DE OLYMPISCHE WINTERSPELEN GESLOTEN. Goede organisatie der Winterspelen 76'tc Jaargang Maandag 17 Februari 1936 No. 7, Noorwegen eerste in het landenklassement. Engeland Olympisch- en wereldkampioen ijshockey. r Ondanks critiek viel er veel te prijzen. Het voornaamste Nieuws van heden. Sonja Henie voor de derde maal kampioene. Een millioen toeschouwers te Garmisch. (Bijzondere Dienst A. N. P.) GARMISCH. 17 Febr. Met groote plechtigheid zijn de Vierde Olympische Winterspelen gisteren geslo- ten. Zij werden, naar wij vernamen, in totaal bezocht door één millioen toeschou wers. Tachtig procent van dit aantal wa ren betalende bezoekers. Alleen op den sluitingsdag waren 130.000 betalende be zoekers aanwezig. In 1924 bij de le Olympische Winter spelen te Chamonix zijn totaal 33.000 toe schouwers geweest, bij de 2e Olympische Winterspelen in 1928 te St. Moritz 45.000 en bij de 3e Olympische Winterspelen in 1932 te Lake Plaid gehouden, 100.000. Ook op dit punt heeft Garmisch-Partenkir- chen dus een Olympisch record gevestigd. Zeven titels voor Noorwegen. Het grootste sportieve succes bij deze Spelen is behaald door Noorwegen, dat 7 Olympische titels veroverde en wel door Hagen, in den samengestelden langen af- stands- en springwedstrijd; Birger Ruud in den springwedstrijd; Sonja Henie in het kunstrijden voor dames; Ballangrud op de 500, 5000 en 10.000 Meter en Mathi- sen op de 1500 Meter hardrijden. Daarop volgen Duitschland met drie. Zweden met twee Olympische titels en tenslotte Fin land, Oostenryk, Engeland, de Vereenigde Staten en Zwitserland elk met een Olym- pischen titel. Het landenklassement, samengesteld volgens de eerste tot en met de zesde plaats waarvoor den eersten prijswin naar zes punten, den tweeden vijf pun ten, den derden vier punten, den vierden drie punten, de vijfden twee punten en den zesden een punt werden toegekend luidt als volgt: 1. Noorwegen 100 punten 2. Duitschland 47,5 3. Zweden 43,5 4. Finland 38 5. Amerika 32,5 6. Oostenrijk 26,5 7. Engeland 22 8. Zwitserland 20 9. Canada 9 10. en 11. Hongarije en Tsjecho-Slowakije 7 12. België 5 13. en 14. Nederland en Frankrijk 4 15. en 16. Italië en Japan 3 17. Polen 2 Zooals men ziet kreeg Nederland 4 pun ten en wel voor de prestaties van Lange- dijk met 3 punten voor de vierde plaats op de 5000 Meter en 1 punt voor de zesde plaats op de 10.000 Meter hardrijden. Op de tabel komen verschillende halve punten voor. Dit is te verklaren door het feit, dat Duitschland en Zweden in het ijshockey-tournooi tezamen op de vijfde plaats eindigden, nadat zij derde in de tusschenronde waren geworden. Er werden nu op de vijfde en zesde plaats twee respectievelijk een punten gedeeld. Hetzelfde doet zich voor bij pos- tenrijk en Amerika, die bij het hardrijden op de zesde plaats den eenen punt moes ten deelen, zoodat ieder land een halve punt kreeg. Het ijshockey-tournooi. Het tournooi ijshockey is gewonnen door Engeland met Canada op de tweede plaats. Zaterdag speelde Engeland een zeer span- nenden, doch fairen wedstrijd tegen Amerika. Het Stadion was geheel uitverkocht, ter wijl honderden moesten worden teleurge steld. Het Organisatie Comité besloot in verband met deze enorme belangstelling door middel van de overal in Garmisch op gestelde luidsprekers, een ooggetuigever- slag te doen geven, niet alleen in de zalen, doch ook op de straten. De spanning was buitengewoon groot, toen de beide teams den ijsvloer