bouwkunstig schoon VictorHugo «jit* Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 24 Mei 1935 Vijfde Blad No. 23058 li» xL t'. 'k van cle Waard bewesten 11. 'htrsloot f i eindelijk moest Zoe'er- Ij, e een fljrv missen Van de LN/T IN IIÏIEKIN UIT DE BRUSSELSCHE TENTOONSTELLING Steunt met Uw gaven het Leidsch Crisis-Comité. THIJS IJS EN DE KONINGSKROON OPuiiie- Sflictf Jüjj.rtn ÓSt)6s -K)20 V. |ln onze artikelen over de Leidsche orten hebben we laten uitkomen, t deze alle dagteekenden uit den tijd i het Beleg. De destijds aanwezige poor- ihadden veel te lijden gehad en konden zonder herstelling niet blijven ge- idhaafd Herstelling of herbouw waren akelljk bij Koepoort, Witte Poort en (luwe Poort. Hoogewoerdspoort en Zljl- t moesten bij den uitleg der stad meer rts worden herbouwd. Als nieuwe ten verrezen in de 17de eeuw Morsch- rt, Rijnsburgerpoort en Marepoort. En ■lotte werd ten behoeve van boeren en ieniers ln het laatst der 17de eeuw Heerenpoortje gebouwd. "I de verschillende stadsuitbreidingen ^I7de eeuw werden aanvankelijk hou- orten opgericht. In 1592 werd de iste Wittepoort en in 1631 de Rijns- !rpoort in bak- en bergsteen ge- Doch onze poortenbouwer bij uit- |»ndheid was ln het derde kwart der eeuw Willem van der Helm, voor j rekening Marepoort, Zijlpoort,' Hoo- «rdspoort, Koepoort en Morschpoort len. de resoluties tot den bouw dezer rten, deed de Stedelijke Regeering Jrrkuitkomen, dat zij vooral moesten die- Ie tot verfraaiing der stad. Practisch zij tot verdediging nooit noodig ge- Jten. Zelfs werden in de 18de eeuw de innen van de wallen verwijderd. [Meen in 1813 heeft men nog eenmaal yde bastions bij de Hoogewoerdspoort de ten weer aangebracht en alles ains in staat van verdediging ge- Kht. aangezien men vreesde, dat de hen van uit Woerden de stad zou- beleggen. Doch de Franschen trokken 1 toch liever maar een anderen kant Toen in 1815 het rijk van Napoleon Minitief ten einde was en ln 1816 de 'jge Alliantie zoo iets als een wereld- 't beloofde, werd te Leiden en trou- in meerdere plaatsen besloten, de ingwerken te slechten, met uitzonde- lig der poorten. |h 1840 scheen dit zijn beslag te hebben bjegen. En ook toen ln 1851 het poort- '1 was afgeschaft, bleven de poorten aan. Uit practisch oogpunt waren zij altijd onmisbaar. [De stad vormde een economische kern, baar eigen tarieven van ln. en uit- bezat. haar eigen accijnzen hief. kelen naar buiten en naar binnen N al even ongeoorloofd als thans aan k landsgrenzen. I -n de stedelijke beambten, die geves- T?d waren in de accijnshuisjes bij de pjren zorgden wel, dat de stad steeds Pt hare kreeg. [Deze stedelijke accijnzen werden, zooals *b zich zal herinneren, in 1865 afge eft. Daarmee verdween de laatste uti- «tsbeteekenis der poorten. En we zien ia over geheel Nederland een ware af- [hakwoede vaardig worden. Niet het - te Lelden. Zes van de acht Leid- stadspoorten moesten bezwijken on- s'oopershanden, ook al gingen er in •Leldsch Dagblad" destijds krachtige Sn*» °P tegen dit ..schandelijk van- I Toch al werd de vesting ontmanteld, ^"bij de wallen ln plantsoenen werden .'i^bapen. de bastions herschapen in I .'moven en fabrieksterreinen of op V -lere wijze ter bebouwing uitgegeven, al "oen de poorten gesloopt, er kwam Mrlmpig niet. meer vrijheid en ruimte. L~™en bleef besloten