De Leidsche gemeentebegrooting voor 1936. Met veel moeite sluitend gemaakt LEIDSCH DAGBLAD - Tweede Blad Zaterdag 2 November 1935 In hoofdzaak geput uit reserves. BURG. STAND VAN LEIDEN FINANCIEN. B. en W. bieden thans, hoewel de ge drukte begrooting nog eenigen tijd op zich zal laten wachten, reeds den geleidebrlef daarbij aan. Wij ontleenen daaraan het volgende: De moeilijkheden, bij het opmaken van de begrooting voor 1936 ondervonden, over troffen in belangrijke mate diè, welke moesten worden overwonnen bij het samen stellen van de vorige begrooting. Sloot het aanvankelijke concept van die begrooting met een tekort van ruim f. 300.000.thans leverde het oorspronkelijke concept op gemaakt aan de hand van de Ingekomen opgaven een tekort op, dat zeer aanzien lijk hooger was. De opmerking ln den vorlgen geleide-brief, dat de crisis met onverminderde hevigheid voortduurt en de financieele toestand van de gemeente in steeds toenemende mate den nadcellgen Invloed daarvan ondergaat, is thans nog volkomen van toepassing; de toestand wordt door het steeds verder terugloopen van de inkomsten en de niet te stuiten stijging van de uitgaven voor armenzorg enz., steeds moeilijker en daar door ernstiger. Het aanvankelijke concept der begroo ting 1936 vertoonde derhalve een veel ongunstiger beeld dan dat voor 1935. Kon aan de begrooting van dat Jaar nog een bedrag van f. 107.000.als batig saldo van den dienst 1933 ten goede komen, de begrooting voor 1936 kon niet met een dergelijken ontvangstpost worden geopend, vermits de dienst 1934, blijkens het rapport op de rekening een nadeelig exploitatie-saldo opleverde. Door dit na deelig saldo uit de Algemeene Reserve te bestrijden werd althans nog voorkomen, dat de gewone dienst met dat saldo werd belast. De uitkeering uit het Gemeentefonds moest f. 43.953.lager worden geraamd, in hoofdzaak een gevolg van het feit, dat de garantie-uitkeerlng elk jaar met 1/10 van het garantiebedrag over 1935/36 daalt. De belastingen konden evenmin op het niveau van de begrootlnz 1935 worden uit getrokken: zl] bleven daarbij een bedrag van f. 73.054 ten achter, hoewel de raming, na overleg met den Rijks-Inspecteur der Directe Belastingen, zoo scherp mogelijk geschiedde. Intusschen is deze achteruit gang niet uitsluitend te wüteiv aan de daling van de verschillende belastingop brengsten: het groote verschil is vooral ook een gevolg van de doorwerking van de wijziging van het gemeentelijk belasting stelsel bi) de wet van 4 Maart 1935 tot in stelling van het Werkloosheldssubsidle- fonds. Deze tegenvallers werden echter nog verre overtroffen door de lagere wlnstult- keeringen volgens de ingediende bedrijfs- begrootingen waaronder de raming van de winst der Lichtfabrieken wel de eerste plaats innam. Commissarissen der Lichtfabrieken legden toch een begrooting over met een winstcijfer, dat niet minder dan f. 332.134 lager was. dan voor 1935 werd uitgetrokken De werkloozensteun werd ln totaal f. 310.000 hooger geraamd (van f. 840.000 op f. 1.150.000) doch deze hoogere raming werd opgewogen door meerdere subsidie uit het Werkloosheldssubsidlefonds. Aan het begrootlngstekort heeft wel medegewerkt de stijging van de raming van de uitgaven voor armenzorg, die f. 117.000 bedroeg; tegen f. 585.000 voor 1935. moest thans op een bedrag van f. 702.000 worden gerekend. Hiermede zijn nog slechts de voornaam ste nadeelige verschillen genoemd; nog talrijke andere posten brachten tegenval lers. en