Geniet van F er ik oval - FinOS round 25 ets. IEIDSCH DAGBLAD Eerste Blad Donderdag 30 Januari 1936 De strafzaak tegen den bankier Schaap. BET WESTEN GEZIEN VANUIT HET VERRE OOSTEN. Lezing van mr. W. J. R Thorbecke. Op ultnoodiglng van de Litteraire Fa culteit der Leidsche Studenten heeft gis teravond in een der zalen van het Aca demiegebouw aan het Rapenburg, mr. W. J. R. Thorbecke. een kleinzoon van den bekenden staatsman en voormalig Neder- landsch gezant te Peking een lezing ge houden over bovengenoemd onderwerp Mr Thorbecke begon zijn voordracht met een uitvoerig overzicht van de ont wikkeling der beschaving in China en Japan, tegenover die in het Westen, waar bij hij er op wees. dat er inderdaad een wet van wisselwerking tusschen opgang en nedergang in het Oosten en het Westen schijnt te bestaan. Spr. schetste de zeer bewogen ontwikkeling van Europa gedu rende de middeleeuwen, de renaissance, toen men de reactie zocht en vond in levensvreugde en schoonheidszin. De ont dekking van Amerika, de nieuwe handels wegen naar Afrika en Indie verbreedden den gezichtseinder van het ontwakende Europa. De godsdienststrijd wikkelde het Westen in vele oorlogen, waaruit het ver zet werd geboren tegen het keizer- en ko ningsschap bij Gods genade. Spr deed uitkomen, dat met de Fransehe revolutie het moderne nationalisme en het sociale probleem naar voren kwamen. In de 19e eeuw voegde zich daarbij een geheel nieuw, onverwacht en onrustbarend ele ment. de machine, die haar rhythmus in het bestaan der arbeiders inhakte. Terwijl Europa deze bewogen ontwikke ling doormaakte, verkeerde het Oosten in zijn diepe slaap van afzondering. Japan was tot voor 80 jaar een geïsoleerd, aristocratisch conventioneel volk, dat zijn beschaving, zijn kunst enz. aan China heeft ontleend In 1845 dwong commodore Perry met tien oorlogsbodems de ver baasde Japanners een handelsverdrag te sluiten Niet bij machte om de indringers te keeren zetten zij zich met bewonde renswaardige energie aan de taak om de aanmatigende westerlingen op cultureel gebied in te halen- In 1866 waren de Ja panners nog een achterlijk volk. in 1900 een groote mogendheid en 25 jaar later een industrieel wereldrijk. Zijn innerlijk leven, zijn godsdienst, keizercultus en so ciale structuur wist 't echter voor vreem den invloed af te sluiten. China heeft dezen ontwikkelingsgang niet meegemaakt. Haar reacties zijn veel langzamer dan die van Japan. China laat zijn tegenstander op zich toekomen en vat hem dan ln een omarming, dat de indringer zich zelf niet meer terugvindt en Chinees wordt, Spr. noemde enkele ge volgen van de revolute van 1911. ZIJ heeft echter den Chineezen het geheel traditio- neele systeem ontnomen, dat zijn hoogte punt vond in den keizercultus en het is niet gelukt aan 500 millioen Chineezen daarvoor een nieuw geloof terug te geven- Honderden millioenen Chineezen leven nog in middeleeuwsche afzondering en 't zelfde gevoel leeft ook nog in de ontwik kelde en verlichte Chineezen en Japan ners onder een pantser van aangeleerde Westersche opvattingen. Hoe ziet nu de oude en wijze Chinees ons westerlingen. Hij heeft ons familie leven gadegeslagen, hij weet, dat het bij ons onmogelijk zou zijn de kinderen naar den wensch der ouders uit te huwelijken en hen en ook hunne kinderen onder het eigen dak te houden, opdat zij eenmaal voor hun bejaarde ouders kunnen zorgen. De Chinees meent, dat oen sterkere fami- hezin een grootere sociale waarborg