Zóó Uw teint DE ENGELSCHE BUITENLANDSCHE POLITIEK. te beschermen 76i,e Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 12 Juli 1935 Derde Blad No. 23097 Debat in het Lagerhuis na rede van minister Hoare De Engelsche minister van buitenland- sche zaken. Sir Samuel Hoare heeft gis teren de met spanning verwachte debat ten over de buitenlandsche politiek in het Lagerhuis geopend met een groote rede voering. De aanhangers der regeering en de oppositie waren voltallig verschenen. In de diplomatenloge zag men o.a. de ambas sadeurs van Duitschland. Frankrijk, Italië. Rusland, benevens de diplomatieke ver tegenwoordigers van verscheidene andere staten. Ook de Britsche ambassadeur te Berliln. Sir Eric Phlpps was aanwezig. In de voor vragen bestemden tijd. die aan de debatten vooraf ging had afge vaardigde Perkins gevraagd of reeds maatregelen genomen waren om Abessynle door de Britsche onderdanen te doen ont ruimen. De minister voor Volkenbonds aangelegenheden. Eden antwoordde dat deze kwestie zorgvuldig onderzocht werd. Afgevaardigde Mander vroeg daarop, of de Franschen van het Britsche voorstel be treffende Abessynie tevoren op de hoogte gesteld waren. Eden verklaarde, dat dat niet het geval was geweest en legde er den nadruk op. dat een dergelllke handeling ook volstrekt in overeenstemming was met de overeenkomsten van Stresa. Rede van Hoare. Ter inleiding zeide Hoare. dat zijn ver klaringen uitvoeriger zouden zijn dan ge woonlijk. Hij wilde nJ. niet alleen de ac- tueele problemen van den dag behandelen, maar ook trachten ze te plaatsen tegen den algemeenen achtergrond van de Brit sche buitenlandsche politiek Hoare. De oorlog aldus ving Hoare vervolgens aan heeft een verarmde en wantrouwige wereld achtergelaten. De oorlog heeft ook de meeste menschen er van overtuigd dat de vrede een samenhangend geheel is en deze opvatting heeft de landen der wereld aanleiding gegeven tot het oprichten van den Volkenbond. Vele personen. en daarbli denkt spr. niet aan een speciaal land schijnen een diep genoegen te vinden in opwindingen en avonturen in de psychologie van de vrees en vaak zelfs der brutaliteit. Spr. wil niet alleen het Lagerhuis maar ook het Engelsche volk in het algemeen en de andere landen eveneens oproepen een weinig meer gemoedeliikheid gezond ver stand en vriendelijke tolerantie in hun levenshouding en in de buitenlandsche politieke overwegingen te brengen. In dien geest wil spr. ook de tegenwoordige moeilijkheden bespreken. Het Duitsch-Engelsche vlootverdrag. Zich vervolgens tot de eigenlijke pro blemen wendende, besprak Hoare aller eerst het Duitsch-Engelsche vlootverdrag. Hij legde er daarbij den nadruk op. dat Engeland niet zou zijn overgegaan tot de onderteekenlng van een dergelijk verdrag, wanneer het niet. evenzeer voordeelig zou zijn geweest voor de andere zeemogend heden. Iedere overeenkomst die Engeland met Duitschland zou hebben kunnen slui ten. zou dusdanig hebben moeten ziln. dat het de kansen op een algemeen vloot verdrag niet ongunstig beinvloedde. Er zijn overwegende motieven geweest, weshalve Engeland in het belang van den vrede de zich voordoende gelegenheid heeft moeten benutten. Al te veel gelegenheden tot het naderbij brengen van een ontwapening zijn in de laatste iaren verloopen Hier echter was een geval aanwezig, waarin de vlootdeskundigen op grond van marine- technische redenen van meening waren, dat, een overeenkomst moest worden ge sloten. Hier heeft zich een. misschien nooit weerkeerende gelegenheid voorge daan een der hoofdzaken van de verslech tering in de betrekkingen tusschen de beide landen voor den oorlog uit den weg te ruimen, n.l. een bewapeningswedloop ter zee. Verder heeft de overeenkomst geleid tot opheffing van den onbeperkten duikboot- oorlog. Kortom, hier was een gelegenheid aanwezig tot afsluiting van een accoord, dat ook ten voordeel strekte van de andere maritieme mogendheden met inbegrip van Frankrijk. Van een logisch en juristisch standpunt bezien, zien