VAN HET OORLOGSFRONT.
76st0 Jaargang
MAANDAG 27 JANUARI 1936
No. 23263
STADSNIEUWS.
De strijd aan het Noordelijk front schijnt
tijdelijk te zijn gestaakt, daar beide partijen de
troepen opnieuw formeeren. Veel verandering in
de situatie is niet gekomen. Beide partijen eischen
voor zich de overwinning op.
In het Zuiden rukken de Italianen vanuit
Neghelli nog verder op.
Het voornaamste Nieuws
van hedeiL
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
PRIJS DER ADVERTENTIES:
.20 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar
.agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere
advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertenties belangrijk
lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling
Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden
.van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven
'10 ets. porto te betalen. - Verplicht bewijsnummer 5 ets.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postchêque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn:
per 3 maanden f. 2.35
per week f. 0.13
Franco per post f. 2 35 per 3 maanden -f portokosten.
(voor binnenland f. 0.80 per 3 mnd.>
Dit nummer bestaat uit VIER bladen
EERSTE BLAD.
DE STADHUISBOUW.
Eenige omwonenden van het nieuwe
Stadhuis hebben per deurwaardersexploit
de gemeente doen weten, dat zij bevreesd
zijn, dat ook hun perceelen schade zullen
ondervinden van het heien en dat zij
daarom maatregelen van B. en W daar
tegen verwachten.
o
HERDENKING DER DOLEANTIE.
In de Gereformeerde Kerken.
In verband met het feit, dat honderd
jaar geleden de Doleantie plaats had, is
gisteren in de morgengodsdienstoefening
der Gereformeerde Kerken hieraan herin
nerd.
In de Heerengracht-kerk, waar ds. W.
Bouwman voorging, bepaalde deze zijn ge
hoor bij ps. 77 12 ,,Ik zal de daden des
Heeren gedenken ja, ik zal gedenken Uwe
wonderen van oudsher".
Ds. Bouwman herinnerde aan de af
scheiding van 1834 en wees er vervolgens
op, dat wij bij de herdenking der dolean
tie niet den mensch op den voorgrond
zullen stellen, maar de groote daden Gods
hebben te gedenken.
Een parallel trekkende op den 77en
Psalm, waarin het ook gaat om de geeste
lijke goederen, werd gewezen op de ang
stige vragen en benauwende problemen,
waarmede ook de menschen in later
eeuwen op kerkelijk terrein te maken
hadden. Met driestheid trad en treedt de
Godsverzaking op. Ook heden ten dage
ondervinden wij dat, Spr. wees in dit ver
band op Rusland en Duitschland. Veel
wordt daar om den naam des Heeren ge
leden.
Gelukkig echter, dat God Zijn volk niet
zal vergeten of verlaten. Wij behoeven
daarvoor maar in de historie te zien. 'b
Volk Israël mocht Gods macht en liefde
ondervinden. Ook wij, aldus spr, mogen in
deze dagen van herdenking de daden
Gods opmerken. Voor honderd jaar leefde
men ook in een hangen tijd. Christus'
Koningschap werd ter zijde gesteld. Droef
en donker stond, het er voor. Maar de
God des Verbonds behield nog een over
blijfsel van het waarachtig naar Hem
zoekende volk.Ds. Bouwman bracht dan, na
nog aan ds. De Cock c.s .herinnerd te
hebben, de namen van de predikanten in
herinnering, welke toentertijd de doleantie
hebben medegemaakt. Veel hebben zij om
Gods wille moeten lijden. Maar ook bij
zonder hebben zij de hulp en bijstand
des Heeren mogen ervaren!
In een ernstige peroratie wees spr.
voorts nog op de groote zegeningen Gods.
Ds. H. Thomas, die in de Oude-Vest-
kerk voorging, bepaalde zijn gehoor bij
Hosea 6 1 „Komt en laat ons weder-
keeren tot den Heere, want Hij heeft ver
scheurd en Hij zal ons genezen. Hij heeft
geslagen en Hij zal ons verbinden".
Bij de ontvorming van dit tekstwoord
zette spr. uiteen, dat Hosea, de onver-
valschte boetprediker, de zonden van Israël
brandmerkt als overspel. God. de Getrouwe,
kastijdt Zijn volk en doet het wederkeeren.
