WAT DE VROUW DRAAGT
Eau de
Cologne
76®te Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 19 October 1935
Vierde Blad
No. 23181
VOOR DE HUISVROUW.
Kaasgerechten winnen veld
"MatlCreme"
DE MODE VOOR JONGE MEISJES.
Gelukkig is de tijd voorbij, dat het jonge
meisje dacht alleen dim met de mode mee
te gaan, als zij precies zoo gekleed was als
haar moeder, en alles in het werk stelde er
ioo „damesachtig" als het maar eenigszins
kon, zelfs liefst zoo overdreven mogelijk,
uit te zien. Wat overigens niet al te ver
wonderlijk is, de verwarringen van den
na-oorlogstijd deden ook hier haar invloed
gelden. Maar gelukkig, wij zeiden 't reeds,
is er een omslag gekomen en het meisje
van heden wil weer zoo jong en jeugdig
mogelijk gekleed zijn en weert alles af,
wat haar maar in het geringste twijfel
achtig voor komt.
En hiermede is er een eind gekomen
aan den tijd, dat er eigenlijk van „meisjes-
mode" geen sprake was, dat het publiek
met wist hoe een meisje zich wel moest
kleeden. Integendeel, een algeheele ople-
ïing op dit gebied is thans merkbaar. Eén
L ding moeten wij hierbij vooral niet uit het
oog verliezendat er naast „smaak" een
groote dosis „takt" noodig is om voor de
jeugd het rechte te kiezen! Het zou ten
renen male verkeerd zijn, de uitzet van
een meisje even omvangrijk te willen ma
ten als die van een volwassene; boven
dien heeft de ervaring ons geleerd, dat
men met weinig, maar goed gekozen, kle
dingstukken heel wat beter klaar komt.
Wij zeiden zooeven dat de meisjesmode
„takt" vereischt, zeker, hiermede bedoelen
wij dat elk overdreven modesnufje verbo
den is, dit past niet olj haai kleeding en
misstaat in leder geval. Dit wil niet zeg
gen dat wij niet van bijna iedere nieuwe
modevinding gebruik mogen maken. Wij
moeten er alleen voor zorgen dat wij ons
doel niet voorbij schieten en geen motieven
aanwenden die van te voren al tot „een-
dagsmode'' bestemd schijnen.
Zoo'n „ééndagsmode" kan immers nooit
een goede „stijl" hebben, kan dus niet ge
schikt zijn voor een jong meisje dat nooit
experimenteeren mag en er in geen ge-
Tal opvallend mag uitzien!
Wij geven u ditmaal enkele ontwerpen
die als een soort ideaal-ontwerpen voor
een meisjesuitzet bedoeld zijn, vrij van
Iedere overdrijving en toch sierlijk, elegant
en jeugdig. Een onontbeerlijk kleeding-
sluk is, om te beginnen, dan een warme,
wollen jurk, om lederen dag te dragen en
bovendien geschikt voor sportieve doel-
eiden. Zie onze tweede afbeelding.
Een casaque-model, met breede, dwarse
banen op het jakje, gegarneerd met groote
knoopen, die trapsgewijze opgenaaid wor
den. De modekleuren groen en bruin, in
Telerlei schakeeringen, bieden voor bijna
ledereen een keuze. Het verdient aanbe-
'eling de kleur van de jurk In overeen
stemming met die van de mantel te ne-
mej. Dit iy niet moeilijk, zeker niet als
*ij de mantel niet uit een effen, maar uit
ten gewerkte stof maken, dan kan men
immers uit de verschillende kleuren die in
de mantel verwerkt zijn, een keuze doen
'oor de kleur van de jurk.
Het eerste model is een voorbeeld van
fdon mantel. Een schuins-geruite stof,
Aardig afgemaakt door de kleine bont
kraag, die als een strik geknoopt is. Mou-
jren en onderrand zijn met randen van
hetzelfde bont afgewerkt. Hierbij draagt
®en een sportief hoedje met veertje en
er jeugdig uit.