is voor den zwakken of nog niet rijpen mensch^ Stellen wij tegenover den sterken familiezin van den Aziaat onzen burgerzin, dan kan de Chinees dat niet vatten. Het groote komt toch uit het kleine voort en niet omgekeerd en bij het streven naar de vorming van groote gemeenschappen, mogen wij den wortel van alle mensche- lijke banden, de familie, niet veronacht zamen. In China bestond geen liefdespro bleem in onzen zin, daarom ziet de Chi- neesche beschouwer van het Westen de Eros als het moeilijkste vraagstuk in ons geestelijk en materieele leven. Hij ziet in de betrekkingen der geslachten een mate van vrijheid. die hem zoo gevaarlijk schijnt, dat hij niet begrijpt, dat ze ge duld wordt. Ook de emancipatie van de vrouw kan hij niet begrijpen en hij vraagt of het onze ontwikkeling niet ten goede zou komen haar tot meer ouderwetsche zeden en omgangsvormen terug te brengen. Ons volk leeft in bittere armoede, onze vrouwen zijn onwetend, maar, meent de Chinees, wij bezitten iets, dat al uw Wes tersche verfijning u niet kan bieden: onze ^onbedwingbare levenslust, onze uitge sproken zin voor humor en voor de kleine vreugden van het dagelijksch leven. Wij Westerlingen kunnen de Aziatische menta liteit van niet-handelen niet aanleeren. China vindt dat onze slaafsche afhanke lijkheid van onze tijdsindeellng onze le vensvreugden tot een minimum heeft doen slinken. Wanneer wij de aan geen tijd gebonden rust van den Oosterling be schouwen, vragen wij ons af of wij niet te ver gaan door naast ons dagelijksch werk nog zoo veel verstrooiing te zoeken. De Cchinees gelooft, dat pretenties de ruste loosheid hebben veroorzaakt, die den Europeaan van de diepere vreugde van het leven berooft. Uitvoerig besprak mr. Thorbecke daarna het verschil in de Oostersche en Wester sche begrippen over beleefdheid. Het ge voel van takt van de Chineezen gaat zoo ver, dat het voor een Europeaan bijkans onmogelijk is in een zakelijke discussie te treden. De welopgevoede Chinees van den ouden stempel heeft geenerlei begrip van redetwisten, waarvan de strekking zou zijn de ongehoorde beleefdheid van elkaar te genspreken. De Chinees vindt alle directe uitingen onbeleefd en beschouwt die als een bewijs van gebrek aan cultuur. Schel den of zich opwinden is uiterst ongema nierd en over gevoelens te spreken of die te toonen is barbaarsch. De Chineesch re gelt alle vragen van den uiterlijken om gang, voor zoover zij niet conventioneel bepaald zijn, door den categorischen eisch: het gezicht niet te verliezen. In iedere situatie tracht hij dat te zijn waarvoor hij wil doorgaan. Om zijn medemensch het gezicht niet te laten verliezen heeft hij zich, ook onder de laagste klassen, uiterst verfijnde en voorzichtige omgangsvormen eigen gemaakt, maar om zijn gezicht te redden neemt hij ook zijn toevlucht tot leugen en bedrog. Spr. betoogt vervolgens, dat voor de 500 millioen Chineezen heden ten dage een ethische godsdienstleer niet meer bestaat, hetgeen hij een gevaar acht voor het oude en wijze Oosten. Maar, zal de Chinees vra gen, hebt gij Westerlingen dan een gods dienst in dien zin. waarin gii die bij ons mist? Is uw leven, uw maatschappelijke opbouw in overeenstemming met uw leer? Heeft de christelijke liefde u vereenigd en geadeld? hebt gij waarlijk uw naasten lief en beschermt gij de zwakken? Was het Christelijk ons met kanonnen te dwin gen opium te verbouwen, om u zelf rijk te maken? De Chinees zal natuurlijk nooit zoo