HET BELEID DER REGEERING. 75,le Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 21 Januari 1935 Derde Blad No. 22954 OORDEEL VAN DE EERSTE KAMER. GEMEENTEZAKEN. Een onthuld geheim D&BBEJLM^N FAILLISSEMENTEN. VRAGENRUBRIEK. KERK- EN SCH00LNIEUWS. BURG. STAND VAN LEIDEN. o - o Verschenen ls het voorlooplg verslag der Eerste Kamer over het regeeringsbeleld. Vele leden konden zich met dat beleid vereenigen, overtuigd als zij waren, dat de regeering zich Inspant om ln deze benarde tijden te doen wat noodlg en mogelijk ls. Hulde dient naar de meening van som mige leden te worden gebracht aan de regeering, voor het op een hooger plan brengen van het gezag en ook voor het streven naar een sluitend budget, al baart dit laatste, mede ten gevolge van de lagere opbrengst der omzetbelasting en den teruggang der directe belasting, vele moeilijkheden. Eenlge leden waardeeren wel ls waar het beleid van het kabinet, maar meenden nochtans, dat de regeering haar econo mische maatregelen als clearing en con- tingenteering, niet voldoende en niet spoedig genoeg toepast. Ofschoon, de regeering herhaaldelijk heeft gesproken van het structureel karakter der crisis, blijkt volgens sommige leden uit haar daden nog nauwelijks, dat zij niet rekent op een cyclisch en spontaan herstel. De wijze waarop de minister van Onder wijs zijn linguïstische denkbeelden ln en bulten het parlement meent te moeten verdedigen, werd door enkele leden be treurd, die algemeen voor ministers aan beveling verdient, bij hun optreden naar buiten zekere matiging te betrachten. In menig opzicht, betoogde sommige leden, beleven wij een crisis van het recht. Hoe langer hoe meer komen regeerings- clrculaires in zwang, die lagere publiek rechtelijke organen zoeken te dwingen tot bepaald gedragingen. Ook trekt wille keurige toepassing van onderschelden wettelijke bepalingen de aandacht, vooral hetgeen met art. 125 en 126 der ambte narenwet geschiedt. Waarom, vroegen verscheiden leden verder, aarzelt de regeering nog bij het nemen van maatregelen tot het weren van revolutlonnairen uit vertegenwoordi gende lichamen? Ook zonder grondwets wijziging is reeds veel te bereiken door opvolging van het voorstel der commissie- Kooien. Andere leden verklaarden echter, zich met de opvatting der regeering in zake dit rapport te kunnen vereenigen. De N.S.B. Hoewel sommige leden in beginsel ook gekant waren tegen het nat.socialisme en bezwaar hadden tegen de wijze waarop de NB.B. propaganda voert, hadden zij toch niet de overtuiging dat haar illegaal stre ven kan worden ten laste gelegd, weshalve zij aandrongen op opheffing van de uit sluiting van N.S.B.'ers uit het ambtena rencorps. Daartegen keurde vele andere leden de houding der regeering tegenover de N.S.B. goed. Ook zij achtten de belofte van on voorwaardelijke trouw en gehoorzaam heid aan den leider in strijd met en ge lijk aan verbreking van de subordinatie, welke lederen ambtenaar past. Ernstig bezwaar hadden verscheiden leden er tegen, dat de bezuiniging op het onderwijs tot dusver vrijwel uitsluitend ten nadeele van het openbare onderwijs is doorgevoerd. Eenige leden meenden, dat door de concentratie van openbare scho len nu die van bijzondere daarmede geen gelijken tred houdt, de aan de pacificatie ten grondslag liggen gelijkheid ls ver broken. De regeering mag niet langer aarzelen ten deze wettelijke maatregelen voor te stellen. Andere leden gaven daarentegen uiting aan hun ernstige bezorgdheid over de wijze, waarop ln verschillende kringen wordt