DE STORM BEUKT ONZE KUST LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad Maandag 21 October 193$ TWEE SCHEPEN GESTRAND BIJ EGMOND HACHELIJKE UREN. GEMENGD NIEUWS. De bemanningen in den vroegen Zondagmorgen gered. (Van onzen reisredacteur). In den nacht van Zaterdag op Zondag Etjn nabij Egmond twee Nederlandsehe schepen in een vliegenden Noordwester storm gestand. Het vrachtschip Kerkplein, dat op Vrijdagavond in ballast van Amster dam naar Schiedam was vertrokken, is door den storm afgedreven en seinde Zaterdagmiddag ter hoogte van Egmond om hulp. De zeesleepboot Drenthe snelde naderbij, doch bij een poging om een ver binding tot stand te brengen geraakte een tros in de schroef van de sleepboot, zoodat toen twee schepen vlak bij de kust een speelbal der wilde golven werden. Kort na elkaar zijn des avonds beide vaartuigen gestrand De bemanningen konden na zeer veel moeite in den vroegen Zondagmorgen worden gered. Voor de bewoners van onze Noordzee kust is het helaas geen zeldzaamheid, wan neer een schip zich in de nabijheid van het strand in nood bevind,t en de beman ning door den storm in levensgevaar ver keert. De Noordzee kan geweldig spoken, vooral bij een Noordwester storm, die al den wind en al het water van het Noorden van den Grooten Oceaan in deze nauwe kom schijnt te verzamelen. Dan is het in de nabijheid van de kust zeer gevaarlijk Van Vrijdagnacht tot gisternacht heeft de zee wederom onze kusten gebeukt, voortge dreven door een storm, die eerst uit het Zuidwesten kwam doch later ruimde tot een gierenden Noordwester, die de golven tot groote hoogte opjoeg. In dat weer ver keerde het 5000 ton metende vrachtschip Kerkplein van de Scheepvaartmaatschap pij Millingen te Rotterdam Het schip was Vrijdagavond omstreeks half elf van Am sterdam vertrokken met bestemming Schiedam. Een kleine vier en twintig uur later is het gestrand op een hoogte, die ver Noordelijk is gelegen van de oorspronke lijke route. De Kerkplein had geen geluk. De Kerkplein heeft van den beginne af aan op dezen tocht geen geluk gehad. Toen het even buiten de pieren van IJmuiden was gekomen kwam een Zuidwester storm opsteken, die snel in hevigheid toenam. Het schip lag hoog op het water, doordat het ongeladen was en alleen ballast had Ingenomen voor een reisje, dat eigenlijk voor de zeeschepen maar een stapje is. Daardoor had de wind er veel vat op. De voorraad kolen was met de lengte van dezen tocht in overeenstemming; zij is niet toereikend geweest voor een reis van twee dagen Bovendien werkten de machines niet naar behooren. Van Vrij dagavond tot Zaterdagmiddag heeft het schip met den storm geworsteld. De boot dreef steeds verder Noordwaarts af en slaagde er niet in tegen den voortdurend feller wordenden wind koers te houden. Om half één Zaterdagmiddag seinde de kapi tein om sleepboothulp waarop de Drenthe van het bureau Wijsmuller te Rotterdam ter assistentie vertrok. In den loop van den middag was de sleepboot bij de Kerkplein gekomen, die door den inmiddels gedraaiden wind steeds meer naar de kust werd gedreven. Tot tweemaal toe werd een tros uitgeworpen, doch tweemaal brak het touw. De zee werd voortdurend holler en de Kerkplein dreigde elk oogenblik op het strand te worden ge worpen. Nog een derde maal trachtte men verbinding te krijgen, maar ook deze maal mislukte het. D» tros brak wederom af en het eene einde raakte in de schroef van de Drenthe verward. Daar de sleepboot slechts één schroef had was hiermede on middellijk elke mogelijkheid tot manoeu vreeren uitgesloten. Haastig werden per radio S.O.S.