HET BELEID DER REGEERING.
75,le Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 21 Januari 1935
Derde Blad
No. 22954
OORDEEL VAN DE EERSTE KAMER.
GEMEENTEZAKEN.
Een onthuld geheim
D&BBEJLM^N
FAILLISSEMENTEN.
VRAGENRUBRIEK.
KERK- EN SCH00LNIEUWS.
BURG. STAND VAN LEIDEN.
o
- o
Verschenen ls het voorlooplg verslag der
Eerste Kamer over het regeeringsbeleld.
Vele leden konden zich met dat beleid
vereenigen, overtuigd als zij waren, dat de
regeering zich Inspant om ln deze benarde
tijden te doen wat noodlg en mogelijk ls.
Hulde dient naar de meening van som
mige leden te worden gebracht aan de
regeering, voor het op een hooger plan
brengen van het gezag en ook voor het
streven naar een sluitend budget, al
baart dit laatste, mede ten gevolge van de
lagere opbrengst der omzetbelasting en
den teruggang der directe belasting, vele
moeilijkheden.
Eenlge leden waardeeren wel ls waar het
beleid van het kabinet, maar meenden
nochtans, dat de regeering haar econo
mische maatregelen als clearing en con-
tingenteering, niet voldoende en niet
spoedig genoeg toepast. Ofschoon, de
regeering herhaaldelijk heeft gesproken
van het structureel karakter der crisis,
blijkt volgens sommige leden uit haar
daden nog nauwelijks, dat zij niet rekent
op een cyclisch en spontaan herstel.
De wijze waarop de minister van Onder
wijs zijn linguïstische denkbeelden ln en
bulten het parlement meent te moeten
verdedigen, werd door enkele leden be
treurd, die algemeen voor ministers aan
beveling verdient, bij hun optreden naar
buiten zekere matiging te betrachten.
In menig opzicht, betoogde sommige
leden, beleven wij een crisis van het recht.
Hoe langer hoe meer komen regeerings-
clrculaires in zwang, die lagere publiek
rechtelijke organen zoeken te dwingen tot
bepaald gedragingen. Ook trekt wille
keurige toepassing van onderschelden
wettelijke bepalingen de aandacht, vooral
hetgeen met art. 125 en 126 der ambte
narenwet geschiedt.
Waarom, vroegen verscheiden leden
verder, aarzelt de regeering nog bij het
nemen van maatregelen tot het weren
van revolutlonnairen uit vertegenwoordi
gende lichamen? Ook zonder grondwets
wijziging is reeds veel te bereiken door
opvolging van het voorstel der commissie-
Kooien. Andere leden verklaarden echter,
zich met de opvatting der regeering in
zake dit rapport te kunnen vereenigen.
De N.S.B.
Hoewel sommige leden in beginsel ook
gekant waren tegen het nat.socialisme en
bezwaar hadden tegen de wijze waarop de
NB.B. propaganda voert, hadden zij toch
niet de overtuiging dat haar illegaal stre
ven kan worden ten laste gelegd, weshalve
zij aandrongen op opheffing van de uit
sluiting van N.S.B.'ers uit het ambtena
rencorps.
Daartegen keurde vele andere leden de
houding der regeering tegenover de N.S.B.
goed. Ook zij achtten de belofte van on
voorwaardelijke trouw en gehoorzaam
heid aan den leider in strijd met en ge
lijk aan verbreking van de subordinatie,
welke lederen ambtenaar past.
Ernstig bezwaar hadden verscheiden
leden er tegen, dat de bezuiniging op het
onderwijs tot dusver vrijwel uitsluitend
ten nadeele van het openbare onderwijs is
doorgevoerd. Eenige leden meenden, dat
door de concentratie van openbare scho
len nu die van bijzondere daarmede geen
gelijken tred houdt, de aan de pacificatie
ten grondslag liggen gelijkheid ls ver
broken.
De regeering mag niet langer aarzelen
ten deze wettelijke maatregelen voor te
stellen. Andere leden gaven daarentegen
uiting aan hun ernstige bezorgdheid over
de wijze, waarop ln verschillende kringen
wordt geageerd voor bezuinigingen bij
het bijzonder onderwijs, waardoor de
vrijheid van onderwijs in gevaar wordt
gebracht.
