RAADSELS. OPLOSSINGEN. Het is zoo heel lang niet geleden, Dat op een plein een winkel stond, In Dierenstad dan, moet je weten. Waar ieder 't koopen prettig vond. Meneer de Bok, de winkelier, was Heel vriend'lijik, algemeen bemind. Daarbij royaal en gaf wat „toe" zelfs, Al kocht je voor een cent als kind. Wat in zijn zaak wel was te krijgen? Te veel om op te noemen, maar... Ik wil me toch eens goed bedenken. Wat hij wel had voor lekk're waar. Heel versobe eikels voor de varkens En heerlijk hond' en kattebrood. Ook honing voor de vele beertjes En bruine stroop voor klein en groot. Dan: suiker en ook apenootjes, j Melk, wartels, koek en kersestok j Je kunt het niet zoo fijn bedenken, Ik Of 't was te krijgen bij de Bok! Een Zaterdags! Dan stroomde 't klanten, De vrouwen kregen weer hun geld - Ze hadden, als de Bok iets nieuws bood, Elkaar het al weer gauw verteld! Eén ding alleen kan mij maar spijten: Dat 't winkeltje niet meer bestaat. Je kunt er dus geen lekkers koopen, Als je naar Dierenstad eens gaat! (Nadruk verboden). C. E. DE 1.TTJ.F, HOGERWAARD. RAADSELS VOOR ALLEN OM UIT TE KIEZEN, DE GROOTEREN MOETEN 4, DE KLEINEREN 3 GOEDE OPLOSSINGEN ZENDEN. X, Ingezonden door Nettie van Biemen. Ik ben een lichaamsdeel van dieren van 1 lettergreep, neem mijn kop er van af (van dat woord, niet van het dier) dan word ik een tractatie. II. Ingezonden door Anne Zitman. Mijn geheel is een dag waar ieder kind naar verlangt mijn eerste is niet dicht bii, mijn tweede is een tijdsduur, mijn derde is een deel van mijn tweede. m. Ingezonden door Piet van Schayck. Ik ben een voorwerp dat men in ieder huis vindt, maar ook wel op straat, draal mij om dan ben ik op straat te vinden. Een woord van 4 letters, 1 lettergreep. IV. Ingezonden door Jacobus en Leendert Moraal. Wie breekt er eerder een been, hij die van een tafel valt of hij die van een kerk toren valt. V. Ingezonden door Trijntje Durieux. Vijf gaten in één gat Ra ra, wat is dat? VI. Mijn geheel is een jong zacht diertje, neem de laatste letter er van af, dan ben ik in kasten, tafels'enz.; zet er nu weer een medeklinker ahter. dan dien ik om brieven te sluiten. vn. Een spreekwoord staat hier. Welke is dat? B.t.r ..nv,g.l,nd.h.ndd.nt..n n d1cht. OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT HET VORIGE NUMMER. 1. Manieren. 2. Een lakei. 3. Regenboog. 4. Nood breekt wet. 5. Roman. 6. Goejanverwellesluis, Goes, Jan, les, lor, vel, Wies, u. 7. Haantje op den toren, o

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 16