spreken, maar hij denkt het en wij lezen het in de hoffelijke reserve, waar mede hij ons vreemdelingen behandelt. Spr. besloot zijn voordracht met de op merking. dat het de scheppende kracht van het Westen is, die ons tot nu toe en ook nog voor langen tijd boven het ontwaakte en vruchtbare Azië verheft en dat die kracht ons het recht en de hoop geeft ook deze tijden van verwarring te boven te komen. LEIDSCHE REDDINGS BRIGADE. LEIDSCH CRIMINOLOGISCH INSTITUUT. De Jaarvergadering. In „Oud Hortuszicht" hield gisteravond de Leidsche Reddings Brigade haar jaar vergadering. De heer W F. van Ingen- Sehenau sprak als voorzitter een wel komstwoord tot de aanwezigen. Spr. be treurde de slechte opkomst. De notulen werden onveranderd goed gekeurd Daarna was het woord aan den secretaris, den heer Kramer, voor het voorlezen van het Jaarverslag. Het vol- J gende is eraan ontleend: i Het ledental liep iets terug, hetgeen wel het gevolg zal zijn van de beperkte zwern- gelegenheid. De L.R.B. heeft in 1935 4 me dailles uitgereikt 'voor het redden van drenkelingen. Groote dank wordt ge bracht aan den heer M. van Lieshout voor het gratis nazien, controleeren en grootendeels vervaardigen van het om vangrijke materiaal der brigade. Jammer is het, dat er nog steeds personen zijn, die het nut van zulk materaal niet inzien en het op misdadige wijze weghalen. De L.R.B. hoont dan ook, dat een ieder er van doordrongen zal zijn, dat het zoek maken van het. reddingsmateriaal de meest ernstige gevolgen kan hebben. Het jaarverslag eindigde met de woor- 1 dep, dat 1936 zal brengen de zwenrgele- I genheid, waarin zomer en winter gezwom men zal kunnen worden en waarnaar reikhalzend wordt uitgezien: de over dekte. BIJ afwezigheid van den penningmees ter werd ook het financieel verslag door den secretaris behandeld, waaruit bleek, dat er een saldo aanwezig is van f. 249.19. Beide verslagen werden onder woorden van dank goedgekeurd. Na behandeling van de begrooting was de bestuursverkiezing aan de orde. Als voorzitter werd bij acclamatie her kozen de heer W. F. van Ingen-Schenau. Inplaats van mevr. Zindel werd gekozen de heer J. Teegelaar. De heer Kramer, Rol en Moonen wer den bij acclamatie herkozen. Evenzoo de heer v. d. Reyden. terwijl als nieuwe pen ningmeester op zal treden de heer Treur. Tot leden van de kascommissie werden benoemd de heer H. C. Kosto en mevr. Zindel, plaatsvervangster mejuffr. R. Ei kerbout. De ballotagecommissie zal dit jaar be staan uit de heeren Kosto, J. Leget, en Rol. Bij de rondvraag werd voorgesteld om de contributie voor de adspirant-leden, die nu f. 0.25 bedraagt, te verhoogen tot f. 0.50, welk voorstel werd aangenomen. Bij de behandeling van het materiaal deed de secretaris nog aan de vergadering weten, dat er onderhandelingen zijn aan geknoopt om ook bij de "vijvers in de Leidsche Hout reddingshaken te plaatsen, wat "ezien het drukke bezoek zeer wen- scheliik geacht wordt. Niets meer aan de orde zijnde sloot de voorzitter de vergadering, na woorden van dank en waardeering voor het vele goede, gedaan aan de L.R.B. te hebben gesproken tot mevrouw Zindel. EFFATHA-AVOND. Een interessante samenkomst. De Vereeniging „Effatha" te Voorburg, die de eenige christelijke doofstommen- school met internaat in ons land exploi teert, had gisteravond in de Geref. Kerk aan de Heeiengracht een propaganda- bijeenkomst belegd, waarvoor ïuAme be langstelling bestond. Dr. J. G. van Es sprak naar aanleiding van