Villa-brand te Latterade - Kerstzang op de „Pollux"
TESSA
76ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
MINISTER DECKERS tijdens een bezoek aan het Rijks quarantaine-station te Hoek
yan Holland. In deze inrichting is het sta mboekvee bestemd voor Engeland gestald.
In het midden minister Deckers.
DE BOSSCHE SCHATGRAVER V. D. ELST
is er in geslaagd een onderaardsche gang bloot
te leggen, welke zou kunnen dienen ter
besoherming tegen luchtaanvallen.
DE GROOTE YILLABRANI) TE LUTTERADE inde nabijheid van de Staatsmijn Haunts. Het
geheele huis werd een prooi der vlammen; persoonlijke ongelukken
kwamen niet voor.
„STILLE NACHT, HEILIGE NACHT" gezongen door
jonge matrozen aan boord van het opleidingsschip Pollux".
De harmonica zorgt voor begeleiding. Rechts de dirigent,
commandeur Kampde papagaai liet zich niet onbetuigd.
DE STERKE ARM" VOORKOMT ONHEIL. Een zoo lieftallige last
zal den Engelschen bobby zeker niet
zwaar vallen.
DE BRUG OVER DE LEK TUS8CHEN VIANEN EN VREESWIJK. - De hulpbrug
is thans weggenomen, zoodat het scheepvaartverkeer weer ongehinderd kan plaats
vinden. De groote brugboog ontdaan van de hulpsteigers.
door RICHARD STARR.
Vertaald door A. RIEWERD.
19)
„Mag lk u niet naar huls brengen? We
zouden een taxi kunnen nemen. West Ham
is een heel eind weg".
„Neen, ik wil alleen gaan."
„Miss 2703, u zei vanmorgen, dat u mij
ontzettend graag mocht.''
„Dat weet lk. Ik zeg soms van die rare
dingen. Ik kom altijd ln moeilijkheden,
doordat ik dingen zeg, die ik voor me had
moeten houden".
„Meende u het dan niet?"
„J-ja, toen lk het zei, wel. Maar nu niet
meer."
„Wilt u mij niet een hand geven?"
„Neen. ik vergeef u niet. Ik haat u".
Mr. Turner liep haar voorbij en ging
met zijn rug naar haar toe uit het venster
kijken. Met haar hand al op de deurknop,
draaide Tessa zich om. Maar zij zag alleen
zijn rug. Hij keek nog uit het raam naar
de verlichte straat beneden.
Zij voelde een ellendige pijn in haar
hart. Geen enkele andere ioneeman had
haar ooit zoo'n pijn bezorgd. Paul Harvey
had haar verveeld, soms heel er? Maar hij
had nooit haar hart gewond. Zij had nooit
kunnen denken, dat het zoo'n pijn kon
doen. Het was ontstellend. En nog wel om
een man, dien zij dien morgen om zeven
uur voor het eerst had ontmoet! Wat een
rare wereld was het toch!
„Zegt u mij geen g-g-goeden nacht",
stamelde zij.
„G-g-goeden nacht", zei Jimmy, zonder
zich om te draaien.
„O", zei ze woedend. „U bent een beest,
en ik zou u nu zelfs niet meer willen
kussen, al smeekte u er mij op uw
knieën om".
HOOFDSTUK VIII.
Tessa houdt haar belofte.
Juist wilde zij de deur openen en trotsch
naar buiten wandelen, toen Jimmy een
zachten uitroep slaakte en de kamer door
snelde. Zijn hand omsloot de hare over
de deurknop.
„Blijf stil staan!"
Tessa richtte zich hoog op.
„Mr. Turner, probeert u mij te beletten,
deze kamer uit te gaan? Want als u
„Natuurlijk niet. Wees stil".
Zonder zijn hand van de hare weg te
nemen, draaide hij het licht uit. Zij ston
den samen in het donker bij de deur.
Tessa hoorde buiten op de met een looper
bedekte gang iemand loopen. Zij probeer
de de deurknop om te draaien.
„Doe niet zoo idioot!" fluisterde Jimmy
dreigend. „U bent vrij om hier uit te gaan,
als u wilt. Ik ben geen schurk. Maar daar
komt iemand. Ik wil niet hebben, dat men
u uit mijn kamer ziet komen".
Tessa liet haar stem tot een gefluister
dalen.
„Is dat voor mij ot voor uzelf'
..Voor u", zei Jimmy Turner
Hij trok haar hand naar de deurknop,
maar bleef ze vasthouden. Tessa dacht,
dat hij het vergeten was en wilde er lie
ver geen drukte over maken.
Zoo stonden zij in het donker, haar
hand in die van Jimmy Turner, haar
smalle schouder tegen de zijne. Tessa was
er zich van bewust, maar het was erg
donker en de aanraking van zijn schouder
gaf haar een gevoel van kameraadschap.
Niet, dat de duisternis haar angst aan
joeg, maar dit was een vreemde kamer en
ongetwijfeld waren vele omstandigheden
ongewoon.