binnen de singels. EU Kon. Besluit van 13 Juli 1896 |i, besloten een flinke stadsuitbreiding tnks s"aan Zoo werden in 1896 opnieuw ™tken van de aangrenzende gemeenten l'annexeerd. «do ^btscest een deel tusschen Gal- ia en Haarlemmervaart. De grens iet» u voortaan van de spoorbrug der Ir» e 'Un rondom de Vrouwenge- li'. D het laatst in gebruik geweest lmi»H chopaten-asyl langs de Poel- Irij naar de Trekvaart. Door een It??! n heb ik de nieuwe grens op het I Vp aangegeven. lath 0 moest Leiderdorp een stuk IfinHi a.' De Erens liep daar voortaan een liZim 8S de „Stinksloot", dan langs de lta>i naar Sasfabriek en slachthuis. IsiiH s 'khgs de rinesloot van den I 'ott ':-ngs de Drift en nam ten- liin i "eP de l.i'ens langs den Nieuwe K°W dan de Roomburgerwetering I net snijpunt met den spoorweg naar Utrecht, liep hier langs tot even over den Vliet en volgde tenslotte een wetering, welke parallel aan den spoorweg liep tot aan het Galgewater toe. Het Nieuwe Verbindingskanaal, tcn- deele een kanaliseering van de Roombur gerwetering werd later gegraven. Het grondgebied binnen de singels, dat 223 morgen en 291 roeden bedroeg, wat neerkomt op ruim 190 H A werd door deze annexatie uitgebreid tot 564 H.A. Het werd dus bijna driemaal zoo groot. Een enorm voordeel, omdat men nu ruimere straten kon projecteeren. Aan Witte, en Zoeter- wousche Singel verrezen heerenhuizingen, terwijl de Noord- en Oostkant van het nieuwe gebied vooral werden benut voor arbeiderswoningen en voor den kleinen burgerstand. Toen de stad evenwel gevoelde, wat het bezit van meerdere ruimte beteekende, en tot de overtuiging kwam, dat er eigenlijk maar half werk was verricht, begon men al spoedig te spreken over weer nieuwe gebiedsuitbreiding. Reeds op 29 Mei 1907 werd daartoe een nieuw plan bij Ged. Staten van Zuid-Holland Ingediend. Doch het duurde 13 jaren, tot 1 Januari 1920, voor deze wenschen practisch wer den verwezenlijkt. De grens met Oegstgeest loopt thans van de brug even benoorden de Vink naai- den Lage Morschweg, waarvan een deel nu tot Leiden behoort, vervolgens langs En- degeester Wetering. Warmonderweg, de Molensloot in den Kikkerpolder, een lijn daarvan doorgetrokken naar de verbin- dingsspoor met de gasfabriek. Dan wordt de oude grens met Leider dorp een poosje gehandhaafd, n.l. de Ringsloot van den Stadspolder. Doch het Oostelijk deel van dien polder tot aan de Zijl behoort nu ook aan de stad. Men weet hoe daar de laatste jaren ten O. van de Drift is gebouwd. Verder verloor Lei derdorp nu de geheele Waard tusschen de beide Rijn-armen. Van de punt van het Waard-eUand loopt thans de grens met Zoeterwoude in een wijden boog om Cronensteinpolder, Gasthuispolder en Boshuizerpolder, verder langs den Vliet naar Allemansgeest en vandaar langs den Kleinen Vliet naar de plaats, waar deze ln het Galgewater uitloopt. Zoo werd het grondgebied der stad van 564 H.A. uigebreid tot 689 H.A. Hoezeer Hijnsburgerweg, Haagweg, Morschweg na dien tijd zijn veranderd en nog veran deren. weten we. En het sterkst is de bouwwoede wel tusschen Heerenstraat en Hooge Rijndijk. Het spreekt wel haast vanzelf, dat Lei den op den duur nog niet tevreden kan zijn. En de tijd zal zeer zeker komen, dat ook „Rhijnhof" en het deel van Oegst geest waarin de gestichten liggen, bij de stad zal worden