geageerd voor bezuinigingen bij het bijzonder onderwijs, waardoor de vrijheid van onderwijs in gevaar wordt gebracht. Wat de spelling betreft, vele leden achtten het een fout in het regeerings beleld om in deze tijden een dergelijken twistappel te midden van het volk te werpen. Anderen meenden juist, dat het, nu bezuiniging geboden is, van wijs be leid getuigt, dat de regeering een zoo nuttelooze belasting van het opnemings vermogen der leerlingen ten laatste over boord heeft gezet. Verscheiden leden hadden groot be zwaar tegen de onophoudelijke aantasting Van de autonomie der gemeenten, en zelfs der provincies, door de regeering. De oorsprong van het kwaad schuilt in het ondragelijk belast zijn der gemeente- financiën met de kosten der door de ge nieenten niet veroorzaakte werkloosheid, welke kosten het rijk althans voor het grootste gedeelte te zijnen laste behoort te nemen. De toestand van 's Rijksfinanciën Sommige leden waren ernstig bezorgd over den toestand van de rijksfinanciën en meenden, dat uit de rijksbegrooting voor 1935 slechts blijkt, dat een betrekke lijk gering bedrag werkelijk direct in gaande besparing beteekent, namelijk ten hoogste f. 4.170.000. Zij meenden, dat het dringend noodig is, dat de regeering ten spoedigste komt met vergaande bezui nigingsvoorstellen De raming van de middelen is in som mige opzichten te optimistisch geweest. Niet slechts de opbrengst der omzetbe lasting is ver beneden de raming al ver toonde de opbrengst over November een niet al te ongunstig cijfer, maar ook de opbrengst der accijnzen heeft gedurende de laatste maanden een bedenkelijke daling te zien gegeven. Eenige leden hadden in toenemende mate bezwaar tegen de deflatiepolitiek van de regeering. Indien zij deflatie Wenscht te bereiken ten einde het natio nale prijspeil aan het sterk gedaalde Wereldprijspeil der goederen te doen aan passen, kan zij haar doel alleen bereiken door zoo mogelijk alle elementen, waaruit öe.kostprijs is samengesteld, te verlagen. De leden, hier aan het woord, meenden K moeten vaststellen, dat alleen verlaging van het loonpeil is bereikt. Deze leden maakten wel is waar geen bezwaar tegen het streven naar een lager loonpeil, het- geerv ook volgens hen noodwendig is, maar zij waren van oordeel, dat zulks eenzijdig geschiedde. De Inkomsten der arbeiders en ambtenaren worden vermin derd, maar maatregelen tot verlaging hunner uitgaven blijven achterwege. Immers de vaste lasten worden over het algemeen niet verlaagd. Devaluatie is geen toovermiddel en heft de crisis niet op. betoogden sommige leden maar zij brengt verbetering in de on gunstige positie waarin Nederland is ge komen. Verscheidene leden juichten daaren tegen toe, dat de regeering niet het oor leent aan de inblazingen ten gunste van devaluatie. Sommigen sloten zich aan bij de door den heer De Geer gestelde alter natieven: devaluatie, aanpassing of pot verteren. Vele leden betreurden in hooge mate, dat de regeering nog zoo weinig heeft be zuinigd. Dat tot nu toe van werkelijke bezuiniging nog niet veel ls gekomen en ten hoogste van een uitgavenbeperking sprake kan zijn, is door de regeering zelf erkend, waar zij nu een algemeen bezui- nigingsontwerp heeft aangekondigd. De leden, hier aan het woord, ver trouwden nu, dat het aangekondigde wetsontwerp zoo tijdig de Tweede Kamer zou bereiken, dat de behandeling daarvan door de Staten-Generaal op zoodanig tijdstip zal kunnen geschieden, dat in de begrooting voor 1936 alle te verkrijgen be zuinigingen kunnen zijn verwerkt. De