betraden. Voor Engeland hing bet er immers in dezen wedstrijd van af of het door een overwinning op Anierika de eerste plaats in het tournooi zou kunnen verzekeren. Het spel begon in een uiterst vlot tempo. Spannende situaties ontstonden voor beide doelen. Nu eens was Ëngelahd, dan weer Amerika in het offensief, maar alle aanvallen bleven vruchteloos, ook toen Amerika tegen het slot een sterk over wicht uitoefende. Met 00 kwam het einde en er is daarna niet minder dan driemaal verlengd zonder dat er gescoord werd. Het comité besloot toen dat er niet zou worden overgespeeld doch dat de punten zouden worden gedeeld Dit beteekende dat Enge land kampioen was indien Amerika den volgenden dag niet van Canada won. Na tuurlijk was ook gisteren het stadion tot de laatste plaats bezet bij de match Cana daAmerika. Een minuut voor het begin van den wed strijd verscheen Rijkskanselier Hitier, ver gezeld van de Ministers Generaal Von Blomberg en dr. Göbbels. In de eere-loge werd verder o.m. opgemerkt de Fransche ambassadeur te Berlijn, Francois Ponget. Het eerste speelkwartier gaf een klein overwicht van Canada te zien en reeds na twee minuten gaf Neville aan de Cana- deesche ploeg de leiding. Haar voorhoede speelde beter dan die der Amerikanen en was ook schotvaardiger. Ook in het tweede en derde kwartier was Canada in den aan val. doch Amerika verdedigde uitstekend en hield verder het doel schoon. Toen de Canadeezen een oogenblik in het nauw werden gedreven, wierp Friday het eigen doel omver, waarna hij het veld werd uitgestuurd. Met 10 kwam het einde en daarmede was Engeland dus ongeslagen Olympisch kampioen geworden. Het is de eerste maal. dat Canada in een Olympischen wedstrijd werd onttroond. De eindstand luidt: Engeland 3 Canada 3 Amerika 3 Tsjecho-Slowak. 3 gsp. gew gel. vrl. v.t. pnt. 7—1 9—2 2—1 9—14 Sonja Henie nog steeds de beste rijdster ter wereld. Het Noorsche ijskoninginnetje Sonja Henie heeft ook ditmaal de vuurproef glansrijk doorstaan. Voor de derde achter eenvolgende maal is zij erin geslaagd den Olympischen titel te behalen en zij heeft hiermede dus met succes den stormloop van haar geleidelijk in aantal toenemende concurrenten het hoofd geboden. In 1928 te St. Moritz, in 1932 te Lake Placid, in 1936 te Garmisch-Partenkir- chen Olympisch kampioene, en daarbij bovendien ongeslagen wereldkampioene, het is een respectabele lijst voor een 25- jarig meisje. Jarenlang was zij onbetwist de eerste, wist niemand haar stijl en vaardigheid te benaderen, en had zij geen enkele concur rente te duchten. Geleidelijk is daar de laatste jaren verandering in gekomen. In verschillende landen kwamen jonge rijd sters op. die Sonja Henie wel niet even aarden. doch die zich snel ontwikkelden tot een stijl, die toch zeker tot dezelfde klasse als die van de Noorsche ster be hoorde. Bij de laatste wereldkampioen schappen kwam dit reeds tot uiting en met groote spanning zag men de Olym pische Winterspelen 1936 tegemoet. De omstandigheden, waaronder deze ver liepen, voerden deze spanning ten top. Bij het eerste gedeelte van het kunstrijden, n.l. het rijden der verplichte figuren, bleef Sonja weliswaar eerste, doch slechts met een voorsprong van 3.9 punten op haar Engelsche rivale Magdalen Colledge, die 248 punten behaalde tegenover Sonja 251.9 punten. Engelsche collega's verzeker den ons, dat bij het hooren van dezen uit slag de Noorsche de zenuwspanning van den laatsten tijd niet langer