Wat de spelling betreft, vele leden
achtten het een fout in het regeerings
beleld om in deze tijden een dergelijken
twistappel te midden van het volk te
werpen. Anderen meenden juist, dat het,
nu bezuiniging geboden is, van wijs be
leid getuigt, dat de regeering een zoo
nuttelooze belasting van het opnemings
vermogen der leerlingen ten laatste over
boord heeft gezet.
Verscheiden leden hadden groot be
zwaar tegen de onophoudelijke aantasting
Van de autonomie der gemeenten, en zelfs
der provincies, door de regeering.
De oorsprong van het kwaad schuilt in
het ondragelijk belast zijn der gemeente-
financiën met de kosten der door de ge
nieenten niet veroorzaakte werkloosheid,
welke kosten het rijk althans voor het
grootste gedeelte te zijnen laste behoort te
nemen.
De toestand van 's Rijksfinanciën
Sommige leden waren ernstig bezorgd
over den toestand van de rijksfinanciën
en meenden, dat uit de rijksbegrooting
voor 1935 slechts blijkt, dat een betrekke
lijk gering bedrag werkelijk direct in
gaande besparing beteekent, namelijk ten
hoogste f. 4.170.000. Zij meenden, dat het
dringend noodig is, dat de regeering ten
spoedigste komt met vergaande bezui
nigingsvoorstellen
De raming van de middelen is in som
mige opzichten te optimistisch geweest.
Niet slechts de opbrengst der omzetbe
lasting is ver beneden de raming al ver
toonde de opbrengst over November een
niet al te ongunstig cijfer, maar ook de
opbrengst der accijnzen heeft gedurende
de laatste maanden een bedenkelijke
daling te zien gegeven.
Eenige leden hadden in toenemende
mate bezwaar tegen de deflatiepolitiek
van de regeering. Indien zij deflatie
Wenscht te bereiken ten einde het natio
nale prijspeil aan het sterk gedaalde
Wereldprijspeil der goederen te doen aan
passen, kan zij haar doel alleen bereiken
door zoo mogelijk alle elementen, waaruit
öe.kostprijs is samengesteld, te verlagen.
De leden, hier aan het woord, meenden
K moeten vaststellen, dat alleen verlaging
van het loonpeil is bereikt. Deze leden
maakten wel is waar geen bezwaar tegen
het streven naar een lager loonpeil, het-
geerv ook volgens hen noodwendig is,
maar zij waren van oordeel, dat zulks
eenzijdig geschiedde. De Inkomsten der
arbeiders en ambtenaren worden vermin
derd, maar maatregelen tot verlaging
hunner uitgaven blijven achterwege.
Immers de vaste lasten worden over het
algemeen niet verlaagd.
Devaluatie is geen toovermiddel en heft
de crisis niet op. betoogden sommige leden
maar zij brengt verbetering in de on
gunstige positie waarin Nederland is ge
komen.
Verscheidene leden juichten daaren
tegen toe, dat de regeering niet het oor
leent aan de inblazingen ten gunste van
devaluatie. Sommigen sloten zich aan bij
de door den heer De Geer gestelde alter
natieven: devaluatie, aanpassing of pot
verteren.
Vele leden betreurden in hooge mate,
dat de regeering nog zoo weinig heeft be
zuinigd. Dat tot nu toe van werkelijke
bezuiniging nog niet veel ls gekomen en
ten hoogste van een uitgavenbeperking
sprake kan zijn, is door de regeering zelf
erkend, waar zij nu een algemeen bezui-
nigingsontwerp heeft aangekondigd.
De leden, hier aan het woord, ver
trouwden nu, dat het aangekondigde
wetsontwerp zoo tijdig de Tweede Kamer
zou bereiken, dat de behandeling daarvan
door de Staten-Generaal op zoodanig
tijdstip zal kunnen geschieden, dat in de
begrooting voor 1936 alle te verkrijgen be
zuinigingen kunnen zijn verwerkt. De
thans feitelijk allerminst sluitende be
grooting, draagt een voorlooplg karakter.
