De koning van Zuid-Slavië en minister Barthou door een Kroaat gedood. 75rte Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 10 October 1934 Vierde Blad No. 22867 KONINGSMOORD TE MARSEILLE O Wijlen Koning Alexander van Zuid-Slavië. Kort nadat Koning Alexander van Joego-Slavië te Marseille geland was heeft een Kroaat een revolveraanslag gepleegd op den Koning en de personen, die in dezelfde auto gezeten waren. De dader sprong op de treeplank en schoot van daar af zijn automa- tischen revolver leeg op de vlak bij hem zittende personen. De dader werd van de treeplank geslagen. Men reed door naar het huis van den prefect van politie. Kort na aankomst aldaar overleed de Koning. Barthou, de Fransche minister van buitenlandsche zaken, was in den arm en in den buik gewond. Hij moest geopereerd worden. Tijdens de operatie overleed hij. De plaatselijke Fransche commandant en de bevelhebber van het Fransche eskader werden zwaar gewond. De moordenaar is bijkans doodgeslagen. De feestelijke ontvangst, die men den Zuid-Slavischen Koning in Frankrijk had willen bereiden, heeft plaats moeten ma ken voor een groot drama. Te Marseille is een bloedbad voltrokken Het geheele Fransche Middellandsche zee-eskader was op de reeds bijeengeko men, teneinde den Zuid-Slavischen krui ser „Dubrovnik", welke Koning Alexander naar Frankrijk bracht, te begroeten. Plétri de Fransche minister van marine, bevond zich aan boord van den Franschen krui ser „Colbert", ten einde daarmede het Zuid-Slavische slagschip tegemoet te gaan. Koning Alexander ging aan boord van een admiraalsbarkas waarin ook Plétri ge stapt was. Daarmede voeren beiden de oude haven van Marseille binnen, waar onder leiding van den minister van bui tenlandsche zaken Barthou een reeks an dere Zuid-Slavische en Fransche militaire en civiele hoogwaardigheidsbekleeders ter verwelkoming aanwezig waren. Toen de barkas de haven binnenvoer werden 21 saluutschoten gelost. Met zijn gastheeren stapte de koning in een open auto, de eerste van 'n langen stoet auto's. Teza men met den Koning was Jeftltsj, de Zuid Slavische minister van buitenlandsche za ken aangekomen. Koningin Marie van Zuid-Slavië had de reis naar Frankrijk niet met het oorlogsschip gemaakt, zij was per trein naar Parijs gegaan. Zij wilde de Koning in Dijon ontmoeten. Toen de auto van den Koning de Place de la Bourse opreed, weerklonken schoten. Het drama speelde zich in enkele oogen- blikken af. De Koning was doodelijk getroffen, mi nister Barthou zwaar gewond evenals de Fransche generaal Georges, de Fransche admiraal Berthelot. De aanslag. De aanslag had het volgende verloop: Toen de wagen van den Koning zeer lang zaam de bocht naar het beursplein om reed, stortte zioh plots uit de honderden toeschouwers een man, welke zich met een pistool van zwaar kaliber op de treeplank wierp. Snel achtereen schoot de aanval ler op een afstand van een meter zijn pistool leeg. De kogels troffen maar al te goed doel. Alexander zonk met bloed over stroomd in elkaar. Bloed spatte hem uit mond en neus. Minister Barthou sprong op en trachtte zich met zijn armen te dekken. Over zijn handen stroomde bloed. Generaal Georges kromde zich ineen. Ook hij was getroffen. Alleen de kolonel, wel ke in den wagen meereed, werd niet ge troffen. Hij trok zijn sabel en sloeg op den moordenaar in die van de treeplank viel. Deze trok een ander pistool en tracht te zich een kogel in den mond te schieten doch eenige mannen uit de ontzette me nigte sloegen hem tegen den grond waar op hij door de woedende menigte onder den voet geloopen en vertrapt werd. Hij werd echter weer opgepakt en zoo lang geslagen tot zijn gezicht volkomen onher kenbaar was. Een aantal politiemannen baanden zich een weg door de woedende menigte en namen den bijkans gedooden dader mede. Door rechercheurs werden nog tien per sonen m hechtenis genomen die verdacht werden met den moordenaar in verbinding te hebben gestaan. Zes personen, van wie twee kinderen, zijn met beenwonden in een ziekenhuis opgenomen. Een politie-beambte, die door een schot in het onderlijf werd gewond, verkeert in levensgevaar. Ondertusschen was de auto met de drie zwaar gewonden verder gereden tot voor het gebouw van de prefectuur. De toege schoten geneesheer kon bij Koning Alexan der slechts den dood constateeren. Barthou werd vluchtig onderzocht, zijn wond scheen •niet zoo ernstig ofschoon hij hevig bloedde. Evenals Georges werd hij in het ziekenhuis gebracht en onmiddellijk geopereerd. Tij dens de operatie overleed hii. In de