Zóó Uw teint
DE ENGELSCHE
BUITENLANDSCHE POLITIEK.
te beschermen
76i,e Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 12 Juli 1935
Derde Blad No. 23097
Debat in het Lagerhuis na rede van minister Hoare
De Engelsche minister van buitenland-
sche zaken. Sir Samuel Hoare heeft gis
teren de met spanning verwachte debat
ten over de buitenlandsche politiek in het
Lagerhuis geopend met een groote rede
voering. De aanhangers der regeering en
de oppositie waren voltallig verschenen. In
de diplomatenloge zag men o.a. de ambas
sadeurs van Duitschland. Frankrijk, Italië.
Rusland, benevens de diplomatieke ver
tegenwoordigers van verscheidene andere
staten. Ook de Britsche ambassadeur te
Berliln. Sir Eric Phlpps was aanwezig.
In de voor vragen bestemden tijd. die
aan de debatten vooraf ging had afge
vaardigde Perkins gevraagd of reeds
maatregelen genomen waren om Abessynle
door de Britsche onderdanen te doen ont
ruimen. De minister voor Volkenbonds
aangelegenheden. Eden antwoordde dat
deze kwestie zorgvuldig onderzocht werd.
Afgevaardigde Mander vroeg daarop, of de
Franschen van het Britsche voorstel be
treffende Abessynie tevoren op de hoogte
gesteld waren. Eden verklaarde, dat dat
niet het geval was geweest en legde er den
nadruk op. dat een dergelllke handeling
ook volstrekt in overeenstemming was met
de overeenkomsten van Stresa.
Rede van Hoare.
Ter inleiding zeide Hoare. dat zijn ver
klaringen uitvoeriger zouden zijn dan ge
woonlijk. Hij wilde nJ. niet alleen de ac-
tueele problemen van den dag behandelen,
maar ook trachten ze te plaatsen tegen
den algemeenen achtergrond van de Brit
sche buitenlandsche politiek
Hoare.
De oorlog aldus ving Hoare vervolgens
aan heeft een verarmde en wantrouwige
wereld achtergelaten. De oorlog heeft ook
de meeste menschen er van overtuigd dat
de vrede een samenhangend geheel is en
deze opvatting heeft de landen der wereld
aanleiding gegeven tot het oprichten van
den Volkenbond.
Vele personen. en daarbli denkt spr.
niet aan een speciaal land schijnen een
diep genoegen te vinden in opwindingen
en avonturen in de psychologie van de
vrees en vaak zelfs der brutaliteit. Spr.
wil niet alleen het Lagerhuis maar ook
het Engelsche volk in het algemeen en de
andere landen eveneens oproepen een
weinig meer gemoedeliikheid gezond ver
stand en vriendelijke tolerantie in hun
levenshouding en in de buitenlandsche
politieke overwegingen te brengen. In
dien geest wil spr. ook de tegenwoordige
moeilijkheden bespreken.
Het Duitsch-Engelsche vlootverdrag.
Zich vervolgens tot de eigenlijke pro
blemen wendende, besprak Hoare aller
eerst het Duitsch-Engelsche vlootverdrag.
Hij legde er daarbij den nadruk op. dat
Engeland niet zou zijn overgegaan tot de
onderteekenlng van een dergelijk verdrag,
wanneer het niet. evenzeer voordeelig zou
zijn geweest voor de andere zeemogend
heden. Iedere overeenkomst die Engeland
met Duitschland zou hebben kunnen slui
ten. zou dusdanig hebben moeten ziln.
dat het de kansen op een algemeen vloot
verdrag niet ongunstig beinvloedde. Er zijn
overwegende motieven geweest, weshalve
Engeland in het belang van den vrede de
zich voordoende gelegenheid heeft moeten
benutten. Al te veel gelegenheden tot het
naderbij brengen van een ontwapening
zijn in de laatste iaren verloopen Hier
echter was een geval aanwezig, waarin de
vlootdeskundigen op grond van marine-
technische redenen van meening waren,
dat, een overeenkomst moest worden ge
sloten. Hier heeft zich een. misschien
nooit weerkeerende gelegenheid voorge
daan een der hoofdzaken van de verslech
tering in de betrekkingen tusschen de
beide landen voor den oorlog uit den weg
te ruimen, n.l. een bewapeningswedloop
ter zee.