Dit zien wij ook uit den tekst: „Komt en
laat ons wederkeeren tot den Heere". In
dachtig aan dit woord zullen wij het best
de afscheiding herdenken, die ons van
zondige, kerkelijke banden verloste. Het
was een opzeggen van gehoorzaamheid aan
een Synode, die reglementen stelde boven
Gods Woord. Het was tevens een terugkeer
tot leer, dienst en tucht naar Gods V/oord.
Spr. zette dan het onderscheid tusschen
instituut en organisme der kerk uiteen,
waarbij hij waarschuwde tegen kerkelijk
chauvinisme. Een instituut moet zijn de
bedding, waardoor Jezus Christus Zijn
overvloedig leven stuwt.
In dit licht moeten wij ook het werk
Gods van de afscheiding zien. Daarom ging
het bij de vromen. Hier ligt de kern van
de afscheiding.
Nadat ds. Thomas er op gewezen had,
dat het ook in dezen tijd vaak ontoreekt
aan 't vaste geloof, zondekennis en ge
meenschap met den Heiland, wekte hij op
zich geheel en al over te geven aan Jezus
Christus.
In de Hooigracht-kerk ging ds. H. A.
Wiersinga in den dienst des Woords voor.
Als overdenkinswoord voor deze ure koos
spr. 2 Kron. 29 10 en 36 „Nu is het in mijn
hart een verbond te maken met den Heere
den God Israels, opdat de hitte Zijns toorns
zich van ons afkeere. Jehizkia na, en
al het volk verblijdden zich over hetgeen
God voor het volk bereid had; want deze
zaak geschiedde' haastelijk".
Ook ds. Wiersinga herinnerde aan de
voormannen der afscheiding te dezer stede.
De eerste samenkomsten werden gehou
den in het huis van Kaatje Paauw, turf-
verkoopster aan de Langegracht. Ook
kwam men bijeen in de pakhuizen van
Tieleman en Dros.
Naar aanleiding van een vast besluit in
het reformeeren van het Huis Gods door
Hizkia, wees spr. er op, hoé hij tot dit be
sluit gekomen was en hoe dit uitgevoerd
werd. Uitvoerig weidde spr. uit over deze
reformatie, waarbij hij tevens gelegenheid
vond hierbij de doleantie te behandelen.
VERKEERS-VERBETERING.
Met ingang van 1 Februari e.k. zullen de
„Trio"-bussen, rijdende naar Boskoop, in
plaats van de Hoogewoerd, het thans ver-
breede Levendaal gaan berijden, met een
stopplaats aan het Plantsoen en aan het
Levendaal. Dit is een goede verkeersverbe-
ring, daar nu de smalle Hoogewoerd ontlast
zal worden.
VER. VAN CHR. ONDERWIJZERS.
Lezing van den heer v. d. Baan
over „Künkel".
De afd. Leiden en Omstreken van de
Ver. van Chr. Onderwijzers (essen) in Ne
derland en Ovei'zeesche Gewesten hield
Zaterdagavond in het Nutsgebouw een
bijeenkomst. De voorzitter, de heer Ba-
kema las 2 Tim. 3 en enkele verzen uit
2 Tim. 4, waarna hij een beknopt over
zicht gaf van het vereenlgingsleven in
1935, waarin o.m. het 6C-jarig bestaan der
afdeeling werd herdacht. Spr. eindigde
met de beste wenschen voor het jaar 1936.
De heer Kalsbeek werd nog door den
voorzitter als bestuurslid welkom gehee-
ten.
De secretaris, de heer A. van Kapel, las
de notulen, waarna enkele ingekomen
stukken werden afgedaan.
Enkele zakelijke mededeelingen aan
gaande de Vojo-actie werden door den
heer Zijlstra gedaan, waarna deze op
wekte het Vojo-werk te steunen.
De penningmeesteresse, mej. Moene,
bracht haar jaarverslag uit, dat sloot met
een saldo van ruim f. 100. Haar werd
décharge verleend.
Dan sprak de heer A. v. d. Baan over
„De beteekenis van Künkel voor ons werk
in de Christelijke School".
Er zijn drie factoren bij ons werk in de
school, aldus spr. t. w. de leerstof, de
leerling en de onderwijzer. Lag eerst de
objectieve methode van les-geven den
nadruk op de leerstof, hierop volgde de
subjectieve methode, die den nadruk ves
tigde op den leerling.
Künkel echter leert ons nadruk leggen
op de derde factor, „de onderwijzer". Hij
z;et de verhouding in den vorm van een
driehoek, waarbij eerst de verhouding
„onderwijzer-leerling" dient in orde te
zijn. De persoonlijkheid van den onder
wijzer bepaalt het karakter van het on
derwijs. Künkel zegt: „niet hervorming
van het schoolwezen maar hervorming
van den onderwijzer".
