y0
Het vertrek der ambulance naar
Abessynië.
KROEPHOEST
LSIDSCH DAGBLAD - Derde Blad
Dinsdag 3 December 1933
Een afscheidswoord van H.K.H. Prinses Juliana.
Verbod particuliere
weercorpsen.
BINNENLAND.
o
Aan de Lloydkade te Rotterdam vond
hedenmiddag het afscheid plaats van de
Nederlandsche ambulance naar Abessynie
Hierbij heeft HKJf Prinses Juliana, als
presidente van het Ned Roode Kruis, het
volgende afscheidswoord gesproken:
Zoo is dan thans de ure aangebroken,
die de kroon komt zetten op al hetgeen in
ae afgeloopen weken met vereende krach
ten werd voorbereid. Van alle kanten Is
daartoe zoowel in Nederland als ln Oost
en West-Indië medewerking verleend. Met
voldoening en groote dankbaarheid wordt
dat door het Nederlandsche Roode Kruis
erkend en dit ls het oogenblik om namens
het Hoofdbestuur aan die groote dank
baarheid uiting te geven. Onwillekeurig
zullen daarbij veler gedachten terug
gaan naar de dagen van den Balkanoorlog
en het afscheid, dat destijds door mijnen
Vader, en zijne toenmalige medewerkers,
werd genomen van hen, die gereed ston
den om te vertrekken, ten einde in verre
landen met inzet hunner beste krachten
en hunner volste toewijding leniging te
gaan brengen in den nood der gewonde en
zieke strijders. t
Van den eersten aanvang af is ten dui
delijkste gebleken talloos zijn daarvan
de bewijzen: ik noem u slechts het wak
kere Rotterdamsche Comité, dat ons zoo
krachtig heeft gesteund, en de comité's die
zich in den Haag en elders zoo verdienste
lijk hebben gemaakt talloos zijn de be
wijzen. dat de gedachte ook van deze hulp
verleening zich in bijzondere mate in de
sympathie van onze landgenooten mocht
verheugen Deze sympathie is voor de vol
ijverige Ambulance-commissie bij haren
veelomvattenden arbeid een voortdurende
steun en aansporing geweest. Doch dat
niet alleen. Zij heeft hare vertolking ge
vonden in een offervaardigheid, die de ver
wezenlijking van de plannen van het Ne
derlandsche Roode Kruis, in weerwil van
ee tijdsomstandigheden, inderdaad prac-
tisch mogelijk heeft gemaakt. Groot is dan
ook onze dankbaarheid, dat wij hier mo
gen getuigen, dat personeele en mate-
rieele hulp ons als om strijd van alle zij
den is komen toevloeien. Reeds voordat in
beginsel tot het uitzenden eener ambu
lance was besloten, hebben zich verpleeg
sters, en daaronder ongetwijfeld uitne
mende krachten, bij tientallen aangebo
den Op uitdrukkelijk verzoek van het
Ethiopische Roode Kruis moest er echter
van worden afgezien vrouwelijke hulp
krachten bij de ambulance ln te deelen.
Ook verplegers en leden van transport
colonnes van het Nederlandsche Roode
Kruis hebben zich in grooten getale aange
meld. Al kon van hunne diensten op een
zeer enkele uitzondering na geen gebruik
worden gemaakt, de verzekering zij hun
gegeven, dat onze vereeniging, hun aan
bod ten volle waardeerend, op het offer
hunner toewijding blijft rekenen, wanneer
hunne hulp te eeniger tijd noodig mocht
zijn.
Uitnemende medici stelden zich te on
zer beschikking, hetgeen eene selectie mo
gelijk gemaakt heeft, die de beste ver
wachtingen rechtvaardigt omtrent hunne
verrichtingen, wanneer zij straks de plaats
hunner bestemming zullen hebben be
reikt. Dat hunne taak niet licht zal zijn,
daarvan zijn wij allen doordrongen, zij zei
ven ongetwijfeld wel in de eerste plaats.