thans feitelijk allerminst sluitende be grooting, draagt een voorlooplg karakter. De eindstrijd zal moeten worden gestre den bij de behandeling van bedoeld ont werp. Zouden de belde Kamers bij die ge legenheid geen meegaandheid betoonen, dan zou, dit beteekenen, dat zij geen ernst maken met den van verschillende zijden uitgesproken wensch proefnemingen op het gebied van de goudpolitlek te ver mijden. Van verschillende zijden werd op den zeer onbevredigenden toestand in ons be drijfsleven gewezen. Hierbij kwam ook het vraagstuk van de ordening ter sprake. Betoogd werd, dat zelfs de moderne en goed geoutilleerde bedrijven lijden door een vaak moordende concurrentie tus- schen de verschillende productiecentra, terwijl ook door noodzakelijke invoerbe- lemmeringen de vrije prijsvorming dik wijls geheel in het gedrang komt. Men roept nu de hulp van den Staat ln om in dezen ordenend op te treden, en de vraag rijst dientengevolge, of de Staat hier dwingend moet optreden. Andere leden juichten het wetsontwerp op de ondernemers-overeenkomsten toe, als blijk van erkenning door de regeering van de noodzakelijkheid van ordening in het bedrijfsleven. Eenige leden pleitten voor ordening althans van de havenbe drijven. Door het concurreerend optreden der gemeentebesturen bezitten wij op eene korte kustlijn, naar hun meening, reeds te veel havens. Eenige leden beklaagden zich over de ongewenschte werking van den steun aan den landbouw, die zulke zware offers eischt. Vast staat volgens hen, dat deze steun voor een niet onbelangrijk gedeelte ten goéde komt aan groote boeren en aan hypotheekhouders. Andere leden zouden daarbij gaarne worden ingelicht, of de regeering niet kans ziet geleidelijk van systeem te ver anderen en wel door wat de productiebe perking betreft, niet meer zoo dwingend op te treden als thans ten aanzien van rundvee, varkens en kuikens, en meer te trachten tot productiebeperking door prijsregeling te komen. Men zou dan waarschijnlijk met minder controle ambtenaren kunnen volstaan, terwijl ook de ontevredenheid, welke thans de voor geschreven beperkingen dikwijls veroor zaken, allicht zoude verminderen. Nevens den landbouw komen, naar de meenimg van sommige leden, evenzeer industrie, handel in ruimen zin en scheepvaart voor steun in aanmerking. Men hoede zich voor het aankweeken van tegenstellingen en het veroorzaken van verwijdering tusschen de agrarische en de andere bevolkingsgroepen. Eenige leden drongen er op aan, dat de regeering, zoo eenigszins mogelijk, arbei dende meisjes en gehuwde vrouwen, die geen kostwinsters zijn, zoude vervangen door jongens en mannen, en trachten zulks ook te bevorderen bij de particuliere ondernemingen. Van verschillende zijden werd uiting ge geven aan diepe teleurstelling over den tragen gang van zaken bij de uitvoering van het zoogenaamde zestig-millioen- plan. Sommige leden meenden, dat de trage tenuitvoerlegging te wijten is aan de, zij het dan onbedoelde, tegenwerking der departementale bureaucratieën. Cumulatie moet vermeden worden. Verscheidene leden achtten het ge- wenscht, dat de regeering bij benoemingen cumulatie van inkomsten zooveel mogelijk vermijdt. Ook spraken zij de hoop uit, dat de regeering grooten spoed zou betrach ten met de toegezegde verdere wettelijke bestrijding van cumulatie van ambten, wedden en pensioenen. Een aantal leden betreurde ten zeerste, dat de regeering hare voornemens ten aanzien, van de herclassificatie der ge meenten, waartegen vrijwel alle partijen in de Tweede