Als de twee hoofdbegrippen van Kün-
kels gedachtengang teekende spr. de za
kelijkheid of het open staan voor hert
leven en ten tweede de „ik-zucht of
-dienst". Een kind met een neurotische
denkstoornis zullen wij niet naar een
school voor buitengewoon onderwijs moe
ten sturen, daar dit een doodvonnis be-
feekent. Wij moeten dezulken niet meer
ontmoedigen, dan dat zij al zijn.
Wij zullen het kind er van overtuigen,
dat het niet dom en minderwaardig is.
Voor een prestatie zullen wij een waar-
deerend woord laten hooren.
Aan de hand van een citaat uit een van
Künkels boeken toonde de heer Van der
Baan de tegenstelling KünkelAdler aan
t.o.v. het minderwaardigheidsgevoel bij
kinderen. Adviseert Adler om van het
minderwaardigheidsgevoel van het kind
te profiteeren. Künkel daarentegen wil
het ééne kind niet boven of onder het
ander doen staan, maar ze allen naast
elkander plaatsen.
Künkels critiek op het klassikaal on
derwijs bestaat in hoofdzaak hierin, dat
er te veel geïndividualiseerd wordt. Vol
gens Künkel zullen wij op moeten houden
het het opvoeren tot individueele pres
taties. Wij zullen in de school trachten
groepswerk te vinden, waarbij kinderen
met elkander kunnen samenwerken.
Spr. wees er met nadruk op, dat wij in
de klas een geest van trouw en kame
raadschap bij de leerlingen moeten aan-
kweeken en wel speciaal tegenover de
zwakkeren. Dan zal geen naijver voor
eikaars werk ontstaan, maar veeleer be
langstelling.
Uitgesloten acht spr. een groote klas
klassikaal aan het denken te zetten. Beter
lijkt het hem een dergelijke klas te spe-
cialiseeren in kleine groepen.
Tenslotte besprak spr. de orde- en rust-
verstorende elementen.
De voorzitter dankte den inleider voor
zijn interessante lering, waarna gedach-
1 tenwisseling en sluiting volgden.
LEDENVERGADERING
NED. ONDERWIJZERS GENOOTSCHAP.
DE L.E.M.V.O.G.
GLACIOLOGISCHE ONDERZOEKINGEN
IN DE KARAKORUM.
Uiteenzettingen van den heer de Klerk.
I Zaterdag hield de afd. Leiden van het
Nederlandsch Onderwijzers Genootschap
haar eerste ledenvergadering van het jaar
in 't Nutsgebouw. Aanwezig was o.a. het
H.B.-lid de heer De Klerk uit Den Haag.
Daar hij de schakel is tusschen N.O.G. en
het Departement van Onderwijs, was het
niet te verwonderen, dat hij veel belang
rijks meebracht, waarmee een ieder zijn
nut kon doen. Hij werd dan ook bij de
rondvraag bestormd met vragen, die in 't
midden der belangstelling staan. Hij toon
de o.a. aan, hoe nuttig het is aangesloten
te zijn bij een goed bekend staande vak-
vereeniging, die als bemiddelaarster op
treedt wanneer er moeilijkheden zijn. Een
ieder toch kan „slachtoffer" worden, b.v.
op wachtgeld komen. Het zwaard van
Damocles hangt boven ieders hoofd. Voor
hoeveel verdriet en last kan men dan be
spaard blijven, wanneer men zich wendt
tot zijn Vakvereeniging.
Behalve de gewone agendapunten, kwam
aan de orde: „Crisisfonds N. O. G.". De
heer De Klerk deed ook hierover diverse
mededeelingen.
Oorspronkelijk was dit fonds alleen ge
sticht voor wachtgelders, wier wachtgeld-
tijd af geloopen was en die dan in handen v.
de bedeeling zouden vallen. Daadwerkelijk
werden velen, die in zoo'n betreurenswaar
dige positie verkeeren, gesteund. Veel
geld is daarvoor noodig; daarom steunt dit
prachtig werk! Doch ook de jeugdige werk-
looze onderwijzers vragen onze aandacht.
Zij, die kunnen aantoonen. dat zij niet bij
machte zijn hun verdere studie en studie
boeken te bekostigen, ontvangen dan steun
uit dit Crisisfonds, mits zij één jaar lid
zijn van het N. O. G. en hun studie in de
richting van het onderwijs blijft. Vele
jeugdige werklooze onderwijzers hebben
reeds geprofiteerd van deze nieuwe instel
ling en er hun dankbaarheid over geuit.