de dingen er misschien anders uit dan van een practisch standpunt, maar de Engelsche regeering behoeft zich niet te verontschuldigen wanneer zij een prac- tische bijdrage tot den vrede levert. Wan neer men de dingen zonder hartstocht be kijkt, zal men zeggen, dat de Britsche re geering niet alleen verstandig heeft gehan deld, maar ook den eenigen weg ingeslagen is die open stond. De luchtconventie. Vervolgens behandelde Hoare het lucht pact Hij wees er op, dat de regeering nog steeds het tot stand komen van een lucht- conventie nastreeft, welke moet worden begeleid door een beperking der 1ucht.be- wapemngen. Hier echter liggen de moei lijkheden er in de opvattingen tot ge- meenschapprlijken noemer te brengen Ipn opzichte van de vraag hoe de onderhan delingen er over moeten worden gevoerd. Men moet de moeilijkheden van de vijf Locarnomogendheden begrijpen. Het is bekend, dat zij het luchtpact niet willen schelden van andere voorwaarden. De vrees is uitgesproken, dat Engeland dit doen wil. Daartegenover legde Hoare er den na druk op, dat de vrede een eenheid vormt. Dit bracht spr. onmiddellijk tot het Oost pact. Het oostpact. Al wil Engeland ook geen verdere ver plichtingen op zich nemen, dan sluit dat toch niet uit. dat er een interesse bestaat bij de regeling van de Oostelijke proble men. Al is spr. ook niet van meening, dat het afsluiten van een afzonderlijke lucht conventie voor West-Europa de gevaren in het Oosten van Europa zou vermeerderen, meent hij toch wel, dat een oorlog in Mid den- of Oost-Europa zou kunnen lelden tot een algemeen conflict. Dat is de reden, waarom de Britsche regeering het afsluiten van een Oostelijk en een Donaupact zoo spoedig mogelijk wenscht. In dit verband herinnerde Hoare er aan, dat de Duitsche Rijkskanselier een bepaald voorstel gedaan had inzake de Oostpact- kwestie. Hij citeerde Hitler's woorden in dezen textueel, waarna hij er op wees, dat de Franschen dit voorstel aanvaard had den als grondslag voor onderhandelingen en dat ook het Donaupact volgens dit mo del zou kunnen worden aangepakt. Het ligt thans in het vermogen van den Duit- schen Rijkskanselier een werkelijke bijdra ge te leveren voor de zaak van den vrede een bijdrage, die bij vele regeeringen, niet alleen in Midden- en Oost-Europa, maar ook in West-Europa, een oorzaak van bezorgdheid zou kunnen wegnemen. Woordelijk zeide Hoare: ,,Ik zou mij willen veroorloven Hitier dringend te ver zoeken deze bijdrage te leveren. Ik geloof Inderdaad, dat hij zijn eigen zaak dienen zal, wanneer hij daartoe overgaat. Hij zelf heeft zeer openlijk gesproken in zijn rede voering van 21 Mei en ik weet, dat hij het niet onvriendelijk zal opnemen, wanneer ik even openhartig spreek. Wij, in Engeland en in feite de ge heele wereld zijn niet alleen door het Duitsche herbewapeningsprogram, maar ook door zekere andere verschijnselen in het tegenwoordige Duitschland verontrust. Desalniettemin hebben wij den Rijkskan selier vertrouwen geschonken in zijn woord en in de afgeloopen weken hebben wij daarvan een practisch bewijs geleverd door met hem het vloot-accoord af te sluiten. Naar wij hopen, hebben wij daarmede een stap voorwaarts gedaan op den weg der verzoening. Maar de verzoening is. evenals ae vrede, een eenheid en een veelheid te gelijk en alle wegen leiden naar vele hoofd steden. Laat Hitier derhalve den eerstvol- genden, noodzakelijken stap doen en de totstandkoming van de Oost- en Donau- pacten op weg helpen, waardoor hij de af sluiting van een luchtconventie. die hij, zooals ik weet, verlangt, een grooten im puls zal geven. De Oostenrijksche onafhankelijkheid. Onder applaus verklaarde de minister daarop, dat hij in het bijzonder ook de kwestie van de Oostenrijksche onafhanke lijkheid en integriteit ter sprake wilde brengen, „Steeds weer hebben wij als onze weloverwogen meening uitgesproken, dat Oostenrijk strategisch en economisch een sleutelpositie in Europa inneemt en dat een wijziging in den Oostenrijkschen sta tus