Marcus 7 31-37 een Inleidend woord, waarna de heer P. T. Brelmer, onderwijzer aan de school, wees op het werk van „Effatha". In het begin van zijn toespraak wees spr. er op, dat de doofstommen door het gemis, dat zij hebben in hun gehoor, feite lijk los komen te staan van de hen om ringende sprekende wereld. Het contact kan pas weer hersteld worden (al blijft het slechts onvolmaakt) door deze gehoorloo- zen weer in het bezit te stellen van onze spreektaal. Door voorbeelden aan de practijk ont leend. toonde spr. aan, hoe moeilijk het is de dooven onze taal niet alleen te leeren spreken, maai' die ook te leeren begrijpen. Steeds blijkt daar weer gemis aan Inzicht in onze levende taal. En niet alleen moeten zij leeren spreken, zij moeten ook leeren het gesprokene van de lippen af te lezen, wat weer een probleem is op zichzelf. Aan de hand van een serie lichtbeelden, die een'duidelijk inzicht gaven van 't werk op de school en het internaat werd het gesprokene nog verduidelijkt. Veel indruk maakte het vraaggesprek, dat de heer Brelmer met enkele oudere leerlingen van „Effatha" hield. Een ieder zag de resultaten van wat na jaren inge spannen arbeid was bereikt. Tenslotte wekte spr. de aanwezigen op het werk van „Effatha" steeds te blijven steunen met gebed en gaven, waarbij hij de hoop uitsprak dat velen a.s. Zaterdag als er een speldjesdag wordt n «houden, 'n speldje zullen koopen. Mogen deze een rijken oogst opleveren tot steun aan de vele ouders die de verpleeggelden niet meer kunnen betalen. Na een slotwoord van dr. Van Es werd deze interessante samenkomst op gebrui kelijke wijze gesloten. Voordrachten van mej. dr. A. J. Steenhauer en dr. D. Wiersma. Mej. dr. A J. Steenhauer en dr. D. Wiersma hebben gisteravond de reeks lezingen vanwege het Leldsch Criminolo gisch Instituut voortgezet met voordrach ten. respectievelijk over „Slaap- en ver- doovingsmiddelen" en over „Achterlijk heid en criminaliteit". Mej. Steenhauer besprak in haar voor dracht de slaapmiddelen, afgeleid van het barbituurzuur De vergiftigingsverschijnse len, die door het gebruik van deze midde len kunnen optreden, worden behandeld. Ter opsporing van het vergift komen vooral voor onderzoek ln aanmerking urine en bloed: bij doodelljke vergiftiging moe ten alle organen worden onderzocht. Het slaapmiddel wordt geïsoleerd volgens de methode van Stas-Otto en vervolgens ge zuiverd. Hiervoor kunnen verschillende methodes worden toegepast, die spr, nader toelicht. Na zuivering kan de Identificatie geschieden door bepaling van het smelt punt door toepassing van mlcrochemlsehe reacties. De verdeeling van het slaapmiddel over de organen na toediening van één dosis en na herhaald gebruik wordt besproken, evenals de doodelljke dosis van de ver schillende barbitalen. Aan de hand van statistieken wijst spr. op de toeneming van het aantal vergifti gingen door het gebruik van slaapmidde len. Ook hier te lande wordt hetzelfde verschijnsel waargenomen. Een regeling van den verkoop van deze stoffen ls zeer gewenscht, Dr Wiersma sprak over achterlijkheid en criminaliteit. Een van de eerste In zichten, waartoe de crlmlneele psychologie gekomen is, ls, dat er een intensief ver band tusschen verstandelijke minder waardigheid en misdadigheid moest be staan. Het ls ook zoo begrijpelijk: misda digers zijn grootendeels menschen, die zich in de maatschappij niet kunnen hand haven door wettige middelen, ook achter lijken missen belangrijke middelen tot zelfhandhaving: het ligt dus voor de hand, te meenen, dat belde groepen voor een groot gedeelte zullen samenvalleh. Men kan deze meening dan ook met ver schillende argumenten staven. 