VAN HET OORLOGSFRONT. 76st0 Jaargang MAANDAG 27 JANUARI 1936 No. 23263 STADSNIEUWS. De strijd aan het Noordelijk front schijnt tijdelijk te zijn gestaakt, daar beide partijen de troepen opnieuw formeeren. Veel verandering in de situatie is niet gekomen. Beide partijen eischen voor zich de overwinning op. In het Zuiden rukken de Italianen vanuit Neghelli nog verder op. Het voornaamste Nieuws van hedeiL LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIES: .20 ets. per regel voor advertenties uit Lelden en plaatsen waar .agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertenties belangrijk lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden .van 30. - Incasso volgens postrecht. Voor opzending van brieven '10 ets. porto te betalen. - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchêque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT: Voor Lelden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn: per 3 maanden f. 2.35 per week f. 0.13 Franco per post f. 2 35 per 3 maanden -f portokosten. (voor binnenland f. 0.80 per 3 mnd.> Dit nummer bestaat uit VIER bladen EERSTE BLAD. DE STADHUISBOUW. Eenige omwonenden van het nieuwe Stadhuis hebben per deurwaardersexploit de gemeente doen weten, dat zij bevreesd zijn, dat ook hun perceelen schade zullen ondervinden van het heien en dat zij daarom maatregelen van B. en W daar tegen verwachten. o HERDENKING DER DOLEANTIE. In de Gereformeerde Kerken. In verband met het feit, dat honderd jaar geleden de Doleantie plaats had, is gisteren in de morgengodsdienstoefening der Gereformeerde Kerken hieraan herin nerd. In de Heerengracht-kerk, waar ds. W. Bouwman voorging, bepaalde deze zijn ge hoor bij ps. 77 12 ,,Ik zal de daden des Heeren gedenken ja, ik zal gedenken Uwe wonderen van oudsher". Ds. Bouwman herinnerde aan de af scheiding van 1834 en wees er vervolgens op, dat wij bij de herdenking der dolean tie niet den mensch op den voorgrond zullen stellen, maar de groote daden Gods hebben te gedenken. Een parallel trekkende op den 77en Psalm, waarin het ook gaat om de geeste lijke goederen, werd gewezen op de ang stige vragen en benauwende problemen, waarmede ook de menschen in later eeuwen op kerkelijk terrein te maken hadden. Met driestheid trad en treedt de Godsverzaking op. Ook heden ten dage ondervinden wij dat, Spr. wees in dit ver band op Rusland en Duitschland. Veel wordt daar om den naam des Heeren ge leden. Gelukkig echter, dat God Zijn volk niet zal vergeten of verlaten. Wij behoeven daarvoor maar in de historie te zien. 'b Volk Israël mocht Gods macht en liefde ondervinden. Ook wij, aldus spr, mogen in deze dagen van herdenking de daden Gods opmerken. Voor honderd jaar leefde men ook in een hangen tijd. Christus' Koningschap werd ter zijde gesteld. Droef en donker stond, het er voor. Maar de God des Verbonds behield nog een over blijfsel van het waarachtig naar Hem zoekende volk.Ds. Bouwman bracht dan, na nog aan ds. De Cock c.s .herinnerd te hebben, de namen van de predikanten in herinnering, welke toentertijd de doleantie hebben medegemaakt. Veel hebben zij om Gods wille moeten lijden. Maar ook bij zonder hebben zij de hulp en bijstand des Heeren mogen ervaren! In een ernstige peroratie wees spr. voorts nog op de groote zegeningen Gods. Ds. H. Thomas, die in de Oude-Vest- kerk voorging, bepaalde zijn gehoor bij Hosea 6 1 „Komt en laat ons weder- keeren tot den Heere, want Hij heeft ver scheurd en Hij zal ons genezen. Hij heeft geslagen en Hij zal ons verbinden". Bij de ontvorming van dit tekstwoord zette spr. uiteen, dat Hosea, de onver- valschte boetprediker, de zonden van Israël brandmerkt als overspel. God. de Getrouwe, kastijdt Zijn volk en doet het wederkeeren. Dit zien wij ook uit den tekst: „Komt en laat ons wederkeeren tot den Heere". In dachtig aan dit woord zullen wij het best de afscheiding herdenken, die ons van zondige, kerkelijke banden verloste. Het was een opzeggen van gehoorzaamheid aan een Synode, die reglementen stelde boven Gods Woord. Het was tevens een terugkeer tot leer, dienst en tucht naar Gods V/oord. Spr. zette dan het onderscheid tusschen instituut en organisme der kerk uiteen, waarbij hij waarschuwde tegen kerkelijk chauvinisme. Een instituut moet zijn de bedding, waardoor Jezus Christus Zijn overvloedig leven stuwt. In dit licht moeten wij ook het werk Gods van de afscheiding zien. Daarom ging het bij de vromen. Hier ligt de kern van de afscheiding. Nadat ds. Thomas er op gewezen had, dat het ook in dezen tijd vaak ontoreekt aan 't vaste geloof, zondekennis en ge meenschap met den Heiland, wekte hij op zich geheel en al over te geven aan Jezus Christus. In de Hooigracht-kerk ging ds. H. A. Wiersinga in den dienst des Woords voor. Als overdenkinswoord voor deze ure koos spr. 2 Kron. 29 10 en 36 „Nu is het in mijn hart een verbond te maken met den Heere den God Israels, opdat de hitte Zijns toorns zich van ons afkeere. Jehizkia na, en al het volk verblijdden zich over hetgeen God voor het volk bereid had; want deze zaak geschiedde' haastelijk". Ook ds. Wiersinga herinnerde aan de voormannen der afscheiding te dezer stede. De eerste samenkomsten werden gehou den in het huis van Kaatje Paauw, turf- verkoopster aan de Langegracht. Ook kwam men bijeen in de pakhuizen van Tieleman en Dros. Naar aanleiding van een vast besluit in het reformeeren van het Huis Gods door Hizkia, wees spr. er op, hoé hij tot dit be sluit gekomen was en hoe dit uitgevoerd werd. Uitvoerig weidde spr. uit over deze reformatie, waarbij hij tevens gelegenheid vond hierbij de doleantie te behandelen. VERKEERS-VERBETERING. Met ingang van 1 Februari e.k. zullen de „Trio"-bussen, rijdende naar Boskoop, in plaats van de Hoogewoerd, het thans ver- breede Levendaal gaan berijden, met een stopplaats aan het Plantsoen en aan het Levendaal. Dit is een goede verkeersverbe- ring, daar nu de smalle Hoogewoerd ontlast zal worden. VER. VAN CHR. ONDERWIJZERS. Lezing van den heer v. d. Baan over „Künkel". De afd. Leiden en Omstreken van de Ver. van Chr. Onderwijzers (essen) in Ne derland en Ovei'zeesche Gewesten hield Zaterdagavond in het Nutsgebouw een bijeenkomst. De voorzitter, de heer Ba- kema las 2 Tim. 3 en enkele verzen uit 2 Tim. 4, waarna hij een beknopt over zicht gaf van het vereenlgingsleven in 1935, waarin o.m. het 6C-jarig bestaan der afdeeling werd herdacht. Spr. eindigde met de beste wenschen voor het jaar 1936. De heer Kalsbeek werd nog door den voorzitter als bestuurslid welkom gehee- ten. De secretaris, de heer A. van Kapel, las de notulen, waarna enkele ingekomen stukken werden afgedaan. Enkele zakelijke mededeelingen aan gaande de Vojo-actie werden door den heer Zijlstra gedaan, waarna deze op wekte het Vojo-werk te steunen. De penningmeesteresse, mej. Moene, bracht haar jaarverslag uit, dat sloot met een saldo van ruim f. 100. Haar werd décharge verleend. Dan sprak de heer A. v. d. Baan over „De beteekenis van Künkel voor ons werk in de Christelijke School". Er zijn drie factoren bij ons werk in de school, aldus spr. t. w. de leerstof, de leerling en de onderwijzer. Lag eerst de objectieve methode van les-geven den nadruk op de leerstof, hierop volgde de subjectieve methode, die den nadruk ves tigde op den leerling. Künkel echter leert ons nadruk leggen op de derde factor, „de onderwijzer". Hij z;et de verhouding in den vorm van een driehoek, waarbij eerst de verhouding „onderwijzer-leerling" dient in orde te zijn. De persoonlijkheid van den onder wijzer bepaalt het