het aanduiden
van bepaalde personen als oorzaak van
alles wat verkeerd gaat, en het meer of
minder bedekt aansporen hen uit den weg
te ruimen, zit toch wel degelijk een ge
vaar. Nu dat in den onverdedigbaren aan
val op Léon Blum zoo duidelijk aan den
dag gekomen is, is een strafvervolging vol
komen gemotiveerd. Volgens de nieuwe wet
komt die vervolging thans niet langer voor
de jury, die zoo vatbaar is voor een han
dig pleidooi, maar voor de rechtbank,
waarin beroepsrechters zitten, en dit maakt
het waarschijnlijk dat het nu ook wel tot
een veroordeeling komen zal, die Maurras,
groot dichter, schrijver en philosoof. maar
als journalist veel te onbeheerscht en on-
noodig heftig en persoonlijk, zeker ver
dient. Persvrijheid houdt op een nuttig
bezit te zijn als misbruik ervan niet ook
op zijn tijd wordt gestraft.
In hun hart zijn alle rechtsche groepen
door het gebeurde buitengewoon onaan
genaam getroffen, omdat ze heel goed
begrijpen, hoeveel kwaad het hun zal doen
bij de kiezers, die binnenkort aan het
woord komen. De betooging van verleden
Zondag, waarbij honderdduizenden heb
ben deelgenomen aan den protestoptocht
van het Pantheon naar de Place de la
Nation, is daarvoor een aanwijzing. Daar
bij is het Volksfront op zijn beurt te ver
gegaan: ze hebben met roode vaandels
gezwaaid en de kreten „Les Soviets a Pa
ris!" en het gezang van de „Internatio
nale" waren niet van de lucht. Dergelijke
dingen maken het Fransche volk, dat in
zijn groote meerderheid alle geweld, van
welke zijde het ook komt, afkeurt, en ze
ker niet communistisch aangelegd is, ook
weer kopschuw. Evenwel, zelfs de strafwet
houdt onder bepaalde omstandigheden
rekening met een te ver gaan, dat ver
oorzaakt is door een hevige gemoedsbewe
ging wegens daden van anderen. De aan
leiding hebben de royalisten gegeven; men
verwacht dat de kiezers dat in meerderheid
zullen inzien, en dat daardoor de uitslag
„Thrillers" worden in verschillende lan
den op geheel eigen wijze verfilmd: in
Amerika wordt bij een spannend gegeven
graag met wapenen en brutaliteit ge
werkt, in Duitschland legt men meer het
accent op de psychologie. Wij verklappen
u hier niet het boeiende gegeven van de
film „De Groene Domino", maar de namen
van Karl Ludwig Diehl. Brigitte Horney,
Theodoor Loos e.a. waarborgen toch wei.
dat hier wederom bekwaam en begaafd
spel te zien is in een dat zeggen wij
reeds wél emotioneel gegeven, waar
door een „crime-story" van in het genre,
belangrijk niveau ontstond.
HALLO, HIER AMERIKA!
Een lawine van beroemdheden.
Een iilm met een beroemdheid in iedere
meter! En in iedere tien meter een an
dere beroemdheid! „Dat bestaat niet", zal
de nuchtere lezer zeggen. En inderdaad,
het is een beetje overdreven, maar ais
men een opsomming zonder meer voor
zich krijgt, van al de grootheden die in
de nieuwe Paramount-musical „Hallo,
hier Amerika!" optreden, dan moet men
tot zijn eigen groote verbazing toegeven,
dat die overdrijving niet eens zoo vei'
gaat
Wanneer wij u vertellen, dat Richard
Tauber in deze iilm een paar liederen
zingt, o.a. „Melodie" van Rubinstein, en
dat Ray Noble er met zijn nieuwe band
eenige nieuwe composities in ten gehoore
geeft, waaronder „Why stars come out at
night", dan hebben wij al een paar klin
kende namen genoemd.
van de verkiezingen nog meer kans heeft
een, verschuiving naar links te zien te ge
ven dan voordien al het geval was.
Om ons te troosten over de excessen van
de politiek en over de onaangename en
verontrustende geruchten van dreigende
nieuwe Internationale verwikkelingen heb
ben we hier op het oogenblik een amusant
proces'gekregen. Het is dat van den „Père
la Cerise" tegen een filmmaatschappij, die
hem, benevens zijn echtgenoote, op het
witte doek heeft gebracht.