1. Achterlijken kunnen minder goed dan volwaardigen door arbeid ln hun levens onderhoud voorzien. Zij geraken dus ge makkelijk in behoeftige omstandigheden. De nood zal hen dus eerder dan anderen op den weg van de misdaad drijven. 2. Achterlijken kunnen minder goed dan volwaardigen de beteekenis en de gevol gen van hun eigen handelingen voorzien. Zij zullen dus gemakkelijk het inzicht mis sen. dat zij door een bepaalde handelwijze iets ongeoorloofds doen. 3. Achterlijken zijn door hun gebrek dikwijls niet in staat, een behoefte-bevre diging deelachtig te worden, die volwaar digen gemakkelijk langs wettigen weg kunnen verkrijgen. Zoo zullen zij dus lich ter grijpen naar een surrogaat bevredi ging. die slechts door-strafrechterlijk ver.' boden handelingen te verkrijgen is. Het is dan ook geen wonder, dat er in het begin van deze eeuw onder de gevan genisbevolking vele achterlijken werden gesignaleerd. Vooral uit Amerika kwamen ontstellende cijfers: 50, 60 tot 90%> van de gestraften zou achterlijk zijn. En de in andere landen gepubliceerde getallen deden voor de Amerikaansche slechts wei nig onder. De practijk scheen dus met de theorie in volkomen overeenstemming. Maar deze bijzondere hooge cijfers Wek ten toch terecht eenig wantrouwen en moesten de vraag doen rijzen, of onze me thoden tot het opsporen van achterlijken of zwakzinnigen wel juist waren. Dit vraagstuk bestrijkt natuurlijk een veel wijder gebied dan alleen dat der crimi naliteit. Zijn oplossing is noodig, om te kunnen uitmaken, hoe groot de frequen tie der achterlijken in onze samenleving is. Toen nu de Parijsche psychologen Binet en Simon omstreeks 1903 door de autoriteiten werden aangezocht, het aantal achterlijken te bepalen, dat de scholen van Parijs be zocht. bleek hun na gezette overweging, dat een betrouwbare methode om zwakzin nigheid vast te stellen en haar graad te bepalen, in het geheel niet bestond. Zij hebben toen hun klassieke methode ge schapen. Eerst door zulke onderzoekingen zijn wij in staat gesteld, vaste, zij het ook conventioneele, grenzen aan te geven tus schen idiotie, imbecilliteit, debiliteit en nog normale domheid. Met een geheel andere Amerikaansche methode kunnen soortgelijke resultaten worden behaald. Deze werd in 1926 op een groot aantal ge vangenen onder vergelijking van de nlet-misdadlgers 'bevolking toegepast. Het resultaat was min of meer verbijste rend: de crimineelen stonden op een ten minste zoo hoog verstandelijk peil, als de niet-misdadige bevolking. Toch beteekent dit niet, dat onder misdadigers niet meer zwakzinnigen voorkomen dan onder de be volking in het algemeen. Meer individueele onderzoekingen wezen dit uit, in Amerika en vooral ook ln Engeland. In hetzelfde jaar 1926 werden daar door Lewis 8.57 per 1000 zwaar achterlijken gevonden onder de geheele bevolking. Met dezelfde metho den werkend vond Burt korten tijd later onder jeugdige crimineelen bijna 80 per 1000 zwaar achterlijken. En cijfers van de zelfde orde worden tegenwoordig in bijna alle landen gepubliceerd. Men staat dus niet meer op het standpunt, dat verstan delijke minderwaardigheid de alles beheer- schende factor is bij het ontstaan van mis dadigheid, maar men erkent nog altijd, dat zij van beteekenis is. Het beoordeelen dezer beteekenis is echter niet eenvoudig en zal in een volgende voordracht nog uitvoeriger moeten worden besproken. RECLAME. 