De begrafenis van minister Kalff.
75«to Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 18 Januari 1935
Derde Blad No. 22952
Het laatste afscheid op „Westerveld".
BINNENLAND.
BESTEL EEN WINTERBOEK
CORRESPONDENTIE.
(Vervolg van gisteren.)
Om half drie hadden zich op de be
graafplaats ter weerszijden van den weg,
die de rouwstoet zou afleggen eenige hon
derden belangstellen geschaard. Tot hen
behoorden o.a. mr. J. Schokking, vice-ad-
mlraal Rambonnet en lult.-generaal Mul
ler Massis, leden van den Raad van State,
de hoofdingenieur directeur van den Rijks
waterstaat te Haarlem lr. W. G. C. Ge-
llnck, de hoofd-ingenieur P. J. van Voorst
Vader, verder de heer A. W. Hacke, dlr.-
generaal van het Depart, van Arbeid,
Herbert Cremer, directeur der Dell Maat
schappij, mr. G. Vissering, oud-voorzitter
van de commissie voor de Zuiderzeewerken
en oud-pres. van de Nederlandsche Bank,
lr. S. Smeding directeur van den Wierin-
germeerpolder, lr. Houben, directeur van
den Rijksdienst tot uitvoering van de Zui-
der zee steunwerken, Jhr. van den Bergh
van Heemstede, vertegenwoordiger van de
Kon. Ned. Ver. voor de Luchtvaart, ir. A.
Wurfbain, lid van den Raad van Beheer
der K.L.M. A. Plesman, dir. d. K.L.M.mr.
W. F J. Froweln, voorz. van de directie
der Staatsmijnen in Limburg, dr. H. M.
Hirschfeld, directeur-generaal van het
Departement van Handel en Nijverheid,
dr. A. Hammersfeld, griffier van het
Permanent Hof van Intern. Justitie te Den
Haag en dr. W. Schucking, lid van dit Hof,
ir. H. M. Damme, directeur-generaal van
P.T.T., lr. M. Damme, directeur van Werk
spoor, waarvan de overledene eveneens het
directeurschap heeft bekleed.
Namens de Vrijheidsbond waren aan
wezig mr. W. C. Wendelaar, M. H. de Boer,
mr. J. Rutgers en H. J. Pippel.
Namens de Eerste Kamerfractie van
deze partij waren er mr. D. Fock, mr. H.
Smeenge en mr. Gelderman; namens de
Tweede Kamer-fractie dr. Blerema, C. J.
van Kempen en H. D. Louwers.
Voorts merkten wij o.a. op den voorzitter
der Eerste Kamer, baron de Vos van Steen-
wijk, vele leden van de Eerste en Tweede
Kamer, den deken van het Corps Diploma
tique te Den Haag, baron Von Adler Creutz
Zweedsch Gezant en jhr. mr. dr. A Röell,
commissaris der Koningin in Noord-Hol
land.
Om 3 uur werd de met bloemen bedekte
kist uit de kapel gedragen. Achter de dra
gers schaarde zich de familie, onmiddel
lijk gevolgd door den minister-president
en alle ministers.
Terwijl de stoet grafwaarts schreed,
speelde het bij het graf opgestelde spoor-
harmoniecorps Crescendo, waarvan de
overledene beschermheer was „Ases Tod"
van Grieg.
Achter het eerste deel van den stoet
sloten zich honderden belangstellenden
aan. Ook rondom het graf stonden vele
honderden belangstellenden.
(Reeds geplaatst in een deel onzer
vorige oplage.)
Nadat de kist met het stoffelijk over
schot in de groeve op de begraafplaats
Westerveld was neergelaten, trad minis
ter-president dr. H. Colijn naar voren.
Deze sprak ongeveer in de volgende be
woordingen.
Rede dr. H. Colijn.
Het is op uitdrukkelijk verlangen van
de familie, dat deze teraardebestelling een
strikt eenvoudig karakter zql dragen. Om
die reden is dan ook afgezien van een ter
aardebestelling met militaire eer, zooals
door de Regeering was aangeboden Ook
is het de wensch van de familie, dat hier
geen groep van redevoeringen wordt ge
houden, doch er is slechts aan enkelen
gelegenheid gegeven te getuigen van hun
waardeering voor hem, die van ons is
heengegaan.