kon verdra gen en dat zij uitbrak in een huilbui, die nauwelijks te kalmeeren was, zoodat zij snikkend naar het hotel moest worden weggevoerd. De volgorde, waarin de rijdsters gister middag reden, droeg er eveneens zeer toe bij de spanning te verhoogen. Als men de volgorde tot dit doel zou hebben gearran geerd, zou zij niet beter gekozen kunnen zijn, dan thans het grillige lot het heeft gedaan. De gevaarlijkste concurrente der wereldkampioene, Magdalen Colledge, was een van de eersten, die moest uitkomen, terwijl de sterke Zweedsche Vivi Anne Huiten en de Amerikaansche Vinson tegen het einde aan de beurt waren en gevolgd werden door Sonja Henie als laatste. Reeds dadelijk in het. begin bleek, over welke bijzondere kwaliteiten de Engelsche beschikte. Met een volmaakte beheersching en een sprankelende fantasie, danste zij haar luchtige figuren oiler het ijs, ijl en fragiel en prachtig van rhythme en tempo. Het hooge puntental, dat de juryleden haar toekende, maakte het duidelijk, dat de eindstrijd slechts tusschen haar en Sonja Henie zou gaan. De Oostenrijkers, die in grooten getale in het Kunstijsstadion aanwezig waren, juichten hun landgenooten luide toe. Zoo wel Margarethe Lainer met haar wals- figuren als vooral Emmy Putzinger en Hedy Stenuf verdienden dit alleszins, en jammer was het slechts, dat het publiek zich ertoe liet verleiden de jury uit te fluiten, toen deze minder hooge punten toekende, dan men blijkbaar had ver wacht en gewenscht. Hetzelfde geschiedde trouwens ook na de fraaie prestaties van de Tsjechische Vera Hruba. Voor de Engelschen was het Jammer, dat Gweneth Butler, die zich bij de ver plichte figuren vijfde had geplaatst, door ziekte niet uit kon komen, terwijl Jepson- Tumer tweemaal viel en daardoor haar puntental aanzienlijk gedrukt zag. Een groot succes was natuurlijk de ver schijning van dè 11-jarige Japansche Etsuko Inada. die in haar witte jurkje met de roode Rijzende Zon van Nippon op de tonen van de ..Marsch Militaire" uit Schubert's „Dreimadlerhaus" haar figu ren uitvoerde met een élan en durf, die nauwelijks bij de ouderen te vinden is. Haar verrichtingen werden zoo hoog ge waardeerd, dat zij van de veertiende plaats, die zij na de verplichte figuren innam, bij den einduitslag op de tiende plaats bleek te zijn gekomen, zoodat het waarschijnlijk niet voorbarig is als men in verband met haar leeftijd in haar de toe komstige wereldkampioene gelooft te zien, die eenzelfde carrière tegemoet gaat als Sonja Henie. Een lust voor het oog waren verder de prestaties van de Belg. Liselotte Land- beek, van de Amerikaansche Maribel Vin son en van de Zweedsche Vivi Anne Hul ten. En toen kwam tenslotte Sonja Henie. Hoewel zij met haar bekende glimlach op het ijs verscheen, was het toch aan haar te zien, dat zij in opgewonden toestand en in groote spanning verkeerde. Toch wist het publiek niets van de scène, die zich zooeven had afgespeeld, vóór zij uit haar kleedkamer kwam. Sonja wenschte n.l., hoewel dit tot nog toe voor geen van haar 22 voorgangsters was gebeurd, dat het ijs voor haar opnieuw zou geschaafd en ge dweild worden. De kamprechters onder zochten de baan, constateerden, dat deze in uitstekenden toestand verkeerde, en weigerden. Na een korte uitbarsting ver scheen Sonja zooals wij reeds zeiden vriendelijk glimlachend op het ijs. Toen reed zij, zooals tenslotte toch al leen maar Sonja kan rijden, met een vol komen beheersching en