Al langen tijd is fluweel een materiaal,
dat met graagte door een meisje gedra-
sen wordt. Niets is zoo elegant en jeugdig
'oor een 15-17-jarige als dit zachte, warme
weefsel en het zal dan ook niemand ver-
wonderen, dat juist fluweel opjiet oogen-
ee? Kroot succes heeft. Vaff fluweel is
afh ?a Semaakt, dat onze voorlaatste
roeelding 11 toont; een breede ceintuur,
on opstaand kraagje van nutria of
"rutatie een dito mof, een modieuse
™uw zie de ruimte boven de pols
on ideaal dracht voor de jeugd. Men doet
verstandig aan, niet een rok en jasje,
aar een heele jurk en jasje te maken,
veeI Praktischer is. Hierbij een opge-
son vilt- 0f fiuweelen hoedje.
de middagjurk van het jonge
's'e nemen we óf zachte wollen stof
z" en gemengd weefsel van zijde en wol.
si.J.'hhvoudige modellen zijn hiervoor het
met i ^eel zuNen wij de garneering
.-^' .orden en kwasten zien, waarvan ons
ooelste model een voorbeeld geeft,
fee.? dsnsavondjes en andere avond
lijk draagt de Jeugd natuur-
iy. ®en avondjurk in één van de pastel
misset?' A' heeft men er op het oogenbiik
"Omen nog geen behoefte aan, het ver
dient aanbeveling om er nu toch de ge
dachten al eens over te laten gaan
Ontwijfelbaar is de stijljurk de aardigste,
hiervan geven wij u een laatste model, ta
melijk hoog rond de hals saamgetrokken,
ruimer en ruimer vallend naar onderen
toe. Vlindermouwtjes en bloementoefjes op
de schouders, een allerliefste avondjurk
voor de backfish!
ROBERT HOHENBERG.
KEEIN-BONT.
Allerlei kleine bontgarneeringen duiken
overal in de mode op en wel voorname
lijk van bijzondere coupe, ingewikkelde
modellen, die zich in alle opzichten van de
tot nu toe gebruikelijke, naar verhouding
zéér eenvoudige, modellen, onderscheiden.
Het is duidelijk dat alleen soepel bont
hiervoor bruikbaar is, wij noemen bijvoor
beeld geschoren lam, zacht, makkelijk te
verwerken. Een heel apart model toont
onze afbeelding. Een schuin overgeslagen
cape-jakje, met een voorbaan, die de in
druk van een vest maakt. Behalve de
schuine-knoopsluiting houdt de ceintuur
ook nog het jakje in model.
Deze creatie kan niet alleen gewoon
daags, maar evengoed bij een gekleed
middagtoilet gedragen worden. Wij raden
er dan liefst een klein, vlot, hoedje van
hetzelfde bont bij aan. R. H.
WINTER-NACHTJAPONNEN.
De moderne nachtjapon wijkt geheel af
van die, welke tot nu gebruikelijk was. B;j
de ouderwetsche nachtjapon ging het im
mers bijna alleen om garneering, en wel,
in meerdere of mindere mate, bontgar-
neering. Tegenwoordig wordt de meeste
aandacht besteed aan de lijn, de modieuse
coupe van het nachttoilet. Twee voorbeel
den van nieuwe nachtjaponnen laten wij
u in onze afbeeldingen zien. Het eerste
model is in capevorm uitgevoerd, de rok
heeft waaierplooitjes. Een bijzonder accent
geeft de imitatie-sluiting van voren, een
doorgeregen Kcord.
De tweede figuur, een elegant ontwerp
van geborduurd weefsel, het meeste ef
fect heeft het natuurlijk Wanneer het
handwerk is en is dit soort handwerk
niet een heerlijk werkje voor de langere
avonden? De pofmouwtjes en de diclitge-
regen halsuitsnijding maken het geheel
sierlijk af. Dit laatste model is zéker ge
schikt om 's morgens in huis nog even ge
dragen te worden. Een warm, zacht fla
nellen jakje hierbij is de aangewezen
dracht!
Nu is mij iets grappigs overkomen! Ik
ontving het verzoek om een patroon te
geven van een aardige dames-pullover,
maat 46. Ik dacht even na: een pullover,
dat is een trui zónder sluiting en mét
mouwen, die je over je hoofd heen aan
trekt. Voor alle zekerheid vroeg ikhet
het nog aan een paar kennissen en wat
gebeurde er; ledereen gaf een andere be
schrijving van een pull-over! De een zei:
met mouwen; de ander: zonder mouwen;
een derde: mét knoopen en knoopsgaten;
een vierde: zonder sluiting en een vijfde
beweerde: een pullover is een slip-over en
een slip-over is een vest!! Word daar nu
nu maar eens wijs uit! Ik zal u nu ach
ter elkaar twee patronen geven: één van
een pullover volgens mijn idéé: een trui
dus met V-vormige hals en lange mou
wen, zonder sluiting aan de trui; en één
van een jumper, dus een trui van iets
gekleeder model.
