acobus Arminius L Het 300-jarig bestaan van het Remonstrantsch Seminarium Gedenksteen voor Arminius. u 75sle Jaargang MAANDAG 29 OCTOBER 1934 No. 22885 Leidsch Crisis-Comité. STADSNIEUWS. Gedenkrede van Prof. Dr. G. J. Heering. Het voornaamste Nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIEN: 30 Cts. per regel voor advertentlën uit Lelden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertentlën 35 Cts. per regel. Kleine advertentlën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque* en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT:; Voor Lelden per 3 maanden f. 2.35; per week 1.0.18 Bulten Lelden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 Franco per post f. 2.35 portokosten. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen EERSTE BLAD. diro No. 188690. Beden ontvingen wij per ka<s: 34e collecte Tan een H.B.s. voor Meisjes f. 53.95. centrale bond van werkmeesters Het derde lustrum van de aldeeling Leiden. Zaterdagavond heeft de afdeeling Leiden van den Centrale Bond van Werkmeesters en ander Opzichthoudend Personeel haar 15-jarig bestaan gevierd in café-restau rant „Zomerzorg". De Voorzitter der feestcommissie opende de feestelijke bijeenkomst en heette de talrijke aanwezigen hartelijk welkom. Er waren verscheidene afgevaardigden aan wezig van andere afdeelingen en van organisaties, aangesloten bij den Bestuur- dersbond Leiden van de Ned. Vakcentrale, die ook een deputatie gezonden had. Als eerste spreker trad op de Algemeene Bondsvoorzitter, de heer Jeronimus. Spre- fcer gaf in zijn rede een overzicht van de otgeloopen 15 jaren. Hij herinnerde er hierbij aan, dat de afdeeling Leiden dik wijls met moeilijke tijden te kampen heeft gehad en wekte tenslotte de leden op steeds met hun bestuur samen te werken om de aldeeling te versterken. De verschillende afgevaardigdenboden vervolgens het bestuur van de jubileerende aldeeling hun beste wenschen aan en lie ten die vergezeld gaan van bloemen, zoo dat na al deze gelukwenschen het podium één en al bloemenpracht was. De heer Buschgens, voorzitter der afd. leiden, bedankte hierna de sprekers voor hun goede wenschen. Het muziekgezelschap „The Blue Rhythm Boys" bracht er toen door eenige pittige nummers de stemimng in en droeg den geheelen avond bij tot het slagen van het leest. Na een welgeslaagd optreden van het duo Matron werd er een ruim gebruik ge maakt van de gelegenheid tot dansen en al spoedig ging het er toen vroolijk aan toe. Om 1 uur vereenigden de aanwezigen ith aan een gezellig souper. Ook hierbij voerden nog verschillende sprekers het woord. Een extra verrassing was nog het op- heden van het duo Speenhof Jr. ter op luistering van het souper. Na afloop van den maaltijd bleef men oog eenigen tijd gezellig bijeen, totdat om ongeveer halfvier het feest besloten werd met een kort woord van den voorzitter. DE ZONNESTRAAL-COLLECTE. Het comité voor de Zonnestraal-collecte bericht ons met groote erkentelijkheid voor de van vele zijden ondervonden me dewerking dat de Zaterdag j.l. gehouden bloempjesverkoop ten bate der t.b.c-be- strijding het prachtige bedrag van 1613. heeft opgebracht. Het vorige jaar bedroeg de opbrengst ruim f. 1200.—. be LOONSVERLAGING BIJ DE H.T.M. Het personeel kan er zich niet mee vereenigen. De leden van den Personeelraad der H.T.m. hebben aan de Directie medege deeld, dat zij zich niet kunnen vereenigen net een verlaging der loonen met 12 pet en een gelijktijdige verhooging van de Pensioenbijdrage met VU Prof. dr. G. J. Heering. In het groot-auditorium der Universiteit aan het Rapenburg is hedenmiddag in te genwoordigheid van de ministers Kalff en Slotemaker de Bruine, curatoren van het Seminarium der Remonstrantsche Broe derschap, vele vooraanstaande personen en predikanten dier gemeenschap, vertegen woordigers van het college van curatoren der Leldsche Universiteit, der rector-mag- nificus, prof. dr. W. van der