Des te meer waardeeren wij hun vastbe
raden aanbod. Bij de vervulling hunner
taak zullen hun de veelzijdige ervaringen,
door den heer de Vries gedurende een ver
blijf van eenige jaren in Ethiopië opge
daan, ongetwijfeld van het grootste nut
zijn.
Wanneer ik thans met een enkel woord
buiten den eigen kring treed, past ons
in de eerste plaats een woord van dank
voor de volle en voortvarende medewer
king van de Regeering, op welker welwil
lende tusschenkomst bij herhaling een
beroep moest worden gedaan.
De aanwezigheid van den burgemeester
van Rotterdam wordt door het Nederland
sche Roode Kruis op zeer hoogen prijs ge
steld.
De Rotterdamsche Lloyd, op welks ter
rein wij hier staan, heeft ons de grootst
mogelijke tegemoetkoming betoond zoowel
ten aanzien van de voorwaarden, waaron
der het transport van het personeel en het
materieel der ambulance zal geschieden,
als ook ten opzichte van de voorziening in
alle benoodigde verduurzaamde levens
middelen voor den tijd van haar verblijf
in Ethiopië. Den heer Ruys, wiens bereid
willige hulpvaardigheid zoo hoog door ons
geschat wordt, komt niet minder dan ln
de dagen der hulpverleening aan het hon
gerend Oostenrijk de oprechte dank toe
van het Nederlandsche Roode Kruis.
Tal van firma's hebben ons deels door
het schenken van dikwijls aanzienlijke
hoeveelheden van verschillende benoodigd
heden deels door aanbiedingen onder bui
tengewoon gunstige prijsvoorwaarden in
de gelegenheid gesteld tot het treffen van
verdere voorzieningen, waartoe de be
schikbare middelen anders misschien niet
zouden hebben gereikt. Namen te noemen
zoude nagenoeg onvermijdelijk het begaan
van omissies ten gevolge moeten hebben.
Wij moeten ons dus daarvan onthouden
en volstaan met aan al die firma's even
als aan de tallooze particulieren, die door
hunne schenkingen In natura of in finan-
cieelen vorm, dan wel door aanbiedingen
hunner persoonlijke diensten de uitvoering
onzer plannen hebben helpen verwezen
lijken, de verzekering te herhalen van on
zen hartgrondigen dank.
En nu nog een laatste afscheidswoord
aan alle leden van de Nederlandsche Roode
Kruis ambulance. Dadelijk gaat gij op weg
naar uw doel, voldoende aan de roeping
van het Roode Kruis, en. zooals wij heb
ben mogen constateeren, aan een wensch
hl uw vaderland, dat uw arbeid in Ethiopië
met zijn sympathie zal blijven volgen. Wij
wenschen u geluk op uw tocht! Gij zult
dat zeker vinden ln de groote en dank
bare taak die gij op u hebt genomen. Wij
weten, dat wat gij waagt, u door nog groo-
tere bevrediging zal worden terugbetaald,
en daarom mogen wij ons voor u verheu
gen, nu wij u zien gaan. Wij hopen u
als het kan spoedig tot de uwen en ook ln
ons midden te zien wederkeeren.
Ik heb gezegd.
Het antwoord van Dr. Winckel
Dr. Ch W. F Winckel, leider der Am
bulance, heeft hierop het volgende geant
woord;
„Als Voorzitster van het Nederlandsche
Roode Kruis heeft Uwe Koninklijke Hoog
heid zich de moeite willen getroosten, de
voor Ethiopië bestemde ambulance uitge
leide te doen, en aan de leden daarvan een
woord van vaarwel toe te roepen. Heden
morgen hadden wij de door ons zoo hoog
gewaardeerde eer, aan Hare Majesteit de
Koningin op Hoogstderzelver uitdrukkelijk
verlangen te worden voorgesteld, zoodat
op den dag van heden het hoogtepunt be
reikt is van de onderscheidingen, welke
aan ons, leden der ambulance, de laatste
weken ten deel mochten vallen.