Het is spr. een sterke behoefte om hier
in het openbaar te getuigen van zijn
groote waardeering van hem en zijn ambt
genooten voor den heengeganen collega.
Dit sterven is niet omgegaan buiten de
ambtelijke taak. Tijdens een ambtelijken
reistocht is de kiem gelegd voor de ziekte,
die hem sloopte. Men vergete niet, dat de
groote spanningen, ook in zijn werk het
weerstandsvermogen van deze krachtige
figuur verzwakt hadden.
Toen spr. twee jaar geleden door H M.
de Koningin geroepen werd een ministerie
samen te stellen en besloten had daarin
ook een vertegenwoordiger van de liberale
richting in ons land op te nemen, gingen
wijn gedachten al heel spoedig naar den
heer Kalff. Spreker toch had hem aan het
werk gezien als directeur van de Spoor
wegen, waar hij met vaste hand en groot
beleid het bewind voerde. Hij heeft zich
niet vergist in zijn karakter.
Van politieke personen kan men, wan
neer zij voor een openbare taak geroepen
worden, verlangen dat ze aan die roep
stem gehoor geven. Hier was dit anders.
De heer Kalff had een aangenamen werk
kring, doch verwisselde dien in een moei
lijke periode voor een functie in 's Lands
belang, waarbij hij bovendien belangrijke
persoonlijke offers bracht. Zijn werk was
zeer moeilijk. Op verkeersgebied toch
heerschte een bijna chaotische toestand
en het was zijn taak, daarin verbetering
te brengen. Voor die verbetering heeft hij
de grondslagen gelegd.
Doch helaas heeft hij de voltooiing er
van niet kunnen aanschouwen. Zijn heen
gaan beteekende een groot, bijna onher
stelbaar verlies voor den lande. Hij bezat
verschillende eigenschappen, die hem bui
tengewoon geschikt maakten voor zijn
ambt. Hij was in elk opzicht de regent,
iemand die het verstond wat regeeren be-
teekent, doch daarnaast had hij de groote
gave samen te kunnen werken met men-
schen van andere richting.
Hij is als liberaal ln het Kabinet getre
den en hij is liberaal gebleven, maar een
van zeer voorname allures. Hij zocht naar
wat vereenigde en niet naar de verschillen
Als minister verliezen ook zijn ambtge-
wwten veel aan hem, evenals het land
dat hij zoo trouw gediend heeft. Het zal
zeer moeilijk zijn een vervanger voor hem
te vinden.
Als mensch is heengegaan een man, die
door hoffelijkheid, welwillendheid, zake
lijkheid en bondigheid, sterk zal worden
gemist. Zijn karakter is boven sprekers
lof verheven. Hij was wat de Engelschman
zoo typeerend uitdrukt: Every inch a
gentleman. Dat is de getuigenis, die spre
ker mede namens zijn ambtgenooten aan
dit graf wil afleggen.
Doch het laatste woord mag dit niet zijn
Zijn groote gaven van hart en verstand
had ook hij ontvangen van Hem, van Wien
alle gaven afdalen. Wij zijn Gode dank
schuldig voor hetgeen Hij het Vaderland
in dezen man geschonken heeft.
Na den minister-president trad naar
voren dr. H. van Manen, lid van de direc
tie der Ned. Spoorwegen, die de volgende
rede heeft uitgesproken:
Toespraak van dr. H. van Manen
Dr. H. van Manen wees er op, dat het
arbeidsveld van minister Kalff voorname
lijk het spoorwegbedrijf is geweest. Wat
voor andere belangrijke werkzaamheden
hij daarnaast of daarna ook verricht heeft.
Vijf en dertig jaar heeft hij dat bedrijf
met al zijn gaven gediend. De Ned. Spoor
wegen hebben het daarom op hoogen
prijs gesteld, dat hier namens hen getuige
nis mag worden afgelegd van hun diep
gevoelde waardeering voor zijn werk en
zijn persoon.
Reeds op 40-jarigen leeftijd werd Kalff
in de leiding der Hollandsche IJzeren
Spoorweg Maatschappij opgenomen. Hij
was daartoe bij uitstek geschikt, man van
karakter, begiftigd met een scherp ver
stand en met een warm hart, streng maar
rechtvaardig en gevoelig voor de leiding
van het zoo veelzijdige spoorwegbedrijf.