Verder heeft de overeenkomst geleid tot
opheffing van den onbeperkten duikboot-
oorlog. Kortom, hier was een gelegenheid
aanwezig tot afsluiting van een accoord,
dat ook ten voordeel strekte van de andere
maritieme mogendheden met inbegrip van
Frankrijk.
Van een logisch en juristisch standpunt
bezien, zien de dingen er misschien anders
uit dan van een practisch standpunt, maar
de Engelsche regeering behoeft zich niet
te verontschuldigen wanneer zij een prac-
tische bijdrage tot den vrede levert. Wan
neer men de dingen zonder hartstocht be
kijkt, zal men zeggen, dat de Britsche re
geering niet alleen verstandig heeft gehan
deld, maar ook den eenigen weg ingeslagen
is die open stond.
De luchtconventie.
Vervolgens behandelde Hoare het lucht
pact Hij wees er op, dat de regeering nog
steeds het tot stand komen van een lucht-
conventie nastreeft, welke moet worden
begeleid door een beperking der 1ucht.be-
wapemngen. Hier echter liggen de moei
lijkheden er in de opvattingen tot ge-
meenschapprlijken noemer te brengen Ipn
opzichte van de vraag hoe de onderhan
delingen er over moeten worden gevoerd.
Men moet de moeilijkheden van de vijf
Locarnomogendheden begrijpen. Het is
bekend, dat zij het luchtpact niet willen
schelden van andere voorwaarden. De
vrees is uitgesproken, dat Engeland dit
doen wil.
Daartegenover legde Hoare er den na
druk op, dat de vrede een eenheid vormt.
Dit bracht spr. onmiddellijk tot het Oost
pact.
Het oostpact.
Al wil Engeland ook geen verdere ver
plichtingen op zich nemen, dan sluit dat
toch niet uit. dat er een interesse bestaat
bij de regeling van de Oostelijke proble
men. Al is spr. ook niet van meening, dat
het afsluiten van een afzonderlijke lucht
conventie voor West-Europa de gevaren in
het Oosten van Europa zou vermeerderen,
meent hij toch wel, dat een oorlog in Mid
den- of Oost-Europa zou kunnen lelden
tot een algemeen conflict. Dat is de reden,
waarom de Britsche regeering het afsluiten
van een Oostelijk en een Donaupact zoo
spoedig mogelijk wenscht.
In dit verband herinnerde Hoare er aan,
dat de Duitsche Rijkskanselier een bepaald
voorstel gedaan had inzake de Oostpact-
kwestie. Hij citeerde Hitler's woorden in
dezen textueel, waarna hij er op wees, dat
de Franschen dit voorstel aanvaard had
den als grondslag voor onderhandelingen
en dat ook het Donaupact volgens dit mo
del zou kunnen worden aangepakt. Het
ligt thans in het vermogen van den Duit-
schen Rijkskanselier een werkelijke bijdra
ge te leveren voor de zaak van den vrede
een bijdrage, die bij vele regeeringen,
niet alleen in Midden- en Oost-Europa,
maar ook in West-Europa, een oorzaak van
bezorgdheid zou kunnen wegnemen.
Woordelijk zeide Hoare: ,,Ik zou mij
willen veroorloven Hitier dringend te ver
zoeken deze bijdrage te leveren. Ik geloof
Inderdaad, dat hij zijn eigen zaak dienen
zal, wanneer hij daartoe overgaat. Hij zelf
heeft zeer openlijk gesproken in zijn rede
voering van 21 Mei en ik weet, dat hij het
niet onvriendelijk zal opnemen, wanneer
ik even openhartig spreek.