getrokken. N. J. S. Vorig artikel geplaatst in ons Blad van Vrijdag 17 Mei j.l. RECLAME- Nu de officieele inwijdings-plechtigheden der verschillende vreemde afdeelingen bijna alle (hebben plaats gevonden en elk paviljoen den bezoeker nieuwe indrukken geeft van het hooge peil der moderne be sdhaving, blijkt de Brusselsche Wereld tentoonstelling een schitterend en onge ëvenaard succes te zijn. Nauwelijks zijn veertien dagen verloopen of de „World's Fair" telt reeds 1.200.000 bezoekers. Allen zijn verrukt en nemen er een buitengewoon goeden indruk van mede: nooit zag men een zoo grootsch en indrukwekkend geheel. Het publiek staat vol bewondering voor de grootsohe scheppingen van het men- schelijk vernuft op alle mogelijke gebied ter wereld: kunst, wetenschap, nijverheid en handel; kortom alle uitingen van het Denken en Handelen zijn er vertegen woordigd en op een imposante en feërieke wijze tentoongesteld. 4911 Alle gewenschte inlichtingen betreffende België, Brussel en de Tentoonstelling zijn te verkrijgen bij de Belgische Consulaire Agenten en bij alle Reisbureaux. BEGRAFENIS VAN IVANS. Onder groote belangstelling is gister middag het stoffelijk overschot van mr. I. van Schevichaven. den bekenden schrij ver Ivans, op Oud Uk en Duinen te 's Gravenhage ten grave gedragen. Vele bloemen dekten de baar. In de rouwkapel werden op het orgel gespeeld het Lorgo van Handel, „Es ist bestimmt" en „Wen ich elnmal soil scheiden". Allereerst voerde de heer Ariens Kap pers het woord en voorts de heer A. W. Bruna te Utrecht namens de Uitgevers- Mij. van dien naam. Vervolgens sprak de heer R. Schroder namens het kapittel Gooi- en Eemland en de Loge „In Vrijheid Een" van de vrij metselaren. Oud-kolonel Groen herdacht den ont slapene als mensch en als talentvol schrij ver. Prof. van Haaften, sprekend als vice- voorzltter van de Vereeniging voor Le vensverzekering. herdacht het vele dak van Schevichaven op dit gebied heeft tot stand gebracht. Voorts spraken de heer Hendrik Muller namens de Ver. „Hou en Trouw" van oud leerlingen der Handelsschool te Amster dam, en Hijmans namens de redactie van het orgaan der Ned. Ver. van het Verze keringswezen. Tenslotte trad nogmaals de oud-kolonel Groen naar voren, om aan de tragiek uiting te geven, dat iemand van wien zóó veel lof kon worden getuigd, in de laatste jaren heeft moeten bedelen om een be trekking te verkrijgen. Nadat de baar grafwaarts was gedra gen, dankte een familielid voor de belang stelling. BOEKBESPREKING. Drogon door Arthur van Schendel. Tweede druk uitgegeven bij J. M. Meulenhoff aan het Rokin. te Amsterdam. Ongeveer veertig Jaar geleden schreef Arthur van Schendel zijn Drogon En dat dit boekje toen een daad in de lteratuur beteekende. bewijst wel het woord van den schrijver/componist Alphonse Diepen- brock. die in die jaren leeraar in de klassieke talen was ln den Bosch. Van Schendel heeft namelijk den moed gehad om over het probleem van de schuld en het zondebegrip, de basis van de Grieksche tragedies en van de Middel- eeuwsche-Christelijke moraal, zijn mee ning te zeggen. In de noodlotstragedies der antieke, zoowel .als in de Middeleeuwsche dra ma's verleefden de menschen hun levens rechthoekiger en onvertroebelder dan nu. Zij werden niet afgeleid door de duizend een 'n zenuwsloopende nietigheden van 't