Kamer ernstige bezwaren koesteren, niet heeft teruggenomen. Eenige leden zouden gaarne vernemen, of de regeering nog voornemens is een einde te maken aan de steeds grooter wordende verwarring door het gebruik van tweeëerlei nationale vlaggen Kende men vroeger alleen rood-wit-blauw, thans ziet men deze kleuren niet zelden ver vangen door oranje-wit-lichtblauw, BOUW VAN EEN WINKELWONING. Door den heer N. Dreef Sr., alhier, is vergunning verzocht tot het bouwen van een winkelwoning met bovenwoning op een terrein aan de Burchtsteeg No. 9. Het gebouw is hooger ontworpen dan bij de verordening op het bouwen en sloo- pen is toegestaan. Het oprichten van het gebouw tot een hoogte van 8.25 M. zou kunnen worden vergund. Het gebouw is evenwel ontwor pen met een hoogte van 9.40 M., derhalve 1.15 M. meer; de ter weerszijden van den voorgevel geprojecteerde bouwkundige ver sieringen zullen tot 9.80 M. hoogte reiken. Voor deze overschrijding is toestemming van den Raad vereischt, die gevraagd wordt. SPORTTERREIN HOOGE RIJNDIJK. De ingevolge het besluit van 25 Juni 1923 met de provincie Zuid-Holland ge sloten huurovereenkomst, betreffende het sportterrein aan den Hooge Rijndijk, is geëindigd op 31 December j.l. De Provincie heeft bezwaar tegen een nieuwe verhu ring op langen termijn; zij ls echter be reid het terein voorlooplg nog tot weder- opzeggens ln gebruik af te staan tegen denzelfden huurprijs (f 200 per jaar) als tot nu toe betaald werd. Ook de huurvoor waarden zullen gelijk zijn aan die van de vorige overeenkomst, uitgezonderd de ter mijn van opzegging, welke bepaald zal worden op één maand. VERKOOP GROND. Van den heer W. Fontein q.q. is een verzoek ingekomen, om van de gemeente te mogen koopen een perceel bouwterrein aan de Cobetstraat. Adressant is bereid het bouwterrein groot plm. 520 M2., te Jkoopen tegen den prijs van f. 10 per M2.; hij gaat verder accoord met de aan den verkoop te ver binden gebruikelijke voorwaarden. ROOIEN VAN BÖOMEN. Gedeputeerde Staten dezer provincie achten het gewenscht, dat de overdracht van bevoegdheden met betrekking tot het rooien en zoo noodig vernietigen van aan de gemeente toebehoorende boomen, zoo mede met betrekking tot het vervreemden van aan de gemeente toebehoorende te rooien boomen, alsnog aan een bepaalden termijn wordt gebonden. Er bestaat geenerlei bezwaar, om aan het verlangen van genoemd College tege moet te komen. Naar meening van B. en W. kan de ter mijn gevoegelijk op vijf jaar worden ge steld. DE KERSTGAVE AAN DE WERKLOOZEN. Door den Minister van Sociale Zaken ls goedgekeurd, dat ook in 1934 aan onder steunde werkloozen boven hun steunuit- keering een Kerstgave wordt toegekend. De Kerstgave mocht thans 35"/o van de steunuitkeering bedragen, derhalve 10% meer, dan die over 1933. Voor zoover deze Kerstgave wordt uitge keerd aan de werkloozen, die onder de gesubsidieerde steunregeling vallen (de z.g. crisiswerkloozen)wordt in een ge deelte daarvan, 25 bedragende, een rijksbijdrage verleend naar het subsidie percentage, hetwelk Leiden over 1934 in gevolge de desbetreffende regeling in de kosten van ondersteuning van die werk loozen zal ontvangen. De overige 10% voor deze categorie van werkloozen neemt het Departement van Sociale Zaken geheel voor zijn rekening. De kosten van de Kerstgave aan de ove rige steuntrekkenden, dat zijn zij die steun trekken, doch niet werkzaam waren in z.g. „crlsisbedrijven", komen geheel voor reke ning van de gemeente. Het verstrekken van een overeenkom stige Kerstgave aan