Historische optocht te Katwijk - Prof. Gelissen op de Jaarbeurs
GEVAARLIJK SPEL
76ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad
FEUILLETON.
ut
Uit het Engelsch van PAUL TRENT
door ADA VAN ARKEL
SS)
„Dus dan kan het je niet schelen om me
ontmoeten. Ik beloof je dat ik je het
lastig zal makenZe brak in
Kus af, bedekte haar gezicht met de han-
'en en begon zachtjes te schreien.
„Ik kan het niet doen", snikte ze.
„Terstond was hij naast haar en legde
tin arm om haar middel.
.Valda, wat is er?" vroeg hij bezorgd.
Het leek onnatuurlijk dat zij zoo volko
men zou inzinken. Bij de meeste vrouwen
"enooren tranen ais vanzelf sprekend,
®aar zij was zoo anders. En hij haatte het
tol een vrouw te hooren snikken.
Schrei niet lieve", zei hij teeder.
Ze duwde hem bijna heftig terug en hij
zien, dat de tranen haar langs de
"ingen stroomden, maar ze veegde ze
"et haar zakdoek weg.
.«ik schaam me over wat ik gedaan heb.
tof, ik geef je je belofte terug".
«Wil je morgenochtend niet naar den
totoiraal gaan?"
fjHen je me zoo weinig?" zei ze heftig,
•fe admiraal zal al de inlichtingen heb-
•to. die hij wenscht en die ik hem kan
'ton, dat zweer ik Maar op die wijze
tol ik jou niet winnen. Je begrijpt het
f!l Ik dacht dat ik je in ieder geval zou
""Wen winnen, maar ik kan het niet. Ga
weg, vóór ik weer van gedachte verander",
„Wij hebben een overeenkomst gesloten
en ik zal me eraan houden. Het is waar,
ik heb je niet lief,, maar ik zal je geven
wat daar het dichtste bij komt en ik zal
mijn deel van de overeenkomst eerlijk na
komen".
„O, Guy, waarom kun je me niet lief
hebben?" vroeg ze klagend.
De vraag verwarde hem, want ze
wachtte op antwoord. De ingeving van het
oogenblik volgend, nam hij haar gelaat
tusschen zijn handen en kuste haar op
het voorhoofd. De aanraking van zijn lip
pen deed haar trillen en ze verloor haar
zelfbeheersching; ze sloeg haar armen om
zijn hals en kuste hem keer op keer. Haar
hartstocht wekte hem op en tot haar
vreugde beantwoordden zijn lippen
haai" kus.
„Je bent een heks", riep hij hartstoch
telijk uit.
Ze had zich los gemaakt en. bekeek hem'
triomfantelijk aan.
„Nu kan het me niets meer schelen. Ik
kan maken dat je van me houdt. Ik
schaam me nu niet meer. Je hebt me heel
gelukkig gemaakt. Ik zal nog meer voor je
zingen".
Met de armen naar achteren en gesloten
oogen begon ze heel zacht te zingen. Maar
al dien tijd begluurde ze hem door haar
oogharen en haar stemming veranderde.
Ze zou hem zoo spoedig mogelijk trouwen.
Ze was blij dat ze openhartig gesproken
had. Er was maar één ding, dat ze ver
zwegen had dat ze in den geheimen
Duitschen dienst was geweest. Maar zelfs
dat zou ze hem vertellen, alleen nu niet.
En de zaligheid als alles vergeten was en
ze altijd bij hem kon zijn liefhebbend
en bemind! Geen offer zou te groot zijn
voor zijn geluk. Ze had al heel veel gedaan
om hem te winnen. Ze durfde niet langer
aan haar moeder denken. Ze was bereid
die laatste belofte te breken maar vreemd
genoeg voelde ze haar geweten niet erg
bezwaard.
Het lied was uit en ze zweeg. Hij voelde
ook geen behoefte om te praten. Toch had
geen van beiden het gevoel van verwar
ring dat stilte zoo vaak teweeg brengt bij
menschen die niet met elkaar sympathi-
seeren.
„Guy, heb je medelijden met jezelf?"
fluisterde ze.
„Neen".
„Haat je me niet voor wat ik gedaan
heb? Denk er altijd om, dat ik je je vrij
heid aangeboden heb".
„Je was heel edelmoedig. Nu is het mijn
beurt om wat te doen. Ik kan je niets be
loven, behalve dat ik altijd goed voor je
zal zijn. Liefde laat zich niet dwingen. Ik
zal doen wat ik kan om Stella te vergeten.
Misschien dat met verloop van tijd
„Je bent een schat".
„Ik voel me een beest. Ik neem alles en
geef er niets voor terug, maar je hebt het
mij heel gemakkelijk gemaakt door te
spreken zooals je gedaan hebt. We begin
nen nu in ieder geval met een schoone lei.
Wij bedriegen elkaar niet".
„Neen", zei ze flauwtjes, met een gevoel
dat ze haar ziel zou willen geven om het
verleden uit te wisschen.