Wij allen die thans op punt staan te ver
trekken. voelen het als een onderscheiding
dat het Hoofdbestuur van het Nederland
sche Roode Kruis ons uit een schare uit
koos, ter vervulling der taak van een am
bulance in oorlogstijd en op een oorlogs
terrein. Van harte hoop ik, dat Uwe Ko
ninklijke Hoogheid en het geheele Hoofd
bestuur van het Nederlandsche Roode
Kruis de verzekering wil aanvaarden, dat
het ons aller streven zal zijn, ieder naar
de mate zijner krachten, in eensgezind
heid en kameraadschap mede te werken
aan de verwezenlijking van het doel van
het Roode Kruis: caritas in armis. WIJ be
seffen volkomen, welke verantwoordelijk
heid op onze schouders is gelegd: het Ne
derlandsche volk bracht ln een moeilijken
tijd de middelen bijeen, om in het verre
Afrika aan gewonde en zieke krijgers bij
stand te verleenen; deze middelen zijn aan
ons toevertrouwd, wat ons den plicht op
legt. te trachten het maximum van nuttig
effect ermede te bereiken.
Uwe Koninklijke Hoogheid sprak zoo
even onder andere over het persoonlijk of
fer, dat wij zullen brengen; mag ik daar
aan een korte beschouwing vastknoopen?
Zeker, wij zijn bereid offers te brengen,
doch tot nu toe zijn die niet van ons ver
langd: wat de toekomst in dit opzicht
brengen en eischen zal. weet ik niet. Wèl
weet ik. dat reeds nu door anderen offers
zijn gebracht: ik doel thans speciaal op
onze nabestaanden, op de ouders, op de
gezinnen van enkelen onzer, die ons thans
zien gaan Wij voelen onszelf allerminst als
slachtoffers: wij gaan een druk leven vol
afwisseling vol nieuwe indrukken tege
moet. bevrediging vindende In de vervul
ling van onze taak. Maar hen. die achter
blijven rest alleen het wachten: het wach
ten op berichten, welke ongetwijfeld kort
en vrij schaarsch zullen zijn, en op onzen
terugkeer. Aan hen moge ik daarom deze
woorden wijden; houdt goeden moed; wij
begeven ons niet noodeloos in gevaren,
zullen elkaar bijstaan, en hopen met God's
hulp over eenige maanden weer terug te
komen in het vaderland.
Mijne heeren, leden van het Hoofdbe
stuur van het Nederlandsche Roode Kruis,
gij weet, hoe wij over onze uitzending den
ken. hoe wij die opvatten als een onder
scheiding. en ook als een uitverkiezing tot
een nobele taak Houdt u ervan overtuigd,
dat wij onze uiterste best zullen doen. die
taak zoo goed mogelijk te vervullen.
In het bi/onder gelieve Uwe Koninklijke
Hoogheid onzen dank te aanvaarden, voor
de tot ons gesproken woorden.
Ten slotte nog dit: wij voelen, dat wij
in Afrika niet alleen het Roode Kruis ver
tegenwoordigen. Wij vertegenwoordigen er
ook het Nederlandsche volk In Ethiopië,
waar vermoedelijk nog nooit zoovele Ne
derlanders tegelijk waren, zal men Neder
land beoordeelen naar ons, die thans
erheen gaan. Het Roode Kruis kan ervan
overtuigd zijn, dat wij onzen best zullen
doen, den Nederlandschen naam ln den
vreemde hoog te houden."
DE BESCHERMING DER ZUIDELIJKE EN
OOSTELIJKE PROVINCIES.
Genomen of te nemen maatregelen
zijn geheim.