zelfverzekerdheid van de ster, die jarenlang geen rivaal naast zich kende,' met de élégance en gratie van de virtuose, die op haai- gebied het hoogste bereikte, wat te bereiken viel. Daverende toejuichingen vielen haar aan het slot ten deel. Golden zij de Olym pische kampioene' Het publiek, dat naar huis ging. wist het niet. De berekening van het toegekende puntenaantal is inge wikkeld en kost tijd. Pas gisteravond werd bekend, dat Sonja inderdaad ten derde male den Olympischen eerepalm had weg gedragen. (Van onzen reis-redacteur). Aan het einde der Olympische Winter spelen 1936 te Garmisch-Partenkirchen, waarvoor de Duitsche organisatoren zich zooveel moeite hebben gegeven, is er alle aanleiding tot een beschouwing over het vele, dat zich hier in deze tien feestelijke dagen voor de oogen en ooren van den buitenlandschen bezoeker heeft afgespeeld We zullen daarbij niet spreken over de sportprestaties die door de verschillende deelnemers zijn verricht en die reden kunnen geven tot groote tevredenheid. Daarover is de lezer gedurende het ver loop der spelen reeds voldoende ingelicht. Wat den Nederlander interesseert, is de vraag, hoe het tegenwoordige Duitsch land. dat in allerlei opzichten zoo van zich doet spreken, de Olympische gedachte heeft verwezenlijkt en hoe de organisatie is geweest van deze groote sportgebeurte nis, waarop de oogen van de geheele we reld gedurende al deze dagen gevestigd zijn geweest. In het algemeen zijn in dit opzicht woorden van grooten lof op hun plaats. Het organisatiecomité heeft zijn best ge daan om het verloop der spelen zoo goed mogelijk te doen slagen en de bewoners van dit schoone land hebben zich goede gastheeren betoond. De opmerkingen, die hier worden gemaakt kunnen daaraan niets afdoen. Voor de pers was in 't algemeen goed gezorgd al waren er klachten en liep niet alles op rolletjes. Hoe dat alles geregeld was is reeds onlangs door het A.N.P. uit voerig gemeld. Ter wille van het publiek was een voortreffelijke luidsprekersdienst ingericht. Jammer dat in Garmisch zelf het publiek in 't gedrang kwam, aange zien de hotels blijkbaar niet op een der gelijke overstelpende drukte gerekend hadden. Van vele zijden hebben we verder klachten gehoord over de verdeeling der plaatsbewijzen. De deelnemers der ver schillende landen hadden een kaart, die hen toegang moest geven tot alle wed strijden van de geheele Wmter-Olympiade. De Nederlandsche deelnemers hebben ech ter bij een wedstrijd, waarvoor van de zijde van het publiek veel belangstelling bestond, de ervaring opgedaan, dat hun plaatsen waren ingenomen door anderen, die door de organisatoren van kaarten waren voorzien zoodat ze onverrichter zake moesten terugkeeren. Ook waren er vaak zooveel toegangsbewijzen verkocht, dat het publiek op de staantribunes zich niet of nauwelijks kon roeren. Ondanks deze lekortkomingen hebben de Duitschers zich uitgesloofd, den bui tenlandschen gasten het zooveel mogelijk naar den zin te maken en daarin zijn ze we constateeren het met vreugde en erkentelijkheid meerendeels zeer wel geslaagd. Zoowel de bevolking als de auto riteiten (waaronder in de eerste plaats de ordebewaarders dienen te worden ge noemd i zijn opgewekt en met vriendelijke blijmoedigheid den vreemdelingen tege moet gekomen. Zij hebben er naar ge streefd de Olympische gedachte te stellen boven hun nationale en politieke gevoe lens. In één opzicht is hun dat werkelijk ge lukt: van anti-semitisme