De eindstrijd zal moeten worden gestre
den bij de behandeling van bedoeld ont
werp. Zouden de belde Kamers bij die ge
legenheid geen meegaandheid betoonen,
dan zou, dit beteekenen, dat zij geen ernst
maken met den van verschillende zijden
uitgesproken wensch proefnemingen op
het gebied van de goudpolitlek te ver
mijden.
Van verschillende zijden werd op den
zeer onbevredigenden toestand in ons be
drijfsleven gewezen. Hierbij kwam ook
het vraagstuk van de ordening ter sprake.
Betoogd werd, dat zelfs de moderne en
goed geoutilleerde bedrijven lijden door
een vaak moordende concurrentie tus-
schen de verschillende productiecentra,
terwijl ook door noodzakelijke invoerbe-
lemmeringen de vrije prijsvorming dik
wijls geheel in het gedrang komt. Men
roept nu de hulp van den Staat ln om
in dezen ordenend op te treden, en de
vraag rijst dientengevolge, of de Staat
hier dwingend moet optreden.
Andere leden juichten het wetsontwerp
op de ondernemers-overeenkomsten toe,
als blijk van erkenning door de regeering
van de noodzakelijkheid van ordening in
het bedrijfsleven. Eenige leden pleitten
voor ordening althans van de havenbe
drijven. Door het concurreerend optreden
der gemeentebesturen bezitten wij op
eene korte kustlijn, naar hun meening,
reeds te veel havens.
Eenige leden beklaagden zich over de
ongewenschte werking van den steun aan
den landbouw, die zulke zware offers
eischt. Vast staat volgens hen, dat deze
steun voor een niet onbelangrijk gedeelte
ten goéde komt aan groote boeren en aan
hypotheekhouders.
Andere leden zouden daarbij gaarne
worden ingelicht, of de regeering niet
kans ziet geleidelijk van systeem te ver
anderen en wel door wat de productiebe
perking betreft, niet meer zoo dwingend
op te treden als thans ten aanzien van
rundvee, varkens en kuikens, en meer te
trachten tot productiebeperking door
prijsregeling te komen. Men zou dan
waarschijnlijk met minder controle
ambtenaren kunnen volstaan, terwijl ook
de ontevredenheid, welke thans de voor
geschreven beperkingen dikwijls veroor
zaken, allicht zoude verminderen.
Nevens den landbouw komen, naar de
meenimg van sommige leden, evenzeer
industrie, handel in ruimen zin en
scheepvaart voor steun in aanmerking.
Men hoede zich voor het aankweeken van
tegenstellingen en het veroorzaken van
verwijdering tusschen de agrarische en de
andere bevolkingsgroepen.
Eenige leden drongen er op aan, dat de
regeering, zoo eenigszins mogelijk, arbei
dende meisjes en gehuwde vrouwen, die
geen kostwinsters zijn, zoude vervangen
door jongens en mannen, en trachten
zulks ook te bevorderen bij de particuliere
ondernemingen.
Van verschillende zijden werd uiting ge
geven aan diepe teleurstelling over den
tragen gang van zaken bij de uitvoering
van het zoogenaamde zestig-millioen-
plan. Sommige leden meenden, dat de
trage tenuitvoerlegging te wijten is aan
de, zij het dan onbedoelde, tegenwerking
der departementale bureaucratieën.
Cumulatie moet vermeden worden.
Verscheidene leden achtten het ge-
wenscht, dat de regeering bij benoemingen
cumulatie van inkomsten zooveel mogelijk
vermijdt. Ook spraken zij de hoop uit, dat
de regeering grooten spoed zou betrach
ten met de toegezegde verdere wettelijke
bestrijding van cumulatie van ambten,
wedden en pensioenen.
Een aantal leden betreurde ten zeerste,
dat de regeering hare voornemens ten
aanzien, van de herclassificatie der ge
meenten, waartegen vrijwel alle partijen
in de Tweede Kamer ernstige bezwaren
koesteren, niet heeft teruggenomen.
Eenige leden zouden gaarne vernemen,
of de regeering nog voornemens is een
einde te maken aan de steeds grooter
wordende verwarring door het gebruik
van tweeëerlei nationale vlaggen Kende
men vroeger alleen rood-wit-blauw, thans
ziet men deze kleuren niet zelden ver
vangen door oranje-wit-lichtblauw,
BOUW VAN EEN WINKELWONING.