In een Nota naar aanleiding van het
Versiag der Tweede Kamer inzake de be
grooting van Defensie voor 1936 zegt de
minister er overwegend bezwaar tegen te
hebben, gegevens omtrent de troepen,
welke in de Zuidelijke en Oostelijke pro
vinciën beschikbaar zijn ter bescherming
van de strategische punten tegen plotse
linge overvallen, openbaar te maken. Zulks
acht hij niet in 's lands belang, mede op
grond van hri geheime karakter der ge
nomen of te nemen maatregelen.
De besparing, 'n 1936 verkregen door de
opheffing van het Vooroefeningsinstituut,
bedraagt in totaal fT68.784.
REGISTER BURGERLIJKE STAND.
Bij het afdeelingsonderzoek van de Eer
ste Kamer van het wetsontwerp houdende
voorschriften inzake vervanging van ver
loren of verminkte registers van den bur
gerlijken stand spraken enkele leden hun
bevreemding er over uit, dat te eeniger
plaatse hier te lande zoo belangrijke stuk
ken als registers van den burgerlijken
stand blijkbaar aldus worden bewaard, dat
vocht ze vrijwel kan vernielen. De locali-
telten Immers van de rechtbank te
Leeuwarden, waar het archief een plaats
heeft gevonden, verkeeren, naar in de me
morie van toelichting wordt medegedeeld,
in zulk 'n toestand, dat vele van de bedoelde
registers daar tlians onbruikbaar zijn.
j Gaarne zouden de leden hier aan het
woord, vernemen, in welken staat de
andere akten, inzonderheid de gerechte
lijke, bij de genoemde rechtbank verkeeren.
EEN WETSONTWERP INGEDIEND.
UITZONDERINGEN BLIJVEN
MOGELIJK.
Thans is Ingediend het aangekondigde
wetsontwerp, houdende voorzieningen om
trent weercorpsen.
In de toelichting wordt om. gezegd:
Reeds sedert eenigen tijd heelt de
regeering met bijzondere aandacht de
meer en meer tot uiting komende nei
ging van bepaalde politieke groepen ln
den Lande gadegeslagen om. hetzij bin
nen, hetzij naast de partij, doch met
haar nauw verbonden organisaties te vor
men, welke zloh onder omstandigheden
kunnen leenen tot daadwerkelijke
machtsontplooiing. Ook zoolang zekere
particuliere organisaties zich nog niet
tot formeele quasi-mllltalre groepen heb
ben kunnen ontwikkelen, kan in haar
aanwezigheid een gevaar schuilen. Ook
zonder wapenbezit en zonder dat ln het
openbaar ln uniform wordt opgetreden, ls
ln vrij aanzienlijke mate militaire voor
oefening en aankweeking van een geest
van militaire discipline mogelijk. Organi
saties, waarin zulks geschiedt, bestaan
heden ten dage. Bij toenemende ontwik
keling kunnen zij zonder veel moeite
worden omgezet ln een soort particuliere
legercorpsen. Preventie is hier noodzake
lijk. De regeering ls daarom te rade ge
worden, dat het aanbeveling verdient, alle
organisaties van particulieren, welke een
quasi militair of quasl-politialr karakter
dragen, te verbieden, behoudens uitzon
deringen
Dat door de algemeenheid van dit
wetsontwerp ook de categorie van zeker
loyale vereenigingen (burgerwachten e.d.l
onder het wettelijk toezicht komt te
staan, is eert consequentie, welke men
geenszins behoeft te betreuren. Vereeni
gingen, welker bestaan en optreden het
wettig gezag slechts met erkentelijkheid
kan waardeeren, zullen met zekerheid op
de in het ontwerp gedachte toelating
kunnen rekenen. De op haar betrekking
hebbende voorschriften zijn veelal ge
brekkig en vertoonen niet het gewenschte
systeem en samenhang. De door die orga
nisaties zelf geamblëerde dienstbaarheid
aan het wettig gezag en zijn organen be
hoort wat nader te worden geregeld. De
uitvoering van de nieuwe wet zal een
voortreffelijke gelegenheid bieden, die
regeling op systematische en deugdelijke
wijze te doer, geschieden.