lijkkamer. Men heeft onmiddellijk het lijk van den Koning op een met groene zijde overdekte canapé gelegd. Men heeft den Koning in generaalsniform gelaten met het groot cordon van het Legioen van Eer. Hij heeft de handen over de borst gekruist en een rustige uitdrukking op het gelaat. Over de beenen is een Fransche vlag gelegd, die tot op den grond neervalt en van de oanapé een soort katafalk maakt. Twee soldaten van de garde mobile houden met blanken sabel de wacht bij het lijkbed. Er liggen bloemen op den grond en de grootste stilte heerscht in de halfdonkere kamer. Men hoort echter nu en dan het snikken van den ouden kamerknecht van den Koning, die destijds den kleinen Prins heeft gediend en hem Koning zag worden. Nog een ooggetuige-verhaal. Overste Fiollet, die naast de auto van den koning reed, vertelt het volgende over den aanslag. ..De auto. waarin zich koning Alexander, minister van buitenl. zaken Barthou en generaal Georges gevonden, was juist ter hoogte van de Place de la Bourse aange komen, toen ik zag. hoe een man uit de menigte te voorschijn schoot, langs de agenten van politie rende en voorbij mijn paard op de treeplank spronk van de koninklijke auto. Ik gaf mijn paard de sporen, maai ofschoon het paard een sprong voorwaarts deed, kon ik niet ver hinderen, dat de dader zijn arm uitstrekte en verscheidene schoten op den koning loste. Met twee slagen sloeg ik hem neer. terwijl de chauffeur van de auto twee schoten loste. De moordenaar ging echter voort met schieten, ofschoon hij op den grond lag. Zijn kogels troffen twee agen ten van politie en een vrouw, die in de eerste rij der toeschouwers standen. Politie en garde mobile vlogen op den moorde naar af en trachtten de menigte van de auto weg te dringen. De op den grond liggende dader werd opgetild, waarop de menigte zich op hem wierp en hem zou hebben gelyncht, wanneer de politie er niet in geslaagd was hem in veiligheid te brengen". Hoe de afzetting geregeld was. Gemeld wordt, dat de afzetting te Mar seille ter gelegenheid van het bezoek van koning Alexander van Joego Slavië, was toevertrouwd aan 1200 politie-beambten, 191 rechercheurs, 120 gendarmen, 48 le den van de mobiele garde, zoomede aan een aantal soldaten. Toen een politiebeambte bemerkte, dat een man wilde doordringen tot den wagen van den koning, wierp hij zich direct op dezen man. De moordenaar richtte even wel direct zijn vuurwapen op den politie agent, dien hij neerschoot. Op deze wijze kon de moordenaar den wagen van den koning, welke slechts een snelheid van 9 KJM. had, bereiken. De mcjordenaar maakte gebruik van een schietwapen, dat een soort machinepistool was. Het geneeskundig onderzoek heeft uit- uitgewezen, dat koning Alexander door twee kogels is getroffen. Een der kogels was via de leverstreek de borst binnenge drongen. Deze kogel had een inwendige bloeding ten gevolge, welke den dood heeft veroorzaakt. In het ziekenhuis waar de minister van buitenlandsche zaken onmiddellijk naar toe gebracht werd, nam men eerst aan, dat zijn verwonding niet van ernstigen aard was, hoewel men het aangezien zijn Imkeronderarm door een kogel versplin terd was, wel noodig oordeelde den arm te amputeeren. Het had er eerst allen schijn van, dat het leven van Barthou geen gevaar liep. Tijdens de operatie ech ter ontstond een bloeding, welke bloed transfusie dringend noodzakelijk maakte. Hiertoe werd oogenblikkelijk overgegaan, doch de toestand van den minister werd zwakker en zwakker tot eindelijk zijn hart ophield te werken. Barthou was overleden. De dader. De moordenaar is, naar thans vast staat een Kroaat en heet Peter Kalemen. Hij stond op de lijst van verdachte personen, die door de Zuid-Slavische politie aan de Fransche politie was opgegeven. Bij gelegenheid van de ontvangst van den Zuid-Slavischen konng waren buiten gewone veiligheidsmaatregelen door de politie getroffen. Meer dan 200 kennisge vingen met foto's der verdachte personen waren aan de autoriteiten, die met de handhaving der orde waren belast, mede gedeeld. Buitendien had men in verschillende Marseillaansche en Parijsche hotels een onderzoek ingesteld naar verdachte ele menten. Al deze maatregelen hebben echter den aanslag op den koning niet kunnen voor komen. Bij de politie te Zagreb s geen Kalemen bekend. Het is geen Serbo Kroatische naam; wel komt hij voor in de Hongaar- sche grensstreken. Het is gebleken, dat er op 30 Mei van dit jaar geen Fransch visum is verstrekt aan een Kalemen. Het paspoort van den moordenaar moet dus valsch zijn of van een