Wij, in Engeland en in feite de ge
heele wereld zijn niet alleen door het
Duitsche herbewapeningsprogram, maar
ook door zekere andere verschijnselen in
het tegenwoordige Duitschland verontrust.
Desalniettemin hebben wij den Rijkskan
selier vertrouwen geschonken in zijn woord
en in de afgeloopen weken hebben wij
daarvan een practisch bewijs geleverd door
met hem het vloot-accoord af te sluiten.
Naar wij hopen, hebben wij daarmede een
stap voorwaarts gedaan op den weg der
verzoening. Maar de verzoening is. evenals
ae vrede, een eenheid en een veelheid te
gelijk en alle wegen leiden naar vele hoofd
steden. Laat Hitier derhalve den eerstvol-
genden, noodzakelijken stap doen en de
totstandkoming van de Oost- en Donau-
pacten op weg helpen, waardoor hij de af
sluiting van een luchtconventie. die hij,
zooals ik weet, verlangt, een grooten im
puls zal geven.
De Oostenrijksche onafhankelijkheid.
Onder applaus verklaarde de minister
daarop, dat hij in het bijzonder ook de
kwestie van de Oostenrijksche onafhanke
lijkheid en integriteit ter sprake wilde
brengen, „Steeds weer hebben wij als onze
weloverwogen meening uitgesproken, dat
Oostenrijk strategisch en economisch een
sleutelpositie in Europa inneemt en dat
een wijziging in den Oostenrijkschen sta
tus de grondslagen van den Europeeschen
vrede zou schokken. Wij zullen ook verder
de moedige pogingen, die de Oostenrijk
sche regeering en het Oostenrijksche volk
doen tot instandhouding en versterking
van hun onafhankelijk bestaan volgen met
de grootste en meest sympathieke belang
stelling.
Dat is een der redenen, waaron de Brit
sche regeering thans zou willen zien, dat
een Donaupact van nonagressie en nonin
terventie voor Midden-Europa zonder ver
der verwijl zou worden gesloten".
De Volkenbond en de collectieve
veiligheid.
De minister ging vervolgens over tot be
spreking van de kwestie van den Volken
bond en de collectieve veiligheid. Men kan
geen veiligheid zonder proportioneele bij
dragen hebben. Onder grooten bijval ver
klaarde Hoare: „Men kan een principe niet
verdedigen, laat staan dan een nabuur
land, wanneer men niet bereid is zich zelf
te verdedigen. Laat ons om Gods wil vrede
en wederopbouw krijgen, maar niet door
df kracht van woorden, die niet door ge
paste maatregelen voor onze verdediging
en voor de uitvoering van onze verplich
tingen, gesteund worden.
De sleutel van de collectieve veiligheid
is de Volkenbond en het Engelsche stand
punt daartegenover. Zoolang een effec
tieve Volkenbond en een effectief systeem
van collectieve veiligheid bestaat is Enge
land bereid en willens zijn deel op zich te
nemen van de collectieve verantwoorde
lijkheid (Bijval.)
Het ItaliaanschAbessynisch
geschil.
Om die reden, aldus ging sir Samuel
Hoare voort, stelt Engeland op zoo ernstige
wijze belang in het Italiaansch—Abessy-
nische geschil. Om die reden is Engeland
ook, op gevaar af becritiseerd te worden,
bereid geweest zijn constructief voorstel
te doen om een oorlog te voorkomen, die,
hoe hij ook moge afloopen, een ernstige
reactie zou hebben op het geheele Vol-
kenbondssysteeb (bijval). Spr. behoeft
niet in bijzonderheden de volledige weer
legging te herhalen, die de Engelsche re-
peering gegeven heeft van de wilde ver
klaringen over de motieven en handelin
gen van Engeland in zekere deelen van de
ltaliaansche pers (bijval). „Wij hebben
geen bijgedachten, maar slechts de ge
dachte aan een vreedzame regeling. De
vrrkiarineen. volgens welke wij aan onze
er -n kn(nrvate be1anzen zouden hebben
gedacht en troepen zouden concentreeren
in de naburige koloniën missen iederen
grondslag. Ik hoop, dat mijn weerlegging
in alle ltaliaansche bladen, die voor deze
ongegronde beschuldigingen verantwoor
delijk zijn, zoo volledig mogelijk zal wor
den gepubliceerd.