diegenen, die uitkee- ring uit een werkloozenkas genieten en, wanneer zij onder de steunregeling vielen, in verband met hun gezinsomstandighe den een hoogere uitkeering zouden ont vangen, ontmoette bij den Minister even min bedenking. In de Kerstgave aan deze kastrekkers draagt het Departement al leen 10% bij. De resteerende 25% komen uitsluitend ten laste van de gemeente. Het college van B. en W. heeft gemeend de Kerstgave aan de, volgens de voor schriften van den Minister van Sociale Zaken, daarvoor in aanmerking komende werkloozen, te moeten uitkeeren en vraagt achteraf nu goedkeuring. ZIEKENFONDSPREMIE VOOR WERKLOOZEN. De circulaire van den Minister van So ciale Zaken van 10 Juli j.l. in zake het verleenen van een tegemoetkoming aan werklooze arbeiders in de betaling van ziekenfondspremie, is ook voor het college van B. en W. aanleiding geweest na te gaan, op welke wijze aan de daarin ver vatte suggestie gevolg ware te geven. Gelijk bekend mag worden verondersteld is de Minister van den gedachtengang uitgegaan, dat, voor het geval de gemeen te een dergelijke tegemoetkoming wilde invoeren, een regeling terzake met de zie kenfondsen zou worden getroffen, volgens welke de lasten van de verzekering »an bedoelde werkloozen zouden worden ver deeld over de gemeente, de verzekerden en de fondsen. Zij hebben zich derhalve in verbinding gesteld met de te Leiden werkende zieken fondsen en de daarbij betrokken medische en pharmaceutlsche medewerkers. De ge voerde onderhandelingen hebben ten slot te tot een voor de gemeente voorlooplg aannemelijk resultaat geleid. De regeling, waaromtrent overeenstem ming is verkregen, komt op het volgende neer. Aan de daarvoor in aanmerking ko mende ondersteunden zal een reductie op de ziekenfondspremie worden verleend van twee derde gedeelte; een derde gedeelte van die premie zullen deze ondersteunden dus zelf moeten blijven dragen. De reductie wordt deels voor rekening van de gemeente, deels voor rekening van de medische en pharmaeeutische mede werkers der fondsen en deels voor reke ning van de fondsen genomen en wel in de verhouding van 4 3:2. Hoewel deze regeling weer een nieuwe RECLAME. 4971 Hier is het geheim van de charme van menige vrouw: „Castella"~ Dobbelman's schoonheidszeep. öun U zelf deze weldaad Masseer en parfumeer Uw huid mei Castella's geurige oliën. lOV Castella koestert Uw huid tot zij IX/2 wordt ais een wonder van Cent charmante zachtheid. OP Q GOEDE ZEEP STAAT In de week van 14 t/m. 19 Januari wer den in Nederland 93 faillissementen uit gesproken. J. Z. te L. Indien de waarde minder dan f. 100 bedraagt, wordt er geen perso- neele belasting geheven. Q. te Q. De studie aan de School voor Dienstplichtige Onderofficieren-Admini strateurs (S.D.O.A.i is geen sinecure. Zij, die over een goed verstand en veel werk lust beschikken, kunnen bij-studie ver richten; zulks is reeds, met succes, voor gekomen en tevens een, in verband met de moei lijke tijdsomstandigheden, niet onbelang rijke uitgave van de gemeente vergt, mee- nen B. en W. toch, nu ook de vorenge noemde medewerkers en de fondsen blijk hebben gegeven tot een offer bereid te zijn, het medewerken aan de tot stand- koming van een regeling op den aange geven voet te kunnen aanbevelen. De regeling zal voorlooplg gelden voor den duur van een jaar. Vóór den afloop van dien termijn zal een eventueele voort zetting nader onder oogen worden gezien. Het tijdstip van ingang van de regeling kan nog niet worden bepaald, aangezien nog eenig overleg aangaande de