„Wij zullen gauw trouwen, hoe eerder
hoe beter".
„Vóór den oorlog?" vroeg ze gretig.
„Weet je daarvan?"
„Ik weet alleen dat die gauw zal uitbre
ken niet precies wanneer, njaar peel
gauw. Maar ik ben niet bang om jou te
laten gaan vechten, zoolang als je van mij
bent. Als je vrij waart en Stella was vrij
en jullie zouden elkaar weer ontmoeten.
Maar hij viel haar streng in de rede.
„Als Stella vrij was, zou dat geen verschil
maken. Ik heb je gevraagd om met me te
trouwen, en zoolang jij dat wenscht, zal
geen andere vrouw mijn vrouw worden".
„Dat zal nooit gebéuren", riep zij ver
heugd.
Zonder' een woord meer snelde zij weg,
maar keerde spoedig terug.
„Ik wou graag dat je dit droeg. Het is de
zegelring van mijn vader. En deze sigaret
tenkoker was ook van hem. Ik wil graag,
dat jij die hebt".
De koker was van goud en in de sluiting
zat een robijn.
„Je bent heel lief voor me, Valda".
Er werd gescheld en zij sprong op.
„Wie zou dat kunnen zijn?" vroeg ze
ademloos. „Ik moet even zien".
Zij deed de voordeur open, nadat ze
zorgvuldig de zitkamer had gesloten en de
baron en de prins stonden voor haar.
„Goeden avond, mogen wij binnen ko
men?" vroeg de baron minzaam.
„Mijnheer Hallam is hier", antwoordde
zij in het Duitsch.
„Des te beter", zei de prins.
„Hij mag niet weten U begrijpt wat ik
bedoel".
„Maar u weet het wel van hem", protes
teerde de baron.
„Dat is wat anders. Hij heeft me ten
huwelijk gevraagd".
„Ik feliciteer u".
„Als we getrouwd zijn zal ik hem alles
vertellen. Nu durf ik het niet".
„Dat begrijp ik", zei de prins. „Weet u
wat mijnheer Hallam voor ons doet?"
„Dat heeft de baron me verteld".
„Heeft mijnheer Hallatn er vanavond
over gesproken of over morgenavond?"
„Neen. Wat gaat hij doen?"
„We hoopten dat u ons zoudt willen hel
pen. Het feit, dat u met hem verloofd is
zal het ons gemakkelijk maken. Maar dan
zou hij van uw connectie met ons moeten
weten".
„Dat is onmogelijk. Als u hem vertelt..
Ze hield op en de prins antwoordde op
haar onuitgesproken bedreiging.
„We zullen u niet verraden. Mogen we
binnen komen?"
Als antwoord deed Valda de deur van
de zitkamer open.
„Guy, hier is baron Branden met een
vriend", zei ze.
„Ik had al het genoegen met mijnheer
Hallam kennis te maken".
„Mogen wij u geluk wenschen? Als voogd
van juffrouw Glyn zult u mij formeel toe
stemming voor uw huwelijk moeten vra
gen. U kunt het beschouwen als reeds ge
geven".
Gu was opgestaan en hij slaagde er met
moeite in om zijn zelfbeheersching te be
waren. De toestand was vol gevaar. Een
onvoorzichtig woord van hem of Valda
zou den argwaan van den baron kunnen
opwekken. Dan zou er van hun zorgvuldig
uitgedachte plannen niets terecht komen.
„U is zeer vriendelijk", zei Guy tot den
baron.
„Mogen wij een whisky soda hebben?"
vroeg de prins en Valda ging heen om gla
zen te halen.
(Wordt vervolgdj. j
MINISTERIEEL BEZOEK AAN DE JAARBEURS TE
UTRECHT. Prof. ir. H. C. J. H. Gelissen, minister van.
Economische Zaken bij den stand .van het theebureau van de
Vereeniging voor Theecultuur te Amsterdam. Links de voor
zitter der Jaarbeurs de heer Fentener van Vlissingen.
EX-KONING ALFONS VAN SPANJE
bezocht te Amsterdam een bioscoop
om de film van de begrafenis van Ko
ningin Astrid te zien. Don Alfons bij
het verlaten van heb theater.
HET ARGENTIJNSCHÈ OPLEIDINGSSCHIP
„PRESIDENTE SARMIENTO" - is Woensdag in de haves
yan Amsterdam aangekomen.
KATWIJK HEEFT WOENSDAG KONINGINNEDAG GEVIERD door een historischen optochtte houden, welke voorstelde de aankomst van den Prins
yan Oranje te Scheveningen. Rechtsde glorieuze landing van den Prins; links.:
Katwijksche visschersyrouwen juichen den' Prins toe.
EEN LATE KONINGINNEDAGVIERING TE KATWIJK
door het houden van een historische optocht, voorstellende
de aankomst van den Prins van Oranje te Scheveningen.
J