de grondslagen van den Europeeschen vrede zou schokken. Wij zullen ook verder de moedige pogingen, die de Oostenrijk sche regeering en het Oostenrijksche volk doen tot instandhouding en versterking van hun onafhankelijk bestaan volgen met de grootste en meest sympathieke belang stelling. Dat is een der redenen, waaron de Brit sche regeering thans zou willen zien, dat een Donaupact van nonagressie en nonin terventie voor Midden-Europa zonder ver der verwijl zou worden gesloten". De Volkenbond en de collectieve veiligheid. De minister ging vervolgens over tot be spreking van de kwestie van den Volken bond en de collectieve veiligheid. Men kan geen veiligheid zonder proportioneele bij dragen hebben. Onder grooten bijval ver klaarde Hoare: „Men kan een principe niet verdedigen, laat staan dan een nabuur land, wanneer men niet bereid is zich zelf te verdedigen. Laat ons om Gods wil vrede en wederopbouw krijgen, maar niet door df kracht van woorden, die niet door ge paste maatregelen voor onze verdediging en voor de uitvoering van onze verplich tingen, gesteund worden. De sleutel van de collectieve veiligheid is de Volkenbond en het Engelsche stand punt daartegenover. Zoolang een effec tieve Volkenbond en een effectief systeem van collectieve veiligheid bestaat is Enge land bereid en willens zijn deel op zich te nemen van de collectieve verantwoorde lijkheid (Bijval.) Het ItaliaanschAbessynisch geschil. Om die reden, aldus ging sir Samuel Hoare voort, stelt Engeland op zoo ernstige wijze belang in het Italiaansch—Abessy- nische geschil. Om die reden is Engeland ook, op gevaar af becritiseerd te worden, bereid geweest zijn constructief voorstel te doen om een oorlog te voorkomen, die, hoe hij ook moge afloopen, een ernstige reactie zou hebben op het geheele Vol- kenbondssysteeb (bijval). Spr. behoeft niet in bijzonderheden de volledige weer legging te herhalen, die de Engelsche re- peering gegeven heeft van de wilde ver klaringen over de motieven en handelin gen van Engeland in zekere deelen van de ltaliaansche pers (bijval). „Wij hebben geen bijgedachten, maar slechts de ge dachte aan een vreedzame regeling. De vrrkiarineen. volgens welke wij aan onze er -n kn(nrvate be1anzen zouden hebben gedacht en troepen zouden concentreeren in de naburige koloniën missen iederen grondslag. Ik hoop, dat mijn weerlegging in alle ltaliaansche bladen, die voor deze ongegronde beschuldigingen verantwoor delijk zijn, zoo volledig mogelijk zal wor den gepubliceerd. Wij hebben de noodzakelijkheid van een ltaliaansche expansie toegegeven en wij geven opnieuw den rechtvaardigheid toe van eenige critiek, die geuit is jegens de Abessynische regeering. Maar zijn de fei ten van de ltaliaansche expansiebehoef ten en de klachten jegens de Abessynische regeering een voldoende motief om zich in een oorlog te storten? (applaus). Voortgaande verklaarde Hoare, dat hij hoopte, dat het mogelijk zal zijn dit onge luk te verhinderen, hetzij door toepassing van het verdrag van 1906 of door de hulp van den Volkenbond. Engeland verhouding tot andere mogendheden. In aansluiting hierop ging Hoare er toe over de verhouding van Engeland tot de andere mogendheden te bespreken, waar bij hij allereerst Frankrijk besprak. „Frankrijk en Engeland, aldus zeide hij, zijn de mogendheden in Europa, die in de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor de regeling van 1919. Wij zijn derhalve te zamen in het bijzonder geïnteresseerd bij de wijzigingen van die regeling, die thans door den urgenten eisch van den tijd aan gebracht worden. Wij hebben dicht naast elkander gestaan, wij hebben vele jaren samengewerkt en wij zullen voortgaan te zamen op te treden en in de toekomst sa men te werken. Het ligt niet in den Brit- schen aard oude vriendschappen op te of feren om der wille van nieuwe. Wanneer wij nieuwe vriendschappen zoeken, zullen wij dat doen op een wijze, die onze oude vriendschappen niet in gevaar brengen". Wat Italië betreft, Engeland is