„Le Père la Cerise" is een merkwaardige,
eenigszins geheimzinnige verschijning, die
een twaalftal jaren geleden plotseling op
den voorgrond gekomen is. De Parijsche
politie ontdekte op een goeden avond er
gens op een bank een man. die zeer have
loos gekleed was, en den indruk maakte
wat te diep in het glaasje te hebben ge
keken. Toen ze hem meegenomen had en
hem fouilleerde bleek hij aan bankbiljetten
een bedrag Van over de vijftigduizend
francs in zijn zak te hebben. Dat leek al
heel verdacht, en men vroeg hem explica
ties van de wijze waarop hij aan dat for
tuin gekomen was. De man maakte geen
moeilijkheden om te vertellen dat hij die
gewonnen had op de wedrennen. Hij in
teresseerde zich, zoo zei hij, zeer bijzonder
voor alles wat paarden betrof, had daar
kijk op, speelde geregeld op de courses, en
was erin geslaagd een goeden slag te
slaan. De verwaarloosdheid van zijn uiter
lijk verklaarde zich uit zijn volkomen on
verschilligheid daarvoor, en de toestand
waarin hij was aangetroffen uit de be
hoefte die hij gevoeld had zijn buiten
kansje te vieren. Dit alles bleek volkomen
in overeenstemming met de waarheid, en
de „turfist" (zooals geregelde bezoekers
der wedrennen hier heeten) werd op staan-
den voet losgelaten.
Maar de zaak had zooveel gerucht ge
maakt dat de man voortaan geen leven
meer had. Het publiek op de courses, die
hier ln het goede seizoen dagelijks gehou
den worden, en waarvan deze liefehebber
er geen enkele oversloeg, hing, zoodra hij
gesignaleerd was in zwermen aan zijn
lijf, om hem te raadplegen over de kansen
der paarden, en net te spelen als hij. Op
de „pelouse" noch op de „pesage" was hij
veilig, en die overgroote belangstelling
voor zijn doen en laten was te onaangena
mer voor hem, omdat het groote aantal
spelers, dat zijn voorbeeld volgde, zijn
winsten veel geringer maakte. Zooals alle
bekende mensehen kreeg hij een bijnaam,
en die bijnaam was „le Père la Cerise".
„Guigne" is in het Fransche argot onge
luk, waarschijnlijk omdat „guignon", dat
hetzelfde beteekent. iets te maken heeft
met het „booze oog" van de Italianen.
Maar „guigne" beteekent ook een bepaald
soort kleine kers. Het volk zegt daarom
door elkaar: „avoir la guigne" en „avoir
la cerise" voor iemand die ongelukkig is.
En dat men nu den man, die juist zoo ge
lukkig was. een bijnaam gaf die op onge
luk wijst is een van die komische tegen
stellingen, waarin speciaal de Parijzenaars
zooveel pleizier plegen te hebben.
Hoe dit zij, de man had zijn bijnaam, en
hield dien. Het ging hem nu eens goed, dan
weer slecht, en zoodoende verflauwde op
den duur de publieke belangstelling die
hem zoo gehinderd had, en men vergat
hem. Nog een oogenblik kwam hij in het
brandpunt der belangstelling te staan toen
hij een jaar geleden met een eveneens be
daagde dame uit zijn wereld in het huwe
lijk trad. doch dit was maar een vleugje,
en niemand dacht meer aan hem, toen een
Fransche film-producente op het denk
beeld kwam hem tot hoofdpersoon te kie
zen van een komische film over de ren
sport. De acteur die hem uitbeeldde was
natüürlijk Tramei, die een knappe komiek
is, en die zijn specialiteit gemaakt heeft
van zulk een wedren-bezoeker van geringe
beschaving, dien hij tallooze malen op de
planken heeft uitgebeeld. De film sloeg
in bij het publiek van de kleine buurtbio-
scopen, niet het minst om den titel: „Le
Père la Cerise". Zoo kwam hij onder de
aandacht van den échten „Père la Cerise",
die ze ging bekijken.
Wreed geschokt en diep beleedigd kwam
hij ervan thuis, en zijn eerste bezoek was
den volgenden ochtend bij een advocaat.