Met dankbare gevoelens, jegens den heer
De Klerk sloot de w.n. voorzitter deze zeer
geanimeerde vergadering.
VERGADERING STATENKRING LEIDEN.
Van de Staatk. Ger. Partij.
Bovengenoemde Statenkring hield haar
jaarvergadering in het Ned. Herv. Vereen,
gebouw te Sassenheim.
De voorzitter de heer C. H. Overduin
uit Leiden opende door te laten zingen
Ps. 32 4 en gebed, las Ps. 90 en sprak
een openingswoord, de aanwezigen in
hoofdzaak wijzend op de groote oorzaak
van de economische crisis welke ons land
doormaakt en waarvan allen de gevolgen
ondervinden, n.l. het verlaten van God's
geboden door overheid en onderdanen en
dat alleen in terugkeer naar God's inzet
tingen weer herstel kan plaats vinden.
Hierop volgden diverse zaken van huis-
houdelijken aard als het lezen der notu
len en het jaarverslag, en de bestuurs
verkiezing. Inplaats van den heer T. de
Haan van Llsse werd gekozen de heer
A. v. Egmond van Voorschoten
Ook de penningmeester bracht zijn ver
slag uit.
De heer Oudshoorn van Warmond
sprak over: „Een boodschap van Gods
wege". Spr. behandelde de roeping en de
boodschap welke de profeet Jona te bren
gen had. Ook in ons land zijn er gelukkig
nog dienstknechten Gods, die overheid en
onderdanen een boodschap van Gods
wege hebben te brengen.
De heer Oudshoorn sloot mot dank
gebed.
Verlaging der obligatie-rente tot 4%.
In de onlangs gehouden vergadering van
de houders van 6 en e'/Wo obligaties der
Leidsche Exploitatie Mij. van Onroerende
Goederen alhier, is besloten de rente te
verlagen tot 4% en uitstel van rentebeta
ling te verleenen.
De afwezige obligatiehouders hebben bij
deurwaarders-exploit tegen de niet-beta-
iing der rente geprotesteerd, en daarbij
verklaard, accoord te gaan met verlaging
der rente tot 4°/..
De 6 en 6obligaties der L.E.M.V.O.G.
1 zijn geplaatst zonder trustverband.
Lezing van dr. Ph. C. Visser.
Voor de Leidsche Geologische Vereeni
ging hield de bekende Nederlandsche
Karakorumreiziger dr. Ph. C. Visser Zater
dagmiddag een lezing over zijn gletscher-
studie in de Karakorum
Spr. ving aan met te wijzen op de om
standigheid, die glaciologisch onderzoek in
de Karakorum vergemakkelijkt boven
soortgelijk werk in de Alpen en in de
Poolstreken. Is het in de Alpen de nivel-
leerende invloed van het Middellandsche-
Zeeklimaat. die de verschijnselen ongunstig
beïnvloedt in de Poolstreken legt het vol
komen verijsde landschap den onderzoeker
schier onoverkomelijke moeilijkheden in
den weg Daarentegen liggen de groote
gletschers van den Karakorum in een con
tinentaal klimaat, dat de verschijnselen
in hun zuiversten vorm doet zien.
In tegenstelling tot de Alpengletschers.
die door een fiernbekken worden gevoed,
zijn de meeste Karakorumgletschers zui
vere dalgletschers. dus zonder fiernbekken.
In hoofdzaak worden deze gevoed door de
sneeuwiawines die van de steile hellingen
geregeld naar beneden komen. In geen
enkel gebergte echter komt slechts eén
vergletscheringstype voor al kan niet ont
kend worden dat gewoonlijk al naar de
morfologie van het gebied een bepaald
type overheerscht. De tot dusver gevolgde
methode om de vergletscheringstynen aan
te geven met de namen van gebergten,
moet dan ook onvermijdelijk verwarring
stichten, reden waarom spr. reeds vroeger
had voorgesteld de namen voor de ver
schillende typen af te leiden van den vorm
van het voedingsgebied. Het alpiene type
zou dan het best gekarakteriseerd worden
door fiernbekken-vergletscheringstvpe. en
het in de Karakorum gewoonlijk optreden
de type. door prof. Oestreich destijds raar
een gedeelte van de Karakorum als Mus-
tagtype aangeduid met fiernketel-ver-
glri.scheringstVDe"
De bepaling van de sneeuwgrens bracht
in dit hooggelegen en droge gebergte haar
eigenaardige moeilijkheden mee. De noord
en de zuidhelling vertoonden n.l. steeds
een groot verschil, waardoor feitelijk
slechts de eenige bruikbare resultaten wer
den verkregen door van de oost-west ge
richte gletschers de fiernli.in te meten die
met de sneeuwgrens vrijwel identisch is.