Woude en den secretaris van den Academischen Senaat, prof. mr- A. S. de Blécourt en veie andere belangstellenden, op plechtige wijze het driehonderdjarig bestaan van dat Semi narium herdacht. Prof. dr. G. J. Heering sprak hierbij een gedenkrede uit. Nadat prof. Heering de vertegenwoordi gers der regeering (de ministers Kalff en Slotemaker de Bruine) en den burgemees ter van Leiden had begroet, verwelkomde hij de curatoren, professoren en studenten der universiteit, de afgevaardigden van bevriende seminaria, van zusterkerken en andere godsdienstige corporaties, de be stuurders en predikanten der Remon strantsche Broederschap, de vertegenwoor digers harer gemeenten, enz. Zijn rede aanvangende, wees prof. Hee ring op de ironie der geschiedenis, die het Remonstrantsch Seminarium naar Leiden had teruggebracht, waar het den grooten voorgangers (Arminius, Episcopius) zoo slecht was vergaan. Doch hierin schuilt meer dan ironie, o.a. gerechtigheid. De verkettering heeft opgehouden en de Leidsche hoogeschool beantwoordt weer aan de bedoeling van den grooten Stich ter, dat zij zou strekken tot zetel en be scherming der vrijheid. Een woord van dankbaarheid wijdde spreker aan het oude Amsterdam, dat door zijn Athenaeum Illustre de stichting van het Remonstrantsch Seminarie mogelijk maakte en deze kweekschool tegen de op dringende vijandschap heeft verdedigd. Dat de Amsterdamsche Universiteit zich op deze herdenking heeft willen laten ver tegenwoordigen, verheugt hem. Van 1634 af, toen Episcopius het open de. heeft een onafgebroken rij van profes soren het Seminarium bediend. Spr. noemt Foto Rameau. FUiT IN BATAVIA Vip. qUEM QUI NORANT NON POTUERUNT SATIS AFSTIMARE QUI NON AESTIMAVERUNT NUNQyAM SATIS COGNOVERUNT 1603-1609 PROFESSOR IN DE THEOLOGIE AAN DE LEIDSCHE UNIVERSITEIT IC) OCTOBER l60C) (S^ALHiER BEGRAVEN in eerbiedige herinnering aangebracht dook leerlingen en oud-leerlingen van het seminarium der remonstrantsche broederschap bij het derde eeuwfeest zs october 19^4. van den Arminius-gedenksteen, welke hedenmiddag ter gelegenheid van de her- "ring yan het 300-jarig bestaan van het Remonstrantsch Seminarium in de Pieterskerk werd onthuld. en schetst de meest bekende en ten slotte spr.'s naaste voorgangers, Tideman, Tiele, en Groenewegen, die met eerbied werden herdacht. Toen prof. Heering in 1917 hun taak overnam, voldeed hij aan een be hoefte zijns harten en richtte hij het Con vent van Remonstrantsche predikanten op, zoodat de hoogleeraar voortaan in gere geld contact bleef met de voorgangers der Broederschap. Bij het tweede eeuwfeest in 1834 heeft prof. Des Amorfe van der Hoeven den wensch uitgesproken, dat het Seminarie geen derde eeuwfeest meer noodig zou hebben. In optimistische verwachting zag hij de evangelische Christenheid vereenigd in één kerk, die geen anderen naam zal dragen dan dien van Christus. Verbroede ring rondom den Heiland, in gehoorzaam heid aan Gods Woord, zóó zag hij, „het morgenrood van een nieuwen beteren tijd". Deze profetie is echter niet vervuld. Wij vragen ons af, of wij niet het avondrood eener geestelijke bescnaving aanschouwen. En wat het Remonstrantsch beginsel be treft, van „vrijheid en verdraagzaamheid" dit voelt zich in de groote kerken nog niet veilig. Bovendien heeft de Broederschap in dezen tijd voor nog andere goederen te waken. Het historisch en wezenlijk beginsel der Remonstranten kan volgens spr. het best gedefinieerd worden als: „Erkenning van de godsdienstig zedelijke autonomie der persoonlijke consciëntie": een autonomie, die tevens theonomie is, omdat zij inner lijk gebonden is aan de eeuwige wetten Gods, aan het Evangelie van Jezus Chris tus, dat in den Bijbel en in het heiligdom des harten spreekt. Het Evangelie, beleden naar persoonlijke opvatting, was 't richt snoer. Uit dit hoofdbeginsel kunnen vrij wel alle trekken van den hardnekkigen strijd, dien de Remonstranten te voeren hadden, worden afgeleid: 1. Hun strijd tegen den formulierdwang. 