Behoudens toelating bij of krachtens
algemeenen maatregel van bestuur zul
len verboden zijn het tot stand brengen
van weercorpsen, het daarvan deel uit
maken en het steunen van deze.
DE GELDSCHIETERSWET
VOLDOET.
REGEERINGSHULP AAN DEN
KLEINEN MIDDENSTAND.
HET RIJK GEDEELTELIJK BORG BIJ
VERSTREKKING VAN VOORSCHOTTEN.
Bij de memorie van antwoord op het
voorloopig verslag der Tweede Kamer over
de begrooting 1936 van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart is gevoegd een Nota van
Wijzigingen, waarbij o.m. een memorie-
post wordt uitgetrokken voor gedeeltelijke
garantie door het Rijk voor verliezen op
rentegevende voorschotten aan kleine
middenstanders.
Naast de reeds bestaande voorzieningen
voor overigens volwaardige middenstands-
bedrijven, welke als gevolg van den crisis
toestand in liquidatiemoellijkheden zijn
geraakt, zal voor den kleinen middenstand
alleen een zoodanige hulpverleening effect
kunnen sorteeren, die bepaaldelijk voor
dit speciale doel en steunende op de mede
werking van personen en instellingen, die
bereid zijn zich voor een nuttig sociaal
werk belangeloos te geven, is opgezet. De
minister acht het tijdstip tot het tot stand
brengen van een zoodanige regeling thans
gekomen; het particulier initiatief, dat z. i.
op dit gebied dient voor te gaan. heeft n.l.
genoegzame blijken van daadwerkelijke
belangstelling gegeven en is bezig zijn acti
viteit te ontplooien in een richting, waarbij
voor eenige aanvulling in den vorm van
een garantie van Rijkswege plaats ls.
Met betrekking tot de vraag, welke vorm
voor deze hulpverleening in aanmerking
komt, is de Middenstandsraad terecht van
gevoelen, dat in het onderhavige geval het
verstrekken van voorschotten tegen een
matige rente boven gitten a fonds perdu
de voorkeur verdient.
Het verstrekken dezer voorschotten ligt
inzonderheid op den weg der g-eldschiet-
banken, zooals die bijv. in verschillende
deelen des lands mede in verband met de
bestrijding van den woeker Ingeburgerd
zijn.
Het ligt lntusschen voor de hand, dat zij
het uit deze werkzaamheid voortvloeiende
risico niet geheel voor eigen rekening kun
nen nemen; daartoe ls integendeel de
ruggesteun van borgstellingsfondsen noo
dig. Het laat zich aanzien, dat het Natio
naal Crisis Comité, Indien zijn middelen
zulks toelaten, zich jegens deze borgstel
lingsfondsen niet onbetuigd zal laten. Niet
temin is het uitgesloten, dat men zonder
hulp van Rijkswege zou kunnen slagen.
Onder deze omstandigheden vond de mi
nister vrijheid alsnog voor dit doel een
memoriepost ln te Iasschen, welke bedoelt
voor de verliezen wegens de op aangegeven
wijze te verstrekken borgstellingen maxi
maal 40°/« voor rekening van het Rijk te
brengen. De practische uitvoering ls ln dier
voege gedacht, dat van deze verliezen uit
eindelijk ten hoogste 40"/» door het Rijk
wordt bijgepast.
Voor crediet, waarvoor het Rijk zich al
dus gedeeltelijk garant stelt, zal ln begin
sel Iedere kleine neringdoende in aanmer
king komen, afgezien van de vraag, of hij
al dan niet bij eenige vereeniging ls aan
gesloten, met deze beperkingen nochtans,
dat:
1. uitgezonderd zijn personen, die niet
reeds op 1 Januari 1932 zelfstandig een
zaak dreven;
2. het Rijk in verliezen op borgstellingen
voor bedragen van meer dan f. 5000 als
regel niet participeert.
WIJZIGING OP ENKELE ONDER
GESCHIKTE PUNTEN.