Door den heer N. Dreef Sr., alhier, is
vergunning verzocht tot het bouwen van
een winkelwoning met bovenwoning op
een terrein aan de Burchtsteeg No. 9.
Het gebouw is hooger ontworpen dan bij
de verordening op het bouwen en sloo-
pen is toegestaan.
Het oprichten van het gebouw tot een
hoogte van 8.25 M. zou kunnen worden
vergund. Het gebouw is evenwel ontwor
pen met een hoogte van 9.40 M., derhalve
1.15 M. meer; de ter weerszijden van den
voorgevel geprojecteerde bouwkundige ver
sieringen zullen tot 9.80 M. hoogte reiken.
Voor deze overschrijding is toestemming
van den Raad vereischt, die gevraagd
wordt.
SPORTTERREIN HOOGE RIJNDIJK.
De ingevolge het besluit van 25 Juni
1923 met de provincie Zuid-Holland ge
sloten huurovereenkomst, betreffende het
sportterrein aan den Hooge Rijndijk, is
geëindigd op 31 December j.l. De Provincie
heeft bezwaar tegen een nieuwe verhu
ring op langen termijn; zij ls echter be
reid het terein voorlooplg nog tot weder-
opzeggens ln gebruik af te staan tegen
denzelfden huurprijs (f 200 per jaar) als
tot nu toe betaald werd. Ook de huurvoor
waarden zullen gelijk zijn aan die van de
vorige overeenkomst, uitgezonderd de ter
mijn van opzegging, welke bepaald zal
worden op één maand.
VERKOOP GROND.
Van den heer W. Fontein q.q. is een
verzoek ingekomen, om van de gemeente
te mogen koopen een perceel bouwterrein
aan de Cobetstraat.
Adressant is bereid het bouwterrein
groot plm. 520 M2., te Jkoopen tegen den
prijs van f. 10 per M2.; hij gaat verder
accoord met de aan den verkoop te ver
binden gebruikelijke voorwaarden.
ROOIEN VAN BÖOMEN.
Gedeputeerde Staten dezer provincie
achten het gewenscht, dat de overdracht
van bevoegdheden met betrekking tot het
rooien en zoo noodig vernietigen van aan
de gemeente toebehoorende boomen, zoo
mede met betrekking tot het vervreemden
van aan de gemeente toebehoorende te
rooien boomen, alsnog aan een bepaalden
termijn wordt gebonden.
Er bestaat geenerlei bezwaar, om aan
het verlangen van genoemd College tege
moet te komen.
Naar meening van B. en W. kan de ter
mijn gevoegelijk op vijf jaar worden ge
steld.
DE KERSTGAVE AAN DE
WERKLOOZEN.
Door den Minister van Sociale Zaken ls
goedgekeurd, dat ook in 1934 aan onder
steunde werkloozen boven hun steunuit-
keering een Kerstgave wordt toegekend.
De Kerstgave mocht thans 35"/o van de
steunuitkeering bedragen, derhalve 10%
meer, dan die over 1933.
Voor zoover deze Kerstgave wordt uitge
keerd aan de werkloozen, die onder de
gesubsidieerde steunregeling vallen (de
z.g. crisiswerkloozen)wordt in een ge
deelte daarvan, 25 bedragende, een
rijksbijdrage verleend naar het subsidie
percentage, hetwelk Leiden over 1934 in
gevolge de desbetreffende regeling in de
kosten van ondersteuning van die werk
loozen zal ontvangen. De overige 10% voor
deze categorie van werkloozen neemt het
Departement van Sociale Zaken geheel
voor zijn rekening.
De kosten van de Kerstgave aan de ove
rige steuntrekkenden, dat zijn zij die steun
trekken, doch niet werkzaam waren in z.g.
„crlsisbedrijven", komen geheel voor reke
ning van de gemeente.
Het verstrekken van een overeenkom
stige Kerstgave aan diegenen, die uitkee-
ring uit een werkloozenkas genieten en,
wanneer zij onder de steunregeling vielen,
in verband met hun gezinsomstandighe
den een hoogere uitkeering zouden ont
vangen, ontmoette bij den Minister even
min bedenking. In de Kerstgave aan deze
kastrekkers draagt het Departement al
leen 10% bij. De resteerende 25% komen
uitsluitend ten laste van de gemeente.