karakter van het on derwijs. Künkel zegt: „niet hervorming van het schoolwezen maar hervorming van den onderwijzer". Als de twee hoofdbegrippen van Kün- kels gedachtengang teekende spr. de za kelijkheid of het open staan voor hert leven en ten tweede de „ik-zucht of -dienst". Een kind met een neurotische denkstoornis zullen wij niet naar een school voor buitengewoon onderwijs moe ten sturen, daar dit een doodvonnis be- feekent. Wij moeten dezulken niet meer ontmoedigen, dan dat zij al zijn. Wij zullen het kind er van overtuigen, dat het niet dom en minderwaardig is. Voor een prestatie zullen wij een waar- deerend woord laten hooren. Aan de hand van een citaat uit een van Künkels boeken toonde de heer Van der Baan de tegenstelling KünkelAdler aan t.o.v. het minderwaardigheidsgevoel bij kinderen. Adviseert Adler om van het minderwaardigheidsgevoel van het kind te profiteeren. Künkel daarentegen wil het ééne kind niet boven of onder het ander doen staan, maar ze allen naast elkander plaatsen. Künkels critiek op het klassikaal on derwijs bestaat in hoofdzaak hierin, dat er te veel geïndividualiseerd wordt. Vol gens Künkel zullen wij op moeten houden het het opvoeren tot individueele pres taties. Wij zullen in de school trachten groepswerk te vinden, waarbij kinderen met elkander kunnen samenwerken. Spr. wees er met nadruk op, dat wij in de klas een geest van trouw en kame raadschap bij de leerlingen moeten aan- kweeken en wel speciaal tegenover de zwakkeren. Dan zal geen naijver voor eikaars werk ontstaan, maar veeleer be langstelling. Uitgesloten acht spr. een groote klas klassikaal aan het denken te zetten. Beter lijkt het hem een dergelijke klas te spe- cialiseeren in kleine groepen. Tenslotte besprak spr. de orde- en rust- verstorende elementen. De voorzitter dankte den inleider voor zijn interessante lering, waarna gedach- 1 tenwisseling en sluiting volgden. LEDENVERGADERING NED. ONDERWIJZERS GENOOTSCHAP. DE L.E.M.V.O.G. GLACIOLOGISCHE ONDERZOEKINGEN IN DE KARAKORUM. Uiteenzettingen van den heer de Klerk. I Zaterdag hield de afd. Leiden van het Nederlandsch Onderwijzers Genootschap haar eerste ledenvergadering van het jaar in 't Nutsgebouw. Aanwezig was o.a. het H.B.-lid de heer De Klerk uit Den Haag. Daar hij de schakel is tusschen N.O.G. en het Departement van Onderwijs, was het niet te verwonderen, dat hij veel belang rijks meebracht, waarmee een ieder zijn nut kon doen. Hij werd dan ook bij de rondvraag bestormd met vragen, die in 't midden der belangstelling staan. Hij toon de o.a. aan, hoe nuttig het is aangesloten te zijn bij een goed bekend staande vak- vereeniging, die als bemiddelaarster op treedt wanneer er moeilijkheden zijn. Een ieder toch kan „slachtoffer" worden, b.v. op wachtgeld komen. Het zwaard van Damocles hangt boven ieders hoofd. Voor hoeveel verdriet en last kan men dan be spaard blijven, wanneer men zich wendt tot zijn Vakvereeniging. Behalve de gewone agendapunten, kwam aan de orde: „Crisisfonds N. O. G.". De heer De Klerk deed ook hierover diverse mededeelingen. Oorspronkelijk was dit fonds alleen ge sticht voor wachtgelders, wier wachtgeld- tijd af geloopen was en die dan in handen v. de bedeeling zouden vallen. Daadwerkelijk werden velen, die in zoo'n betreurenswaar dige positie verkeeren, gesteund. Veel geld is daarvoor noodig; daarom steunt dit prachtig werk! Doch ook de jeugdige werk- looze onderwijzers vragen onze aandacht. Zij, die kunnen aantoonen. dat zij niet bij machte zijn hun verdere studie en studie boeken te bekostigen, ontvangen dan steun uit dit Crisisfonds, mits zij één jaar lid zijn van het N. O. G. en hun studie in de richting van het onderwijs blijft. Vele jeugdige werklooze onderwijzers hebben reeds geprofiteerd van deze