Ingediend ls bij de Tweede Kamer een
wetsontwerp tot wijziging van de Geld-
sdhleterswet, aan de memorie van toelich
ting waarvan het volgende wordt ontleend.
De Geldschleterswet is thans ruim twee
jaren in werking. De indruk van de regee
ring over de gevolgen en het nut van de
wet is stellig niet ongunstig. Al is niet aan
alle woeker en aan alle overige misbruiken
in het volkscredietwezen een einde ge
maakt, tegen excessen kan toch veel krach
tiger dan vroeger worden opgetreden. Bo
vendien worden vele euvelen door het toe
zicht van de overheid voorkomen.
lntusschen ls het wenschelijk gebleken
de wet op een aantal, meest onderge
schikte punten aan te vullen en te herzien
Van de voorgestelde wijzigingen ls een
tweetal van meer bijzondere beteekenis.
De bepaling van art. 27, voorschrijvende
dat de akte moet worden onderteekend ln
de gemeente, waar de geldschletbank ge
houden wordt, vormt naar de meening
van de regeering een al te Ingrijpende be
lemmering van de werkzaamheden van
betaalzegelkassen, die him arbeidsveld in
meer dan één gemeente vinden. Bij onge
wijzigde handhaving dezer bepaling kan
het bedrijf dezer kassen op den duur geen
voortgang vinden. Dit nu ware in strijd
met den opzet van de wet.
De tweede hier bedoelde voorziening is
de toevoeging van een nieuw artikel 43a
aan de wet, welk artikel beoogt tegemoet
te komen aan het euvel, dat het voor een
geldleener, die ln handen van een woe
keraar is gevallen, vrijwel onmogelijk is,
ln rechte het bewijs te leveren, dat de
gelduitleener een geldschieter is in den
zin van art. 2. Het nieuw voorgestelde ar
tikel nu keert ln deze gevallen ln de ci
viele procedure den bewijslast. Wie tegen
het krachtens de wet vastgesteld tarief
(pl.m. 19®/«) of daarboven een geldsom
beneden f 500 (c.q. f. 750) uitleent, is vrij
wel zonder uitzondering een geldschieter
ln den zin der wet en mag dus, ten civiele
geacht worden een geldschieter te zijn,
tenzij hij bewijst of aannemelijk maakt,
dat hij het niet ls.
H.M. DE KONINGIN
TE WOUBRUGGE.
Gistermiddag bracht H. M. de Koningin
met klein gevolg een bezoek aan Wou-
brugge, waar Zij zich eenigen tijd heeft
bezig gehouden met schilderen ln den
Vlietpolder.
BEVEILIGING ONBEWAAKTE
OVERWEGEN.
Een proef bij Meppel.
Van de zijde der Ned. Spoorwegen is aan
het Hbld. meegedeeld dat Inzake beveili
ging van onbewaakte overwegen een proef
zal worden genomen voor rijkskosten en
wel bij de kruising van den spoorweg
Meppel—Leeuwarden met den rijksstraat
weg bij Meppel. Men heeft, na nauwkeu
rig onderzoek, dezen overweg het ge
schiktst gevonden om na te gaan hoe het
wegverkeer op de nieuwe signalen zal
reageeren.
Wat de beveiliging zelf betreft, werd
meegedeeld, dat zij zuiver electrlsch zal
zijn en tot stand zal komen door middel
van geïsoleerde rails, waarin relais worden
aangebracht. Bij de nadering van een
trein krijgt de automobilist een rood flik
kerlicht te zien dat aangebracht zal wor
den aan de bekende dubbelgekruiste waar
schuwingsborden. die bij eiken onbewaak-
ten overweg staan. Wanneer geen trein op
komst is. zal een groen flikkerlicht zicht
baar zijn. Bovendien heeft men rekening
gehouden met de mogelijkheid, dat kleu
renblinden het roode licht niet van het
groene zouden kunnen onderscheiden,
vandaar dat het roode licht een dubbele
frequentie krijgt eh dus in ieder geval
moet opvallen.