al stonden daartegenover natuur lijk ook wel meevallers, deze waren niet voldoende om een toeneming van het bij zonder groote tekort, dat reeds uit de ge noemde onderdeelen voortvloeide, te ver hinderen. Het ls zonder meer duidelijk, dat ln een begrooting met een dergelijk aspect niet kon worden berust. Al had het deficit een hoogte bereikt, als nimmer te voren en al scheen het minder dan ooit mogelijk vol doende dekkingsmiddelen te vinden toch moest het streven zijn ook ditmaal een sluitende begrooting aan te bieden, ver mits evenwicht tusschen inkomsten en uitgaven een levensbelang voor de ge meente ls. De reeds door het College van B. en W. ln zijn vorige samenstelling aangevangen arbeid, tot bewerking van dit doel, werd door het College in zijn huidige samenstel ling voortgezet, waarbij als gedragslijn werd gevolgd, eenerzljds dat belastingver- hooging voor de burgerij een funeste wer king zou hebben en daartoe derhalve ln de allerlaatste plaats de toevlucht mocht worden genomen en anderzijds, dat de werkgelegenheid zoo min mogelijk mocht worden verminderd. Het zal. gelet op het groote belang van een sluitende begrooting voor de gemeen te, ongetwijfeld tot voldoening stemmen, dat het Inderdaad ls mogen gelukken het tekort zonder belastingverzwaring te over bruggen. De begrooting werd grondig nagegaan, als gevolg waarvan verschillende posten wijziging ondergingen, hetzij ter verster king van de Inkomsten, hetzij tot verla ging van de uitgaven. De voornaamste worden genoemd: B. en W. achtten aanleiding aanwezig een bedrag van f. 30500.van de Alge meene Reserve af te schrijven. Gelijk uit het rapport op de gemeenterekening over 1934 ls gebleken, zou deze dienst Indien hij door het boekingssysteem niet extra belast was geworden wegens uitgaven voor vergoeding ter zake van bijzonder onder wijs en voor rente van geldleeningen, een batig saldo van f. 30.500 hebben opge leverd, welk batig saldo dan aan de be grooting 1936 ten goede zou zijn gekomen. Deze omstandigheid laat toe dit bedrag van de Algemeene Reserve af te schrijven ten behoeve van den gewonen dienst 1936 In dit verband wordt in herinnering ge bracht. dat van de Algemeene Reserve groot per 1 Januari 1935 f 499.438.88.— werd beschikt over f 152.260.ten be hoeve van 1935 voor thans nog niet op andere wijze te dekken lagere ontvangsten en hoogere uitgaven (voornamelijk armen zorg). terwijl voorts het nadeelig exploita tiesaldo van 1934 ad f. 20.449.34 uit de Algemeene Reserve zal worden genomen. Na toetsing van de voor Commissaris sen der Lichtfabrieken in Juni 1935 inge diende begrootingen aan de bereikte re sultaten over het eerste halfjaar 1935. kon de aanvankelijk voor 1936 geraamde winst van de Electriciteltsfabrlek met plm. f. 74.500.worden veilhoogd. Ten aanzien van de Gasfabriek bleek een verhooging van de geraamde winst niet gewettigd. Voorts kon, naast het reeds uitgetrokken bedrag van f. 40.000— als uitkeering van de 2e helft van een Indertijd bij de Gas fabriek voor een Inmiddels vervallen doel gevormde reserve, worden geraamd een som van f. 35.000.— ter zake van bij de Lichtfabrieken ln te voeren bezuinigings maatregelen. De raming van de baten ter zake van dc Leidsche Duinwater Maatschappij ge schiedde ln de begrooting 1935 en aanvan kelijk ook ln die voor 1936, op dezen voet dat Jaarlijks bij de Maatschappij een be drag van pl.m. f. 50.000.