Het college van B. en W. heeft gemeend
de Kerstgave aan de, volgens de voor
schriften van den Minister van Sociale
Zaken, daarvoor in aanmerking komende
werkloozen, te moeten uitkeeren en vraagt
achteraf nu goedkeuring.
ZIEKENFONDSPREMIE VOOR
WERKLOOZEN.
De circulaire van den Minister van So
ciale Zaken van 10 Juli j.l. in zake het
verleenen van een tegemoetkoming aan
werklooze arbeiders in de betaling van
ziekenfondspremie, is ook voor het college
van B. en W. aanleiding geweest na te
gaan, op welke wijze aan de daarin ver
vatte suggestie gevolg ware te geven.
Gelijk bekend mag worden verondersteld
is de Minister van den gedachtengang
uitgegaan, dat, voor het geval de gemeen
te een dergelijke tegemoetkoming wilde
invoeren, een regeling terzake met de zie
kenfondsen zou worden getroffen, volgens
welke de lasten van de verzekering »an
bedoelde werkloozen zouden worden ver
deeld over de gemeente, de verzekerden
en de fondsen.
Zij hebben zich derhalve in verbinding
gesteld met de te Leiden werkende zieken
fondsen en de daarbij betrokken medische
en pharmaceutlsche medewerkers. De ge
voerde onderhandelingen hebben ten slot
te tot een voor de gemeente voorlooplg
aannemelijk resultaat geleid.
De regeling, waaromtrent overeenstem
ming is verkregen, komt op het volgende
neer.
Aan de daarvoor in aanmerking ko
mende ondersteunden zal een reductie op
de ziekenfondspremie worden verleend van
twee derde gedeelte; een derde gedeelte
van die premie zullen deze ondersteunden
dus zelf moeten blijven dragen.
De reductie wordt deels voor rekening
van de gemeente, deels voor rekening van
de medische en pharmaeeutische mede
werkers der fondsen en deels voor reke
ning van de fondsen genomen en wel in
de verhouding van 4 3:2.
Hoewel deze regeling weer een nieuwe
RECLAME. 4971
Hier is het geheim van de charme
van menige vrouw: „Castella"~
Dobbelman's schoonheidszeep.
öun U zelf deze weldaad
Masseer en parfumeer Uw huid
mei Castella's geurige oliën.
lOV Castella koestert Uw huid tot zij
IX/2 wordt ais een wonder van
Cent charmante zachtheid.
OP Q GOEDE ZEEP STAAT
In de week van 14 t/m. 19 Januari wer
den in Nederland 93 faillissementen uit
gesproken.
J. Z. te L. Indien de waarde minder
dan f. 100 bedraagt, wordt er geen perso-
neele belasting geheven.
Q. te Q. De studie aan de School voor
Dienstplichtige Onderofficieren-Admini
strateurs (S.D.O.A.i is geen sinecure. Zij,
die over een goed verstand en veel werk
lust beschikken, kunnen bij-studie ver
richten; zulks is reeds, met succes, voor
gekomen
en tevens een, in verband met de moei
lijke tijdsomstandigheden, niet onbelang
rijke uitgave van de gemeente vergt, mee-
nen B. en W. toch, nu ook de vorenge
noemde medewerkers en de fondsen blijk
hebben gegeven tot een offer bereid te
zijn, het medewerken aan de tot stand-
koming van een regeling op den aange
geven voet te kunnen aanbevelen.
De regeling zal voorlooplg gelden voor
den duur van een jaar. Vóór den afloop
van dien termijn zal een eventueele voort
zetting nader onder oogen worden gezien.
Het tijdstip van ingang van de regeling
kan nog niet worden bepaald, aangezien
nog eenig overleg aangaande de prakti
sche uitvoering moet plaats hebben; het
bepalen Van dat tijdstip stellen B. en W.
daarom voor aan hen over te laten.
Vermits het bedrag van de uitgave,
welke uit de regeling voor de gemeente
zal voortvloeien, niet met juistheid is te
ramen, ware de financieele regeling van
deze aangelegenheid te zijner tijd afzon
derlijk vast te stellen.