U vraag mij om maat 46; dat is zoo
moeilijk te zeggen, omdat de eene vrouw
vast breidt en de andere los. Het model,
dat ik u hier geef, meet van den schou
der tot den onderkant 61 c.M.; de wijdte
over de borst is 86 c.M.; de lengte van de
mouwen 59 c.M. Het is een patroon met
strepen om de heup, langs den hals en
c-nderlangs de mouwen; en gebreid met 2
paar breinaalden No. 3 en No. 2>/s. U
moet zelf de kleuren maar kiezen; als u
zwart is. vind ik beige als grondkleur heel
aardig en dan strepen in groen en goud
bruin of geel; is u blond, dan kan bleek
blauw als hoofdkleur dienst doen en moe
ten de strepen warm geel zijn en donker
blauw. Voor een grijze dame staat lila
heel mooi met grijze en groene of don
kerpaarse strepen.
U begint met de onderkant van het
voorpand en zet in de hoofdkleur met de
naalden 2'lz: 126 stekepj^op. Brei dan over
een lengte van 5 c.M. het ribbetje 1 recht,
1 averecht. Dat is de rand. Verder wordt
de gansche pull-over recht heen en ave
recht terug gebreid. Ga door in dezelfde
kleur, maar met de andere naalden (dus
No. 3) en brei 2 toeren; daarna beginnen
de randen. Het maakt een aardig effect,
als u er een enkele metaaldraad-toer tus-
schen werkt.
Op een beige pull-over: een gouden
draad: op een grijze of blauwe een zilve
ren. Na de hierboven genoemde 2 toeren
in de hoofdkleur; 1 toer met metaaldraad;
7 toeren in een bijkleur; 1 toer metaal
draad, 5 toeren hoofdkleur: 1 toer me
taaldraad, 5 toeren 2de bijkleur, 1 toer
metaaldraad, 5 toeren hoofdkleur; 1 t.
met.draad, 3 t. 1ste bijkleur; 1 toer met.-
draad 5 t. hoofdkl.; 1 t. met.dr.: 1 t. 2de
bijkleur; 1 t. met.draad: 5 t, hoofdkl.; 1
t. met.dr.; 1 t. 1ste bijkleur; 1 t. met.dr.;
5 t. hoofdkl.; 1 t. met.dr.; 1 t. 2de bijkl.;
1 t. met.draad. Daarna recht heen en ave
recht terug blijven breien in de hoofd
kleur over een lengte van 27 c.M. Dan
beginnen de armsgaten en de hals.
Neem het werk met den rechten kant
van het werk naar u toe; kant de 3 eerste
steken af; brei de volgende 60 st. recht
en keer om. Volg t.: brei de 2 eerste ste
ken tezamen en dan averecht tot het
einde van den toer; minder aan de hals
zijde van het werk 1 steek bij eiken vier
den toer en aan den kant van het arms
gat bij eiken toer 1 steek; 8 maal achter
elkaar; daarna aan deze kant (het arms
gat) om den anderen toer 1 steek minde
ren, 6 maal in het geheel; maar natuurlijk
onderwijl aan de halszijde met minderen
doorgaan, zooals u begon, dus bij eiken
vierden toer. Als het aantal steken op 32
is teruggebracht, moet u hierop zonder
minderen doorgaan tot de halslengte uw
maat is; ik denk dat het plm. 15 c.M. zal
meten vanaf de eerste mindering; kant
dan af, of zet de steken op een aparte
naald, om ze later aan den rug te mazen.
Dan is één helft van de halsopening klaar
en werkt u dus de andere helft nét zoo.
Daarna begint u aan den rug, die u na
tuurlijk precies gelijk maakt aan de voor
zijde. Goed opletten, hoor! Want de stre
pen moeten aan elkaar passen! De rug is
alleen een beetje smaller dan de voor
zijde; u moet er 122 steken voor opzetten.
Ga door tot u het armsgat bereikt hebt:
26V- c.M. boven de gekleurde strepen. Op
den rug verdeelt u de steken niet, zooais
aan de halszijde. Maar als u aan de arms
gaten toe is, kant u aan het begin oer
volgende 2 toeren 3 steken af. Daarna
gaat u met het armsgat door net als aan
den voorkant, totdat het armsgat 14 c.M,
lang is. Neem nu den rechterkant van
het werk naar u toe, brei 32 steken, kant
de volgende 24 af en brei de laatste 32.