— kon worden ge reserveerd. In de tegenwoordige omstan digheden achtten B. en W., na overleg met Commissarissen, het verantwoord, dat van deze reserveering voor 1936 werd afgezien (op de balans per 1 Januari 1935 komt als reserve reeds een bedrag van f.445 000 voor), waardoor ten bate van de gemeente een hoogere wlnstultkeerlng van f. 45.000 mocht worden verwacht. Bovendien acht ten B. en W. het. en zulks eveneens ge hoord Commissarissen, mogelijk, dat uit de exploitatie nog een verhooging van de winstuitkeering met f. 15.000.plaats heeft. De totale uitkeering dividend, concessierechten enz. zal dan f. 310.000 bedragen (raming 1935 f. 250.000—uit keering over 1934 f. 283.430.82). De fabricage-begrooting, die voor 1935 f. 500.426— ln uitgaaf beliep, en voor 1936 oorspronkelijk een eindcijfer van f. 505.419 had, werd verminderd tot f 483.852. De post voor onvoorziene uitgaven, welke aanvankelijk op f. 50.000.— werd uitge trokken, brachten B. en W., evenals voor 1935 geschiedde, terug tot f. 40.000.— Vervolgens kon, als uitvloeisel van het Wetsontwerp tot verlaging van de open bare uitgaven en de daarmede samenhan gende wetsontwerpen worden geraamd: a. vermindering van de pensioensbijdra gen aan het Burgerlijk Pensioenfonds met 1% f 24.000 b. ter zake van het onderwijs (o.a. ver laging van rente, waarnaar ultkeerlngen worden berekend) f. 5.430. c. automatische verlaging van de sala rissen van diegenen, die overeenkomstig rijksregeling worden gesalarieerd, als ge volg van de voorgenomen rijkssalarlskor- tlng (onderwijzend personeel gymnasium en HBS.) f. 12.440— Volledigheidshalve merken B. en W. bierbij op. dat met betrekking tot den Keuringsdienst van Waren en den Armen raad nog niet voldoende bekend ls, welke maatregelen kunnen worden genomen, zoodat daarvoor thans nog geen besparing kan worden geraaiiid. Op het eerste concept der begrooting was reeds een bedrag van f. 25.000 uitgetrok ken als opbrengst van de bereids bij het Georganiseerd Overleg op verlangen van den Minister van Blnnenlandsche Zaken aanhangig gemaakte herziening van de salarisverordeningen van '25 Februari 1935 ln verband met de door den Minister ge maakte bemerkingen. Daarenboven kon thans nog wegens de door den Minister van Blnnenlandsche Zaken ingevolge zijne circulaire van 4 September 1935 gewensdh- te verdere salarisverlaging voor het ge- meentepersoneel, welke binnenkort bij het Georganiseerd Overleg aanhangig zal wor den gemaakt, een bedrag van rond f. 155.000.— worden uitgetrokken, in af wachting van de beslissing daaromtrent. Een minderheid in het College zou dit bedrag niet uitgetrokken willen zien, al vorens die beslissing gevallen is. Nadat al deze wijzigingen waren aange bracht, ontbrak nog een som van f. 311.500 Tot dekking van dit bedrag hebben B. en W. de volgende middelen ln de begroo ting opgenomen. In de eerste plaats een vermindering van de storting ln het Vernieuwingsfonds der Stedelijke fabrieken van Gas en Electrici- teit. Ingevolge art. 28 van de bedrijfsver- ordenlng wordt de rekening van belde fabrieken belast met 2 O van de som der door de gemeente oorspronkelijk verstrekte en niet afgeloste aanleg- en ultbreldlngs- kapitalen. Voor 1935 werd de storting aan vankelijk tot 1 en later tot ver minderd. Mede gelet op den stand van de vernieuwingsfondsen, welke per 1 Januari 1935 voor de Gasfabriek f 488.078.37 en voor de Electriciteltsfabrlek f. 1.294.372.73 bedroeg, ls het, ook naar het oordeel van Commissarissen, onder de huidige omstan digheden gewettigd, het percentage van pCt. voor 1936 te handhaven. De begrooting der Lichtfabrieken kan aldus worden ontlast van een bedrag van plm. f. 155.000.