-seinen uitgezonden, doch voordat hulp gearriveerd kon zijn werd de sleepboot over de zandbanken heen op het strand gezet vlak voor Egmond aan Zee. De Kerkplein kon evenmin richting houden en kwam eenige honderden meters Zuidelijk eveneens op het strand te zitten. De toestand der Drenthe was hachelijk. Om half negen zaten beide schepen aan den grond. De toestand van de Drenthe was belangrijk hachelijker dan die van de Kerkplein. Hooge golven sloegen erover heen en de bemanning moet den dood voor oogen hebben gezien Op het bericht van de ramp waren zeer velen uit Egmond en omgeving naar de kust gekomen. Er werden fakkels ontstoken en de lichten van eenige auto's werden op het in nood verkeerende schip gericht. De bemanning •was duidelijk op de brug te onderscheiden en op dezen afstand van enkele tientallen meters kon men de noodkreten der om hulp roependen verstaan. Het was een angstig gezicht, deze mannen zoo vlakbij in nood te zien zonder dat men hulp kon bieden. Aan den wal werd inmiddels alles in het werk gesteld om te trachten de bemanning te redden. Uit Wijk aan Zee werd een zoeklicht gezonden en de reddingboot van Egmond werd te water gelaten. Later ■kwam ook nog een zoeklicht uit Petten aan om bij de reddingspogingen licht te geven. Het in nood verkeerende schip werd door het zoeklicht beschenen en de be manning van de reddingboot ging op weg. Door de hooge golven werd de boot even wel afgedreven en de redders kwamen zelf jn gevaar te verkeeren. doch men slaagde erin veilig den wal te bereiken. De tocht was niettemin vergeefsch geweest. De lichten van de Drenthe waren uitgegaan, maar het zoeklicht zette telkens het schip in feilen gloed alsof het dag was. De stra len gleden van den voorsteven naar den achtersteven zij belichtten de mannen aan dek en op de brug en daarboven de spuitende watermassa's der brekende gol ven. Het was alles zoo dichtbij en toch kon men de mannen daarginds niet bereiken. Hier lag het veilige dorp en ginds op kor ten afstand stonden eenige menschen, die in nood verkeerden; daartusschen beukten de hooge golven van de woedende zee die een nadering onmogelijk maakten. Toen de reddingboot geen resultaat kon bereiken, werd gepoogd door middel van 't Whipper-toestel een lijn over te schieten. Een knal weerklonk en een vuurpijl suisde door de lucht. Ondanks den korten af stand miste het schot wegens den straffen wind zijn doel en zoo ging het ook met een volgende poging Om half twaalf had de vloed zijn hoogste punt bereikt en het water begon af te nemen Toen was tevens 't grootste gevaar voor de bemanning van de Drenthe geweken al verkeerde zij nog steeds in een geenszins benijdenswaardige positie. De redding. De Kerkplein was een driehonderd meter Zuidelijker op het strand geslagen. Belde schepen lagen evenwijdig met de kust. doch de Kerkplein was door de wilde elementen hooger op het strand geworpen en verkeerde niet in direct gevaar. De lichten waren aangebleven en men zag de bemanning heen en weer loopen. Het leek zoo onwezenlijk, dit logge gevaarte door zoo vlak bij de kust als een aangespoeld zeemonster. Hoog stak de donkere massa af tegen de Iets lichtere omgeving. De kapitein liet draadloos seinen dat hij pas in de tweede plaats hulp noodig had. zoo dat de reddingspogingen hoofdzakelijk op de Drenthe geconcentreerd konden wor den. Ook op de Kerkplein werden echter lijnen afgeschoten en hier had men een beter resultaat. Men kon een verbinding tot stand brengen, waarlangs enkele leden der bemanning het schip konden verlaten. Omstreeks 3 uur in den morgen van Zon dag heeft de reddingboot ook bij de Drenthe succes gehad. Men slaagde erin langszij te komen en de bemanning in de sloep over te nemen. De marconist is van dc brug af in de boot gesprongen, waarbij hij eenige ribben kneusde en ook andere verwondin gen opliep. Hij ls aan wal verbonden en kon toen naar zijn woning te Rotterdam worden vervoerd. De rest van de beman ning werd in een café van droge kleeren voorzien en weer wat op temperatuur ge bracht. Toen men evenwel de geredden telde, werd nog iemand vermist. Het bleek, dat de kapitein ontbrak. Deze was nergens te vinden en moest dus nog aan boord zijn. Opnieuw voer