Auto bij Meppel in vaart gereden - De noodlanding van Jean Batten TESSA éi 76ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. door RICHARD STARR. Vertaald door A. RIEWERD. 14) „Ik bedoel, dat lk u geen klap In het gezicht kan geven, zooaLs ik zou willen. Ziet u dan niet dat mijn handen en voe ten vastgebonden zijn?" „Groote goedheid!" zei Jimmy, die dit nu eerst bemerkte. „Het is zoo! Hoe kwam u er toe, u zoo vast te binden? Deedt u het, om mij schrik aan te jagen?" „Lieve help!" mompelde Tessa wanho pig. „Wat scheelt u, mr. Turner? Zijn uw hersens op den loop? Denkt u, dat ik mij zelf zoo zou kunnen vastbinden, zeifs al zou ik het nog zoo graag willen? Ik werd gebonden door een man, die in deze kamei kwam". In weinige oogenblikken had Jimmy haar bevrijd, knielde op den grond neer en wreef zacht haar enkels, tot zij tot het besef kwam, wat hij deed en hem beval, uit te scheiden. Toen vatte hij haar han den en begon haar polsen te kussen op de plaats, waar de doek roode striemen had achter gelaten. Tessa zag daar geen bijzonder kwaa" in en liet hem dus even begaan. „Een man kwam uw kamer binnen vcordat ik weg kon komen", verklaarde zij. „Hij was een dief en eerst dacht hij, dat ik er ook een was. Toen ik probeerde alarm te maken, trok hij mij op den grond en hield mij met zijn knieën vast". „Wel allemachtig!" gromde Jimmy. „Waar is hij nu?" „Niet hier natuurlijk. Mijlen ver weg, denk ik, op dit oogenblik. Hij bond mij vast en wikkelde mij in uw halsdoek. En toen doorsnuffelde hij uw valies en alles. Ik denk, dat hij u bestolen heeft, mr. Turner". „Daar zullen we ons geen zorgen óver maken", zei Jimmy kalm. „Hij kan mij niet bestolen hebben, want er is hier niets, wat een dief de moeite waard zou vinden. Als hij niets beters vond dan bij mij, moet hij een schrale nacht hebben gehad. Het is over u, dat ik mij ongerust maak". „O, mij mankeert niets", zei Tessa, „hoe wel ik geloof, dat ik gestikt zou zijn, als u niet gauw gekomen was. Het spijt mij allemaal heel erg, mr. Turner!" „Arm klein ding! Het spijt mij voor u!" „En als u klaar is met mijn handen, zou ik wel graag naar huis willen, alstu blieft". „Ik ben er nog niet mee klaar", zei Jimmy. „Toch moet ik gaan. Hoe laat is het?" „Tien minuten voor twaalf", zei Jimmy. „Lieve help! Im moet vliegen! Ik zal niet voor eenen thuis zijn. Kus mijn handen alstublieft niet meer. het is vervelend". „Wel", zei Jimmy, terwijl hij opstond, ,ik heb in mijn leven vervelender dingen gedaan een hoop vervelender Eigen lijk gelooi ik, dat ik nooit iets heb ge daan, dat wijzer of beter was Maar u hebt gelijk, u moet naar huis. Waar zijn uw hoed en mantel?" „Beneden in de kleedkamer van het per soneel. Dat is vervelend. Als ik naar be neden ga, om ze te halen, zal de een of ander mij misschien vragen wat ik gedaan heb. Alle kellnerinnen zijn al meer dan een uur geleden weggegaan". „Ik zal ze halen", zei Jimmy. „Maar dat kunt u niet, mr. Turner. U kunt niet naar de bediendenkamer» gaan. En bovendien weet u niet, waar de kleed kamer is". „Dat weet ik wel", zei Jimmy, „en ik zal die dingen halen. U blijft hier. Ik zal niet lang wegblijven. U bent hier veilig, tot ik terug kom. Niemand zal u weer lastig val len. Alle gasten zijn weg". Tessa ging met hem naar de deur en sloot die zacht achter hem. En zoodra hij de kamer uit was en zij weer alleen was, voelde zij den druk van haar ongelukken. Zij vond het niet prettig, dat Jimmy hoed en mantel was gaan halen, hoewel zij het niet zelf had durven doen. Als zij gegaan was, had men haar bijna zeker onder vraagd, en als het was uitgekomen, dat zij al dien tijd op de bovenverdieping van het hotel was geweest, zou er zeker een onder zoek gevolgd zijn. In dat geval waren er natuurlijk alle mogelijke onaangenaam heden te wachten geweest en die wenschte zij niet. ook niet voor Jimmy. Tegelijk had zij het onaangename ge voel, dat dit nog niet alles was, en dat haar nog meer moeilijkheden te vacht', stonden. I Zij ging met den ur. -;e!eu®l staan en h