—. Voorts kan een, ook ln het belang van het bedrijf gewensdhte blijvende besparing van kapltaalslasten der Electriciteltsfa brlek worden verkregen, voor 1936 ten be drage van plm. f. 78.500.—, door verschil lende activa, welke weinig meer aan de productie deel nemen, of intusschen door de vorderingen der techniek verouderd raken, voor de restantwaarde geheel af te schrijven ten laste van het Vernieuwings fonds van deze afdeellng. Met deze extra- afschrijving. die ln overeenstemming ls met het doel van het Vernieuwingsfonds en waarmede Commissarissen zich eveneens kunnen vereenigen, ls een bedrag van f. 546232.— gemoeid, zoodat naar den toestand op l Januari 1935, het fonds daar na nog f. 748 140.— groot ls, een bedrag dat voldoende ls te achten. Tengevolge van dezen maatregel, de bovenbedoelde verhooging van de winst- lamlng en de vermindering van de stor ting in het Vernieuwingsfonds zal de to tale winst der belde fabrieken stijgen tot f 1 063.542 (1935 f. 1.087.922— Op de begrooting der Lichtfabrieken drukt verder een bedrag van rond f. 40.000 ter zake van de omzetbelasting, terwijl het bekend zal zijn, dat het Rijk voornemens ls de belasting met 20 opcenten te ver- hoogen. Hoewel het systeem der wet ls, dat de belasting op de verbruikers wordt verhaald, werd dat verhaal te dezer stede nog niet ingevoerd. Nu de financieele om standigheden voor de gemeente Inmiddels zooveel moeilijker zijn gewórden, moet naar het oordeel van Commissarissen en het College van B. en W. tot dat verhaal ln een nader te bepalen vorm wor den overgegaan; te meer aanleiding be staat hiertoe, nu nog zeer onlangs de ta rieven, door aanneming van het bekende voorstel-Schoneveld, zeer belangrijk wer den verlaagd. Een desbetreffend voorstel zal zoo spoedig mogelijk worden ingediend. Ten slotte is er ln de gegeven omstan digheden aanleiding, om op de reserve van het Grondbedrijf een beroep te doen. Voor 1935 was een dergelijke maatregel niet noodlg; B. en W. wezen er toen ln den gelelde-brlef op, dat ingevolge de bedrljfs- verordenlng een taxatie van de Ingebrach te eigendommen moet plaats hebben, zoo dat het oogenbllk voor een gedeeltelijke beschikking ook minder geëigend scheen. Door verschillende omstandigheden heeft die taxatie ook thans nog niet plaats ge vonden; niettemin zien B. en W. er geen bezwaar in. om voor 1936 op een gedeelte van de reserve van het Grondbedrijf voor den gewonen dienst beslag te leggen, Als argument daartoe kunnen zij ln de eerste plaats noemen de veel moeilijker begroo- tingsposltie; ln de tweede plaats vestigen zij er de aandacht op, dat de taxatie niet geschiedt omdat werkelijk een te hooge to tale boekwaarde wordt gevreesd, maar al leen omdat in de nieuwe bedrljfsverorde- nlng op verlangen van Ged. Staten de pe riodieke taxatie, als gebruikelijke bepaling werd opgenomen. En ln de derde plaats geeft een beschouwing van de boekwaar den, in verband met den stand der reserve, geen aanleiding, om tegen de onttrekking van een bepaald bedrag aan de reserve be zwaar te maken. De reserve bedraagt per 1 Januari 1935 f. 344.000.—, de totale boek waarde f. 2.229.700.— en het nadeelig saldo van den gewonen dienst van het Grond bedrijf f. 79.901.