is niets te mer ken geweest. Joodsche gasten werden met evenveel onderscheiding behandeld als an dere, zelfs al gedroegen ze zich opzichtig. Een demonstratie der goede bedoelingen van de Duitschers was wel de opneming van den Joodschen ijshockey-speler Rudi Ball in het nationale team. Hij was zonder twijfel een van de besten, doch hij behoeft (blijkens wat we hoorden) niet te denken, dat hij nu in den vervolge als een ge wone Duitscher zal worden beschouwd. Zijn houding en die van Helene Mayer, de schermster, die beiden een uitnoodiging tot deelneming voor Duitschland, hebben aangenomen, wordt waarlijk niet overal in sportkringen gunstig beoordeeld. Dan heeft men meer waardeering voor het fiere antwoord van de ahtlete mej. Berg- mann, die een dergelijke uitnoodiging heeft afgewezen met de woorden: „Die Ehre ist mir zu grosz". Wel zeer in strijd met de Olympische gedachte was evenwel de houding van het Duitsche publiek bij deze spelen. We be doelen niet, dat het van anti-semietische gevoelens zou hebben blijk gegeven gedu rende de wedstrijden. Integendeel: Rudi Ball werd herhaaldelijk aangemoedigd en toegejuicht, onder de oogen van hooge Duitsche regeeringspersonen op de eere tribune. Maar het chauvinisme van de toeschouwers heeft herhaaldelijk erger lijke vormen aangenomen. Alleen de Duit sche deelnemers konden op waardeering rekenen en dan nog meestal alleen nog maar wanneer ze aan de winnende hand waren. Het ergste was evenwel het meer dan onsportieve gedrag van een groot deel der Duitsche toeschouwers ten opzichte van de scheidsrechters en jury-leden, wier beslis singen ten nadeele van Duitsche deelne mers uitvielen. We hebben daarover reeds het een en ander gemeld ter gelegenheid van den ijshockey wedstrijd Canada Duitschland, doch hetzelfde heeft zich herhaald bij het kunstrijden voor heeren, toen een der Duitsche deelnemers naar het oordeel van het publiek van enkele juryleden een te laag cijfer kreeg. We zijn deze beschouwing begonnen met de opmerking, dat er veel te loven viel bij de Olympische winterspelen. We willen daar ook mee eindigen, omdat wij na af loop behoefte gevoelen ondanks de ge melde tekortkomingen onze waardeering uit te spreken voor hetgeen in Garmisch is verricht In sommige onderdeelen had de regeling dan misschien nog wel iets bel" kunnen zijn over het algemeen kan men toch zeggen dat deze winterspelen goed georganiseerd zijn geweest en dat zoowel de deelnemers als de toeschou wers met prettige herinneringen uit Gar misch vertrekken. De Olympische Winterspelen zijn geslo ten. Verrassende voetbaluitslagen; een neder laag van Sparta tegen H.D.V.S. en een overwinning van V.U.C. op Stormvogels; in het Zuiden is de positie van Noad hope loos. He t Belgische voetbalelftal niet naar Berlijn. Rie Mastenbroek verbeterde het wereld record 440 yards vrije slag; Annie Holzer (Duitschland) verbeterde het wereldrecord 100 M. schoolslag. Het eindklassement luidt als volgt: Eerste en Olympisch kampioene: 1. Sonja Henie (Noorwegen) 424.5 punten; 2 Magdalen Cecilia Colledge (Engeland) 418.1 pnt 3. Vivi Anne Huiten (Zweden) 394.7 pnt.; 4. Liselotte Landbeck (België) 393.3 pnt.; 5. Maribel Vinson (Amerika) 383.7 pnt.; 6. Hedy Stenuf (Oostenrijk) 387.6 pnt.; 7. Emmy Putzinger (Oosten rijk) 381.8 pnt.; 8. Viktoria Lindpaintner (Duitschland) 381.4 pnt.; 9. Grethe Lai ner (Oostenrijk) 373.4 pnt.; 10. Etsuko Inada (Japan) 368.1 pnt. Birger Ruud (Noorwegen) wint