Zij stonden doodstil, terwijl de voetstap
pen de deur voorbij gingen en in de gang
wegstierven.
„Ziezoo", zei Jimmy, „de kust is vrij. Nu
kimt u gaan. Goeden nacht".
„Daar komt weer iemand", fluisterde
Tessa.
Meerdere voetstappen. Twee mannen,
die druk praatten, terwijl zij de gang door
liepen. Tessa voelde, dat Jifnmy zich be
woog en hoorde een zacht geklik.
„Wat was dat?" vroeg Tessa.
„Ik heb de deur afgesloten. Een paar
van de Jongelui mochten eens hier komen
om mij te zoeken. Het kan u toch niet
schelen een oogenblik te zijn opgeslo
ten, wel?"
„Natuurlijk niet. Waarom zou het?"
„Heelemaal geen reden voor".
„Ik ben ik ben hier toch heelemaal
veilig, is het niet?"
„Dat weet u wel".
De twee mannen gingen voorbij, maar
er volgden er meer. De gang begon vol
menschen te raken.
„Lieve help! Wat moet ik doen, mr. Tur
ner?" fluisterde Tessa.
„U zult hier een oogenblik moeten blij
ven. U bent hier veilig. Zoodra de kust
vrij is, kunt u wegsluipen. Maar dat duurt
misschien nog even".
„Genadel Waarom?."
„Ik geloof, dat het diner beneden afge-
loopen is en een heeleboel gasten logee-
ren in het hotel. Een kwartiertje of zoo
zullen zij nog naar boven blijven komen,
denk ik".
Weer stilte en Tessa, die een snik pro
beerde te smoren, trilde heftig.
„Goede genade, u huilt!"
„Neen, n-n-niet waar. Niet echt".
„Tessa, huil niet. Daardoor voel ik mij
een angstwekkende bruut. Er is niets, om
je ongerust over te maken. Heusch niet".
„Weet u m-mijn naam?"
„Ja. Huil niet Het spijt mij, dat ik dit
grapje met Je uithaalde. Je hebt groot
gelijk. Ik ben een beest".
„Neen, dat bent u niet". Zij huilde nu
werkelijk. „U b-bent geen b-beest, mr.
Turnover.mr. Turner".
„Noem mij Jimmy".
„Jimmy, je bent geen beest. Ik geloof
niet, dat Je kwaad in den zin hadt".
„Dat had ik ook niet, dat verzeker ik je,
Tessa. Het was alleen mijn diklioofdigheld.
Ik dacht, dat je het erg zoudt vinden".
„Ik vind het niet zoo heel erg. Ja toch.
Ik had hier niet moeten zijn. U weet wel,
dat ik het niet erg vind of Maar het
spijt mij, dat ik u uitgescholden heb. Ik
heb een vreeselijk humeur. Dat komt door
mijn roode haar".
Nog steeds gingen er pratend en lachend
menschen voorbij. De geur van sigarenrook
drong door de gesloten deur.
Tessa's hand lag nog in die van Jimmy
en nu lag zijn andere arm om haar schou
der. Zij kon zich niet herinneren, wan
neer die daar omheen geslagen was, maar
zij was er blij om. Zij voelde zich zwak en
de arm steunde haar. Zij huilde nog
zachtjes, en met gefluisterde woordjes
trachtte Jimmy haar gerust te stellen.
Zonder het te willen, dacht zij aan het
meisje, wier foto hij in zijn valies had.
Natuurlijk kon het zijn zuster wel zijn.
maar mannen plegen het portret van hun
zuster niet met zich mee te dragen.
Zij voelde, dat haar hoofd omhoog werd
geheven, en toen lag Jimmy's gezicht
tegen het hare. Zij mompelde een zwak
protest. En toen in de duisternis zijn lip
pen de hare vonden, sloeg zij plotseling
haar armen om zijn hals en kuste hem
„Daar", zei ze, half snikkend, half
lachend, „nu heb ik mijn schuld afge
daan".
„Lief klein ding", mompelde Jimmy
heesch.
Tessa's hart klopte onstuimig, en zij
begreep niet, waarom zij nog huilde, want
zij was gelukkig. Afschuwelijk gelukkig.
Eten heelen tijd had zij er naar verlangd
Jimmy Turner te kussen en door hem ge
kust te worden. En zij was blij, dat zij had
toegegeven heel blij. Zij wist nu, dat
Paul Harvey en zijn kussen geen grond
slag vormden voor een meisje, om haar
toekomst op te bouwen. Dit was het eind
voor Paul Harvey.
Plotseling klonk een koor van lachende
stemmen in de gang. Verscheidene man
nen waren voor de deur blijven staan.
Iemand probeerde de knop om te draaien,
en een ander trommelde op de deur.
Zich aan Jimmy's arm vast klemmend,
week Tessa tot in het midden der kamer
terug. Zij hoorde buiten een stem:
„Hij zei, aat hij naar boven moest om
zijn sigaren te halen. Die oude duivel is.
naar bed gegaan. Laten we blijven hame
ren, tot we hem wakker hebben gemaakt",
(Wordt vervolgd).