7941 JAARVERGADERING VEILIG VERKEER. De Ver. voor Veilig Verkeer hield haar jaarvergadering In,.de Harmonie", onder voorzitterschap van den heer M. J. E. Kwint. Uit het jaarverslag van den secretaris den heer P. C. Gillissen, stippen wij aan, dat het ledental, meer speciaal door de geslaagde vertooning van de Knacfllm in de Stadsgehoorzaal^ in het afgeloopen Jaar nog iets ls gestegen, en thans 435 bedraagt. De Verkeerswees verliep ook dit jaar weer uitstekend: ongeveer 200 onder wijzeressen en onderwijzers volgden de cursussen, gegeven door twee der inspec teurs van politie, de heeren van der Wal en van der Ham. Desniettegenstaande vervult het aantal ongevallen, waarvan 4 doodelljk, dat in 1935 te Lelden wel iets terugliep, den secretaris nog met zorg. Temeer aanleiding voor het bestuur om op den Ingeslagen weg met kracht voort te gaan! De geldmiddelen lieten dit Jaar een ba tig saldo van f. 2.50; de Inkomsten wer den dus vrijwel geheel aan lezingen, pro pagandafilms, verkeersonderwljs, en alge- meene propaganda besteed. De penningmeester de heer B, J. Mole naar gaf uitdrukking aan het feit, dat de geldmiddelen natuurlijk de propaganda- mogelijkheden beheerschen. Hij deed daarom een beroep op de leden om zoo mogelijk een nieuw lid aan te brengen. Statuten en huishoudelijk reglement werden, na eenige kléine wijzigingen, ln den door het bestuur voorgestelden vorm, goedgekeurd. BIJ de bestuursverkiezing werd voldaan aan het verzoek van den heer A. L. L. Gathler om ontslag wegens gezondheids redenen. De voorzitter bracht dank voor het werk, dat de heer Gathler ter voorbe reiding van het verkeersonderwljs heeft gedaan. Candidaat werd gesteld de heer H. van Slooten Jr., hoofd van de kweek school voor ondérwijiers, voorzitter der Verkeersonderwljscommissie. Deze werd bij acclamatie gekozen, en nam zijn be noeming aan. De rondvraag leverde verschillende In teressante opmerkingen en wenschen op. Het bestuur vond ook daarbij gelegenheid nog eens doel en werk, en het programma voor het voorjaar, uiteen te zetten. ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd voor het doctoraal examert Rechtsgeleerdheid de heeren W. van der Most (Rotterdam), R. A. Kok (Den Haag) en G. Kroner (Den Haag). HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Opheffingen Sigarenmagazijn C. Bol, De Kempenaer- straat 97, Oegstgeest. De Ridder's Woninginrichting, Buiten weg II, Alphen a. d. Rijn. Behangerlj, stof- feerderlj, manufacturenverkoop. Wijzigingen: A, Hlllen's Sigaren- en Tabaksfablrek N.V. (filiaal), Stationsweg 49, Lelden. Hoofdzetel: Delft. Opheffing filiaal: Sta tionsweg 49, Lelden. Uittredend beheerder filiaal Lelden: Ph. Brobbel. Papendrecht en Zonen, N.V., Oude Ha ven 13, Sassenhelm. Kweeken van en handel ln bloembollen, enz. Volmacht verleend aan: J. J. van den Bosch, Sas senhelm. o De politie heeft proces-verbaal op gemaakt tegen den 23-Jarigen J. J. W. wegens verzet tegen en mishandeling van. een politie-agent. W. stond te kijken bij het heiwerk aan de Korevaarstraat. Inplaats van gevolg te geven aan de sommatie tot doórloopen van den agent, bracht hij dezen een hevl- gen slag in het gezicht toe, zoodat de agent een bloedneus kreeg. Onder verzet is W. toen naar 't bureau gebracht. Wij herinneren er aan, dat op 13 Mei van dit Jaar de wijd en zijd bekende 3 