nieuwe instel ling en er hun dankbaarheid over geuit. Met dankbare gevoelens, jegens den heer De Klerk sloot de w.n. voorzitter deze zeer geanimeerde vergadering. VERGADERING STATENKRING LEIDEN. Van de Staatk. Ger. Partij. Bovengenoemde Statenkring hield haar jaarvergadering in het Ned. Herv. Vereen, gebouw te Sassenheim. De voorzitter de heer C. H. Overduin uit Leiden opende door te laten zingen Ps. 32 4 en gebed, las Ps. 90 en sprak een openingswoord, de aanwezigen in hoofdzaak wijzend op de groote oorzaak van de economische crisis welke ons land doormaakt en waarvan allen de gevolgen ondervinden, n.l. het verlaten van God's geboden door overheid en onderdanen en dat alleen in terugkeer naar God's inzet tingen weer herstel kan plaats vinden. Hierop volgden diverse zaken van huis- houdelijken aard als het lezen der notu len en het jaarverslag, en de bestuurs verkiezing. Inplaats van den heer T. de Haan van Llsse werd gekozen de heer A. v. Egmond van Voorschoten Ook de penningmeester bracht zijn ver slag uit. De heer Oudshoorn van Warmond sprak over: „Een boodschap van Gods wege". Spr. behandelde de roeping en de boodschap welke de profeet Jona te bren gen had. Ook in ons land zijn er gelukkig nog dienstknechten Gods, die overheid en onderdanen een boodschap van Gods wege hebben te brengen. De heer Oudshoorn sloot mot dank gebed. Verlaging der obligatie-rente tot 4%. In de onlangs gehouden vergadering van de houders van 6 en e'/Wo obligaties der Leidsche Exploitatie Mij. van Onroerende Goederen alhier, is besloten de rente te verlagen tot 4% en uitstel van rentebeta ling te verleenen. De afwezige obligatiehouders hebben bij deurwaarders-exploit tegen de niet-beta- iing der rente geprotesteerd, en daarbij verklaard, accoord te gaan met verlaging der rente tot 4°/.. De 6 en 6obligaties der L.E.M.V.O.G. 1 zijn geplaatst zonder trustverband. Lezing van dr. Ph. C. Visser. Voor de Leidsche Geologische Vereeni ging hield de bekende Nederlandsche Karakorumreiziger dr. Ph. C. Visser Zater dagmiddag een lezing over zijn gletscher- studie in de Karakorum Spr. ving aan met te wijzen op de om standigheid, die glaciologisch onderzoek in de Karakorum vergemakkelijkt boven soortgelijk werk in de Alpen en in de Poolstreken. Is het in de Alpen de nivel- leerende invloed van het Middellandsche- Zeeklimaat. die de verschijnselen ongunstig beïnvloedt in de Poolstreken legt het vol komen verijsde landschap den onderzoeker schier onoverkomelijke moeilijkheden in den weg Daarentegen liggen de groote gletschers van den Karakorum in een con tinentaal klimaat, dat de verschijnselen in hun zuiversten vorm doet zien. In tegenstelling tot de Alpengletschers. die door een fiernbekken worden gevoed, zijn de meeste Karakorumgletschers zui vere dalgletschers. dus zonder fiernbekken. In hoofdzaak worden deze gevoed door de sneeuwiawines die van de steile hellingen geregeld naar beneden komen. In geen enkel gebergte echter komt slechts eén vergletscheringstype voor al kan niet ont kend worden dat gewoonlijk al naar de morfologie van het gebied een bepaald type overheerscht. De tot dusver gevolgde methode om de vergletscheringstynen aan te geven met de namen van gebergten, moet dan ook onvermijdelijk verwarring stichten, reden waarom spr. reeds vroeger had voorgesteld de namen voor de ver schillende typen af te leiden van den vorm van het voedingsgebied. Het alpiene type zou dan het best gekarakteriseerd worden door fiernbekken-vergletscheringstvpe. en het in de Karakorum gewoonlijk optreden de type. door prof. Oestreich destijds raar een gedeelte van de Karakorum als Mus- tagtype aangeduid met fiernketel-ver- glri.scheringstVDe" De bepaling van de sneeuwgrens bracht in dit hooggelegen en droge gebergte haar