Deze proefneming, die. als ze volledig
voldoet, zal worden gevolgd door het in
bedrijf nemen van soortgelijke Installaties
bij de meest gevaarlijke overwegen, zal de
grootst denkbare zekerheid geven: er is
rekening gehouden met de mogelijkheid
van storing vandaar dat een afzonderlijke
Installatie met aparte electrische stroom
bron wordt aangebracht die automatisch
in werking komt. als het gewone sein uit
valt. Dit storingssein zal bestaan uit een
verlichte schijf, waarschijnlijk ook in de
roode kleur, die echter niet zal flikkeren.
Dit sein wordt aangebracht aan de meer
genoemde waarschuwingsborden; boven
dien zullen de spoorwegen de seinen zóó
laten bouwen, dat tevens de machinist,
bij storing van het gewone beveiligings-
aoparaat. uit de lichtbron van het sto-
rlngslicht een groen schijnsel zal waar
nemen; hu kan dan normaal doorrijden,
maar weet dat hii zoo spoedig mogelijk een
storing van het apparaat moet melden;
men hoopt a'dus de storingen tot een
minimum tijdsduur te beperken.
De automobilisten zullen goed doen. bij
rood licht in ieder geval te stoppen, ook
al zien ze géén trein op de baan. Het kan
n.l. vóórkomen, dat goederentreinen, die
zooveel langzamer rijden, het relais zün
gepasseerd dus door 't roode licht worden
aangekondigd, zonder dat ze vooreerst
zichtbaar zijn. Met het oog od de sneltrei
nen evenwel moet wel een groote afstand
op de rails worden bepaald Om in elk
geval gedekt te ziin met de installatie,
krijgt het storingssein een afzonderlijke
stroombron; een accumulatorenbatterii
moet voor het gewone sein worden ge
bruikt. een tweede batterij zal worden
opgesteld om het storingssein te bedienen.
Ook bil het uitvallen van een electrische
centrale ls het goed. dat men over een
andere stroombron beschikt.
De kosten van de Installatie worden ge
schat op f. 3 A 4000 per stuk. De proef zal
waarschijnlijk in de eerste helft van
het volgende laar worden ondernomen. De
verdere kosten (alle overwegen met eenlgs-
zlns belangrijk verkeer zullen bij slagen
worden beveiligd) komen voor rekening
van den wegbeheerder. Zulks liet althans
ln het voornemen van den minister die
echter tevens nog overwe°~' een deel der
lasten t bestrijden door het verkeers-
fonds.
RECLAME-
De kramp wordt vaak
opgelucht door één be
handeling met
WERKT OP 2 MANIEREN
TtOtlUk
GAAT HET MUNTGEBOUIY
VERDWIJNEN?
Wij vernemen aldus het Hbld dat
de wethouder van Publieke Werken ti
Amsterdam, de heer S. R, de Miranda zjir
Dienst opdracht heeft gegeven een plat
te ontwerpen ter verruiming van 't Munt
plein.
Het bouwen van de nieuwe brug bil
„l'Europe" heeft dezelfde strekking, doet
behalve aan die zijde wordt overwogen ooi
aan den kant van Kalverstraat en Slngé
eenige verbetering aan te brengen ln dei
onhoudbaren verkeerstoestand op het veel
bereden en druk gepasseerde plein.
De bedoeling ls n.l. te doen nagaan iq
hoeverre het amoveeren van het Munteel
bouw eenige „opluchting" van beteekenlj
zou kunnen geven.
De brug over den Singel liggende ln dert
verkeersweg Muntplein—Vijzelstraat, dl
z.g. „Muntsluls", kan dan verbreed en eeq
betere verdeeling worden gemaakt van dt
verkeersader Muntplein—Vijzelstraat.