DE ARBEIDSBEMIDDELING.
De in deze gemeente bestaande bepalin
gen met betrekking tot de gemeentelijke
arbeidsbemiddeling moeten nog in over
eenstemming worden gebracht met de
voorschriften van de op 1 Januari 1932 in
werking getreden Arbeidsbemiddelingswet
1930.
Voor zoover hier in hoofdzaak van be
lang, bepaalt de wet het volgende:
Eike gemeente met 15.000 of meer in
woners is verplicht een arbeidsbeurs op
te richten en in stand te houden.
Het toezicht op de arbeidersbeurs wordt
opgedragen aan een commissie, bestaande
behalve uit een voorzitter, uit een gelijk
aantal, doch ten minste twee, werkgevers
en werknemers of vertegenwoordigers
daarvan.
De voorzitter en leden worden door den
Raad benoemd, geschorst en ontslagen,
zulks, voor zoover de benoeming van de
leden betreft, niet dan nadat naar het
oordeel van den betrokken Minister alge
meen erkende centrale organisaties van
werkgevers en van werknemers of daarbij
aangesloten in de gemeente gevestigde af-
deelingen in de gelegenheid zijn gesteld
aanbevelingen in te zenden.
Met de dagelijksche leiding van de ar
beidsbeurs moet een directeur worden be
last, als hoedanig de directeur van den
Dienst voor Sociale Zaken, die reeds thans
daarmede is belast, kan worden aange
wezen.
Een en ander moet worden geregeld bij
een door den Gemeenteraad onder goed
keuring van Ged. Staten vast te stellen
verordening.
Gelijk bekend, zijn met betrekking tot
de gemeentelijke arbeidsbemiddeling
thans voorschriften gegeven in de veror
dening betreffende den Gemeentelijken
Dienst voor Sociale Zaken en in het
Reglement.
Nu de nieuwe regeling van dit onder
werp zal geschieden ter uitvoering van de
Arbeidsbemiddelingswet 1930, komt het
aanbevelingswaardig voor, dat zij bij een
afzonderlijke verordening plaats vindt, die
B. en W. hierbij voorstellen.
VOOR DINSDAG 22 JANUARI.
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Kemps boekhandelNam. 71/4 uur, ds»
de Rover van Vlaardingen.
KATWIJK AAN DEN RIJN.
Ned. Herv. Kerk: Nam. halfacht, dr. A'.
H. de Hartog van Amsterdam.
SASSENHEIM.
Ohr. Geref. Kerk: Nam. h"lfacht, ds.
Bljleveld van H&arlem.
o-
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Westbroek o.a. G. van
Montfrans, te Barneveld Te Leeuwar-i
den (Evang.) F. L. van Duykeren, cand.
te Weesp.
Bedankt: Voor Nieuwerkerk a. d. IJsel,
F. v. d. Hee, te Polsbroek.
GEREF. GEM.
Bedankt: Voor Goes, M. Heikoop, te
Utrecht.
o
Dr. S. O. LOS.
Zondag 27 Jan. a.s. viert Dr. S. O. Lo6,
de nestor van de predikanten der Geref.
kerk van 's-Gravenhage-Oost, zijn 40-jarig
ambtsjubileum.
Sietse Oene Los, die uit een bekend pre
dikantsgeslacht stamt, werd 12 Oct. 1871 te
Amstelveen, waar zijn vader predikant was,
geboren. Hij studeerde aan de Theol.
School te Kampen, waar hij in 1894 can-
didaat werd. 27 Jan. 1895 aanvaardde hijj
het predikambt bij de Geref. kerk van Zalk
waar zijn vader hem bevestigde. In 1897
vertrok Dr. Los naar de Lier, welke stand
plaats hij in 1901 met Hilversum verwissel
de. In die dagen trad hij in den Geref.
Jongelingsbond op den voorgrond. Dr. Los,
die in de Lier secr. was van de A.R. Kies-
vereeniging in het district Loosduinen,
werd voorzitter van de Noord-Hollandsche
Afd. en lid van het bondsbestuur van den
Geref. Jongelingsbond. In Hilversum
bracht Ds. Los de ineensmelting van de
kerken A. en B. tot stand en gedurende
zijn verblijf promoveerde hij in 1905 aan de
Rijksuniversiteit te Utrecht tot doctor in de
philosophie op een dissertatie getiteld:
„Aristoles in Nederland".