moderne leven. Vervuld van hun liefde of haat, van een levensoffer of een wraak neming. konden zli aan hun alles over- heerschende gevoeféhs sterven. Zoo sterft ook Drogon, de rampzalige, die het goede wilde, maar steeds onheil stichtte, in wanhoop; omdat hij het mysterie van het leven en de duistere machten die hem drijven, niet kan doorgronden. Wij mogen erkentelijk zijn voor dezen tweeden druk, die het boekje uit de ver getelheid heeft, gehaald. Het wordt ge kenmerkt door een verhevenheid van stijl en uitbeelding, en een beheerschtheid van taal. die voor een long schrijver, hij was toen 19 jaar. merkwaardig zijn.. Deze schoone kenmerken kan men ook nu nog ten volle genieten en al leest men dit ver haaltje in een uur uit, met taal en strek king blijft men nog dagenlang bezie Jammer, dat bij dezen tweeden druk de teekeningen van Bauer niet voorkomen, die hr den eersten druk stonden. Muziek in den Meinacht door Marie Gevers. Nederlandsche be werking van Dr. Martin J. Prem- sela. Verschenen bU de Zuid- Hollandsche Uitgevers Maatschap pij den Haag Prijs ingen. f. 2.90 en geb. f. 3.50. Het eigenaardige van dit boek is. dat men het noch onder de Vlaamsche, noch ondere de Waalsche literatuur kan rang schikken. Men zal misschien denken, dat het er weinig toe doet of het een Vlaamsch of een Waalseh boek genoemd moet worden Maar het bevreemdt wel dat een Vlaamsche. die zoo uitnemend de Vlaamsche ziel en het leven op het land in Vlaanderen weet te vertolken, wier ouders ook Vlaamsch spraken, haar boek in het Fransch schrijft en uitgeeft. Dat moet dan wel zijn omdat beter gesitueerde Vlamingen Fransch als de omgangstaal beschouwden en vaak nog beschouwen! De Fransche taal doet dit boek ongetwij feld afbreuk, want niettegenstaande de voortreffelijke Nederlandsche bewerking van Dr. Martin Premsela. is het pijnlijk de personen uit deze geschiedenis hoog- Nederlandsch te hooren spreken en niet de sappige taal van een Streuvels of een Timmermans Het is overigens een boek vol van fijne gedachten en oorspronkelijke zegswijzen, met treffende beschrijvingen van het leven der dieren en van de natuur, door een twaalfjarig meisje verteld. Het is wel het knappe talent van deze schrijfster, dat voorkomt, dat dit verhaal van een kind over groote menschen (hetwelk ln- tusschen geen kinderverhaal is) zoo aan nemelijk en zoo aandoenlijk is. Het boek werd bekroond met den Prix Populiste. Stoere Zwoegers door Caroline Miller. Geautoriseerde vertaling door G. van Nes-Uilkens. Uitgege ven bij de Zuid-Hollandsche Uit gevers Maatschappij, den Haag. Prijs Ingen. f3.75 en geb. f. 4.50. Als men dit boek bekijkt en doorbladert, wijst niets er op dat het in den Ameri- kaanschen staat Georgië speelt, ln de eerste helft der vorige eeuw. hetgeen een verzuim van den uitgever genoemd moet worden. Want zelfs de bekroning van dit werk met den Pulitzerprljs en den Fran schen Prix Fémina zou ons niet verkla ren. dat we met. een Amerikaansch boek te doen hebben. Het vertelt ons van enkele boerenfamilies meest afstammelingen van geïmmigree'de Ieren en Engelschen die zich ln de onherbergzame eenzame oer wouden. diep ln het binnenland van Amerika, een bestaan trachten te ver schaffen met het bebouwen van land het fokken van vee en het jagen op wild. Alles maken deze menschen zelf: hun