2. Hun ijveren voor 't vrije bijbelonderzoek. 3. Hun opstandigheid tegen de leer der praedestinatie, die volgens hen de verlos sing mechanisch maakte, en die in strijd was met de universeele liefde Gods. 4. Het sterk ethisch karakter van hun godsdien stigheid en theologie. Dit laatste is een der gewichtigste punten, en thans weer van bijzonder belang. Het Remonstrantisme, zei spr., is een verzet eensdeels tegen de scholastische op vatting der theologie, die telkens tot een dialectiek van spitse en splinterige begrip pen voert, anderzijds tegen een opvatting van godsdienst, die het heil en de zeker heid van heil boven de heiliging van per soon en leven stelt. Overal, waar deze ge varen rijzen, zagen de Remonstranten de eer van God bedreigd en de theologie mis vormd tot „nuda speculatio", bloote be spiegeling, waardeloos voor God en voor menschen. Hiertegen heeft de persoonlijke consciëntie te waken, die naar niets of niemand anders te luisteren heeft, dan naar Gods stem. Zooals het oude Remon strantsche Reglement het uitdrukte: „in zaken van leer en leven onder géén pretext iemand anders dan Gode subject". Hierin zagen zij ook in Christen-humanistischen zin ,de beteekenis der menschelijke per soonlijkheid, in welke het beeld Gods wel verduisterd, maar niet verdwenen is, en die daardoor, zoo God haar roept, bevrijdt en bijstaat, kan worden tot een mensch in hooger Dienst, ,.in zelfstandige afhanke lijkheid van God" (Tidemani. In de scha duw van het ontzag voor God en bij vol strekten ootmoed ten opzichte van eigen persoon, leefde in het Remonstrantisme de eerbied voor den mensch, voor ieder men- schenkind. Men verheft God niet door den mensch te vernederen. Het Remonstrantsch beginsel van de autonomie der persoonlijke consciëntie heeft onder Gods leiding doorgewerkt in de geschiedenis. Spr. verwees naar de uit gewerkte schets door ds. G. J. Slrks van de geschiedenis der Kweekschool gegeven, welke schets, tezamen met prof. Heering's rede als Gedenkboek heden is verschenen. Het- beginsel heeft invloed gehad in de Nederlanden, maar ook bij andere volken. De staatkundige en godsdienstige vrijheid, die thans de burgers van beschaafde lan den genieten, is méé te danken aan het strijden en lijden onzer vaderen. Er schuilt waarheid in de getuigenis van James Nichols: .The Dutch Remonstrants were the real Fathers of our civil and religious liberty". Dit beginsel heeft niet uitgediend; het ziet in onzen tijd slechts nieuwe wegen voor zich Opnieuw wordt de persoonlijke vrijheid bedreigd. Met alle macht heeft zich hier het persoonlijke geweten te ver zetten. Gods leiding bedient, zich van dat geweten, vooral als het zich richt op den van God gegeven Leider. Jezus Christus, onzen Heer. De leuze ran Pius XI Chris tus Rex", zij ook onze leuze. Christus koning op alle gebieden des levens. De christelijke kerk. die te conserveeren heeft, wat God haar in 't verleden schonk, let echter vaak te weinig op heden en toe komst. Het objectieve element, vooral in de groote kerken sterk, verdringt vaak het persoonlijke en daarmee de profetische HULDIGING VAN DE UIVER-BEMANNING. goedkoope reisgelegenheid verzekerd. Aangezien nog niet vast staat waar de huldiging der Uiver-bemanning zal plaats vinden kunnen door ons op 't oogenblik nog geen reisbiljetten verkrijgbaar worden gesteld. Wel kunnen wij mededeelen dat door ons reeds gezorgd is voor een goed- koope reisgelegenheid per autobus naar de plaats van de huldiging. DE DIRECTIE. getuigenis en houding. Het is niet toevallig, dat het juist de Quakers waren, bij wie het beginsel der autonomie der persoon lijke consciëntie (the inner light) wordt erkend, die een eeuw geleden den strijd tegen slavernij en slavenhandel aanbon den. Op cultuxeel-sociaal gebied, waarmee de ware .zielszorg meer dan ooit te maken krijgt, kunnen kleine, bewegelijke licha men. gelijk