met dit land in een oude en waardevolle vriend schap verbonden en het heeft geen war mer en oprechter verlangen dan dat deze vriendschap voortduurt. Aangaande Sovjet-Rusland zeide Hoare, dat de economische en politieke betrek kingen met dit land beter waren dan ooit. Ten opzichte van Duitschland zeide hij: „Omtrent onze betrekkingen met Duitsch land heb ik mij reeds uitvoerig tevoren uitgelaten. Ik behoef hier slechts den grondtoon van dat alles te herhalen: Dat onze houding een practisch en begrijpend realisme is". Hoare ging dan nog in op de betrekkin gen van Engeland met Japan en China waarbij hij er op wees. dat. Engeland bij zonder belang hechtte aan vriendschap pelijke betrekkingen met Japan. Spr neemt echter de vrijheid zijn Japansche vrienden te zeggen dat men in Engeland bezorgd is in verband met zekere gebeur tenissen in Noord-China. Hij gelooft ech ter. dat dit hoofdstuk van bezorgdheid naar het einde loopt en dat de Engelsche verlangens inzake zoo vriendschappelijk mogelijke betrekkingen in de toekomst zich meer zullen verwerkelijken. Wat China betreft verklaarde spr.. dat Engeland door de benoeming van een am- basadeur getoond had. welken prijs het stelde op de betrekkingen met dit land. De betrekkingen met de Ver. Staten van Noord-Amerika zijn uitstekend Hoare besloot, ziip groote redevoering met de verklaring, dat hij weet. welke groote verantwoordelijkheid het Britsche rijk heeft. Engeland is voornemens zijn verplichtingen na te komen welke voort vloeien uit, de verdragen en uit het Vol kenbondsstatuut en het is bereid met Europa op den grondslag van een collec tieve veiligheid samen te werken. Het debat. Nadat Hoare zijn redevoering beëindigd had, nam Sir Herbert Samuel namens de liberale oppositie het woord. Hij verklaar de. dat het luchtpact niet op den achter grond mocht geraken. Het Duitsch-Engel sche vlootaccoord heeft, bij eenige lieden bezorgdheid gewekt aangezien deze over eenkomst zonder toedoen van den Vol kenbond en zonder raadpleging van andere mogendheden gesloten is. Het zou mis schien beter zUn geweest, wanneer het accoord gesloten zou zijn in een voor- loopigen vorm De regeering moet echter geprezen worden dat zi1 zich de gelegen heid niet heeft laten ontgaan. Het is tijd te erkennen dat de bewapeningsbepalingen van het verdrag van Versailles dood zijn en dat het feit dat zli niet begraven zijn, de lucht in Europa vergiftigt Men ziet in Engeland evengoed als in Frankrijk de gevaren die voortvloeien uit de voort durende verklaringen van den Duitschen rijkskanselier tegen Sovjet Rusland. Wat het Abessynische geschil betreft, verklaarde Samuel dat hem de methode, die Italië toepast verontrust. Men mag Italië er niet in twijfel over laten welken indruk zijn optreden in breede kringen van Engeland maakt. Spr hoopt overigens, dat de crisis die den Volkenbond bedreigt, vermeden kan worden. Majoor Attlee noemde de redevoering van Hoare een stap achteruit. Winston Churchill oefende scherpe cri tiek uit op de Engelsche buitenlandsche politiek. Zij heeft in de laatste weken ge toond. hoe men de dingen niet moet aan pakken. Zij heeft den Volkenbond ver zwakt. de collectieve veiligheid slechter ge maakt. Duitschlands verdragsbreuk ver geven en Stresa geschokt. Spr. geef-t toe, dat het vlootverdrag niet noodzakelijker wijze inbreuk maakt op het voordeel en de veiligheid van anderen maar het, is betreurenswaardig dat een volkomen af zonderlijk optreden daarbij gebruikt is. Het vertrouwen tusschen Frankrijk en Engeland is geschokt en dit vertrouwen is thans tengevolge van de betreurens waardige inferioriteit van de Britsche luchtvloot tegenover de Duitsche meer dan ooit noodzakelijk. Spr. houdt een oorlog in Abessynie voor onvermijdelijk. Engeland moet, tezamen met andere volken zijn plicht doen Wederom terug komende op het vlootverdrag met Duitschland richtte spr zeer scherpe critiek aan het adres van het moderne Duitschland. Lloyd George betreurde dat Engeland naar het schijnt niet wenscht zijn ver plichtingen op grond van den Volkenbond toe te passer ten opzichte van Italië. De resolutie van Genève van April j.l.. waarin economische en financieele sancties be paald werden tegen een verdraeechendin? wa= weliswaar ■'crient t"°en Du(t=chland maar men kan ni°t den epnen maatstaf on niv'.