het ski-springen - 140.000 toe schouwers. Reeds in de ochtendschemering stroom de gisteren een enorme menschenmenigte naar het ski-stadion en het geheel bood tenslotte een onvergetelijk beeld. Honderdveertig duizend toeschouwers bevolkten de tribunes, alsmede de groote helling van den Gudibergschans, den uit loop van den kleinen Olympischen schans, om kort te gaan elke plaats, welke uitzicht bood, was bezet. Er brak een jubel van geestdrift los, toen kort voor elf uur Rijks kanselier Hitier op de eere-tribune ver scheen. Hij was vergezeld van de Rijks ministers Göring en Göbbels, Oppergroeps- leider Brückner en vele andere autoritei ten. Verder zag men de vertegenwoordi gers van het I.O.C., o.a. Prins Gustaaf Adolf van Zweden, mr. A. Baron Schim- melpenninck van der Oye, den voorzitter van het N.O.C., den Bulgaarschen minis ter Tschaparachikoff, dr. Theo Schmidt (Oostenrijk). Verder waren aanwezig de rijksminister van oorlog, Von Blomberg, dr. Karl Ritter von Halt. de Rijkssportlei der Von Tschammer und Osten en staats minister Wagner. Precies om elf uur kondigde trompet geschal aan, dat de eerste springer was gestart. De hemel was met wolken bedekt en van tijd tot tijd regende het fijntjes. De stemming van het publiek kon echter niet beter zijn. In totaal namen 50 springers aan den wedstrijd, welke uit een tweetal sprongen bestond, deel. Omtrent de sprongen kan worden ge zegd. dat de genoteerde afstanden zeer goed waren, de toestand van de sneeuw in aanmerking genomen. De Noorsche stijl domineerde. Deze werd in grootste vol maaktheid natuurlijk door de Noren en Zweden zelf gedemonstreerd, waarbij in de eerste plaats moeten worden genoemd Eriksson en Birger Ruud. hoewel de Ja panners in hun houding nauwelijks van de Noren en Zweden waren te onderschei den. Typisch en markant was het verschil tusschen deze stijl en die, welke bijna steeds door de Oostenrijkers en Zwitsers wordt getoond. Van verscheidene sprin gers had men meer verwacht, dan het ge presteerde. Hoewel na afloop van de beide sprongen werd aangenomen, dat de Zweed Sven Eriksson den Olympische titel had be haald, aangezien zijn sprongen niet alleen de grootste, maar ook de volmaakste wa ren, werd de Noor Birger Ruud toch nog vóór hem geklasseerd, zoodat de laatste het Olympisch kampioenschap won. Zijn magnifieke houding en ski-voering had bij de puntenberekening de doorslag gegeven. Het eindklassement luidt als volgt: Eerste en Olympisch kampioen: Birger Ruud (Noorwegen) 75 en 74,5 Meter; 232,0 punten. 2. Sven Eriksson (Zweden) 76 en 76 Me ter; 230,5 punten. 3. Reidar Andersen (Noorwegen) 74 en 75 Meter; 228,9 punten. 4. Kaare WaJberg (Noorwegen) 73,5 Me ter en 72 Meter; 227,0 punten. 5. Stanislaw Marusarz (Polen) 73 en 75,5 Meter; 221,6 punten. 6. Lauri Valonen (Finland) 73,5 en 67 Meter; 219,4 punten. 7. Masaji Iguro (Japani 74,5 en 72.5 Me ter: 218,2 punten. 8. Arnold Kongsgaard (Noorwegen) 74,5 en 66 Meter: 217,7 punten. 9. Vainö Tiihonen (Finland) 71,5 en 70 Meter; 215,3 punten. 10. Hans Marx (Duitschland) 71,5 en 69 Meter; 214,2 punten. 11. Sverro Fredheim (Amerika) 73,5 en 73 Meter: 214.1 punten. 12. Kurt Körner (Duitschland) 70 en 71.5 Meter; 209 3 Dunten. 13. Kasnc- O nion Amerikani -n 72 5 Meter: 207 6 nuntrn. 14. Tormcd Mnbraeten iCanadai 71,5 en 66,5 Meter; 206,9 punten. 15. Sixten Johansson (Zweden) 63 en 66 Meter; 206,1 punten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 9