Wij hebben de noodzakelijkheid van een
ltaliaansche expansie toegegeven en wij
geven opnieuw den rechtvaardigheid toe
van eenige critiek, die geuit is jegens de
Abessynische regeering. Maar zijn de fei
ten van de ltaliaansche expansiebehoef
ten en de klachten jegens de Abessynische
regeering een voldoende motief om zich in
een oorlog te storten? (applaus).
Voortgaande verklaarde Hoare, dat hij
hoopte, dat het mogelijk zal zijn dit onge
luk te verhinderen, hetzij door toepassing
van het verdrag van 1906 of door de hulp
van den Volkenbond.
Engeland verhouding tot andere
mogendheden.
In aansluiting hierop ging Hoare er toe
over de verhouding van Engeland tot de
andere mogendheden te bespreken, waar
bij hij allereerst Frankrijk besprak.
„Frankrijk en Engeland, aldus zeide hij,
zijn de mogendheden in Europa, die in de
eerste plaats verantwoordelijk zijn voor de
regeling van 1919. Wij zijn derhalve te
zamen in het bijzonder geïnteresseerd bij
de wijzigingen van die regeling, die thans
door den urgenten eisch van den tijd aan
gebracht worden. Wij hebben dicht naast
elkander gestaan, wij hebben vele jaren
samengewerkt en wij zullen voortgaan te
zamen op te treden en in de toekomst sa
men te werken. Het ligt niet in den Brit-
schen aard oude vriendschappen op te of
feren om der wille van nieuwe. Wanneer
wij nieuwe vriendschappen zoeken, zullen
wij dat doen op een wijze, die onze oude
vriendschappen niet in gevaar brengen".
Wat Italië betreft, Engeland is met dit
land in een oude en waardevolle vriend
schap verbonden en het heeft geen war
mer en oprechter verlangen dan dat deze
vriendschap voortduurt.
Aangaande Sovjet-Rusland zeide Hoare,
dat de economische en politieke betrek
kingen met dit land beter waren dan ooit.
Ten opzichte van Duitschland zeide hij:
„Omtrent onze betrekkingen met Duitsch
land heb ik mij reeds uitvoerig tevoren
uitgelaten. Ik behoef hier slechts den
grondtoon van dat alles te herhalen: Dat
onze houding een practisch en begrijpend
realisme is".
Hoare ging dan nog in op de betrekkin
gen van Engeland met Japan en China
waarbij hij er op wees. dat. Engeland bij
zonder belang hechtte aan vriendschap
pelijke betrekkingen met Japan. Spr
neemt echter de vrijheid zijn Japansche
vrienden te zeggen dat men in Engeland
bezorgd is in verband met zekere gebeur
tenissen in Noord-China. Hij gelooft ech
ter. dat dit hoofdstuk van bezorgdheid
naar het einde loopt en dat de Engelsche
verlangens inzake zoo vriendschappelijk
mogelijke betrekkingen in de toekomst
zich meer zullen verwerkelijken.
Wat China betreft verklaarde spr.. dat
Engeland door de benoeming van een am-
basadeur getoond had. welken prijs het
stelde op de betrekkingen met dit land.
De betrekkingen met de Ver. Staten van
Noord-Amerika zijn uitstekend
Hoare besloot, ziip groote redevoering
met de verklaring, dat hij weet. welke
groote verantwoordelijkheid het Britsche
rijk heeft. Engeland is voornemens zijn
verplichtingen na te komen welke voort
vloeien uit, de verdragen en uit het Vol
kenbondsstatuut en het is bereid met
Europa op den grondslag van een collec
tieve veiligheid samen te werken.
Het debat.