huis. meubels, eetgerei, kaarsen, hun kleeren die ze weven en verven Eigenlijk is het verhaal slechts een eentonige herhaling van huwelijk, geboorte en dood van mais planten en varkens slachten en van ruil handel aan de kust. En zoo natuurlijk schijnt de schrijfster dit leven te vinden, dat ze ons niets vertelt, van den dagelijk- schen strijd die deze menschen zeker ge voerd moeten hebben tegen een onbarm hartige wildernis en tegen even zoo on barmhartige roofdieren. De beet van een ratelslang en de onverwachte aanval van een panter ziin de eenige voorvallen die de opsomming van steeds weerkeerende gebeurtenissen wij zouden haast, zeggen, fleurig onderbreken Toch staan deze menschen met hun purltelnsche begrippen over zonde en trouw, met hun leed en tegenslag zeer levend voor ons; de beko ring van het werk ligt in het eentonige rhythme van stijl en handeling. Alles kab belt rustig verder als een traag stroomend riviertje. Al te vaak doet dit boek denken aan Kristin Lavran's Dochter van Sigrld Unset, die hiermede den Nobelprijs ver wierf zij het ook veel minder grootsch van opzet veel minder krachtig, veel minder hartstochtelijk van taal. Voor een eerste werk van een jonge schrijfster verdient het echter zeker de volle aandacht. De voorplaat van Anton Pieck stemt niet geheel overeen met de beschrijving in het verhaal. C. N. o NIEUWE UITGAVEN. Het Handboek 1935 der K.N.A.C. Sinds 1932 geeft de K.N.A.C. ieder jaar een handboek uit. Dit steeds omvangrijker wordende boekwerk (het telt niet minder dan 440 bladzijden i blijft zich in de steeds stijgende belangstelling van autorijdend Nederland verheugen. Dit is nu werkelijk een handboek in den waren zin des woords een vraagbaak op automobllistisch ge bied, welke aan alle daaraan te stellen eischen beantwoordt. De K.N.A.C. leden, die dit boek leder Jaar gratis en franco ontvangen zouden het dan ook slechts noode willen missen. De talrijke verbeteringen, welke reeds het vorig jaar de voornaamste kenmerken vormden van het toen verschenen hand boek, hebben ook nu weer de basis gevormd voor de veranderingen, welke in de uit gave voor 1935 noodzakelijk waren. De kaarten der provincies en die van de plattegronden der steden met de door gaande verbindingen zijn alle weer geheel vernieuwd en tot het laatst toe bijgewerkt. Aanvullingen en verbeteringen bleken ook noodig in de opgaven der voor het publiek opengestelde landgoederen, de af- standstabellen voor Binnen- en Buiten land en bij vele andere hoofdstukken. De wijzigingen in Motor- en Rijwiel- Reglement en -Beschikking, benevens de daarbij ingevoerde nieuwe verkeersborden zijn uitvoerig vermeld. Voor het eerst zijn in deze uitgave door middel van kaartjes de uren van openstel ling der douanekantoren voor het voor naamste reisgebied van Europa vermeld, een aanvulling, welke door haar handig heid in een behoefte voorziet. Deze kaartjes zijn in kleurendruk uit gevoerd en door een uiterst practisch systeem kan de autotoerist, die op een ge geven moment, hetzij overdag of 's nachts de grens over wil, in één oogopslag zien, welke grenskantoren hem hierbij nog kun nen helpen en langs welke wegen hij op de snelste wijze het door hem uitgezochte grenskantoor kan bereiken Het is handig bedacht en vele automobilisten zullen al leen hierom reeds het handboek