Aan de zuidzijde van de waterscheiding
lag de sneeuwgrens ongeveer op 5000 meter
aan de noordzijde lag deze liin aanzienlijk
hooger De sterkere vergletschering van
de zuidzijde, dus iuist de zonziide vindt
zijn oorzaak in de Z.W. moesson, die de
sneeuw brengt. De relatief veel sterkere
verg'etschering van de Karakorum in ver
gelijking tot de andere ketens verklaarde
de Duitsche meteoroloog prof. Wagner als
volgt. Hli veronderstelde, dat een gedeelte
van de moesson oosteliik om de Himalaia
heenbuigt. en dan als N.O. wind iuist
tegen de noordelijk gelegen Karakorum
sneeuw brengt. Merkwaardig was het even
wel aldus dr Visser dat het met N.O.
wind aan de noordzijde van de Karakorum
steeds mooi weer was terwlil hier de
sneeuw vie] met V/. of N.W. winden.
De sterke bestraling door de zon van de
zuidelijke dalhellingen had ten gevolge,
dat het gletscheriis nooit tegen de dal-
wand aanlag doch er. door de terugge
kaatste warmte altijd door een vrii breede
kloof van gescheiden bleef. Door deze klo
ven was het de expeditie mogelijk veel
sneller de dalen stroomopwaarts in te
trekken dan over de gletscher ooit moge-
liik zou zijn geweest
Men huldigde vroeger algemeen de op
vatting, dat twee uit verschillende dalen
afkomstige en zich vereenigende glet
schers, na»st elkaar bleven voortbestaan-
Spr. had dit in de Karakorum slechts eén
keer waargenomen, waarbij het aan het
uiteinae ook duidelijk was waar te nemen.
In normale gevallen schoof een der glet
schers echter geheel of gedeeltelijk ovsr
de andere heen. De overschoven gletscher,
die aan de bovenzijde aldus tegen afsmel
ting werd behoed, leidde daardoor ge
woonlijk een langer bestaan, dan de over-
schuivende gletscher. De grondmoraine
van de laatste bleef dan als oppervlakie-
moraine op de overschoven ijsstrouin
ochter. Het voorkomen van gekraste stee-
nen in oppervlaktemoraines was hiermee
tevens verklaard.
De schommelingen in de uitbreiding van
de Karakorumgletscher bleken overeen ie
komen met die van de Alpengletschers. In
dit verband was ook merkwaardig hot
voorkomen van veel doode struiken boven
de struikgrens, die ongeveer 400 meter be
neden de sneeuwgrens blijft. Dit wijst qus
op een belangrijk hoogere ligging van
laatstgenoemde niveau, waarschijnlijk
nog niet langer dan een eeuw geleden.
Tenslotte wees dr. Visser op de ijspyra-
miden, die op sommige gletschers voorko
men en waarvan het bestaan tot voor kort
nog niet bevredigend was verklaard- De
verklaring moet gezocht worden in de rek
in twee richtingen, die een overschoven
gletscher uitoefent oo het doode ijs van
een oversehuivende gletscher. De ijspyra-
miden stellen dus niets anders voor, dan
de laatste resten van zoo'n overcchuivende
gletscher Na de pauze vertoonde dr. Vis
ser een fraaie serie diapositieven, die het
gesprokene duidelijk toelichtten.
BINNENLAND.
De Tweede Kamer stemt in met het
verbod van weercorpsen. (2e Blad).
Voorloopig verslag der Tweede Kamer
over het wetsontwerp betreffende maat
regelen tegen oververmoeidheid van chauf
feurs. (Binnenland, 4e Blad).
Op den weg LarenLochem zijn twee
wielrijders door een vrachtauto gegrepen;
er is één doode en één gewonde. (Laatste
Berichten, le Blad).
BUITENLAND.
Een interview met Hitler. Een territoriale
oorlog in strijd met alle logica. (4e Blad).
Na den dood van koning George. Rege
ling der begrafenis. (Buitenland, le Blad).
De regeeringsverklaring van het nieuwe
Fransche kabinet. (Buitenland, le Blad).