de reddingboot uit en nu werd ook kapitein J. van der Graaf van boord gehaald. De kapitein zat opgesloten. Het bleek, dat de kapitein even in zijn hut was gegaan, waarna de deur was dicht geslagen. Er was een stuk hout voor ge vallen. dat het onmogelijk maakte de deur weer te openen. De rest van de opvarenden had door het gewoel in het duister en door de agitatie den kapitein niet gemist en had ook zitn herhaalde roepen niet ge hoord. Kapitein van der Graaf moet ang stige momenten hebben doorgemaakt toen hü bemerkte, dat de bemanning van boord werd gehaald en zonder hem het schip verliet Gelukkig wist men spoedig de boot wederom te bereiken, waarop men het roepen en schoppen van den opgeslotene hoorde. Met een paar forsche trappen werd de deur van de hut geopend, waarna de kapitein werd bevrijd. Alle opvarenden van de Drenthe met den marconist mee dertien personen zijn in den nacht nog naar Rotterdam ge reden. evenals de kapitein met eenige leden van zijn bemanning. Een tiental personen bleef nog od de gestrande vrachtboot ach ter. Toen de zon opkwam was de kracht van den wind aan het afnemen. In den loon van den Zondag kwamen van heinde en verre honderden belangstellenden naar de plaats van de ramp. De weg van Alk maar naar Egmond was vol voertuigen en op het strand was het zwart van de kijkers. Toen we in den loop van den morgen nog eens naar de plaats van de stranding kwamen kijken, lagen de beide schepen er nog in dezelfde positie als in den nacht. De zee was veel kalmer geworden en men kon tot vlak bij de Kerkplein komen die rechtstandig op het strand lag en hoog boven de omgeving uitstak. De Drenthe lag wat verder in zee en de golven sloegen er nog over heen: soms spatte het water nog boven de twee schoorsteenen uit. De boot helt over en schijnt zich diep in den grond te hebben gewerkt. We hoorden.dat pogingen in het werk zullen worden gesteld om heide schepen weer vlot te brengen. Wat kapitein eD Graaff vertelde. Na wat bekomen te zijn van de ver moeienissen heeft kapitein De Graaff van de „Drenthe" het volgende verhaal ge daan. „Ik kon niet uit de „salon", waar ik naar toe was gegaan. Toen er een stort zee overkwam, kantelde een werkbank tegen de deur. Er was geen verwikken of verwegen aan; muurvast! Ik kon zelfs niet zien, dat de jongens van boord wer den gehaald. Toen de reddingboot voor de tweede maal kwam, riep ik door de patrijspoort en gelukkig hoorden zij mij; het ls een heel werk geweest om die deur open te krijgen, maar ten slotteenfin hier zijn wij allemaal weer bij mekaar, 't Is mijn eerste schipbreuk, maar lk hoop er nooit meer een mee te maken. Wij hebben een zwaren dag gehad. Om ongeveer half een Zaterdagmiddag zijn wij uit IJmuiden vertrokken; de „Kerk plein" had om assistentie geseind. Wij hadden 't schip al gauw gepraaid, maar 't uitbrengen van de sleeptrossen was een moeilijk werk. Tweemaal knapten de trossen als draden garen af. Voor ons begon het ongeluk, toen bij een breker de derde tros voor een deel over boord sloeg en in den schroef verward raakte. Een sloep sloeg over boord, de ander werd ernstig beschadigd. Onmiddellijk zetten wij een anker uit, want wij waren mach teloos. Een poosje reed de „Drenthe" op het anker, doch tegen half acht brak de ankerketting en de „Drenthe" werd over de banken heen geslagen; er was geen houden meer aan. Onze positie was uiterst gevaarlijk; het llnkerhoofd van het bunkerrulm sloeg weg en wij kregen veel water In. De toe stand werd steeds hachelijker. Wij had den de lenspompen aanstaan tot 't licht uitging; dat was een vreeselijk moment. Op het dek konden wij geen oogenblik komen; de eene breker na de andere sloeg over het schip; de radio functionneerde niet meer, de vuren waren gedoofd. En kelen van m'n mannen zaten ln de hut van den marconist Meijer de eenige, die verwondingen heeft opgeloopen anderen ln het kombuis en lk zat in de „salon". De bemanning van de „Drenthe" be stond uit: J. de Graaff, gezagvoerder; Meijer, marconist; C. Oldenburg, eerste stuurman: D. van Mourlk, eerste machi nist; J. Stol, tweede machinist; Koster, R. Kqyper, J. Krijger. J. Mosselman, J. Dalerbout, matrozen; F. de Roeper, C. Smoor en Valkman, stokers. De bemanning van de reddingboot be stond uit: Van der Plas, Elsenberger, Wijker Sr. en Wijker Jr.. A. Tenbruggen- cate, W. de Graaff, W. en D. Dekker, A. Gul en A. Krab. Twee schepen in moeilijkheden op de IVesterschelde. Uit Hansweert wordt gemeld: Het mo torschip „Aaltje Cornelia", schipper Mak, groot 66 ton, geladen met aardappelen cn zich begevende van Kats naar Rotter dam is gistermorgen bij Zierikzee door hevig stormweer overvallen, waardoor het schip vol ls geloopen en gezonken. De motorsleepboot „Zeehond", kapitein Breen, welke boot zich in de nabijheid van het in nood verkeerende scheepje be vond, kon de beide opvarenden, den schipper en den schippersknecht met ge vaar voor eigen leven redden en aan boord nemen. Zij zijn te Wemeldlnge aan wal gezet. Ook een ander motorschip ls in moei lijkheden geraakt, n.l. de „Valentine", die geladen met Ijzererts op weg was van Antwerpen naar Duitschland. Dit schip ls in het Slaak omhoog ge varen en blijven steken. De sleepbooten „ZeehorfH" en „Vliet" hebben het schip vlot weten te trekken. Het is in de haven van Zijpe binnen gesleept. Storm teistert Ameland. Wederom zijn langs den geheelen zee dijk van het waterschap NesBuren groote gaten geslagen tengevolge van den hevlgen stormwind. Niet ver van Nes is een gat van ongeveer dertig meter lengte ontstaan Indien de storm weer mocht opsteken ls er reden tot bezorgdheid. Het water was in den nacht van Za terdag op Zondag bijna tot den kruin van den dijk gestegen. Van de duinen aan het Noordzeestrand zijn even eens stukken weggeslagen. Jol omgeslagen. Gistermorgen werd uit het meer „Het Zwet" hij Wormer het lijk opgehaald van den ruim 40-Jarlgen inwoner van Wormer J. Nooy, die sinds Zaterdagmiddag ver mist werd. Nooy was in een jol naar het land aan de overzijde geroeid om werk zaamheden te verrichten. Bij zijn terug keer is vermoedelijk het ranke vaartuigje door den hevigen wind volgeloopen en omgeslagen. Het slachtoffer was gehuwd en vader van elf kinderen. Engelsch stoomschip gezonken. Het Engelsche stoomschip „Pendennis", dat geladen was met steenkolen, is gis termiddag ongeveer 50 mijl benoorden Terschelling gezonken. De bemanning, be staande uit 22 koppen, is door een Noorsch stoomschip gered. De sleepboot „Holland" van de reederij Doeksen, die sinds Zaterdagavond bui tengaats was, en die ook ter assistentie naar het Engelsche stoomschip was ge varen, behoefde geen hulp te verleenen en is thans op het eiland teruggekeerd. Het s.s. Pendennis was groot 3200 ton. Het schip was van Engeland op weg naar Hamburg. De bemanning is hedenmorgen vroeg te Rotterdam aangekomen. Zij be staat uit 19 personen. Allen zijn er zonder kwetsuren afgekomen. Ze hebben weinig van hun bezittingen kunnen redden. De kapitein John Lovell House vertelde het volgende over de schipbreuk; Om halfvier Zondagmiddag heeft de schipbreuk plaats gehad, op 54 gr. 5' N.B. 5 gr. 23' W.L. Het schip had Hartlepool verlaten met goed weer. Vrijdagavond werd het weer steeds slechter. Het begon te stormen. Zaterdag begon de lading te wer ken en kreeg bet schip slagzij. Zondag werd de positie gevaarlijk. Zware golven sloegen over het schip, de slagzij nam toe. Toen de golven de ruimen hadden ingedrukt, werd een S.O.S. uitgezonden. Van eenige schepen kwam antwoord o.a. van het stoomschip Iris. De kapitein gaf last het schip te verla ten omdat de slagzij zoo erg was geworden dat groot gevaar bestond om te kapseizen. Met zeer veel moeite werd een reddings boot neergelaten en stapte de bemanning in. De „Iris" was nog niet in zicht. Een half uur heeft