Op deze 32 st. 10 toeren breien; af kanten.
Dat is éér. schouder; de wol aanhechten
voor den anderen schouder en deze het
zoo breien.
De mouw begint u bovenaan in de
hoofdkleur: zet met naalden No, 3: 96 st.
op; brei 64 st. averecht, omkeeren, 1 af
halen, 33 recht, omk. en 1 afhalen, 35
aver.; omk. en 1 afh., 37 recht; omk. en 1
afh.; 39 aver.; omk. en 1 afh. en zoo door
gaan: steeds 2 steken méér breiende aan
eiken kant tot alle steken gebruikt zijn.
Ga dan verder: recht heen. aver, terug;
brei om den anderen toer 2 st. tezamen
aan beide zijden van het werk; in 't ge
heel 3 maal. Daarna in eiken vierden toer
2 steken tezamen breien, 8 maal in 't ge
heel; en ga vervolgens zonder minderen
verder tot de mouw 33 c.M. lang is. Daar
na begint de gekleurde rand; die bij de
onderzijde van de pull-over past; ik
schrijf dat niet nog eens op; het patroon
is precies eender, maar u werkt het na
tuurlijk juist achterste voren, dus begint
met den rechten kant van het weri naar
u toe met 1 toer recht in metaaldraad; 1
t. 2de bijkleur; 1 t. met.dr,; 5 t. hoofd
kleur enz. Als uw rand af is en u werkt de
2 laatste toeren in de hoofdkleur, dan
moet u bij den allerlaatsten toer bij eiken
lOden steek 2 tezamen breien. Neem dan
de naalden No. 2en brei over 'n breed
te van 5 c.M. het ribbetje van 1 recht, 1
averecht; af kan ten en de 2de mouw nét
zoo breien. Maas of hecht nu de schou
ders aan elkander; naai de mouwen in de
armsgaten en naai ten slotte de zijnaden
van den pull-over en de mouwnaden
dicht.
Nu nog de hals-afwerking; neem met
de naalden No. 2'h 24 steken op langs
den achterkant van den hals. Gebruik de
hoofdkleur en brei 1 toer recht. Daarna
recht heen en aver, terug breien; steeds
minderende: om den anderen toer 2 ste
ken tezamen breien aan beide zijden van
het werk: u moet steeds strepen breien
op dit gedeelte: b.v. 1 t. met.draad, 3 t.
lste bijkleur; 1 t. met.dr., 2 t. hoofdkl.; 1
t. met.draad; 2 t. 2de bijkleur; 1 t. met.
draad; 1 t. hoofdkleur; nu met de hoofd
kleur doorgaan en 2 toeren het ribbetje
breien van 1 recht; 1 aver.; afkanten.
Voor de randjes langs den V-vormigen
hals 72 st. opzetten in de hoofdkleur en
hierop strepen breien, die precies corres-
pondeeren met het randje langs den rug;
naai dit randje aan den rechterkant van
de halsopening en hecht het aan de punt
van de halsopening op den linkerkant;
voor het 2de randje, dat dus links moet
komen, 62 st. opzetten en dit net zoo
breien en links vastnaaien; zorg, dat de
3 halsrandjes netjes en precies bij elkaar
aansluiten, want de hals is het „oog" van
de pull-over!
Als u nu bet werk*nog aan den verkeer
den kant heeft opgeperst, is het kant en
klaar. Over 14 dagen dus een jumper: mét
sluiting!
door
MARTINE WITTOP KONING.
„Onbekend maakt onbemind".
Dat moest eigenlijk wel niet zoo zijn,
maar eenigszins begrijpelijk is het toch:
persoonlijk contact brengt eigenschappen
tot uiting, die men tot dusverre niet had
vermoed in den „onbekende" en die in
staat zijn de kennismaking in blijvende
vriendschap te doen overgaan.
Geldt dit voor personen, het kan ook
voor zaken gelden. zeker ook voor le
vensmiddelen. Zooals misschien de eerste
stap naar kennismaking met een vreemde
ons wat moeite kost, zoo zal ook vaak het
eerste hapje van een onbekend gerecht ge
paard gaan met een overwinning op ons
zelf.