Het Italiaansche hotelwezen in moeilijk
heden. (Buitenland, le Blad).
Verplicht duel voor de Duitsche stu
denten. (Buitenland, le Blad).
De verkiezingen in Griekenland. De
beide hoofdpartijen (die van Venizelos en
Tsaldaris) ongeveer in evenwicht. Naar een
verzoeningskabinet? (Buitenland, le Blad).
ZIE VOORTS LAATSTE BERICHTEN,
EERSTE BLAD.
PRACHTIGE INDONESISCHE
KUNSTAVOND.
In den foyer van de Stadsgehoorzaal gaf
de Studentenvereeniging ter bevordering
van de Indonesische Kunst Zaterdagavond
een „Soirée artistique". Het was de eerste
uitvoering die deze jonge vereeniging
bracht en naar wij hopen zal het niet de
laatste zijn! Hoewel het décor zeer ge
brekkig was. ja zelfs af en toe geheel ont
brak, vertolkten de spelers hun rollen op
een wijze, die ons onmiddellijk in de Oos-
tersche sfeer verplaatste. Met hun fijn
gevoelig gebarenspel hebben zij ons een
avond geboden van waarlijk zeer hoog
staande kunst. De fijne sfeer werd in niet
geringe mate verhoogd door de zoo bij uit
stek Oostersche gamelanmuziek. De cos-
tuums waren van een verbluffende pracht.
Genoten hebben wij van de rijke kleuren
combinaties der sarongs en de schitterende
hoofdversierselen.
In zijn openingswoord heette de voorzit
ter Mas Doelhak, de aanwezigen hartelijk
welkom. Een speciaal woord richtte spr. tot
den vertegenwoordiger van den rector-
magnificus prof. dr. L. van Itallie, ver
schillende andere hoogleeraren, de verte
genwoordigers van de Indologenvereeni-
ging, en de vele afgevaardigden der stu-
der.tenvereenigingen uit deze en andere
universiteitssteden. Spr. zette het doel van
de eerst eenige maanden geleden opge
richte vereeniging uiteen, nJ. méér bekend
heid te geven aan de zoo rijke Indonesische
kunst. Om dit doel te bereiken hopen wij,
aldus spr., niet alleen hier opvoeringen te
geven, maar in alle plaatsen des lands, en
wel allereerst in de Universiteitssteden.
Vervolgens gaf spr. een korte uiteenzet
ting van de verschillende nummers.
Allereerst werd opgevoerd de krijgsdans
van God Brahma en prins Antaredja uit
het drama: „De opstand van Wrekodara".
De goden zijn vertoornd op Wrekodara, die
zichzelf tot koning heeft uitgeroepen. Zij
beginnen den strijd met zijn mannen en
werden verslagen. Op eminente wijze werd
bier het gevecht tusschen God Brahma en
Antaredja's zoon tot uitdrukking gebracht.
De Russische danseres mile. Hélène Leib-
mann. gediplomeerd aan de vorstelijke
Djokjasche dansschool „Krido Bekso Wi-
romo" en haar partner Prijono gaven ver
volgens de Srimpiedans. Deze dans beeldt
den strijd uit tusschen de heldinnen der
ridderverhalen, die elkander de liefde van
Sultan Wiraüi, Mohammed's oom, betwis
ten Met de groote soepelheid en elegance,
den Oosterling vooral in zijn primitieve
spelen eigen, werd deze dans uitgevoerd.
Als aardig intermezzo volgde een Baiisch
volksspel genaamd Djangèr, waarbij de
spelers in een halven cirkel gehurkt zitten,
rond hun hoofdman. Mile. Leibmann en de
heer Pryono brachten vervolgens de dans
van Poestakaweni en Prijambada, uit het
drama Poestakawéni Dit behandelt den
strijd tusschen prins Prijambada en prinses
Poestakawèni. De prinses wil pas dan met
den prins trouwen, wanneer deze haar in
een tweestrijd heeft overwonnen.
Tot slot werd een fragment op het too-
neel gebracht ui' het drama Sri Sedana, de
strijd tusschen prinses Dewi Siri en de
demonen-afgezanten, waaruit zij tenslotte
door haar broeder wordt gered. Deze num
mers oogstten allen een buitengewoon en
welverdiend succes! Zij werden afgewisseld
door zang, gemelan- en krontjongmuziek.
Tot besluit "an dezen in alle onzichten ge
slaagden avond vond een gezellig bal plaats
met medewerking van den neger jazz-pia-
nist „Freddy Johnson and his boys".