In de opdracht voor de uitwerking vaq
het plan heeft wethouder De Mirandi
aangegeven dat de „Munt- of Reguliers-
toren", overblijfsel van de in 1619 ver-
brande oude Regullerspoort, welke toren li
1620 door Hendrick de Keyser van eei
nieuwe spits ls voorzien, geheel van zjji
„aanbouwsels" zal worden ontdaan, Zooali
ook met de Gevangenpoort in Den Kaai
ls geschied.
Aldus geheel vrijgemaakt van het tegen
woordige Muntgebouw zal dit historischl
monument, wordt aan de bestaande voor
nemens gevolg gegeven, te midden van d<
overweldigende drukte van het stadsver
keer, ln isolement blijven bestaan als staal
van Amsterdamsche bouwkunst uit hel
verleden.
Van den Dienst van directeur De Graaj
mag worden verwacht dat aan dit pro
bleem een goede en doelmatige oplossing
zal worden gegeven.
WIJZIGING LUCHTVAARTWET.
Bij het afdeelingsonderzoek van de Eer
ste Kamer, inzake het wetsontwerp tol
wijziging van de Luchtvaartwet verklaar
den verscheidene leden, met Instemming
kennis te hebben genomen van de daar»
opgenomen uitvoerige en alleszins vol
doende regeling aangaande de vergoediii|
van geleden schade. Te meer hadden zjj dl
desbetreffende voorstellen toegejuicht om
dat deze zich, h.l., op dit stuk gunstig
onderschelden van die, welke voorkwamei
ln het door deze Kamer verworpen od
werp van wet ter bestrijding van de zij
lintbebouwing.
EERSTE KAMER.
De Eerste Kamer ls bijeen geroepea
tegen Dinsdag 10 December 's avonds halj
negen. Er staan eenige kleine wetsontwer
pen op de agenda, tevens zal plaats heb
ben de benoeming van een commies-gril-
fier,
Mededeeling zal worden gedaan van hel
besluit der Centrale Afdeeling. De voor
zitter is voornemens, aan de te benoemen
Centrale Afdeeling voor te stellen ln <H
afdeelingen dienzelfden avond eenig»
wetsontwerpen te doen onderzoeken. 0[
Woensdag d.a.v. zullen ln de afdeelingei
eenige begrootings- en andere ontwerpei
onderzocht worden.
HET NIEUWE RAADHUIS
TE AMSTERDAM.
Geen prijsvraag.
Naar wij vernemen, ligt het niet in dl
bedoeling van B. en W. van Amsterdam
om, indien "de Raad besluit tot den bou«
van een nieuw Raadhuis, een prijsvraaj
uit te schrijven. Men meent, dat de erva
ring heeft aangetoond, dat een prijsvraal
slechts zelden tot een bevredigend resul
taat leidt. Aan den dienst van Publleki
Werken zal dan ook de opdracht wordei
verleend.
Wat de voordracht betreft, welke op
December in den Raad zal worden behan
deld, ten stadhulze rekent men op eel
groote meerderheid vóór het voorstel var
B. en W. Tel
PROTEST TEGEN „DE BEUL".
Motie van den Kerkeraad der Ned.
Hervormde Gemeente te Amsterdam.
De algemeene kerkeraad van de Ned
Herv. Gem. te Amsterdam heelt ln zijn ver'
ga dering van gisteravond een motie aan
genomen, die luidt;
„De algemeene kerkeraad enz., protes
teert met alle kracht tegen het feit,
het tooneelstuk „De Beul" met zUn »lrb'
godslasteringen wordt opgevoerd In
Amsterdamschen Schouwburg en oesru
deze meening ter kennis te brengen v1
den E.A. heer burgemeester te Amsteroa
en van de pers, en gaat over tot de or
van den dag"."
VERSPREIDE BERICHTEN.
Bij Kon. Besluit ls benoemd tot adju
dant in buitengewonen dienst van hj».
Koningin de kapitein-luitenant ter
W. Termljtelen.
De gewone audiëntie van i
ter van Koloniën zal ln de maand i*1
ber niet plaats hebben.
H