waardee- ren. Alles bijeen zal het Handboek 1935 weer een betrouwbare en veel geraadpleegde gids voor den automobilist zijn. Voor nlet-leden der K.N.A.C. is dit Handboek verkrijgbaar tegen den prijs van f. 4,50 per stuk. Verschenen bij Uitgevers Mij. Gebr. Kluitman Alkmaar een zestal aardige boe ken voor jongens van 1016 Jaar: „De Schat van den Zeekapitein" door Percy F. Westerman; „De Lotgevallen van Jonker Hans van de Sparrenborgh" door J. E. Hoving; RECLAME- 4f* 'v zacAé vtutJntatif KWAIITEIT5 SIGAREN „De Club der Vliegende Hollanders" door Joh. C. Mulders; „Op goed Geluk naar Mexico" door Wal ter Tomson; „Drie Jongens en een Auto" door Wouter Walden; „Onder de Gulden Ster" door Jac. van der Klei. Bij de Zuid-Hollandsche Uitgevers Mij. te Den Haag: „Uit de Wereld van het Onderbewuste" door Phyllis Bottome, vertaald door J. E. GorterKeyser. Bij Uitgevers Mij. Andries Blitz te Am sterdam „Tien jaren onder den Grond", ontdek kingstochten van een eenzamen onder zoeker, door Norbert Castert, bewerkt door dr. G. G. Ellerbroek. Bij N.V. Em. Querido's Uitgevers Mij. te Amsterdam „Voor toekomstige Moeders" door dr. Th. H. van de Velde. Bij Erven J. Bijleveld te Utrecht: „Post"jagers te voet naar Indië" door- T. A. van Heyningen, met een voorwoord van dr. P, H. Ritter Jr. en teekeningen van Hans Borrebach. Bij Nijgh Van Ditmar N.V., Rotterdam: „Hoe moet ik mijn Haar wasschen en verzorgen" door dr. P. H. van der Hoog. Bij J. B. Wolters te Groningen: „Ezra en Nehemia" door dr. A. v. Selms, pred. bij de Ned. Herv. Gem. te Hansweert. „De Commune Trek in het Indonesisch Rechtsleven" door mr. F. D. Holleman. Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van buitengewoon hoogleeraar in het Adatrecht van Nederlandsch-Indië aan de Rijksuniversiteit te Lelden. De V.V.V. „Zandvoort" heeft een door den heer J, de Bruin geschreven boekje het licht doen zien. dat bedoeld is om Zandvoort nog meer als vacantie-oord en woonplaats te propageeren. Het Nationaal Chr. Comité tot geeste lijke en Cultureele Verzorging der door de regeering tewerkgestelden, heeft een brochure het licht doen zien, getiteld: „Naar het Kamp", waaruit men een in druk krijgt van den door haar verrichten arbeid. Uitgever is La Rlvière en Voor hoeve te Zwolle, Wij ontvingen van den Nederl. Jeugd herberg Centrale een boekske, waarin het onderwijzend personeel wordt aangespoord er met hun klassen op uit te trekken. Het geschrift bevat tal van oordeelvellingen van hen, die dat reeds deden en daarbij gebruik maakten van de jeugdherbergen. 28. „Maar", zoo vroeg aan 't jongetje nu onze Thijs, „als je vader nu een echte prins was, waarom woon jij dan niet in het palels? En waarom draag jij dan zoo'n goedkoope jas?" „Toen de koning hoorde, dat mijn vader deze kroon bezat, werd hij bevreesd, dat hij den langsten tijd nu op de troon gezeten had. Hij liet mijn vader door soldaten overmannen en heeft hem toen uit 't land verbannen. Hij kwam nooit t'rug en bovendien hebben wij sindsdien de kroon niet meer gezien. U begrijpt nu zeker wel, hoe erg verbaasd ik was, toen ik hem liggen vond in 't gras." Er ging een licht nu op in Thijs' verstand, en hij greep den ander bij de hand. „,Kom!" riep hij, „vlug mee naar binnen, dan gaan wij eens een proef beginnen!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 17