Legermanoeuvres - Terugkomst professor Vening Meinesz GEVAARLIJK SPEL 76ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON DE ENGELSCHE KABINETSZITTING. Sir Samuel OP SCHIPHOL arriveerde de winnaar van de King s Cup 1935 capt. AFSCHEID VAN KAPITEIN-VLIEGER VERSTEEGH bij zijn yertrek Hoare (links) arriveert in Rose in. zijn Miles Falcon vliegtuig. In het naar Indië. Generaal Snijders in gesprek met Downingstreet. midden capt. Rose. kapitein; Versteegh. Uit het Engelsch van PAUL TRENT door ADA VAN ARKEL 72) „Guy" en de kreet kwam uit het diepst van haar ziel. Ze sloeg haar armen om hem heen en snikte tegen zijn borst. „Lie veling, verlaat me niet. Als je het doet, ga ik naar de maan. Ik zal dan zelf aan den baron vertellen wat ik gedaan heb". Bij deze woorden duwde hij haar weg en zij begreep wat ze gezegd had. „Ik meende het niet. Wat er ook ge beurt, ik zweer je dat ik je niet zal ver raden. Ik zweer het bij de nagedachtenis van mijn moeder. Ik wou niet dreigen. Ik wist niet wat ik zei. Vergeef me, lieve ling". Hallam's verdriet was zeker even groot als het hare en hij trachtte rechtvaardig te zijn. „Laten we een paar dagen nemen om er over na te denken", zei hij eindelijk. „Dat beteekent, dat je van plan bent me op te geven", riep ze m wanhoop. „Neen. maar ik heb tijd noodig om na te denken". „Je zult blij zijn als Je van me af bent. Dan kun je met Stella trouwen", riep ze driftig. „Het is alles zoo plotseling gebeurd. Jij bent eerlijk jouw deel van de overeen komst nagekomen en als het mogelijk is, ben ik ook van plan je trouw te blijven. Valda, je zoudt toch niet met me willen trouwen als lk.je haatte?" „Ik kan je niet laten gaan", jammerde ze klagend. „Ik zal morgen terug komen. Ik kan nu niets meer zeggen". „Laat me niet in spanning. Beslis nu, al is het ook om mij weg te sturen", smeekte zij. „Neen. Ik wil tegenover ons beiden eer lijk zijn. Ik zal morgenochtend zoo vroeg mogelijk komen". „Dag Guy, lieveling. Probeer goed over me te denken. Ik zal geen rust hebben voor je terug bent. Bedenk wat het voor mij beteekent ik ben heel alleen op de wereld. Ik heb alleen jou". Hij maakte zacht haar armen los, kuste haar op het voorhoofd en spoedde zich weg. Hij liep naar Ryderstraat. In de eerstvolgende uren moest hij over zijn ge- heele toekomst beslissen. Het was moge lijk zijn geluk Stella te grijpen en tochkon hij dat wel met een gerust geweten doen? Hij had zich met Valda verloofd op voorwaarde, dat zij zijn land zou helpen en dat had ze zoo goed gedaan, dat er niets op viel aan te merken. Als hij weigerde haar te trouwen en als reden aanvoerde, dat zij een Duitsche spion was geweest, was dat excuus dan een eerlijk of gebruikte hij het maar om zichzelf schoon te wasschen? Het was waar, dat zijn gevoelens voor Valda zeer veranderd waren. Hij had geen hekel aan haar, maar zijn genegenheid voor haar was verminderd. Hij vond de gedachte hinderlijk, dat hij haar in zijn armen had gehouden en een vrouw, die een spion was geweest, met passie had gekust. Bovendien was zij de dochter van een Engelschman en ze had tegen haar eigen land gewerkt. Toch gevoelde hij wel medelijden met haar. „Over een paar dagen ben ik op zee", dacht hij met voldoening. HOOFDSTUK XLIII. v;, 9j Toen Guy en Valda de kamer verlieten keek Furber naar de gesloten deur en lachte. „Daar gaat een gek en een gentleman. Ik wed dat hij haar niet laat schieten", zei hij droogjes. „Ik hoop van niet, ik mag juffrouw Glyn graag lijden", antwoordde Sylvester. „Ja, het is net het soort vrouw, dat u zult bewonderen. Zoo slim als de duivel en met even weinig gewetensbezwaren". „Daar ben ik nog zoo zeker niet van", zei Sylvester nadenkend. „Het spijt me dat u. haar verraden hebt". „Dat moest ik wel. Ik wilde achter de waarheid komen". „Het heeft u niet veel goed gedaan. Zit