In 1908 nam hij een beroep aan naar de
Geref. kerk van Pretoria, waardoor zijn op
treden een verzoening tusschen de Neder
landers en Afrikaanders tot stand kwam.
Hier werd Dr. Los ook de vertrouwensman
van Paul Kruger, bij wien hij kort voor
diens dood in Menton vertoefde gedurende
5 maanden. In 1914 volgde zijn benoeming
tot hoogleeraar aan de Theol. School te
Potchefstroom, waar hij ook les gaf aan
het Universiteitscollege in de Philosophie.
Dr. Los aanvaardde zijn professoraat met
een inauguratie over de Na-catechisatie. In
Zuid-Afrika heeft Dr. Los verdienstelijk
werk gedaan en in 1912 werd hij op voor
stel van premier Hertzog door de Univer
siteit van Kaapstad honoris causa benoemd
tot Magister Artium (meester in de lette
ren).
In 1920 vertrok Dr. Los met verlof naar
Nederland en legde hij om huiselijke rede
nen zijn professoraat neder. Van de op
hem uitgebrachte beroepen nam hij dat
naar de ongedeelde kerk van 's-Graven-
hage aan als opvolger van wijlen Ds. v. d.
Linden. 26 Jan. 1921 deed hij zijn intrede
in de Nieuwe Zuiderkerk in de Residentie
sprekende over Hebr. 4 12, na vooraf te
zijn bevestigd in denzelfden dienst door
zijn neef, Dr. S. O. Los van Giessendam. 12
Mei 1922 promoveerde de jubilaris aan de
Vrije Universiteit tot doctor in de theologie
op een proefschrift getiteld: „Het gevoel in
de H. Schrift" onder leiding van wijlen
Prof. Dr. W. Geeslnk. Ook hier slaagde dr.
Los cum laude voor zijn doctoraal examen.
Dr. Los is o.m. medewerker aan het Chr.
Paed. Tijdschrift, aan het weekblad van de
Ver. van Christ. Onderwijzers en aan het
Kerkblad van de Geref. Kerken van
's-Gravenhage. Tijdens zijn verblijf te
Hilversum redigeerde hij ook de Hilver-
en Vechtbode. Hij is voorzitter van de
commissie ad art. 19 der statuten van den
Schoolraad en was ook bestuurslid van het
Paed. Congres. Van zijn werken noemen
we: Beginselen van de karakterkunde;
Persoonlijkheid en karakter in de H.
Schrift; Groote Paedagogen; Moderne pae-
dagogen en richtingen" enz.
Dr. Los was ook secr. van de Ver. voor
Christ. Paedagogiek. Hij is vanwege de
Geref. Ver. voor Drankbestrijding gedele
geerde in de Nat. Commissie tegen het
Alcoholisme en trad in 1931 op als referent
op het Enkratela-congres.
Dr. Los gaat nu met emeritaat. A.s. Don
derdag zal hij in de Westerkerk afscheid
nemen van zijn gemeente. Dr. Los is voor
nemens opnieuw een reis te maken naar
Zuid-Afrika, waar een van zijn zoons bijl
het onderwijs dient. Tevens hoopt hij zijn
rusttijd te besteden aan het persklaar ma
ken van twee werken: Ned. Paedagogen en
Karakterkunde voor de rijpere jeugd. In de
paedagogische wereld heeft D:. Los naam
gemaakt door zijn nieuwe classificatie van
de karakters.
Er heeft zich in de gemeente van dert
Haag-Oost een commissie gevormd om den
jubilaris te huldigen.
Dr. Los zal morgenmiddag en -avond in
zijn pastorie recipieeren.
ONDERTROUWD.
J. v. Drecht, jm., 31 jaar en C. E. van
Ingen, jd. 22 jaar W, Wapstra, jm., 31'
jaar en W. Fuchs, jd. 26 jaar J. C.
Paauw, jm. 30 jaar en N. Thonies, jd. 29 j.
De Motor- en Rijwielwet ver-
hirJ •i*drukkelijk het rijden met
open knalpoi binnen de bebouwde
kom der gemeente.