— Vermits tot het sluitend maken van de begTooting nog een bedrag van f. 40.000 is verelscht, hebben B. en W. van 't nadee lig saldo van den gewonen dienst van het grondbedrijf, genoemd bedrag van f. 40.000 dus ongeveer de helft, ten laste van jé reserve gebracht. Het ls trouwens zoowel met het oog op het begrootlngsjaar 1937 als voor het Grondbedrijf zelf, gewenscht de bijdrage van het bedrijf tot dat bedrtg te beperken, Hoewel er alleszins reden ls verheugd te zijn over het feit, dat, trots het buitenge woon groote tekort, de begrooting sluitend is kunnen worden gemaakt zonder belas- tlngverhooglng, zoo mogen B. en W. niet voorbijzien, dat hiertoe tot niet onbelang. rijke bedragen middelen hebben bijgedra- gen, waarop niet of niet geheel voor 19S7 kan worden gerekend. Dit stelt de bestuurders van de ge- meente voor de noodzakelijkheid, om de bezuiniging en versobering krachtig voort te zetten. B. en W. ontveinzen zich niet dat dit moeilijker wordt naar mate reeds bezuinigd ls, doch dit ontheft niet van den plicht met dezen arbeid voort te gaan vermits, gelijk zij boven opmerkten, even wicht tusschen-ontvangsten en uitgaven een zaak ls van het allergrootste gewicht voor de gemeente. Er zijn bij het College dan ook nog ver schillende bezuinigingen in overweging. B. en W. noemen o.a. vermindering van 1 aantal telefoons (ln de begrooting werd reeds rekening gehouden met de afschaf fing van eenlge telefoons); de samenvoe ging v. d. diensten van Gemeentewerken en Bouw- en Woningtoezicht, welke aangele genheid ln voorbereiding ls; concentratie van de onderzoekingsdiensten van Maat schappelijk Hulpbetoon en den dienst voor Sociale Zaken; concentratie van de steua- verleening aan de werlcloozen, bij Uti dienst, welke steunverleenlng thans Ir verdeeld over Maatschappelijk Hulpbetoon en den Socialen Dienst. Voorts is o.a. in onderzoek de mogelijk- held van bezuiniging op het bewaarschool- onderwijs, op het geneeskundig schooltor- zicht, op de zlekenhulsverpleglng, terwijl het ook zeer de vraag ls, of de subsidies, die B. en W.. behoudens een enkele uit zondering, niet voor verdere vermindering of afschaffing hebben voorgedragen, op den duur op de thans nog geldende be dragen zullen kunnen worden gehand haafd. GEBOREN: Martha Johanna Hendrlka, d. van A 0, Gerse en J. H. Lieshout Jan, z. van J. Disselhof en J. L. v. d. Linde Petrus Johannes, z. van P. D. A. v. d. Drift en J, M. Broekhof Geerhard, z. van C. E. Nederveld en H. J. v. Hulzen Johannes Hendrlcus, z. van K. Ippel en C. Blesheu vel Hendrlca Joanna, d. van A. Pols en C. J. v. d. Tang Helena Gerard a Marie, d. van Th. A. Ammerlaan en H. P. Brou wer Arendje, d, van W. Remmelzwaa! en E. M. de Vrles GUsJe, d. van G, Ouwehand en N. Kloos Cornells Johan nes, z. van J. v. Leeuwen en J. Lotto - Martlnus Hubertus Gabriel, z. van H. Vo gelaar en J. Hoogervorst Janna, d. van T. Scheepmaker en S. W. M. Hendrich - Hendrik, z. vaui H. Binnendijk en J. M Fllippo Hendrlka Teuntje, d. van H. Flllppo en A. v. Tongeren. ONDERTROUWD. C. J. Verver Jm. 24 J. en J. Knaap jl 23 Jaar. OVERLEDEN. C. E. DrooghTurk vr. 88 J. T. d. Melj m. 56 J. I. Boot z. 14 J. HET RIJK LEENT 44 MILLIOEN GULDEN Door het Rijk wordt uitgeschreven ttn leening van f. 44 millloen ét 4 pet., be staande uit obllgatlën van f. 1000. De leening heeft een looptijd van ten hoogste 40 Jaar. Versterkte aflossing wordt voorbehouden. OVERZICHT VAN DE BATIGE EN NADEEUGE SLOTEN VAN DE ONDERSCHEIDENE HOOFDSTUKKEN VAN DEN GEWONEN DIENST OVER DE JAREN 1932 t.m. 1936. HOOFD STUK. BENAMING. BATIGE SLOTEN. REKENING 1932. REKENING 