u goed?" „Best, maar ik heb honger. Ik hoop dat u me niet wilt uithongeren". „Neen, we zullen samen dineeren. Ik heb er allang naar verlangd u te pakken te krijgen. A propos, was u het, die den baron de plannen heeft gegeven van dien nieuwen torpedojager?" „Ik beantwoord geen vragen. Wat bent u van plan met me te doen?" vroeg Furber. „Geef je gerust over. Dan is mijn taak ten einde. Als ik u een raad mag geven, dan zou ik vannacht maar de vrijheid vaarwel zeggen. U is veel te gevaarlijk om te laten losloopen". „Sylvester, je bent nog zoo kwaad niet Ik wou dat je me een revolver wilde lee- nen, een oogenblik maar". „En zelf een kogel krijgen nee, dank je", zei Slyvester droog. „Ik geef je mijn woord van eer, dat ik niet op je zal schieten". „Jouw woord van eer", zei de agent minachtend. „Je kunt het gelooven of niet die verbaron. Door hem ben ik in dezen toestand gekomen", zei Furber opeens woedend. „Toch niet. Ik heb je al een tijd in het oog gehouden. Misschien zal het een ver schil voor je maken, wanneer je je vrien den aan ons wilt verraden". „Ik ben niet heelemaal een ploert. Ik ben een Duitscher". „Maar in Engeland geboren en je vader was een genaturaliseerde Engelschman". „Toch blijf ik in mijn gevoel een Duit scher. Kunt u niet begrijpen, waarom geen van ons onze nationaliteit wil opgeven? Wij Duitschers zijn bestemd om de wereld te regeeren! Over een paar jaar beteekent Engeland niets meer. Dan zijn al de kolo nies van ons en Sylvester lachte luid. „Dat verhaaltje heb ik al eens meer ge hoord'", riep hij. „Geef me een whisky soda". „Je kunt alles krijgen wat je hebben wilt als je redelijk blijft", antwoordde Sylvester en toen hij de kamer doorliep viel zijn oog op de telefoon. „Waarom niet?" zei hij en nam de horen van den haak. Ja, admiraal Langton was thuis en de toestand werd hem uitgelegd „Ik kom dadelijk", antwoordde de ad miraal. Voor het eerst toonde Furber teekenen van onrust, toen hij hoorde van het nade rend bezoek, maar hij hield zich goed en zei niets meer tot de admiraal in de deur opening stond. „Zoo, dus je hebt hem eindelijk te pak ken", riep hij voldaan. „Ja mijnheer. We zullen hem hier hou den tot morgen", antwoordde Sylvester. „Dat is niet voldoende. Hij moet van nacht nog naar Weyport worden ge bracht, Bestel een auto tegen midder nacht. Als het noodig is moeten we hem een doek voor den mond binden. Zijn arrestatie moet absoluut geheim worden gehouden". „Dar begrijp ik, mijnheer". „De baron mag het in geen geval weten. Waar is mijnheer Hallam?'" Sylvester vertelde wat er gebeurd was en toen hij uitgesproken had, keerde de admiraal zich tot Furber en sprak voor het eerst tegen hem. „Heeft u iets te zeggen?" vroeg hij kortaf. „Niets, mijnheer" hij aarzelde. „Al leen zou ik willen, dat u weet dat ik alleen mijn plicht heb gedaan. Ik ben Duitscher in alles behalve mijn geboorte". „Dat is geen excuus. U heeft den koning van Engeland jaren lang gediend. U heeft zijn salaris aangenomen. U heeft zijn geheimen leeren kennenmaar ik kan niet met u spreken". „Het is beter van niet, mijnheer. We zullen elkaar nooit begrijpen". „Wanneer u bereid bent ons alles wat u weet te vertellenU moet zeer veel weten, wat ons van nut kan zijn", zei de admiraal veelbeteekenend. .(Wordt vervolgd), j HET VERNIELDE VLIEGTUIG VAN DEN LITAUSCHEN OCEAAN VLIEGER WAITKUS - te Ballinrobe .(Ierland)., DE MANOEUVRES IN DE OMGEVING VAN GORSSEL. Het overtrekken van een pontonbrug over den IJsel. DE TERUGKOMST VAN PROFESSOR VENING MEINESZ UIT IN DIE. Prof. Vening Meinesz neemt afscheid van den kapitein vaai het m.s. Tajandoen. ■n OEFENINGEN TUSSCHEN DE „ROODE" EN „BLAUWE TROEPEN" van het 13 reg. infanterie te Maastricht, in de nabijheid van Gulpen. Voorposten in „gedekte stelling".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 5