prakti sche uitvoering moet plaats hebben; het bepalen Van dat tijdstip stellen B. en W. daarom voor aan hen over te laten. Vermits het bedrag van de uitgave, welke uit de regeling voor de gemeente zal voortvloeien, niet met juistheid is te ramen, ware de financieele regeling van deze aangelegenheid te zijner tijd afzon derlijk vast te stellen. DE ARBEIDSBEMIDDELING. De in deze gemeente bestaande bepalin gen met betrekking tot de gemeentelijke arbeidsbemiddeling moeten nog in over eenstemming worden gebracht met de voorschriften van de op 1 Januari 1932 in werking getreden Arbeidsbemiddelingswet 1930. Voor zoover hier in hoofdzaak van be lang, bepaalt de wet het volgende: Eike gemeente met 15.000 of meer in woners is verplicht een arbeidsbeurs op te richten en in stand te houden. Het toezicht op de arbeidersbeurs wordt opgedragen aan een commissie, bestaande behalve uit een voorzitter, uit een gelijk aantal, doch ten minste twee, werkgevers en werknemers of vertegenwoordigers daarvan. De voorzitter en leden worden door den Raad benoemd, geschorst en ontslagen, zulks, voor zoover de benoeming van de leden betreft, niet dan nadat naar het oordeel van den betrokken Minister alge meen erkende centrale organisaties van werkgevers en van werknemers of daarbij aangesloten in de gemeente gevestigde af- deelingen in de gelegenheid zijn gesteld aanbevelingen in te zenden. Met de dagelijksche leiding van de ar beidsbeurs moet een directeur worden be last, als hoedanig de directeur van den Dienst voor Sociale Zaken, die reeds thans daarmede is belast, kan worden aange wezen. Een en ander moet worden geregeld bij een door den Gemeenteraad onder goed keuring van Ged. Staten vast te stellen verordening. Gelijk bekend, zijn met betrekking tot de gemeentelijke arbeidsbemiddeling thans voorschriften gegeven in de veror dening betreffende den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken en in het Reglement. Nu de nieuwe regeling van dit onder werp zal geschieden ter uitvoering van de Arbeidsbemiddelingswet 1930, komt het aanbevelingswaardig voor, dat zij bij een afzonderlijke verordening plaats vindt, die B. en W. hierbij voorstellen. VOOR DINSDAG 22 JANUARI. ALPHEN AAN DEN RIJN. Kemps boekhandelNam. 71/4 uur, ds» de Rover van Vlaardingen. KATWIJK AAN DEN RIJN. Ned. Herv. Kerk: Nam. halfacht, dr. A'. H. de Hartog van Amsterdam. SASSENHEIM. Ohr. Geref. Kerk: Nam. h"lfacht, ds. Bljleveld van H&arlem. o- NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Westbroek o.a. G. van Montfrans, te Barneveld Te Leeuwar-i den (Evang.) F. L. van Duykeren, cand. te Weesp. Bedankt: Voor Nieuwerkerk a. d. IJsel, F. v. d. Hee, te Polsbroek. GEREF. GEM. Bedankt: Voor Goes, M. Heikoop, te Utrecht. o Dr. S. O. LOS. Zondag 27 Jan. a.s. viert Dr. S. O. Lo6, de nestor van de predikanten der Geref. kerk van 's-Gravenhage-Oost, zijn 40-jarig ambtsjubileum. Sietse Oene Los, die uit een bekend pre dikantsgeslacht stamt, werd 12 Oct. 1871 te Amstelveen, waar zijn vader predikant was, geboren. Hij studeerde aan de Theol. School te Kampen, waar hij in 1894 can- didaat werd. 27 Jan. 1895 aanvaardde hijj het predikambt bij de Geref. kerk van Zalk waar zijn vader hem bevestigde. In 1897 vertrok Dr. Los naar de Lier, welke stand plaats hij in 1901 met Hilversum verwissel de. In die dagen trad hij in den Geref. Jongelingsbond op den voorgrond. Dr. Los, die in de Lier secr. was van de A.R. Kies- vereeniging in het district Loosduinen, werd voorzitter van de Noord-Hollandsche Afd. en lid