ook onze Broederschap is, pionierswerk verrichten. Toen spr. met zijn overleden vriend Roes- singh 't Leidsche ambt aanvaardde, stond de wereld in brand. Zij voelden: 't eerste wat noodig is, is geloofsbezinning, bezin ning op de centrale waarheden der chris telijke waarheid. Maar zij voelden tevens: een theologie, die geen rekening houdt met de maatschappelijke en staatkundige vragen en nooden, zal meer en meer ver worden tot een „nuda speculatio", zonder waarde voor God en voor menschen. Wan neer de kerk niet meer het geweten der samenleving is, wie moet het dan zijn? Vooral het vraagstuk van het geweld, dat culmineert in het oorlogsvraagstuk, is be nauwend, daar hierdoor letterlijk alles met ondergang wordt bedreigd. Doch reeds voor Erasmus, daarna voor den Ar- miniaan Grotius was het een knellend probleem. Grotius, Remonstrantsche na zaat Van Vollenhoven heeft met een ver kwikkende geestdrift den pacifist Grotius doen herleven. De taak van den theoloog, van de kerk, is echter nog een andere dan die van den jurist. De geweldssfeer wordt vooral versterkt door het staats-absolutisme dat in een vertwijfelde wereld het hoofd opsteekt. Laat Holland zei spr. zich spiegelen aan Duitschland, waar de kerk te laat be merkte de waarheid van Harnaek's profe- tisdi woord: als de kerken hün idealen niet weten te planten in de wereld, dan zal straks de wereld haar idealen planten in de kerk. Spr. is blij te mogen zeggen, dat de Remonstrantsche Broederschap in deze beweging onmiddellijk heeft gezien (haar predikanten-convent gaf unaniem hiervan blijk) den vijand van haar begin sel de godsdienstig-zedelijke autonomie der persoonlijke consciëntie. Dit is geen individualisme, maar onmisbaar deel der christelijke vrijheid. De groote christelijke en reformatorische begrippen van de souvereiniteit Gods, van Zijn liefde, in Jezus Christus geopenbaard, de begrippen van zonde en genade, van bekeering en opstanding, van Oordeel en Godsrijk, vormen ook in het onderwijs aan het Remonstrantsch Seminarie, evenals in in onze prediking, de centrale onderwer pen. Maar het praktisch-ethisch-persona- listisch karakter onzer religie en theologie dwingt ons ook de toepassing te zoeken van het christelijk beginsel in de wereld; Gerechtigheid, barmhartigheid, solidari teit der geloovigen en eerbied voor de men- schenziel, over alle grenzen heen. Dit praktisch christendom, deze Dienst van God, op alle terreinen des levens, is de taak der gansche christelijke kerk. Het gaat niet alleen voor de wereld, maar ook voor haar om leven of dood. In dien goe den strijd des geloofs heeft de Remon strantsche Broederschap haar bescheiden maar eigen plaats, vlak bij het historisch beginsel, dat zij heeft te verdedigen: de theonome autonomie der persoonlijke consciëntie Daar is haar post, die zij niet mag verlaten. Wanneer dit beginsel met vernietiging wordt bedreigd, is het beter om, evenals onze Remonstrantsche vade ren in ballingschap of gevangenschap te gaan, dan de „acte van stilstand" te tee kenen. Een groot voorrecht achtte spr. het, om te behooren tot een Broederschap, die in dezen tijd van geweldig gebeuren en van kentering der ideeën den vuurproef van uiteenloopende meening glansrijk heeft doorstaan. Het verschil van inzicht betreft niet het geloof der Remonstranten, (dat is juist, wat hen ondanks alles vereenigt), maar de oepassing van sommige geloofs- gedachten in de wereld. Dit verschil van inzicht verlamt echter niet. maar bevor dert de kracht en spanning van ons ge meenschapsleven. Krachtens ons beginsel eerbiedigen wij elkanders persoonlijke overtuiging, in godsdienstige vrijheid en verdraagzaamheid. De overwinning zal ook hier zijn niet aan ons, maar aan Christus en Zijn waarheid. Wij zijn en blijven, wat onze Beginselverklaring zegt: „een ge loofsgemeenschap", die tot nog toe nooit gebroken is. Hier is hooger Leiding dui delijk te bespeuren. Moge door deze