Maar evenals we na de eerste (gevrees
de!) ontmoeting met een onbekende dik
wijls verlangen naar een volgende, zoo zal
ook niét uitgesloten zijn, dat we op het
eerste hapje gretig het tweede en derde
laten volgen. Tenslotte kunnen we ons niet
voorstellen hoe het was, toen we het ge
recht nog niet in onze lijst voor dagelijksch
gebruik hadden opgenomen!
Min of meer is het zoo gegaan met ons
goed Nederlandsch product, de kaas.
De aarzeling voor een meer veelvuldig
gebruik betrof hier niet de kaas zelf: die
was bekend genoeg en die werd dus in
ieder gezin wel aanvaardmits men
zich mocht houden aan de oude gewoonte
van kaas te combineeren met een boter
ham. Toen dook hier en daar veelal bij
eenigszins bereisde menschen het ver
langen op naar „gerechten met kaas", die
men in het buitenland had leeren waar-
deeren; de macaroni of de spaghetti met
kaas, de bloemkool „au gratin", de risotto,
de kaascroquetten deden schuchter hun
intrede in de Hollandsche keuken; ze wer
den door de gasten in het gezin geproefd
en overgenomen en ze werden op die ma
nier in ruimeren kring ingeburgerd
als diner-gerechten wel te verstaan.
Daarnaast echter naast de gastro
nomische waarde voor de fijnproevers
dus van kaasgerechten kwam hoe lan
ger hoe meer naar voren de voedings
waarde van de Nederlandsche kaas
speciaal in dezen tijd, nu iedere huisvrouw
het hare doet om haar uitgaven te beper
ken, zonder daarbij aan de gezondheid van
het gezin nadeel toe te brengen.
Kaasgerechten in het middagmaal
brachten bezuiniging op de huishoudreke-
ning: kaas niet enkel als een tusschen-
gevoegd lekkernijtje in het middagmaal,
maar als noodzakelijk onderdeel van het
hoofdgerecht in den eenvoudigen maaltijd
vond ook grif de noodige aanhangers en
aanhangsters.
Ik spreek hier uit ondervinding. In de
laatste weken bereikte mij telkens uit
alle deelen van het land het verzoek
om nog eens wat mogelijkheden aan te
geven voor het onderbrengen van kaas in
de huiselijke gerechten.
Mag ik het antwoord op die vraag maar
voor allen tezamen geven, in den vorm
van een paar recepten die in dezen tijd
van 't jaar een goede kans zullen hebben?
Stamppot van savoye kool met kaas
(4 personen)
(Het gerecht wordt beschouwd als hoofd
gerecht van den maaltijd, met misschien
een soep vooraf of (en; een zoet gerecht
toe),
1 middelmatig groote kool, l'/s kg. aard
appelen. 250 gr. C/i pond) kaas, 40 gr. (2
afgestreken eetlepels) boter of vet, wat
zout, misschien wat peper.
Maak de kool schoon, snipper ze fijn en
zet ze op met niet teveel (een goed bo
dempje I kokend water en wat zout. Breng
ze aan de kook en leg er dan de geschilde
aardappelen op: laat beide samen gaar
worden (ongeveer uur, liefst niet lan
ger!) en onderzoek nu en dan of het bo
dempje water nog voldoende is; vul het
anders wat bij.
Stamp de kool met de aardappelen door
RECLAME-
229*
Geeft Uw huid de zoo be
geerde zacht matte teint
en is de beste
onderlaag
voor
poeder.
>ITcologneJ1
Het universeele
Verfrisschingsmiddel in
beroep, bij sport, op reis.
Overzicht onzer belangrijkste
Veemarkten.
De aanvoeren zijn op de gebruiksvee-
afdeelingen in de afgeloopen week nog
weer aanzienlijk stijgende. Den Bosch had
j.l. Woensdag een recordaanvoer te notee-
ren en hiermede bleek dat de nieuwe Bos
sche veemarkt veel te klein is. Dit demon
streerde zich reeds eerder, toen er aanvoe
ren van 2200 a 2300 stuks waren; doch
Woensdag was het voor de bezoekers haast
onmogelijk, zich tusschen de looppaden te
bewegen. Het vakblad „De Vee en Vleesch-
handel" vestigde dezer dagen reeds de aan
dacht op den onhoudbaren toestand op de
markt. Ook hier ter plaatse was gisteren
het aanbod vrij groot, doch zelfs bij een
druk bezoek was er nog ruimte over, want
het geheele complex standplaatsen achter
de molen was nog onbezet. De nieuwe
markt blijkt in de practijk dan ook goed
te voldoen, want eenigerlei klacht hooren
we niet.