van het bondsbestuur van den Geref. Jongelingsbond. In Hilversum bracht Ds. Los de ineensmelting van de kerken A. en B. tot stand en gedurende zijn verblijf promoveerde hij in 1905 aan de Rijksuniversiteit te Utrecht tot doctor in de philosophie op een dissertatie getiteld: „Aristoles in Nederland". In 1908 nam hij een beroep aan naar de Geref. kerk van Pretoria, waardoor zijn op treden een verzoening tusschen de Neder landers en Afrikaanders tot stand kwam. Hier werd Dr. Los ook de vertrouwensman van Paul Kruger, bij wien hij kort voor diens dood in Menton vertoefde gedurende 5 maanden. In 1914 volgde zijn benoeming tot hoogleeraar aan de Theol. School te Potchefstroom, waar hij ook les gaf aan het Universiteitscollege in de Philosophie. Dr. Los aanvaardde zijn professoraat met een inauguratie over de Na-catechisatie. In Zuid-Afrika heeft Dr. Los verdienstelijk werk gedaan en in 1912 werd hij op voor stel van premier Hertzog door de Univer siteit van Kaapstad honoris causa benoemd tot Magister Artium (meester in de lette ren). In 1920 vertrok Dr. Los met verlof naar Nederland en legde hij om huiselijke rede nen zijn professoraat neder. Van de op hem uitgebrachte beroepen nam hij dat naar de ongedeelde kerk van 's-Graven- hage aan als opvolger van wijlen Ds. v. d. Linden. 26 Jan. 1921 deed hij zijn intrede in de Nieuwe Zuiderkerk in de Residentie sprekende over Hebr. 4 12, na vooraf te zijn bevestigd in denzelfden dienst door zijn neef, Dr. S. O. Los van Giessendam. 12 Mei 1922 promoveerde de jubilaris aan de Vrije Universiteit tot doctor in de theologie op een proefschrift getiteld: „Het gevoel in de H. Schrift" onder leiding van wijlen Prof. Dr. W. Geeslnk. Ook hier slaagde dr. Los cum laude voor zijn doctoraal examen. Dr. Los is o.m. medewerker aan het Chr. Paed. Tijdschrift, aan het weekblad van de Ver. van Christ. Onderwijzers en aan het Kerkblad van de Geref. Kerken van 's-Gravenhage. Tijdens zijn verblijf te Hilversum redigeerde hij ook de Hilver- en Vechtbode. Hij is voorzitter van de commissie ad art. 19 der statuten van den Schoolraad en was ook bestuurslid van het Paed. Congres. Van zijn werken noemen we: Beginselen van de karakterkunde; Persoonlijkheid en karakter in de H. Schrift; Groote Paedagogen; Moderne pae- dagogen en richtingen" enz. Dr. Los was ook secr. van de Ver. voor Christ. Paedagogiek. Hij is vanwege de Geref. Ver. voor Drankbestrijding gedele geerde in de Nat. Commissie tegen het Alcoholisme en trad in 1931 op als referent op het Enkratela-congres. Dr. Los gaat nu met emeritaat. A.s. Don derdag zal hij in de Westerkerk afscheid nemen van zijn gemeente. Dr. Los is voor nemens opnieuw een reis te maken naar Zuid-Afrika, waar een van zijn zoons bijl het onderwijs dient. Tevens hoopt hij zijn rusttijd te besteden aan het persklaar ma ken van twee werken: Ned. Paedagogen en Karakterkunde voor de rijpere jeugd. In de paedagogische wereld heeft D:. Los naam gemaakt door zijn nieuwe classificatie van de karakters. Er heeft zich in de gemeente van dert Haag-Oost een commissie gevormd om den jubilaris te huldigen. Dr. Los zal morgenmiddag en -avond in zijn pastorie recipieeren. ONDERTROUWD. J. v. Drecht, jm., 31 jaar en C. E. van Ingen, jd. 22 jaar W, Wapstra, jm., 31' jaar en W. Fuchs, jd. 26 jaar J. C. Paauw, jm. 30 jaar en N. Thonies, jd. 29 j. De Motor- en Rijwielwet ver- hirJ •i*drukkelijk het rijden met open knalpoi binnen de bebouwde kom der gemeente.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1935 | | pagina 9