-pv'qnri ►n„r,asqeri en jjen antjer?n oo Italië Abessynië is het eerste geval, waarin de resolutie van Genève toepasselijk zou zijn. Spr. hoopt, dat Engeland zich zal RECLAME 73W dat het steeds frisch, jeugdig en aantrekke lijk blijft, is Uw plicht! Een plicht die, door 's morgens en 's avonds Palmolive zeep te gebruiken, gemakkelijk is na te komen. Want Palmolive is méér dan een zeep: zij is een schoonheidsmiddel van verzachten den, verjongenden invloed, dank zij de groote hoeveelheid olijfolie die bij haar bereiding wordt gebruikt. Palmolive bevat geen dierlijke vetten of kleurstoffen Haar groene kleur is het natuur lijke gevolg van de vermenging harer be- standdeelen de olijf- en palm-oliën. Twintigduizend schoonheids-experts over de geheele wereld raden nadrukkelijk het regel matige gebruik van Palmolive aan, als de beste dagelijksche huidverzorging. Volg dien raad op. Gebruik steeds Palmolive óók voor Uw bad. Koop vandaag nog Uw voorraad Palmolive .de zeep der jeugd! wenden tot zijn vrienden en bondgenoo- ten om een effecvolle interventie tot stand te brengen. De Abessyniërs zijn een dap per volk en een veldtocht tegen hen is een zeer ernstige zaak voor Italië. „Men kan op het oogenblik niet nagaan, wat ons aller ouden vriend, Italië, waarvoor wij de warmste gevoelens hebben, kan overkomen", aldus Lloyd George. Wanneer het den Volkenbond niet gelukt de Abes synische kwestie te regelen, zal het laat ste spoor van zijn aanzien verdwijnen. Overgaande tot de ontwapeningskwes tie, zeide spr., dat hij de duikbootenkwes tie niet behandelen wilde, aangezien een speciale dag is bepaald voor de bespre king van het vlootverdrag. Binnen zeer korten tijd, aldus vervolgde Lloyd George, zouden de militaire strijd krachten van Duitschland de grootste ter wereld zijn. Te Stresa heeft men de een zijdige verdrags-schennis van Duitschland ernstig gelaakt, doch is men op een of andere wijze opgetreden Op de resoluties van Stresa en Genève heeft Hitier duik- booten gebouwd. Waar zijn de sancties? Austin Chamberlain verklaarde het er mede eens te zijn, dat de toestand ernstig genoeg is en dat de atmosfeer in Europa slechter is dan eenige maanden geleden. De recente gebeurtenissen hebben de vrees niet weggenomen, dooh veleer doen toenemen. Dit is misschien de reden, waarom de mogendheden zoo dralen eeni ge gemeenschappelijke bijdrage tot den vrede te leveren. Zich tot Lloyd George wendende, verklaarde Chamberlain, dat deze volkomen gelijk heeft, wanneer hij zegt meer dan iemand anders verant woordelijk te zijn voor het verdrag van Versailles. Wanneer hij evenwel zegt, dat de hardste voorwaarden zijn gehandhaafd heeft hij wellicht geslapen of zich te zeer bezig gehouden met zijn literaire werk zaamheden. De herstelbetalingen zijn ver dwenen en de bezetting is vijf jaren voor den tijd teruggenomen. Chamberlain is van meening dat de door Hoare afge legde verklaring in de buitenlandsche hoofdsteden een grooter indruk zal ma ken, dan men in het Huis denkt. Spr. is het geheel eens met den door Hoare in geslagen koers. De liberaal Mander critiseerde de wijze, waarop het vlootverdrag is gesloten. Spr, is van meening, dat men op die manier oude vriendschappen vervreemdt. De verlichting gaat uit. Toen de afgevaardigde der Labour- partij, Jones, opstond om namens de op positie de rij der sprekers te sluiten, ging plotseling overal in het Lagerhuis het licht uit. De ministers en de afgevaardig den waren in het donker gehuld. Jones zeide: Ik heb den speaker nimmer met groote aandrang om licht verzocht. De geachte afgevaardigde probeerde zijn re devoering voor zijn onzichtbare luiste raars voort te zetten. Een bediende bracht