1933. REKENING 1934. BEGROOTING 1935. BEGROOTING 1936 NADEELIGE SLOTEN. REKENING 1932. REKENING 1933. REKENING 1934. BEGROOTING 1935. BEGROOTING 1936 I n ni IV v VI VII vni 5 5 8 8 8 8 8 8 8 8 8 8 8 8 IX 8 8 X XI XII XIII 8 8 8 8 8 8 8 8 8 8 XIV XV XVI 8 15 Vroegere diensten Algemeen beheer Openbare veiligheid Volksgezondheid Volkshuisvesting Openbare werken Eigendommen, niet v. d. openb. dienst bestemd Lager huisonderwijs Openbaar gewoon lager onderwijs Openbaar vervolgonderwijs Openbaar uitgebreid lager onderwijs Openbaar buitengewoon lager onderwijs l Openbaar voorbereidend lager onderwijs Bijzonder gewoon lager onderwijs Bijzonder vervolgonderwijs Bijzonder uitgebreid lager onderwijs Bijzonder buitengewoon lager onderwijs Bijzonder voorbereidend lager onderwijs Lager onderwijs niet vallende onder 88 1 t/m 11 Middelbaar onderwijs Hooger onderwijs Nijverheidsonderwijs Onderwijs. K. en W.. niet vallende ond. 88 1 t/m 15 Ondersteuning aan behoeftigen Ondersteuning aan werkloozen Landbouw Handel en Nijverheid Belastingen Gasfabriek Electriciteltsfabrlek Gestichten Endegeest, Voorgeest en Rhljngeest Openbaar Slachthuis Grondbedrijf Relnlgings- en Ontsmettingsdienst K»urine«rt'en*t waren voor het district Leiden Gemeentelijke Hulpbank OemeentelUk Waschhureau n-meonfelUk Radio-Distrthntie-Bedrtjf (rasvoorzlpnineen Overiee inkomsten en uitgaven Onvoorziene uitgaven 128.230.92 792.125.48 17.54 242.598.92 806.271.34 2.386.80 Totaal 1.403.371 43 454.041.93 .1.145.526.10 112.200.88 49.243.73 11.461.Ï 4.098.219.81 1.459.183.42 503.720.96 1.024.676.06 90.860.49 58.918.02 35.847.17 15.712.77 275.539,13 752.065,56 109.931,34 8.251,81 107.053.- 737.476,- 80.119,- 9.046,- 4.240.155.95 „1.481.218,48 411.398,93 971.998,94 51.723,79 54.368,95 14.665,91 16.372,98 1.421.306,- 353 391- 1.054.237- 23.848, 36.429, 25, 34.080, 133.094,— f 4.147.535,82 664.307,— 141.694,— 4.488,— ƒ3.990.104,— 986.473,- 287.232, 1.073.050,- 17.088, 30.103, 551, 23.775, 328.102, 609.360.16 8.143.43 54.863.64 386.356.39 151.629.44 3.167.76 30.916.71 11.957.89 37.907.62 280.631.76 3.738.90 35.588.87 3.896.20 64.530.— 66.113.24 153.918.34 54.333.84 51.683.45 60.387.69 705.466.01 570.984.44 4.143.52 171.331.17 17.536.75 226.14244 6.853 21 8.902.46 10.07 37.316.22 115.944.77 612.177.58 5.156.48 82.578.80 377.787.85 158.563.51 3.368.93 £3.245.32 11.675.34 35.383.13 293034.56 7.719.71 39.512.02 3.265.06 64.654.28 69.827.57 150.139.97 54.455.96 73.477.60 57.212.02 830.803.56 622.072.51 3.525.70 162.469.28 225.516.40 6.732.98 5.684.52 17.47 45.556.30 85.379.65 600.307,69 86.325,35 362 128,16 143.972,99 3.407,63 13.279,86 9.708,25 39.055,13 358.513,98 9.815,46 44.995,95 3.161.97 57.448.53 54.120,70 137.445,36 48.852.93 70.948,59 55.306,29 768.571,83 830027.43 3.426.74 152.136,34 217.785,44 5.988.43 4.435,61 5,36 33.756.66 5.240.87 613.580,— 81.090,— 333 943,— 134.341,- 2.837,- 10.679,- 9.952,- 39.191,- 292.155,- 5.600- 35.451,- 3.950,- 63.250,- 55.460,- 125.907,- 37,355,- 63,172.- 46.938,- 758,655,- 714.189,- 3.449, 135.322,- 67.159, 236.864, 6.121- 4.994, 68.500,- 40.000, 3.556.863,— 3.933.756.39 ƒ4.110.794.06 607.822,— 75.800,— 327.434,— 117.932,— 3.156,- 12.238,— 9.327,— 36.553.— 275.453,— 6.600,— 32.286.— 3.205,— 64.250,- 65.840,- 130.526,— 44.742.— 65.181, 45.611.1 253.771,— 3.361.- 128.507,— 22.519.- 23 1 934,- 6.492,- 4.930,- 62.500.- 40.000,- ƒ4.119.969,53 3.990.104,— 3.556.895,"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 6