Gedurende 20 jaar heeft hij daarvan deel
uitgemaakt en in die jaren werd de con
currentie geleidelijk door samenwerking
vervangen en had samensmelting tot één
bedrijf plaats. De moeilijkheden van de
oorlogsjaren en na-oorlogsjaren werden
overwonnen en het bedrijf kwam tot ver
dere ontwikkeling. Het is niet mogelijk,
doch ook niet noodig van dat alles het
persoonlijk aandeel van Kalff aan te wij
zen, men kan het moeilijk te groot nemen
of de beteekenls er van te hoog aanslaan.
Hij was een harde en degelijke werker, die
nimmer overhaast een beslissing nam. Hij
hield van rustige bestudeering en over
weging en stond open voor overleg. Hij
was een aantrekkelijk mensch, die gaarne
een ander hielp en elk onaangenaam
woord vermeed, zoolang dat mogelijk was.
Bij zijn afscheid van de spoorwegen had
hij ook van dat gedeelte van het per
soneel, dat hem na de fusie met tegenzin
en wantrouwen had ontvangen, het ver
trouwen en de liefde weten te winnen en
zagen allen hem noode gaan.
Het is met diepen weemoed, dat wij
thans voor altijd afscheid nemen van den
man, die voor de Nederlandsche Spoor
wegen zoo ontzaggelijk veel heeft gedaan.
Namens de Nederlandsche Spoorwegen
zal de naam Jacob Adriaan Kalff bewaard
blijven als die van een der meest toege
wijde dienaren en een der bekwaamste
leiders en wie het, zooals ik, steeds een
voorrecht gevonden hebben, met hem te
mogen samenwerken, zielen zijn nage
dachtenis in hooge eere houden. Hij ruste
in vrede.
Toespraak mr, Wendelaar.
Mr. W. C. Wendelaar sprak als voor
zitter van den Vrijheidsbond het volgende:
De Liberale Staatspartij de Vrijheids
bond zal het op hoogen prijs stellen, dat
de familie mij de gelegenheid heeft ge
geven hier een woord van groet te bren
gen aan den man, die hare beginselen met
zooveel overtuiging aangehangen en met
zooveel bekwaamheid verdedigd heeft,
overal waar zulks noodig was.
Vast in de leer en toch soepel genoeg
om zich aan te passen aan de eischen van
een abnormalen tijd; krachtig in de zaak
maar zoo eenigszins zacht naar den
vorm; van zijn groot verstand het uiterst
mogelijke vragend doch zonder de
eischen van zijn gevoelsleven te veron
achtzamen: zóó heeft Kalff, de stoere,
ernstige werker, gearbeid in onzen geest
voor het vaderland.
Namens den Vrijheidsbond breng ik hem
daarvoor eerbiedig onzen warmen dank
en verzeker ik mevrouw Kalff en de ver
dere familie, dat wij trotsch als wij op
hem waren bij zijn leven na zijn heen
gaan hem niet zullen vergeten, maar hem
zullen blijven eeren.
Mr. J, Kalff Jr. spreekt.
De oudste broer van den overledene mr.
J. Kalff Jr.. oud-hoofdredacteur van het
Algemeen Handelsblad, had het woord ge
vraagd om te zeggen wat zijn gezin en de
familie in den overledene verliest. Zijn
heengaan laat een leegte achter, welke op
smartelijke wijze wordt gevoeld. Wij waren
trotsch op hem, niet in het minst toen hij
zich ging wijden aan de zaken van
's Lands belang. welke zaken tenslotte
echter teveel van zijn krachten hebben
gevergd. Zijn heengaan is een onherstel
baar verlies voor zijn gezin, waarvan hij
het middelpunt vormde. De herinnering
aan hem gaat gepaard met groote dank
baarheid. Moge hij voor zijn kinderen een
lichtend voorbeeld zijn.
Tot slot sprak de oudste zoon van den
overledene, de heer J. Kalff, die mede
namens de familie allereerst dank bracht
aan H, M. de Koningin voor de betoonde
belangstelling bij het overlijden en voor
het feit, dat Zij zich wel bij deze plechtig
heid had willen doen vertegenwoordigen.
Het speet de familie, dat zij verschil-
1-nde personen, die hier hadden willen
snreken, had moeten telem\st"!len. De heer
Kalff bracht dank ->an den spreker, en
aan allen, die hierbij tegenwoordig zijn en
besloot met enkele woorden van dank
baarheid en liefde tot den overledene.