Nadat Hoare zijn redevoering beëindigd
had, nam Sir Herbert Samuel namens de
liberale oppositie het woord. Hij verklaar
de. dat het luchtpact niet op den achter
grond mocht geraken. Het Duitsch-Engel
sche vlootaccoord heeft, bij eenige lieden
bezorgdheid gewekt aangezien deze over
eenkomst zonder toedoen van den Vol
kenbond en zonder raadpleging van andere
mogendheden gesloten is. Het zou mis
schien beter zUn geweest, wanneer het
accoord gesloten zou zijn in een voor-
loopigen vorm De regeering moet echter
geprezen worden dat zi1 zich de gelegen
heid niet heeft laten ontgaan. Het is tijd
te erkennen dat de bewapeningsbepalingen
van het verdrag van Versailles dood zijn
en dat het feit dat zli niet begraven zijn,
de lucht in Europa vergiftigt Men ziet in
Engeland evengoed als in Frankrijk de
gevaren die voortvloeien uit de voort
durende verklaringen van den Duitschen
rijkskanselier tegen Sovjet Rusland.
Wat het Abessynische geschil betreft,
verklaarde Samuel dat hem de methode,
die Italië toepast verontrust. Men mag
Italië er niet in twijfel over laten welken
indruk zijn optreden in breede kringen
van Engeland maakt. Spr hoopt overigens,
dat de crisis die den Volkenbond bedreigt,
vermeden kan worden.
Majoor Attlee noemde de redevoering
van Hoare een stap achteruit.
Winston Churchill oefende scherpe cri
tiek uit op de Engelsche buitenlandsche
politiek. Zij heeft in de laatste weken ge
toond. hoe men de dingen niet moet aan
pakken. Zij heeft den Volkenbond ver
zwakt. de collectieve veiligheid slechter ge
maakt. Duitschlands verdragsbreuk ver
geven en Stresa geschokt. Spr. geef-t toe,
dat het vlootverdrag niet noodzakelijker
wijze inbreuk maakt op het voordeel en
de veiligheid van anderen maar het, is
betreurenswaardig dat een volkomen af
zonderlijk optreden daarbij gebruikt is.
Het vertrouwen tusschen Frankrijk en
Engeland is geschokt en dit vertrouwen
is thans tengevolge van de betreurens
waardige inferioriteit van de Britsche
luchtvloot tegenover de Duitsche meer
dan ooit noodzakelijk. Spr. houdt een
oorlog in Abessynie voor onvermijdelijk.
Engeland moet, tezamen met andere volken
zijn plicht doen Wederom terug komende
op het vlootverdrag met Duitschland
richtte spr zeer scherpe critiek aan het
adres van het moderne Duitschland.
Lloyd George betreurde dat Engeland
naar het schijnt niet wenscht zijn ver
plichtingen op grond van den Volkenbond
toe te passer ten opzichte van Italië. De
resolutie van Genève van April j.l.. waarin
economische en financieele sancties be
paald werden tegen een verdraeechendin?
wa= weliswaar ■'crient t"°en Du(t=chland
maar men kan ni°t den epnen maatstaf
on niv'.-pv'qnri ►n„r,asqeri en jjen antjer?n
oo Italië
Abessynië is het eerste geval, waarin
de resolutie van Genève toepasselijk zou
zijn. Spr. hoopt, dat Engeland zich zal
RECLAME
73W
dat het steeds frisch, jeugdig en aantrekke
lijk blijft, is Uw plicht! Een plicht die, door
's morgens en 's avonds Palmolive zeep te
gebruiken, gemakkelijk is na te komen.
Want Palmolive is méér dan een zeep: zij
is een schoonheidsmiddel van verzachten
den, verjongenden invloed, dank zij de groote
hoeveelheid olijfolie die bij haar bereiding
wordt gebruikt.
Palmolive bevat geen dierlijke vetten of
kleurstoffen Haar groene kleur is het natuur
lijke gevolg van de vermenging harer be-
standdeelen de olijf- en palm-oliën.