eigenaardige moeilijkheden mee. De noord en de zuidhelling vertoonden n.l. steeds een groot verschil, waardoor feitelijk slechts de eenige bruikbare resultaten wer den verkregen door van de oost-west ge richte gletschers de fiernli.in te meten die met de sneeuwgrens vrijwel identisch is. Aan de zuidzijde van de waterscheiding lag de sneeuwgrens ongeveer op 5000 meter aan de noordzijde lag deze liin aanzienlijk hooger De sterkere vergletschering van de zuidzijde, dus iuist de zonziide vindt zijn oorzaak in de Z.W. moesson, die de sneeuw brengt. De relatief veel sterkere verg'etschering van de Karakorum in ver gelijking tot de andere ketens verklaarde de Duitsche meteoroloog prof. Wagner als volgt. Hli veronderstelde, dat een gedeelte van de moesson oosteliik om de Himalaia heenbuigt. en dan als N.O. wind iuist tegen de noordelijk gelegen Karakorum sneeuw brengt. Merkwaardig was het even wel aldus dr Visser dat het met N.O. wind aan de noordzijde van de Karakorum steeds mooi weer was terwlil hier de sneeuw vie] met V/. of N.W. winden. De sterke bestraling door de zon van de zuidelijke dalhellingen had ten gevolge, dat het gletscheriis nooit tegen de dal- wand aanlag doch er. door de terugge kaatste warmte altijd door een vrii breede kloof van gescheiden bleef. Door deze klo ven was het de expeditie mogelijk veel sneller de dalen stroomopwaarts in te trekken dan over de gletscher ooit moge- liik zou zijn geweest Men huldigde vroeger algemeen de op vatting, dat twee uit verschillende dalen afkomstige en zich vereenigende glet schers, na»st elkaar bleven voortbestaan- Spr. had dit in de Karakorum slechts eén keer waargenomen, waarbij het aan het uiteinae ook duidelijk was waar te nemen. In normale gevallen schoof een der glet schers echter geheel of gedeeltelijk ovsr de andere heen. De overschoven gletscher, die aan de bovenzijde aldus tegen afsmel ting werd behoed, leidde daardoor ge woonlijk een langer bestaan, dan de over- schuivende gletscher. De grondmoraine van de laatste bleef dan als oppervlakie- moraine op de overschoven ijsstrouin ochter. Het voorkomen van gekraste stee- nen in oppervlaktemoraines was hiermee tevens verklaard. De schommelingen in de uitbreiding van de Karakorumgletscher bleken overeen ie komen met die van de Alpengletschers. In dit verband was ook merkwaardig hot voorkomen van veel doode struiken boven de struikgrens, die ongeveer 400 meter be neden de sneeuwgrens blijft. Dit wijst qus op een belangrijk hoogere ligging van laatstgenoemde niveau, waarschijnlijk nog niet langer dan een eeuw geleden. Tenslotte wees dr. Visser op de ijspyra- miden, die op sommige gletschers voorko men en waarvan het bestaan tot voor kort nog niet bevredigend was verklaard- De verklaring moet gezocht worden in de rek in twee richtingen, die een overschoven gletscher uitoefent oo het doode ijs van een oversehuivende gletscher. De ijspyra- miden stellen dus niets anders voor, dan de laatste resten van zoo'n overcchuivende gletscher Na de pauze vertoonde dr. Vis ser een fraaie serie diapositieven, die het gesprokene duidelijk toelichtten. BINNENLAND. De Tweede Kamer stemt in met het verbod van weercorpsen. (2e Blad). Voorloopig verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp betreffende maat regelen tegen oververmoeidheid van chauf feurs. (Binnenland, 4e Blad). Op den weg LarenLochem zijn twee wielrijders door een vrachtauto gegrepen; er is één doode en één gewonde. (Laatste Berichten, le Blad). BUITENLAND. Een interview met Hitler. Een territoriale oorlog in strijd met alle logica. (4e Blad). Na den dood van koning George. Rege ling der begrafenis. (Buitenland, le Blad). De regeeringsverklaring van het nieuwe Fransche kabinet. (Buitenland, le Blad). Het Italiaansche