Zoo werd weldra de maatschappij gedag
vaard tot schadevergoeding, en de dag
vaarding vermeldde, in den stuggen stijl
der rechtsstukken. die in dit geval zoo
koddig contrasteerde met de uiteenzetting
der feiten, wat de man van de courses
er tegen had.
De heer Bilgot, zoo heet hij in werke
lijkheid, legde dan uit dat hij een kolo
niaal militair pensioentje heeft, en ge
decoreerd is met de médaiile militaire, dat
hij zoon is van een paardenfokker, en goed
op de hoogte van alles wat paarden be
treft, en dat hij gunstig en sympathiek
bekend is in wedrenkringen. Daarom acht
hij zich in menig opzicht beleedigd door
de film. waarin Tramei zich tot een volko
men gelijkenis met hem gegrimeerd heeft,
en ook zijn vrouw frappant gelijkend is
nagebootst.
In die film toch is hij een oneerlijk man.
Hij wordt voorgesteld als iemand die niets
van paarden afweet, volgens zijn eigen
verklaring „geen paard van een naai
machine kan onderscheiden", en niette
min aan goedgeloovigen „tuyaux" ver
koopt, Datzelfde doet zijn vrouw. Op de
wedrennen speelt zich een scène af. waar
bij het echtpaar elkaar geweldig uitscheldt,
tot er een agent komt. waardoor requi-
rant's dubbelganger op het doek zeer ont
steld is, omdat hij het noodige op zijn kerf
stok heeft. En het ergste is nog wel dat de
film-figuur, die autowasscher in een garage
geworden is, in een auto een portefeuille
met 27.000 francs vmdt, en die inpikt, en
pas teruggeeft op het aandringen van een
kind.
„In het kort zoo luidt de conclusie
dc opvatting en verwezenlijking van deze
film vormen ten aanzien van requiranten
een waar quasi-delict, aangezien hun per
soonlijkheid daarin onder de meest ver
achtelijke trekken wordt voorgesteld."
De rechtbank heeft alvorens een beslis
sing te nemen een deurwaarder aangewe
zen om de film te gaan zien, en uit te
Hebt u in Shirley Temple's „Dé Kleine
Kolonel" de zwarte Bill Robinson die trap
zien opdansen? Wel. deze Bill, bijgenaamd
„Bojangles", algemeen erkend - als de
grootste tap-dancer ter wereld, danst osk
in „Hallo, hier Amerika!"
Kent u Mary Boland en Charlie Rugglss
het filmechtpaar uit zoovele comedies
„Als ik een millioen had", „Mama loves
Papa", „Ruggles dient twee heeren". enz.
enz.? Zij spelen in „Hallo, hier Amerika!"
een komische schets.
Toch zeker wel eens gehoord van de
Wiener Sangerknaben" Dit vermaarde
knapenkoor zingt in deze film, behalve
een wals van Strauss. ..Stille nacht, hei
lige nacht".
Ina Ray Hutton speelde met haar da
mes-band in verscheidene een-acters,. Nu
draagt ook zij met haar rag-muziek bij
tot het succes van deze musical.
Ja, zeker, Bing Crosby doet ook mee!
Hij zingt „I wished on the moon", een
RECLAME. 94
welke U overdag kwelt en. 's nachts belet
te slapen. Stop dien hoest direct, maar
bedenk dat die hardnekkige hoest-buien
alleen maar kunnen worden verdreven door
een krachtig en doeltreffend werkend mid
delde nieuwe verstèrkte Abdijsiroop.
Abdijsiroop in vanouds een natuurlijk kruiden-
middel, bereid uit oude beproefde geneeskruiden,
•welker verrassende werking op aandoeningen der
ademhalings-organen wordt erkend en geroemd.
Bovendien echter is in de nieuwe Abdijsiroop nu
nog toegevoegd de krachtigste hoest-bedwingen-
de stof welke er bestaat, namelijk de ..codeine".
De nieuwe versterkte Akker's Abdijsiroop ver-
eeniet dus nu in zich de zachte maar grondige
werking der geneeskruiden en de snelle zeer
krachtige werking der codeïne en daarom noemt
men Abdijsiroop,,'s Werelds béste Hoest-slroop".
Verlaagde prijzen: f 0.75, f 1.25, f 2.-, f 3.50 p. flacon
GEBOREN:
Christina Maria, d. van P. H. v. Eg-
mond en M. C. Hanno Gerardus Ber-
nardus, z. van A. v. Buuren en H. Ouwer-
kerk Leentje, d. van H. v. Loef en W.