de bemanning ln de open boot rondgedobberd. Toen vond de Iris. welk schiD reeds geruimen tijd had gezocht, de schipbreukelingen. Om de boot langs de Iris te krijgen moesten moeilijke manoeu vres uitgevoerd worden. Het gelukte ten slotte. Het Engelsche kolenschip dreef nog rond maar moest als verloren worden be schouwd. De geredden verkeerden in ult- geputten toestand. Aan boord van de Iris werden zij goed verzorgd. Schepen weer uitgevaren. Vele uitgaande schepen, die in verband met den storm te IJmuiden hadden vast gemaakt, hebben gistermorgen, toen de kokende golven buitengaats tot rust wa ren gekomen, zee gekozen. Ook de Ame- rikaansche torpedojager „Managhan", die enkele dagen te Amsterdam is ge weest, is weer naar zee vertrokken. Ver scheiden schepen zijn ook binnengeko men, o.a. de „Tabinta" van de Stoom vaart Mij. „Nederland" en de Noorsche houtboot „Toratre". Laatstgenoemd schip, dat een deklading hout aan boord had. heeft het zwaar te verantwoorden-gehad. Doordat verscheidene stukken braken, kwam de houtlading in beweging, waar door de lading over stuurboord een meter naar buiten uitstak. FELLE BRAND TE GRONINGEN. Vier kinderen van een zolder gered. Gisteravond om 9 uur ls een felle bin nenbrand uitgebroken in het perceel Van Julsingastraat 42a te Groningen. De ouders waren op visite en hadden hun vier kinderen, die allen op zolder sliepen, alleen achter gelaten. Het oudste dochtertje werd wakker door een verstikkenden rook. Ook de buren hadden rook uit het perceel zien komen. Zij trapten de deur ln en slaagden er in alle vier kinderen uit het brandend per ceel te redden. De oorzaak van den brand was een petroleumlamp, die op zolder vlak onder een bint van de houten overkapping stond te branden, en het vuur aan de omgeving had meegedeeld. De brandweer bluschte de vlammen met twee stralen. Verzekering dekt de schade. DE ONBEWAAKTE OVERWEG. Voerman, die doof was, overreden. Zaterdagmiddag reed de ongeveer zes tigjarige voerman Bos uit Enschede met een met twee paarden bespannen wagen over een onbewaakten overweg in de spoorlijn naar Hengelo nabij de brug over het Twenthe-Rljnkanaal. In verband met de opheffing van het locomotievendepót te Enschede rijden voortdurend losse loco- motleven van Hengelo af en aan. Bos, die erg doof was, hoorde een uit Enschede komende locomotief niet met het gevolg, dat de wagen werd aangereden. Het voer tuig werd geheel en al vernield. Bos werd zwaar gewond opgenomen en met de loco motief. waarmede het ongeluk gebeurde, naar Hengelo gebracht. Daar werd de on gelukkige in het Algemeen Ziekenhuis op genomen Zonder tot bewustzijn te zijn gekomen, is hij aan de gevolgen overleden. Het ongeluk had juist plaats toen de wa gen zich midden op de rails bevond. De beide paarden bleven ongedeerd. -o INBRAAK BU HET „LEGER DES HEILS" TE DELFT. Zaterdag ls ingebroken in het gebouw van het „Leger des Heils" aan de Koorn- markt te Delft. Tijdens de uren, dat de leden van het „Leger des Hells" op straat waren om te zingen, hebben de daders het geheele ge bouw doorzocht en een bedrag van f. 100- aan bankbiljetten en eenig kleingeld ont vreemd. Van de daders ls nog geen spoor gevon den. INBREKER BETRAPT TE BEVERWIJK. Twee rijksveldwachters hebben Zater dagnacht, naar de Tel. meldt, een inbreker op heeterdaad betrapt, toen hij op het punt stond het postkantoor aan de Bree- straat te Beverwijk binnen te dringen. Dat de inbreker het postkantoor als zijn arbeidsveld koos, is op zichzelf al een stout stukje. Van buiten af is n.l. zeer goed waarneembaar, dat in de telefoonafdee- ling des nachts steeds personeel aanwezig Ss. In den afgeloopen nacht was de bedie ning van de telefoon zelfs toevertrouwd aan een gepenslonneerd rijksveldwachter. Nadat de inbreker eerst getracht had zioh toegang tot het kantoor te verschaf fen vla de bovenwoning van den post directeur, wijzigde hij zijn plannen