een kaars om de bank der ministers te verlichten. Er werden geleidelijk meer kaarsen ontstoken. De debatten werden in het halfdonker voortgezet. Eden spreekt namens de regeering. Onder luiden bijval van het Huis ging het licht om vijf minuten voor tienen weer aan. Nadat afgevaardigde Jones verklaard had, dat het Engelsch-Duitsche vlootver drag zeer slecht is voor de geheele we reld, was het woord aan Anthony Eden, die namens de regeering de debatten be sloot. Eden verklaarde o.m De Britsche re geering geeft niet toe. dat het sluiten van de Duitsch-Engelsche vlootovereenkomst in strijd zou zijn met het principe der sa menwerking, welke belichaamd is in het op 3 Februari te Londen opgestelde pro tocol en de resolutie van Stresa, waaraan de Britsche regeering krachtig vasthoudt. Er is geen sprake van, dat Engeland de Duitsche regeering zou hebben opge wekt iets te doen dat zij anders niet zou hebben gedaan. Doel van den stap is geweest door een overeenkomst met Duitschland de laatste gevolgen van een eenzijdig besluit te beperken. „Wij konden niet toestaan, dat onder handelingen, welke betrekking hebben op de spoedig afloopende vlootverdragen worden uitgesteld tot het sluiten van een internationale overeenkomst, in zake be wapening te land en in de lucht. Wij be schouwen de Duitsch-Engelsche vlootover eenkomst als een belangrijken voorberei denden stap en als het natuurlijke einde van een overeenkomst aangaande bewa pening in het algemeen. Eden besprak vervolgens de critiek als zou Engeland niet hebben samengewerkt met de mogendheden van Stresa en geen bilaterale overeenkomsten had moeten sluiten. Deze critiek, aldus Eden. slaat evenzeer op het Fransch-Russische ver drag, waarop Engeland geen critiek wenscht uit te oefenen. Vervolgens be streed Eden de critiek, dat Engeland de vlootovereenkomst zou hebben gesloten uit egoïstische motieven, in verband met zijn eigen vlootbelangen. Vervolgens zeide Eden. dat Duitschland in Februari ver leden jaar bereid is geweest toe te stem men in een verdrag voor den duur van tien jaar, zoomede in een luchtvloot van 50"/» van de Fransche, zoomede een leger van 300.000 man. De Fransche regeering heeft dit aanbod toen afgewezen. De vlootovereenkomst is volgens onze meening een zeer belangrijke stap op den weg van algemeene beperking der vloot- bewapeningen. Indien hij niet zou zijn gedaan, zouden alle buitenlandsche mo gendheden hebben moeten lijden onder een vlootbewapeningswedloop. Thans kent iedere vlootmogendheid de grenzen der Duitsche vlootbewapenlng en kan haar program daarnaar afmeten. De Volkenbond kan slechts aan invloed en aanzien winnen, indien de vlootbewa peningswedloop door deze overeenkomst zal worden verhinderd. Zich tot de oppositie wendende, stelde Eden dë vraag, of men gewenscht had, dat de regeering het aanbod de vloot- bewapening te beperken, zou hebben af gewezen. Met betrekking tot de kwestie van een luchtpact verklaarde Eden, dat met alle belanghebbende mogendheden een ge- dachtenwisseling had plaats gehad. De Britsche regeering is van meening, dat een luchtpact op een of andere wijze een controle vereischt, welke tijdens de on derhandelingen moet worden bepaald. Nadat Eden de redevoering van Lloyd George had bestreden, sprak hij ten slotte over het Italiaansch-Abessynische con flict, waarbij hij mededeelde, dat Abessy nië bereid is kolonisatie van buitenlan ders in nader vast te stellen gebieden toe te laten. Ten slotte gaf Eden de verzekering, dat de Britsche regeering op energieke wijze haar pogingen zal voortzetten om alsnog een vreedzame regeling tusschen Italië en Abessynië te bewerken. Labour-motie verworpen. Aan het einde der debatten werd ge stemd over een amendement van de La- bour-oppositie. dat gericht was tegen de politiek der regeering. De regeering bleel met 236 tegen 40 stemmen in de meerderheid. Verschillende afgevaardigden hadden reeds voor de stemming het Lagerhuis verlaten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 9