hotelwezen in moeilijk heden. (Buitenland, le Blad). Verplicht duel voor de Duitsche stu denten. (Buitenland, le Blad). De verkiezingen in Griekenland. De beide hoofdpartijen (die van Venizelos en Tsaldaris) ongeveer in evenwicht. Naar een verzoeningskabinet? (Buitenland, le Blad). ZIE VOORTS LAATSTE BERICHTEN, EERSTE BLAD. PRACHTIGE INDONESISCHE KUNSTAVOND. In den foyer van de Stadsgehoorzaal gaf de Studentenvereeniging ter bevordering van de Indonesische Kunst Zaterdagavond een „Soirée artistique". Het was de eerste uitvoering die deze jonge vereeniging bracht en naar wij hopen zal het niet de laatste zijn! Hoewel het décor zeer ge brekkig was. ja zelfs af en toe geheel ont brak, vertolkten de spelers hun rollen op een wijze, die ons onmiddellijk in de Oos- tersche sfeer verplaatste. Met hun fijn gevoelig gebarenspel hebben zij ons een avond geboden van waarlijk zeer hoog staande kunst. De fijne sfeer werd in niet geringe mate verhoogd door de zoo bij uit stek Oostersche gamelanmuziek. De cos- tuums waren van een verbluffende pracht. Genoten hebben wij van de rijke kleuren combinaties der sarongs en de schitterende hoofdversierselen. In zijn openingswoord heette de voorzit ter Mas Doelhak, de aanwezigen hartelijk welkom. Een speciaal woord richtte spr. tot den vertegenwoordiger van den rector- magnificus prof. dr. L. van Itallie, ver schillende andere hoogleeraren, de verte genwoordigers van de Indologenvereeni- ging, en de vele afgevaardigden der stu- der.tenvereenigingen uit deze en andere universiteitssteden. Spr. zette het doel van de eerst eenige maanden geleden opge richte vereeniging uiteen, nJ. méér bekend heid te geven aan de zoo rijke Indonesische kunst. Om dit doel te bereiken hopen wij, aldus spr., niet alleen hier opvoeringen te geven, maar in alle plaatsen des lands, en wel allereerst in de Universiteitssteden. Vervolgens gaf spr. een korte uiteenzet ting van de verschillende nummers. Allereerst werd opgevoerd de krijgsdans van God Brahma en prins Antaredja uit het drama: „De opstand van Wrekodara". De goden zijn vertoornd op Wrekodara, die zichzelf tot koning heeft uitgeroepen. Zij beginnen den strijd met zijn mannen en werden verslagen. Op eminente wijze werd bier het gevecht tusschen God Brahma en Antaredja's zoon tot uitdrukking gebracht. De Russische danseres mile. Hélène Leib- mann. gediplomeerd aan de vorstelijke Djokjasche dansschool „Krido Bekso Wi- romo" en haar partner Prijono gaven ver volgens de Srimpiedans. Deze dans beeldt den strijd uit tusschen de heldinnen der ridderverhalen, die elkander de liefde van Sultan Wiraüi, Mohammed's oom, betwis ten Met de groote soepelheid en elegance, den Oosterling vooral in zijn primitieve spelen eigen, werd deze dans uitgevoerd. Als aardig intermezzo volgde een Baiisch volksspel genaamd Djangèr, waarbij de spelers in een halven cirkel gehurkt zitten, rond hun hoofdman. Mile. Leibmann en de heer Pryono brachten vervolgens de dans van Poestakaweni en Prijambada, uit het drama Poestakawéni Dit behandelt den strijd tusschen prins Prijambada en prinses Poestakawèni. De prinses wil pas dan met den prins trouwen, wanneer deze haar in een tweestrijd heeft overwonnen. Tot slot werd een fragment op het too- neel gebracht ui' het drama Sri Sedana, de strijd tusschen prinses Dewi Siri en de demonen-afgezanten, waaruit zij tenslotte door haar broeder wordt gered. Deze num mers oogstten allen een buitengewoon en welverdiend succes! Zij werden afgewisseld door zang, gemelan- en krontjongmuziek. Tot besluit "an dezen in alle onzichten ge slaagden avond vond een gezellig bal plaats met medewerking van den neger jazz-pia- nist „Freddy Johnson and his boys".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1936 | | pagina 1