Wat den handel betreft, was men echter
steeds slechter te spreken. Er is dan ook
veel verloren, zoowel gebruiksvee als guste
vee voor de mesterij was weer beduidend
lager in prijs. We zagen nu beste versch
gekalfde vaarzen verkoopen voor f. 140
f. 145, lichtere f. 125f. 135, die voor 14
dagen terug minstens f.20 duurder waren;
terwijl er thans bovendien nog veel onver
kocht bleef. Oudere zware kalf- en melk
koeien evenredig minder. De handel die
gister nog gedaan werd, gebeurde veelal
door boeren die gebrek aan een kwantum
melk hebben om te voldoen aan hun leve
ringscontract; op de Noordelijke markten
(Leeuwarden en Zwolle) was alles gister
ook terugloopend in prijs.
De algemeene tendenz op de slachtvee-
markt was eveneens minder.
Wolvee was ook flauwer, vooral de fok
schapen waren beduidend lager in prijs,
f. 14—f. 17. Vette schapen f. 17—f. 22, lam
meren f. 10—f. 13 per stuk. De magere var
kenshandel was ook al heel flauw ge
stemd, aangezien de vette varkens thans
met den dag terugloopen in prijs.
elkaar, roer er de boter (vet) en de ge
raspte kaas door (misschien ook een ietsje
peper) en laat het gerecht nog even goed
heet worden, zoodat de kaas kan smelten.
Gebruik als kaassoort naar eigen ver
kiezing oude of jonge: de oude voor wien
van een pikant gerecht houdt, de jonge
voor wien het zachtere prefereert.
Schoteltje van resten kool en aardappelen
Bereid dit schoteltje, waarbij feitelijk
geen „mitten en gewichten" te pas komen,
van een restje kool-stamppot of van een
schaaltje overgehouden kool en een dito
schaaltje koude aardappelen.
Vul in het eerste geval het vuurvaste
schoteltje laagsgewijs met stamppot en
geraspte kaas, zóó, dat het bovenste laagje
uit kaas bestaat. Strooi daarover een ietsjê
paneermeel, (heel dun, zoodat de kaas
óók zichtbaar blijft), leg er kleine klontjes
boter op en laat het schoteltje in den oven
door en door heet worden en een goud
bruin korstje vormen.
Leg in het tweede geval om en om
laagjes gestoofde kool en laagjes aard
appelplakjes met over de aardappelen tel
kens wat geraspte kaas gestrooid. Laat ook
hier het bovenlaagje uitkaas bestaan en
behandel het schoteltje verder op dezelfde
wijze als het vorige.
Beide schoteltje leenen zich uitstekend
als „warm hapje" bij de boterham.
Koolrolletjes met kaas.
(4 personen).
1 niet te groote savoye kool, 400 gr. (4
ons) jonge kaas, 80 gr. (4 afgestreken eet
lepels) boter of vet. 1 eetlepel fijngehakte
selderij
Haal de kool voorzichtig blad voor blad
uit elkaar en kook dan de bladeren bijna
gaar in ruim kokend water met wat zout
(ongeveer 20 minuten)laat ze op een ver
giet uitlekken en wat afkoelen. Snijd in-
tusschen de kaas (Goudsche of Edammer)
in staafjes van ongeveer 1 cm. dikte en
8 cm. lengte. Leg in elk koolblad een
staafje kaas met wat fijn gehakte selderij
bestrooid, rol het blad om het staafje op
en sla de zijkanten naar onderen om, zoo
dat stevige rolletjes worden gevormd. Bak
de rolletjes op een zacht vuur in de koe-
kepan met de boter lichtbruin: schik ze
dan op een verwarmden schotel en giet
er de nog in de pan overgehouden boter
over.
Presenteer deze koolschotel aan 't mid
dagmaal bij aardappelpurée, of wel, maat
er een lunchgerecht van, maar gebruik
dan van alles een kleinere hoeveelheid.
Wie zich vollediger op de hoogte wil
stellen van de steeds meer „veld win
nende" kaasgerechten, kan ik het zoo juist
verschenen geïllustreerde receptenboek
„Van Eigen Land" aanbevelen, dat door
het Zuivelbureau te 's-Gravenhage uitge
geven wordt.