Oc-' tober-vereeniging vijftig jaar besaat, In verband hiermede draagt de morgenavond in „de Harmonie" te houden Jaarvergade ring een bijzonder karakter, aangezien reeds verscheidene plannen voor een fees telijke viering zijn binnengekomen. Het bestuur rekent op een groote opkomst der leden. Behandeling voor de rechtbank te Haarlem. LEIDSCHE UNIVERSITEIT. Bij beschikking van den minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen zijn dr. W. R. Juynboll te Wassenaar en dr. J. G. van Gelder te Rotterdam, tot wederop- zeggens toegelaten als privaat-docent in de faculteit der letteren en wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit alhier om onder wijs te geven respectievelijk ln de geschie denis van de Italiaansche kunst en de kunstgeschiedenis, in het bijzonder ln de geschiedenis van de grafische kunsten. Onze stadgenoot, de heer E. E. van Andel slaagde te Delft voor het candl- daatsexamen scheikundig ingenieur. Vandaag diende voor de arr. rechtbRnk te Haarlem de geruchtmakende strafzaak egen den Wormervèerschen bankier L. Schaap, verdacht van diefstal en verduis tering van ongeveer een millioen gulden. Voorgeschiedenis. Midden Juni van het vorige Jaar is aldus het A.N.P. de Zaanstreek in op schudding gebracht door een financieel debacle, zooals in een kleine gemeente nog slechts zelden is voorgekomen. De directeur van het oude en goed bekend staande kas sierskantoor J. Schaap, te Wormerveer. de heer L. Schaap, had zich vergrepen aan de bezittingen van zijn cliënten, Menschen, die ln goed vertrouwen meenden, dat hun effecten ln de safe van het kassierskan toor veilig waren opgeborgen, moesten tot de ontstellende ervaring komen, dat hun geheele bezit was verdwenen, De kassier had op gToote schaal misbruik van het in hem gestelde vertrouwen gemaakt. Voor ruim zeven ton aan effecten had Schaap door middel van valsche- en ach tergehouden duollcaatsleutels uit de ver schillende safe-loketten van zijn eigen cliënten gestolen en bij verschillende ban ken op prolongatie beleend; met de gelden, die hij op deze wijze van Amsterdamsche banken kreeg, dreef hij zijn andere bank zaken. Deze diefstal, of verduistering de juridische quallflcatle zal de rechtbank te Haarlem aan dit uitgebreide fraude geval geven ls natuurlijk niet in eens gepleegd. De zaken gingen sedert eenige Jaren slecht; Schaap trachtte het eene gat met het andere te stoppen. Hij beleende ander mans effecten, loste ze weer ln tegen den tijd, dat er door zijn cliënten couponnetjes moesten worden geknipt, beleende andere effecten, en.... werkte zich steeds dieper in de misère. De effecten konden vrijwel alle bij de Amsterdamsche banken worden achter haald en den dag vóór zij executoriaal zou den worden verkocht, legde de Wormer- veersche politie er beslag op. Ontdekking. De eerste, die tot de ontdekking kwam, dat er iets niet in de haak was met de za ken van den verdachte, was de heer J. Dekker, president-commissaris van de Stroom verkoop MIJ. „Zaanland". HIJ was de eerste, die de pijnlijke ont dekking deed, dat zijn safeléég was. Meer dan een maand had Schaap hem aan de praat gehouden; wanneer hij ln zijn safe wilde, wist de bankier steeds uitvluch ten te bedenken. Op zeker oogenbllk waren de meer voor de hand liggende voorwend sels uitgeput en kwam S. met het verhaal, dat het slot stuk was. De schuld werd toen met succes zelfs op Lips gesehoven, die „maar geen monteur stuurde". Van dag tot dag werd het openen van de safe