HET WERKFONDS-1934.
EERST THANS BEGINT 'T RADERWERK,
ZIJ HET OOK MOEIZAAM, TE LOOPEN.
Uiteenzetting van mr. Beyen.
In een vergadering van het departement
Den Haag van de Nederl. Maatschappij
voor Nijverheid en Handel heeft de heer
mr. J. W. Beyen, voorzitter van het Werk
fonds 1934, een uiteenzetting van dit fonds
gegeven.
Spr. zeide dat helaas het werkfonds een
teleurstelling is geworden. Het is met
groote praal ingehaald, doch al spoedig
bleken de organisatorische moeilijkheden
bijzonder groot en maandenlang heeft het
fonds met kinderziekten te kampen gehad.
Eerst thans pas begint het raderwerk, zij
het ook moeizaam, te loopen. Spr. wees op
de groote verwachtingen en belangstelling,
welke men van en voor dit werkfonds ge
koesterd heeft. Ongeveer 850 plannen zijn
ingediend, tezamen vorderende een bedrag
van ruim f. 250 millloen.
Maar het Werkfonds had niet alleen geld
uit te geven om de binnenlandsche con
junctuur op gang te brengen en de werk
gelegenheid te verruimen, doch daarbij was
uitdrukkelijk bepaald, dat het aanpas
singsproces, dat zich in Nederland ging
voltrekken, door het Werkfonds niet ver
stoord mocht worden. Dit bracht mede, dat
ln vele gevallen bijzondere eischen zouden
moeten worden gesteld.
In het begin van den arbeid van het
fonds stonden openbare werken en de uit
voering daarvan op den voorgrond. Men is
begonnen met te onderzoeken welke wer
ken ln de groote gemeenten voor uitvoering
in aanmerking kwamen. En al spoedig
slaagde men er in een aantal projecten te
voor werkverruiming en het Werkfonds.
Zij zoeken naar opdrachten. Blijft een op
dracht uit, dan wordt geïnformeerd, wat
de reden daarvan is. En is de reden dan
van financieelen aard, dan wordt de mo
gelijkheid van steunverleening nagegaan.
Er wordt naar gestreefd, zooveel moge
lijk de bedrijfstak te helpen, en niet het
bepaalde bedrijf.
De scheepsbouw valt buiten de wer
kingsfeer van het werkfonds.
Wel wordt herhaaldelijk op het belang
van deze industrie bij de regeering gewe
zen. De Nederlandsche scheepsbouw hangt
zoozeer samen met den steun aan de
scheepvaart, dat slechts de regeering dit
vraagstuk kan overzien.
Wat Duitschland betreft, in de daar te
lande gevoerde politiek zeide spr. dat men
moeilijk kan volhouden, dat dit een ver
standige politiek is. Het kan goed afloo-
pen, maar dit is niet van te voren te
zeggen.
o
DE INDISCHE BEGROOTING.
VOORLOOPIG VERSLAG DER
TWEEDE KAMER.
Aan het Voorloopig Verslag der Tweede
Kamer, betreffende de Indische begroo
ting, wordt het volgende ontleend:
Zeer vele leden meenden, dat er reden
is, zich af te vragen of de Gouverneur-
Generaal wel steeds de gelegenheid weet
te vinden, zoodanige belangstelling aan den
dag te leggen voor de moeilijke problemen
van het oogenblik, als noodig is voor hem,
die, zonder over Indische ervaring van be-
teekenis te beschikken, tot de Landvoogdij
werd geroepen.
Bij verscheidene dezer leden had het
gevoerde beleid bovendien den indruk ge-
wekt, dat de Landvoogd niet onbevangen
vinden. Maar de besprekingen met die ge- j tegenover^de belangen^van denver-
meenten en het Rijk betreffende de finan-
ciering dier werken, eischten veel tijd.
Vooral de onderhandelingen aangaande
de loonsverlaging, welke door het Werk
fonds werd geëischt, bemoeilijkten het
werk.