Twintigduizend schoonheids-experts over de
geheele wereld raden nadrukkelijk het regel
matige gebruik van Palmolive aan, als de
beste dagelijksche huidverzorging. Volg dien
raad op. Gebruik steeds Palmolive óók
voor Uw bad.
Koop vandaag nog Uw voorraad
Palmolive
.de zeep der jeugd!
wenden tot zijn vrienden en bondgenoo-
ten om een effecvolle interventie tot stand
te brengen. De Abessyniërs zijn een dap
per volk en een veldtocht tegen hen is
een zeer ernstige zaak voor Italië. „Men
kan op het oogenblik niet nagaan, wat
ons aller ouden vriend, Italië, waarvoor
wij de warmste gevoelens hebben, kan
overkomen", aldus Lloyd George. Wanneer
het den Volkenbond niet gelukt de Abes
synische kwestie te regelen, zal het laat
ste spoor van zijn aanzien verdwijnen.
Overgaande tot de ontwapeningskwes
tie, zeide spr., dat hij de duikbootenkwes
tie niet behandelen wilde, aangezien een
speciale dag is bepaald voor de bespre
king van het vlootverdrag.
Binnen zeer korten tijd, aldus vervolgde
Lloyd George, zouden de militaire strijd
krachten van Duitschland de grootste ter
wereld zijn. Te Stresa heeft men de een
zijdige verdrags-schennis van Duitschland
ernstig gelaakt, doch is men op een of
andere wijze opgetreden Op de resoluties
van Stresa en Genève heeft Hitier duik-
booten gebouwd. Waar zijn de sancties?
Austin Chamberlain verklaarde het er
mede eens te zijn, dat de toestand ernstig
genoeg is en dat de atmosfeer in Europa
slechter is dan eenige maanden geleden.
De recente gebeurtenissen hebben de
vrees niet weggenomen, dooh veleer doen
toenemen. Dit is misschien de reden,
waarom de mogendheden zoo dralen eeni
ge gemeenschappelijke bijdrage tot den
vrede te leveren. Zich tot Lloyd George
wendende, verklaarde Chamberlain, dat
deze volkomen gelijk heeft, wanneer hij
zegt meer dan iemand anders verant
woordelijk te zijn voor het verdrag van
Versailles. Wanneer hij evenwel zegt, dat
de hardste voorwaarden zijn gehandhaafd
heeft hij wellicht geslapen of zich te zeer
bezig gehouden met zijn literaire werk
zaamheden. De herstelbetalingen zijn ver
dwenen en de bezetting is vijf jaren voor
den tijd teruggenomen. Chamberlain is
van meening dat de door Hoare afge
legde verklaring in de buitenlandsche
hoofdsteden een grooter indruk zal ma
ken, dan men in het Huis denkt. Spr. is
het geheel eens met den door Hoare in
geslagen koers.
De liberaal Mander critiseerde de wijze,
waarop het vlootverdrag is gesloten. Spr,
is van meening, dat men op die manier
oude vriendschappen vervreemdt.
De verlichting gaat uit.
Toen de afgevaardigde der Labour-
partij, Jones, opstond om namens de op
positie de rij der sprekers te sluiten, ging
plotseling overal in het Lagerhuis het
licht uit. De ministers en de afgevaardig
den waren in het donker gehuld. Jones
zeide: Ik heb den speaker nimmer met
groote aandrang om licht verzocht. De
geachte afgevaardigde probeerde zijn re
devoering voor zijn onzichtbare luiste
raars voort te zetten. Een bediende bracht
een kaars om de bank der ministers te
verlichten. Er werden geleidelijk meer
kaarsen ontstoken. De debatten werden
in het halfdonker voortgezet.
Eden spreekt namens de regeering.
Onder luiden bijval van het Huis ging
het licht om vijf minuten voor tienen
weer aan.
Nadat afgevaardigde Jones verklaard
had, dat het Engelsch-Duitsche vlootver
drag zeer slecht is voor de geheele we
reld, was het woord aan Anthony Eden,
die namens de regeering de debatten be
sloot.