en be sloot eerst eens rond te neuzen in het privé-kantoor van den directeur. Ten einde hierin te kunnen binnendringen nam de nachtelijke bezoeker een ladder weg van het terrein van het in aanbouw zijnd tele foongebouw en plaatste deze ln de poort ter zijde van het postkantoor. Vervolgens drukte hij een ruit in, doch daarbij ging de man zeer onhandig te werk. De ruit viel kletterend neer op de steenen en het was dit gerinkel, dat argwaan wekte bij twee rijksveldwachters, die in de Bree- straat surveilleerden. Zij hoorden het ge raas en stelden direct een onderzoek in. In de poort van het postkantoor troffen zij den inbreker aan, die juist aanstalten maakte om in het gebouw te verdwijnen. Zonder veel verzet kon de man worden overgebracht naar het eenige huizen ver der gelegen politiebureau. De aangehou dene bleek de 57-jarige Amsterdammer K. te zijn. Hij was in het bezit van eenige in brekerswerktuigen, alsmede van een fon kelnieuw dolkmes. Toch waren de op hem gevonden werktuigen niet zoodanig, dat de man een serieuze poging had kunnen doen de safe van het postkantoor te ope nen. Het onderzoek zal wel uitwijzen, dat men hier te doen heeft met een nieuwe ling in het vak der misdaad. Daarop wijst ook de onhandige wijze waarop hij de ruit heeft ingedrukt. Het lawaai was ondanks den storm zelfs zoo hevig, dat de postdirecteur uit den slaap ontwaakte. MOTOR DOOR AUTO GEGREPEN. Gistermiddag heeft onder de gemeente Huisseling (N, Br.) een ernstig verkeers ongeluk plaats gehad. Omstreeks half vijf passeerde een auto van een taxibedrijf uit Oss de bocht aan het begin van het dorp, welke zich be vindt op den weg van Herpen naar Ra- venstein. Op hetzelfde moment naderde van tegenovergestelde richting 'n motor rijwiel, bestuurd door den heer H. Hans- sen, architect te 's Hertogenbosch met als duo-passagier de heer jhr. J. v. d. Poll uit Vught, zoon van den oud-burgemees ter van Vught. Doordat de motorrijder te veel het midden van den weg hield en •het zicht ter plaatse door het langs den weg staande struikgewas zeer slecht is, was een aanrijding onvermijdelijk. Het motorrijwiel werd door de auto geschept en naar de rechterzijde van den weg ge slingerd. De bestuurder van het motor rijwiel kwam onder den motor terecht, terwijl de duopassagier over het vehikel heen werd geslingerd en in een sloot terecht kwam Beide slachtoffers bleken gewond te zijn. De duorijder v. d. Poll, had een bovenbeenbreuk bekomen, terwijl Hanssen een enkelbreuk had opgeloopen. Nadat den gewonden ter plaatse door dr. Sluljters uit Ravenstein eerste hulp was verleend, werden zij op last van den ge neesheer per ziekenauto naar het Groot Ziekengasthuis te 's Hertogenbosch ver voerd, waar zij ter verpleging werden op genomen, De inzittenden van de auto waren ongedeerd gebleven. Den chauffeur van de auto zou geen schuld treffen. Mm. MET HET BEEN IN EEN STAALDRAAD De zetschlpper Van Asperen, van een der grlntscliepen van de fa, E. v. d. Kamp, in lossing liggende ln de Roebollige Hoek bij Hasselt, had het ongeluk met zijn been in een staaldraad te geraken. Het been werd onder de knie afgeknepen. De onge lukkige werd onmiddellijk in het Zieken, huis te Zwolle opgenomen. (Tel.) BUITENLANDSCH GEMENGD. DE AARDBEVING IN AMERIKA. De materleele schade, veroorzaakt door de aardbeving In Helena en Montana in de Ver. Staten, wordt op ©en mlllloen dollar geschat. Tot nu toe zijn twee doo- den geborgen. Minstens twintig personen zijn zwaar gewond. Uit twintig plaatsen tusschen de Canadeesche grens en Yellowstone zijn eveneens aardschokken gemeld. Bijna alle telefoonverbindingen zijn verbroken. DIEFSTAL DOOR VERZAMELAAR VAN OUDHEDEN. it het Museum van Hallstadt in Opper- Oostenrijk, waar zich waardevolle vond sten uit de zoogenaamde Hallstadt-perlode uit den praehistorlschen tijd bevinden, hebben onbekende Inbrekers een zeer waardevol Isis-beeld gestolen, dat