Spr. wil wel verklaren, dat met betrek
king tot de doelstelling aangaande dit punt
bij het Werkfonds weinig klaarheid heeft
bestaan. Toch kan spr. niet anders zeggen,
dan dat de groote arbeidersorganisaties
hun medewerking hebben verleend bij den
arbeid van het fonds. Deze houding van de
werknemersorganisaties werd er echter
niet gemakkelijker op, omdat men van de
loonsverlaging een principieel punt maakte
Het duurde gerulmen tijd eer men zich
op dit punt gevonden had. Men moet niet
verwachten dat men loongeschillen van
het geheele land de wereld uit kan helpen
door de bescheiden wijze waarop het Werk
fonds tot nu toe zijn taak kon uitoefenen.
Echter wordt in dat opzicht, zij het ge
leidelijk, wel iets bereikt.
Naast deze steunverleening voor open
bare werken staat de industrieele steun
verleening. Tal van plannen zijn ingediend,
doch na onderzoek bleken slechts relatief
weinige indeeën voor verwezenlijking in
aanmerking te kunnen komen. De oprich
ting van nieuwe industrieën stuit bijna al
tijd af op handelspolitieke bezwaren. Wan
neer de mogelijkheid Op dit gebied echter
maar eenigszins voor verwerkeling in aan
merking komt, wordt het project ernstig en
grondig onderzocht. En spr. wil niet zeg
gen, dat het a priori onmogelijk is om met
eenige groote industrieele projecten te
komen, maar hij wil slechts een waarschu
wend woord laten hooren tot diegenen, die
al te gemakkelijk praten over de industria
lisatie van Nederland.
Dan is er een tweede groep, die van
„industriebankprojecten". Spr. kan zich
denken, dat er zich gevallen kunnen voor
doen, waarin industriebanken van nut
konden zijn. Er bestaat hier groote belang-
tselling voor. Zelfs zijn er in sommige pro
vincies instituten voor opgericht. Spr.
denkt, dat men wel spoedig bij het Werk
fonds zal aankloppen. Wat de industrie-
banken zelf betreft, spr. verwacht er niet
veel van.
In vele gevallen zou nog wel iets te berei
ken zijn door fabrikant en afnemer nader
tot elkaar te brengen.
Tenslotte is er de steunverleening voor
den export.
Uit dit alles blijkt, in welke richting het
werkfonds op het industrieele terrein het
zoekt. Hoewel het terrein moeilijk is en er
veel aan vast zit, zal men hier binnenkort
tot resultaten kunnen komen.
Voorts is er een speciale commissie inge
steld voor de jeugdwerkloosheid.
Ook heeft het Werkfonds eenige be
moeienis met het woningvraagstuk en de
daarmede verband houdende quaestie der
huurverlaging. De beslissingen op dit ge
bied moeten echter geheel aan de regee-
ringsinstanties worden overgelaten.
Tenslotte wees spr. nogmaals op den
langen tijdsduur welke de besprekingen
vorderen.
Op de rede van mr. Beijen volgde eenige
gedachtewisseling.
Mr. Beyen deelde daarna nog mede dat
voor den steun aan gemeenten een be
paald schema wordt gevolgd. Er is een
groot aantal projecten, die bijzonder in
teressant zijn, doch van geen waarde blij
ken, omdat zij niet direct uitvoerbaar zijn.
En de plannen, die inderdaad, na bespro
ken te zijn, direct uitgevoerd zouden kun
nen worden, zijn slechts gering. De in
dustrieele projecten worden alle bezien in
wekelijksche bijeenkomsten. Dat een geval
blijft liggen, is menschelijkerwijs gespro
ken uitgesloten.
De vorm van steunverleening is ver
schillend. De normale vorm is: renteloos
voorschot. Dit voorschot zal echter niet
altijd renteloos zijn, doch een bepaald
aantal jaren.
Wat betreft de besprekingen met de ar
beidersorganisaties, heeft de regeering een
bepaald standpunt ingenomen en bepaal
de toezeggingen gedaan.
Voorts deelde spr. mede, dat het Werk
fonds toegestaan heeft: 9'h millioen voor
rijkswerken, 3'/! mill, voor andere publiek
rechtelijke organen en 6 a 7 ton voor in
dustrieele ondernemingen. Spr. nam aan,
dat dit tempo in den eerstkomenden tijd
zeer versneld zal worden.
Wat de plannen betreft, deze betreffen
in hoofdzaak rijkswegen, provinciale we
gen, verbetering van waterverbindingen,
tunnelbouw, uitbreiding van Schiphol enz.