Eden verklaarde o.m De Britsche re
geering geeft niet toe. dat het sluiten van
de Duitsch-Engelsche vlootovereenkomst
in strijd zou zijn met het principe der sa
menwerking, welke belichaamd is in het
op 3 Februari te Londen opgestelde pro
tocol en de resolutie van Stresa, waaraan
de Britsche regeering krachtig vasthoudt.
Er is geen sprake van, dat Engeland
de Duitsche regeering zou hebben opge
wekt iets te doen dat zij anders niet
zou hebben gedaan. Doel van den stap is
geweest door een overeenkomst met
Duitschland de laatste gevolgen van een
eenzijdig besluit te beperken.
„Wij konden niet toestaan, dat onder
handelingen, welke betrekking hebben op
de spoedig afloopende vlootverdragen
worden uitgesteld tot het sluiten van een
internationale overeenkomst, in zake be
wapening te land en in de lucht. Wij be
schouwen de Duitsch-Engelsche vlootover
eenkomst als een belangrijken voorberei
denden stap en als het natuurlijke einde
van een overeenkomst aangaande bewa
pening in het algemeen.
Eden besprak vervolgens de critiek als
zou Engeland niet hebben samengewerkt
met de mogendheden van Stresa en geen
bilaterale overeenkomsten had moeten
sluiten. Deze critiek, aldus Eden. slaat
evenzeer op het Fransch-Russische ver
drag, waarop Engeland geen critiek
wenscht uit te oefenen. Vervolgens be
streed Eden de critiek, dat Engeland de
vlootovereenkomst zou hebben gesloten
uit egoïstische motieven, in verband met
zijn eigen vlootbelangen. Vervolgens zeide
Eden. dat Duitschland in Februari ver
leden jaar bereid is geweest toe te stem
men in een verdrag voor den duur van
tien jaar, zoomede in een luchtvloot van
50"/» van de Fransche, zoomede een leger
van 300.000 man. De Fransche regeering
heeft dit aanbod toen afgewezen.
De vlootovereenkomst is volgens onze
meening een zeer belangrijke stap op den
weg van algemeene beperking der vloot-
bewapeningen. Indien hij niet zou zijn
gedaan, zouden alle buitenlandsche mo
gendheden hebben moeten lijden onder
een vlootbewapeningswedloop.
Thans kent iedere vlootmogendheid de
grenzen der Duitsche vlootbewapenlng en
kan haar program daarnaar afmeten.
De Volkenbond kan slechts aan invloed
en aanzien winnen, indien de vlootbewa
peningswedloop door deze overeenkomst
zal worden verhinderd.
Zich tot de oppositie wendende, stelde
Eden dë vraag, of men gewenscht had,
dat de regeering het aanbod de vloot-
bewapening te beperken, zou hebben af
gewezen.
Met betrekking tot de kwestie van een
luchtpact verklaarde Eden, dat met alle
belanghebbende mogendheden een ge-
dachtenwisseling had plaats gehad. De
Britsche regeering is van meening, dat
een luchtpact op een of andere wijze een
controle vereischt, welke tijdens de on
derhandelingen moet worden bepaald.
Nadat Eden de redevoering van Lloyd
George had bestreden, sprak hij ten slotte
over het Italiaansch-Abessynische con
flict, waarbij hij mededeelde, dat Abessy
nië bereid is kolonisatie van buitenlan
ders in nader vast te stellen gebieden toe
te laten.
Ten slotte gaf Eden de verzekering, dat
de Britsche regeering op energieke wijze
haar pogingen zal voortzetten om alsnog
een vreedzame regeling tusschen Italië
en Abessynië te bewerken.
Labour-motie verworpen.
Aan het einde der debatten werd ge
stemd over een amendement van de La-
bour-oppositie. dat gericht was tegen de
politiek der regeering.
De regeering bleel met 236 tegen 40
stemmen in de meerderheid.
Verschillende afgevaardigden hadden
reeds voor de stemming het Lagerhuis
verlaten.