v>>'" tr-i neergeslagen met de handen Maar zij kon niet meer schreien. Zij was niet gewend te schreien en had blijkbaar dezen avond haar geheelen voorraad tranen reeds ver goten. Zij wist niet, dat zij, terwijl zij tegen den muur leunde, met haar rug tegen een belknop stond. Beneden in de kamer van het kamer meisje ratelde de bel drie minuten aan écn stuk door. Het kamermeisje, dat de wacht had, was in slaap gevallen, en de bel wekte haar. Het was te ver weg voor Tessa, om het te hooren. Het kamermeisje, dat dacht, dat het een dringend geval betrof, kwam toeschie ten, Tessa was van den muur weggegaan en zat weer in den armstoel, toen het meisje klopte. „Kom binnen, Jimmy"-, zei ze. En het kamermeisje trad binnen! De verrassing was wederzijds. Geruimen tijd staarden zij elkaar aan. Beider blik was even hooghartig. Tessa stond op van haar stoel, omdat zij voelde, dat het ka mermeisje op haar voor had, dat zij stond. Van haar kant herkende het kamer meisje in Tessa een der bedienden, zoo als zijzelf was. Feitelijk herkende zij de uniform, en stelde vast, dat Tessa een der kellnerinnen was, die bij het diner bene den bediend hadden. Zij had voor kell nerinnen dezelfde minachting als Tessa voor kamermeisjes. ..En?" zei ze eindelijk. Tessa's aardig kinnetje ging ongeveer if centimeter de lucht in. .Dank u", zei ze uit de hoogte. „Ik heb et. gebeld". „O neen?" antwoordde het kamermeisje opgewonden. „U belde wel zoowat vijf minuten!" „Ik deed niets van dien aard, u droomt", zei Tessa. „Ga alstublieft heen en sluit do deur zacht achter u". Maar het kamermeisje wist, wat zij te doen had en liet zich niét overbluffen door een nietswaardige kellnerin. „Dit is de kamer van mr. Turner", zei ze „Nu, en wat zou dat?" antwoordde Tessa. ..Wat doet u hier?" „Mij met mijn eigen zaken bezig houden. Ga heen en bemoei u met de uwe, en wees niet onbeschaamd, anders roep ik den chef". Onbewust deed Tessa de Rots van Gi braltar na Paul Harvey's moeder met wie zij het vroeger op den dag aan den stok had gehad. ..Heel goed", zei het kamermeisje. „Ik zal hem roepen, als ik met u klaar ben. Ik iwensch te weten wie u bent en wat u in mr. Turner's kamer doet". „Ik ben zijn zuster", antwoordde Tessa wanhopig. „O", antwoordde het kamermeisje met vernietigend sarcasme, „zijn ziele zuster veronderstel ik?" „Nu is het genoeg, meisje", zei Tessa. „Ik duld geen onbeschaamdheid van een bed- denopmaakster. Als ik u was, zou ik zoo gauw mogelijk maken, dat ik wegkwam, terwijl het nog veilig voor u was. Ik heb vannacht heelemaal geen vriendelijke bui, en zou gemakkelijk rniin geduld kunnen verliezen". Het kamermeisje r.o': behoedzaam terug en bleef even m* h.-vr rug tegen de deur staan. ,.U denkt, dat u ei zoo van af komt, is het niet?" zei ze. (Wordt vervolgd). DE UIT DE 15c EEUW DATEEREN DE TOREN VAN 11EDEN ZOU BIJ DE SCHEEPSBOUWMAATSCHAPPIJ TE AMSTERDAM het DE VOORMALIGE ENGELSCUE MINISTER VAN BUITENLAND. ST, MICHIELSGESTEL zal op voorstel van B. en enkelsehroef motortankschip „Maeoma", dat is gebouwd in opdracht van de Kon. SCHE ZAKEN SIR SAMUEL HOARE - is met zijn echtgenoote naar TT» j j 01 n j tt j. l Zwitserland teruggekeerd, teneinde zijn kortgeleden onderbroken W. worden gerestaureerd. Shellgroep, te water gelaten worden. Het schip meet 121.000 ton. vacanue voort/ te zetten. JEAN BATTEN, DE ENGELSCHE PILOTE, DIE EEN NIEUWE RE- CORD-VLUCHT OVER DEN ATLANTISCHEN OCEAAN VOORBE REIDT moest tijdens haar vliegtocht van Southampton naar Londen bij Bepton'(Sussex) een noodlanding maken, waarbij het toestel ernstig werd beschadigd. De pilote werd licht gewond. IN DE HAVEN VAN TERNEUZEN arriveerde het Duitsche vijf mast barkschip Werner Vinnes" dat zal doorvaren naar Gent. Het fraaie söhip aan de meerpalen. - Pi 4 TE LICHTMIS BIJ MEPPEL BEED EEN GROOTE ZESWIELIGE EXPEDITIE-AUTO UIT UTRECHT - door de leuning van een stroomduiker en kwam in de vaart terecht. In de auto bevond zich de inboedel van een pas getrouwd paar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 5