Er is verschil tusschen de commissie
schillende groepen der bevolking. De on
langs plaats gehad hebbende voorziening
in de vacature van Directeur van Econo
mische Zaken, ln welke functie een oud
voorzitter van den Indischen Onderne-
mersraad is benoemd, die gedurende zijn
geheele werkzaamheid in Indië ook tij
dens zijn optreden als lid van den Volks
raad getoond heeft slechts oog te heb
ben voor de ondernemersbelangen, had
dien indruk nog weder versterkt.
Een aantal leden meenden tegenover
een en ander het vele goede te mogen
stellen, dat door den Gouverneur-Gene
raal is en wordt verricht. Zij spraken
daarbij hun bijzondere waardeering uit
voor hetgeen de Landvoogd ten aanzien
van de gezagshandhaving, het streven
naar het herstel van het begrootingseven-
wicht en de maatregelen tot steun aan
het bedrijfsleven heeft gedaan.
Vele leden verklaarden het ernstig te
betreuren, dat tusschen de Indische Re
geering en den Volksraad blijkbaar niet
die samenwerking bestaat, welke 's Lands
belang, in het bijzonder in de tegenwoor
dige omstandigheden, eischt. Het ver
schijnsel van een conflict tusschen Re
geering en Volksraad, hetwelk naar den
geest van de Indische Staatsregeling een
uitzondering behoorde te zijn, doet zich
steeds menigvuldiger voor.
Verscheidene leden meenden, dat de
Indische Regeering bij haar bemoeiingen
op economisch gebied te aarzelend op
treedt en er te zeer voor terugschrikt,
principieel te kiezen voor een nieuwen
koers, aansluitende bij de nieuwe en ken
nelijk blijvende verhoudingen, welke een
gevolg zijn van de wijzigingen, die zich in
de laatste jaren in de internationale en
de nationale economische en maatschap
pelijke structuur hebben voltrokken.
Verscheidene andere leden zagSn den
toestand somberder in. Zij wezen op de
onrustbarende daling der inkomens, op de
voortdurende werkloosheid, op de volko
men verarming der Indische bevolking, op
de stijging der criminaliteit.
m
Verscheidene leden meenden de rijst-
politiek der Regeering ter sprake te moe
ten brengen. Deze leden vreesden, dat de
op dit stuk getroffen maatregelen tot een
prijsopdrijving hebben geleid, waarvan de
voordeelen hoofdzakelijk in de zakken der
handelaren en der eigenaren van rijst-
pellerijen terecht zijn gekomen.
Verscheidene leden konden hun te
leurstelling niet verhelen over het feit,
dat op het gebied der economische samen
werking tusschen Nederland en Indië zoo
weinig vooruitgang valt te bespeuren. In
het bijzonder achtten zij het zeer te be
treuren dat in Indië meer en meer de
voorstelling ingang vindt, dat het Neder
land bij die samenwerking er in de eer
ste plaats om te doen zou zijn, zich zelf
te bevoordeelen.
Vele leden gaven uiting aan hun te
leurstelling over het feit, dat de onder
handelingen, welke gedurende geruimen
tijd met Japan zijn gevoerd, tot een ne
gatief resultaat hebben geleid.
Enkele leden waren van oordeel, dat ten
onrechte vóór den aanvang dier onder
handelingen aan de Japansche Regeering
mededeeling is gedaan van de bestaande
voornemens tot contingenteering van den
invoer van bepaalde producten. Deze leden
meenden, dat de positie der onderhande
laars daarmede in hooge mate is verzwakt
Andere leden gaven daartegenover als
hun gevoelen te kennen, dat de Regeering,
ter bereiking van een zoo goed mogelijk
resultaat, bezwaarlijk anders had kunnen
doen dan de in voorbereiding zijnde maat
regelen tijdelijk opschorten en daarvan
aan de Japansche Regeering kennis geven
DE K. XVIII TE PERNAMBUCO.
Van den commandant van de K. XVIII
is een telegram ontvangen, dat de onder
zeeboot gisteren te Pernambuco is aan
gekomen. Alles is wel.
FUSIE O.S.P. EN R.S.P.
Inzake de fusie tusschen O.S.P. en R.S.P.
vernemen wij, dat Zondag de naam der
nieuwe partij wordt vastgesteld.