en de daaruit voortvloeiende ontdekking van de fraude versohoven. Eindelijk werd het den heer Dekker te bar en ln het bij zijn van den burgemeester als hulp-officier van Justitie werd tenslotte de safe ge opend. Het resultaat was bedroevend; het loket was 'leeggeplunderdIn weerwil van deze ontdekking wist de bankier zijn vrij heid te behouden; hij werd niet onmiddel lijk gearresteerd, doch kreeg een respijt van tweemaal 24 uur om het vermiste géid bijeen te brengen. Schaap vlucht. Schaap maakte van de gelegenheid ge bruik; hij verdween spoorloos. Zijn auto werd ln een garage te Den Haag gevon den. Intusschen bleek, dat een groot ge deelte van de safe's ledig waren; het gat was niet meer te stoppen geweest. Op 12 Juli gelukte net den commissaris van politie van Wormerveer, den heer de Groot, de;i voortvluchtige:! bankier te Pa rijs aan het Gare du Nord te arresteeren. Hij ging gewillig mee naar Nederland, zoo dat geen uitleverlngsformalltelten werdeh vereischt. Crediteuren vroegen surceance van be taling aan; het totaal aantal schulden be droeg f. 1.263.904 en het totaal actief ca. f. 141.00. De familie van S. sprong bij en op 11 Januari ls een accoord van 20 per cent aanvaard. De instructie van deze geruchtmakende zaak leverde weinig moeilijkheden op: Schaap legde een vrijwel volledige beken tenis af. Door het O.M. zijn 24 getuigen gedag vaard, w.o. de deskundigen W. H. v. d. Horst en J. v. d. Kreeke, accountante. De verdachte wordt verdedigd door mr. Th. Muller Massis te Amsterdam. De belangstelling voor deze zaak ls bui tengewoon groot. President van de recht bank ls mr, Th. Maassen, rechters mrs. Jhr. Strlck van Llnschoten en Ferwerda, griffier mr. Th. de Jong. Mr. W. M. Paardekooper Overman deelt mede, na het voorlezen der dagvaarding, i dat hij een der getuigen terugtrekt. Op zijn I verzoek worden eenige wijzigingen van on dergeschikt belang in de dagvaarding aan gebracht. Eerste getuige is de commissaris van politie te Wormerveer. Hij was op 14 Juni 1934 op het kantoor der firma Schaap, om dat het vermoeden bestond, dat effecten der N.V. „Zaanland" verduisterd waren. Na opening van het safeloket bleek, dat dit inderdaad totalil leeg was. De waarde der effecten bedroeg f. 80.000. Een paar dagen later was verdachte verdwenen. Vervolgens wordt gehoord de Rijks accountant J. van de Kreeke, die verklaart, dat in 1925 de toestand der firma Schaap reeds precair was. Het deficit bedroeg toen ongeveer 11/4 millioen. Getuige had voorts geconstateerd, dat uit de safeloketten ef fecten, met een totale waarde van ongeveer zeven ton, waren verdwenen, De Rijks-accountant W. H. van der Horst, die met den vorlgen getuige een onderzoek had Ingesteld, verklaarde nog, dat in de administratie fictieve rekeningen voor kwamen, om tekorten te dekken. Verhoor van den verdachte. Verdachte Schaap wordt hierna onder vraagd. Hij geeft toe, dat hij ongeveer drie Jaar geleden begonnen was met effecten uit de safeloketten te nemen. Eerst heeft hij de effecen uit de safe van de N.V. „Zaanland" genomen en daarna die van andere cliënten. Hij kon dit doen doord e goede reservesleutels niet af te dragen, maar aan de cliënten verkeerde sleutels te geven. Ook heeft hij sleutels laten bij maken. Verdachte erkent ook beschikt te hebben over obligaties van „Het Wllhelmlnapark" te Wormerveer. HIJ was penningmeester van de propaganda-commlesle dezer In stelling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 2