Heemskerk.
o
OVERLEDEN.
A. J. Nachtegeller m. 27 j. M. Brand-
Molendijk wede. 75 j.
maken of die inderdaad beleedigend is.
Blijkt dat zoo te zijn, dan mag verwacht
worden dat ze een schadevergoeding zal
toekennen en verdere opvoeringen verbie
den. En ze zal daarbij het publiek op haar
hand hebben, dat wel graag lacht, maar
aan den „Père la Cerise" een te sympa
thieke herinnering heeft behouden om dat
te zijnen koste te willen doen.
HOE LIL DAGOVER „AAN DE FILM"
KWAM.
Greta Garbo en Fredric March, in „Anna Karenina".
Diehl en Brigitte Horney bijv. weten
door hun soberheid, eenvoud en inge-
houdenheid méér te treffen dan artisten,
die hun heil zoeken in veel z.g. indruk
wekkende uiterlijkheid. Met een enkel ge
baar kuqnen zij hun gevoelsleven open
baren in dit crimineele verhaal, waarin
speciaal het algemeen-menschelijke naar
voren treedt. Distinctie staat in deze rijk
gemonteerde film, spelend in twee tijd
perken, waartusschen een penode van 20
jaar ligt, bovenaan!
Hierboven een scène met Karl Ludwig
Diehl, Brigitte Horney en Fred Walter.
lied dat wij al dikwijls uit onze luidspre
ker hoorden wéyrkilngen.
Ethel Merman, Aihgjika's geliefde blues,
zangêres, zlrift „Ii?s*th'e animal in me";
gesteund door als wildemannen verkleed»
dansgirls en een paar dozijn olifanten.
Het is allergrappigst, al deze dikhuiden
keurig in de maat in revue-tempo te zien
dansen. Een technisch snufje, dat een
van de hoogtepunten vormt in „Hallo, hier
Amerika!
Nog véle anderen treden op in deze
film-der-beroemdheden! Een kostelijk
pantomimisch metselaars-trio. een stel
eenige neger-jongens (The Nicholas Bro
thers), Henry Wadsworth (hij zingt „Why
dream"). Wendy Barrie, Bruns en Allen.
En dan hebben we de hoofdrol-spelers
Jack Oakie en Lyda Robert! nog niet eens
genoemd. „Hallo, hier Amerika!" brengt
waarlijk een grootsche verzameling ster
ren op het doek!
maar naast haar een „Vronsky" van Fre
dric March, een speler van groote kracht
en allure in dit fataal voortdraaiende ra
derwerk. Vronsky en Anna Karenina, wier
tragische liefde een der schoonste boeken
uit de litteratuur deed geboren worden,
weten in hun samenspel van minuut tot
minuut te boeien. Deze uitzonderlijk goede
bezetting wordt nog verhoogd door de
verrassende verschijning van den kleinen
Freddie Bartholomew, die kinderlijkheid
aan een bijzonder zuiver gevoel paart.
Juiste sfeer, volmaakte fotografie en
uiterste verzorging tenslotte, stempelen
deze film tot een der eersten van de he-
dendaagsche Amerikaansche productie.
Een film, die een menschelijk gebeuren
toont op een wijze, die recht tot het hart
spreekt!
Karl Ludwig Diehl en Heli Finkenzeller
in „Der höhere Befehl", waarin ook Lil
Dagover een belangrijke rol speelt.
Met verlangen ziet men altijd uit naar
Greta Garbo, de ideale film-actrice: deze
week i s zij er weer en wel in „Anna Ka
renina", naar den beroemden roman van
Tolstoï. dien velen van ons ongetwijfeld
zullen kennen. Een „groote" roman, waar
een „groote" film van gemaakt werd. Het
is de tweede maal, dat Garbo deze rol
speelt: immers, in den stommen tijd
1927 kwam deze film uit onder den
titel „Love". Ditmaal is Tolstoi's stof veel
zuiverder gevolgd, al zijn natuurlijk voor
den penner de verschillen met den roman
zelve, nog aan te toonen! Maar voor de
film zijn dan ook heel andere eischen
noodig, waarom men wijzigingen gaarne
wil vergeven.
Er zijn allervoortreffelijkste vertolkers:
Garbo natuurlijk op de eerste plaats,