De beide partijbladen ..De Fakkel" en
„De Lantaarn" zullen verdwijnen en wor
den vervangen door het gemeenschappelijk
orgaan „De Vlam".
RECLAME-
4911
hebt een circulaire ontvangen
met de vraag:
van het landelijk comité tot steun
van werklooze intellectueelenl
Waarom hebt gij niet ge
antwoord
Wij zonden 50.000 cir
culaires rond
0 Hoeveel heeft dat gev
kost aan porti
0 En wie moet dat betalen?
BESTEL DUS NOG HEDEN
het in de pers zoo unaniem hoog
geprezen Winterboek, bij het
NATIONAAL COMITÉ
Laan Copes van Cattenburgh 6
Den Haag. Gironummer 2424
Verblijd ons nu eens met een
minimum bedrag van t 4 -. Ook
grootere giften zijn welkom.
NEDERLAND EN JAPAN.
Zullen de handelsbesprekingen
worden hervat?
Uit Tokio wordt gemeld:
Hoeroeitsji Nagaoka, de leider van de
Japansche delegatie ter handelsconferen
tie te Batavia, welke verdaagd is, wordt
18 Januari te Kobe verwacht, komende uit
Batavia. Bij zijn aankomst te Tokio zal
hij rapport uitbrengen over het verloop
van de conferentie aan het departement
van buitenlandsche zaken.
Men acht het zeer waarschijnlijk, dat
de Nederlandsch-Japansche handelscon
ferentie zal worden hervat met een suc
cesvolle beëindiging van de Nederlandsch-
Japansche scheepvaartconferentie te Kobe
die men met vertrouwen verwacht.
HET AFSCHEID DER VERKIEZINGS
COMMISSARISSEN.
Een Nederlandsche, die het plebisciet
niet licht vergeten zal.
Men meldt ons uit Saarbrücken: De
Zweedsche verkiezingscommissaris van
Dudweiler, dr. Svanstroem, is gisteren met
de, eveneens bij de verkiezingscommissie
werkzame Nederlandsche mej. Greta de
Wrede, in het huwelijk getreden. Zij heb
ben zich te Dudweiler, waar zij elkander
hebben leeren kennen, in den echt doen
verbinden.
Nadat de verkiezingscommissie zelf
leeds Dinsdag uit het Saargebied was ver
trokken, gaan nu ook de vele andere bij
de commissie in dienst geweest zijnde bui
tenlanders naar het vaderland terugkee-
ren. Het blijkt nu hoezeer zij bij hun werk
zaamheden ook in contact gekomen zijn
met de bevolking en hoezeer hun volkomen
objectiviteit en de nauwgezetheid, waar
mede zij in deze moeilijke dagen de leiding
gevoerd hebben, door de bevolking op
prijs is gesteld, hetgeen ook tot uiting
komt in de bij hun vertrek aan hen in de
bladen gewijde artikelen en beschouwin
gen. Daarbij wordt o.m. opgemerkt, dat
juist in stilte veel goed en opofferingsvol
werk is verricht voor de menschen, waar
voor men dezen buitenlanders dankbaar
kan zijn.
o
DRUKTE IN DE OLIE-INDUSTRIE.
Groote orders uit Amerika.
Naar het Nederlandsch Weekblad voor
Kruidenierswaren verneemt, verkeert onze
olie-industrie thans in een periode van
groote bestellingen door Amerika, waar
een aanzienlijk tekort aan oliën en vetten
dreigt. Op grond van de plaats gehad heb
bende verkoopen mag verwacht worden,
dat deze drukte nog geruimen tijd zal
aanhouden. Als gevolg van een en ander
zijn de binnenandsche prijzen belangrijk
opgeloopen. De noteering van ruwe ara-
chide-olie is in weinige weken nagenoeg
verdubbeld.
Naar de „Tel." verneemt zijn deze orders
te danken aan het feit, dat de katoen-
zaadpitten-oogst, in Amerika gedeeltelijk
mislukt is. Inplaats van dertien millioen
kilo was de opbrengst slechts negen mil
lioen kilo. Bovendien is door de groote
afslachtingen van vee de vetproductie
aanzienlijk verminderd.
Als gevolg van een en ander werken onzo
olie- en vetfabrieken dag en nacht en
zelfs op Zondag.
Abonné. Ingezonden Stukken op poli
tieke redevoeringen kunnen wij niet
opnemen.