Leiding in de komende jaren de Broeder schap groot zijn in datgene, waarin ook een klein kerkgeoontscimn groot kan wezen. In die taak heeft het Seminarium, dat thans drie eeuwen in haar midden heeft gearbeid, haar bij te staan. Gesteund door het onderwijs der heele theologische facul- BINNENLAND. Het 300-jarig bestaan van het Remon strantsch Seminarium te Leiden Stads nieuws, le Blad). Bezoek van H. M. de Koningin aan Culemborg (Binnenland, 3e Blad). Te Amsterdam is een gedenkteeken ont huld voor wijlen den heer G. J. A. Smit (Binnenland, 3e Blad). Het smokkelen van Sperrmarken; zware straffen voor een achttal Nederlanders te Kleef (Rechtzaken, 3e Blad). Vrachtauto bij Bedum in het Boterdiep geraakt; twee dooden (Laatste Berichten, le Blad). De LondenMelbourne-race; de Miles Hawk als vijfde aangekomen. (Sport 2e Blad). BUITENLAND. Koning Leopold van België verdedigt uitbreiding der weermacht (Buitenland, 3e Blad). Zal de Koning van Siam aftreden? (Bui tenland, 3e Blad). Slotresolutie van het congres der Fran- sche radicaal-socialisten (Buitenland, 3e Blad). teit, is het Seminarium het historisch-aca- demisch studie-centrum der Broederschap, ter bezinning op haar taak en ter opleiding harer predikanten. Zijn hoogleeraren, nu reeds door drie eeuwen heen, komen en gaan. Doch het is hier, als in de gemeen ten: „de dienaars gaan voorbij de dienst Dlijft ongeschonden". In grooten dank aan God. die ons tot hiertoe heeft behoed en geleid zoo ein digde prof. Heering zijn rede gaat het Seminarium der Remonstranten zijn vierde eeuw in met de bede, dat het de wijze van studeeren door Arminius aan de orde gesteld, zich steeds meer moge toe eigenen: „die oude mannelijke en gespierde wijze van studeeren", die overal ontstaat, waar wetenschap en geloof, waarheid en leven, vereering en dienst elkaar eerlijk en vurig zoeken. Zoo deze bede wordt ver hoord, zal de Eeuwige dit Seminarium, zoolang Hem dit goed dunkt, kunnen ge bruiken als een klein en gebrekkig, maar gewillig instrument in Zijn eeuwige Hand. Hij wende het aan tot Zijn dienst, terwille van Zijn rijk, dat komt en ter eere van Zijn heiligen Naam. Na deze met groote aandacht aange hoorde rede, bracht de rector-magnificus, prof. dr. W. van der Woude namens den Academischen Senaat gelukwenschen over, waarna in de gewelfzaal der Universiteit een korte receptie werd gehouden. Vervolgens had in de Pieterskerk de plechtige onthulling van Arminius' ge denksteen plaats, waarbij het woord ach tereenvolgens gevoerd werd door dr. Haentjes, die de samenkomst opende, jhr. ir. G. de Graeff, voorzitter der Broeder schap en den heer J. P. Mulder, voorzitter van de gemeente-commissie der Ned Herv. Kerk. Om halfvijf werd in de Lakenhal de historische tentoonstelling door ds. G. J. Sirks geopend, waarna dr. H. C. Diferee uitleg gaf. terwijl tenslotte prof. dr. L. J. van Hoik in de bovenzaal, waar het inte rieur van het oude Remonstrantsche kerkje van Bleiswijk bewaard staat, het officieele gedeelte der herdenking sloot. Wij komen op een en ander nader terug. LITTHERHERDENKING DER VRIJZ. CHR. FEDERATIE. Het is een verheugend verschijnsel, dat de Federatie der Vrijzinnig Doopsgezin den. Hervormden, Lutherschen en Remon stranten en de Jongeren en Studenten bonden nu voor de zevende keer in een dracht den Lutherdag willen vieren. Het is de avond van het Protestantsch eenheidssymbool, en wij mogen zeggen, waar protestantenvervolging ook vandaag nog plaats vindt, dat bezinning op de woorden van het protestantsch geloof, een ernstiger en dieper beteekenis voor velen zal hebben dan zij hadden kunnen den ken. De spreker is ds. N. Padt, voorheen te Zandvoort, thans te Zutfen, terwijl ds. J. Ph. Makkink alhier den avond hoopt te leiden. Het vierstemmig Federatiekoor zal een drietal liederen te gehoore brengen. Voor bijzonderheden zie de advertentie in dit nummer.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 1