afkom stig is uit een Romelnsch graf. Het schijnt, dat de diefstal uit verza- melhartstocht ls gepleegd. AIS DE STORM RAAST.... Geheel Groot-Brittannlë ls door een vlegenden storm geteisterd. De hevige windvlagen bereikten een ongekende snelheid. Te Pembroke en Hollyhead wer den respectievelijk windsnelheden gere gistreerd van 73 en 96 mijl per uur. Gis termorgen heeft de wind over Schotland gewoed, waar hij een snelheid bereikte van honderd mijl. Zeer groote schade is aan gebouwen en aan schepen toege bracht ln de omgeving van Glasgow. De scheepvaart op de Clyde lag geheel stil. De Transsylvanla van de Anchor Line, metende 16923 ton, welke de haven van Glasgow moest uitvaren met bestemming New York, moest met haar 240 passagiers in de haven blijven, daar de sleepbooten haar niet uit de haven konden manoeu vreeren. Vele districten van Schotland waren onbereikbaar door de omgevallen hoornen en de verstoorde telefoonverbin dingen. Te Liverpool is een man op straat ge dood door een vallenden dakpan, te Glas gow een ander door een van dak gewaaid reclamebord. Op vele wegen zijn zooveel boomen ontworteld, dat het autoverkeer groote stagnatie heeft ondervonden. De telefonische verbindingen tusschen New castle en Edinburgh en tusschen Sheffield en Birmingham waren volkomen ge stoord. In het geheel zijn 3 personen gedood, terwijl er twaalf ernstig gewond zou den zijn. Zaterdag gaf het schip „Vardulla", een Engelsch stoomschip uit Glasgow, dat zich 700 mijl uit de Iersche kust bevond, nood seinen, Later werd geseind, dat het schip werd verlaten en dat de bemanning van ongeveer 35 personen zich in de booten begaf. Er zijn verschillende schepen ter hulpverleening naar de opgegeven plaats gestoomd. Volgens berichten uit Archangel woedt boven het Westelijk deel der Witte Zee een orkaan die een scheepsramp heeft veroorzaakt. Twee IJsbrekers, van welke een een zwaar beschadigde lichter op sleeptouw had werden door den storm overvallen. De lichter sloeg los en de ijs- breker werd zoo ernstig beschadigd dat hij met slagzij te Archangel moest bin- nenloopen. De lichter werd eerst later door de andere ijsbreker ontdekt. Hij was door 't geweld der golven door midden gebroken. Van de uit 15 koppen bestaande beman ning konden er 5 wodden gered. De anderen waren reeds over boord geslagen. ONTPLOFFING. In een fabriek ln de buurt van Rijssel werden bij de reparaties aan een piet machine, toen tengevolge van lasschen een ontploffing plaats vond, door stuk ken Ijzer die wegvlogen twee arbeiders zoo ernstig gewond dat er een hunner is over leden, terwijl de toestand van den andere hopeloos ls. VIERVOUDIGE SCHEEPSBOTSING. Op de Elbe bij Altona heeft zich Zater dagavond een viervoudige scheepsbotsing voorgedaan, De Tacoma. een motorschip van de Hapag, was afgedreven, waardoor de Ulm van de Lloyd, een schip van 4000 ton, de Mitra, een Noorsch schip van 1150 ton en de Vesta, een Nederlandsch schip van 1600 ton (bedoeld ls de Vesta van de K.N.S.M., welk schip 1835 bruto ton en 1146 netto ton meet en Zondag uit Ham burg te Amsterdam werd terugverwacht), die op weg naar zee waren en op korte afstanden elkander volgden werden ge hinderd. De Ulm kwam in botsing met de Tacoma, terwijl de belde andere schepen eveneens met elkander in aanraking kwa men. Nadat de schepen hadden gestopt, werden zij door den storm uit elkander ge dreven, waarbij de Tacoma aan den grond geraakte. Alle vier schepen zijn naar de haven van Hamburg terugge sleept. Boven List is het Fransche 6000 ton metende schip Atrar, dat uit Hamburg kwam op het strand geloopen. De be manning weigerde evenwel het schip verlaten, toen de reddingsbooten van List hulp aanboden. LENIN'S ZUSTER OVERLEDEN. Na een langdurige ziekte is te Moskou overleden de 71-jarige zuster van LenMi Anna Iliynichna JellsarowaIljanowa. J—

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 14