vervalscht visum voorzien. In het Fransche ministerie van Binnen- landsche Zaken is men van meening, dat de schoten alleen zijn gelost door den ge arresteerden Joego Slaaf. Deze kon even wel in verband met zijn toestand niet worden gehoord. Toevallig heeft een filmoperateur den geheelen aanslag opgenomen. De film wordt direct ontwikkeld en ter beschik king gesteld van de autoriteiten. Van andere zijde neemt men echter aan, dat de dader medeplichtigen heeft gehad. De politie heeft de revolver nagezien, waarmede Kalemen den aanslag heeft ge pleegd. Het bleek een 20-schots automa tische revolver te zijn van allernieuwste constructie. Bovendien zijn in 'n zak van de Jas van den moordenaar verscheidene patroonhouders gevonden, zoodat hij in totaal over ongeveer 100 patronen be schikte. Op den linkeronderarm had Kalemen een tatoueering, n.l. een kroon van 5 1 6 c.M. doorsnede, omringd door een doods kop met twee gekruiste beenderen en bo vendien eenige initialen. Deze initialen zijn afkortingen van.de woorden „vrijheid of dood". Een Zuid-Slavisch journalist heeft ver klaard, dat deze tatoueering het kentee- ken is van de Macedonische Komitadsjis. De Fransche politie probeert thans na te gaan of Kalemen medeplichtigen heeft gehad. Het feit dat van hem geen spoor te ontdekken is in eenig hotel in Marseil le, doet vermoeden, dat hij bij een vriend heeft gelogeerd. Vast te stellen wie dit is is van groot gewcht. De wildste geruchten doen de ronde. Verteld wordt dat vijf of zes met dolken gewapende personen om den moordenaar heen stonden. Getuigen zouden bereid zijn om dit te bevestigen. De politie heeft van hen echter nog geen spoor ontdekt. De politie heeft reeds zekeren Basil Pa- pademetri gearresteerd. De politie-auto- riteiten hadden namelijk gisterochtend van uit Parijs de foto's gekregen van een viertal verdachte Individuen, waarop het oog gehouden moest worden. De Griek scheen een van deze vier te zijn. Bij fouil leering bleek hij in het bezit van een ge laden revolver. Groote verslagenheid. Natuurlijk heeft het gebeurde groote ver slagenheid gewekt. In de eerste plaats in Frankrijk en Zuid-Slavië, doch ook vrijwel over de geheele beschaafde wereld. De Koningin van Zuid-Slavië is te Be- sangon aangekomen, waar zij oogenblik kelijk op de hoogte gesteld werd van het treurige nieuws. Zij is terstond naar Mar seille vertrokken. Toen haar de treurige mare werd me degedeeld. viel zij flauw. Het stoffelijk overschot van Koning Alexander zal met denzelfden kruiser, waarmede hij naar Marseille is gekomen, naar Zuid-Slavië worden teruggebracht, waarbij het oorlogsschip zal worden ge ëscorteerd door een Fransch eskader. De Fransche regeering heeft voor den tijd van 1 maand nationale rouw afgekon digd. In dien tijd zullen alle feestelijkheden en ceremoniën achterwege blijven. Proclamatie der Fransche regeering. De Fransche regeering heeft de vol gende proclamatie uitgevaardigd: „De Fransche regeering ziet zich met smart gedwongen, de natie den dood mede te deelen van Z.M. koning Alexander van Zuid-Slavië, juist op het oogenblik waarop Zijne Majesteit het Fransche volk de be wijzen kwam brengen van de toegenegen heid van het Zuid-Slavische volk. De Fransche regeering geeft uiting aan haar groote smart tegenover Hare Ma jesteit, Koningin Maria van Zuid-Slavië, de regeering van Zuid-Slavië en de be vriende natie. Tevens vervult de regeering den droeven plicht, kennis te geven van het feit, dat, tezamen met koning Alexander, de mi nister van buitenlandsche zaken, Barthou, doodelijk getroffen is. In dit tragischeuur, nu beide volkeren zoo smartelijk getroffen zijn, gevoelen zij zich meer dan ooit vereenigd in gedachten en gevoelens". Aan Barthou zal een nationale begra fenis ten deel vallen. Sarraut zal aftreden. Albert Sarraut, de minister van binnen- landsche zaken, die zich verantwoordelijk acht, zal zijn ontslag aanvragen. De president der republiek, Lebrun, is oogenblikkelijk na ontvangst van de be richten omtrent den aanslag, naar Mar seille vertrokken Tardieu vergezelt hem. Koning's opvolger. Terwijl het bericht van den moord op zijn vader de ronde deed over de wereld, zette de elfjarige kroonprins Peter op de Engelsche kostschool, waar hij sinds Sep tember vertoeft, zijn gewone leven met zijn makkers voort en toen hij slapen ging, was hij nog onbewust van de afschuwelijke ramp, die hem getroffen had. Bij wijze van voorzorgsmaatregel was een afdeellng politie uitgezonden om den omtrek van de kostschool af te zetten. De prins zal vermoedelijk naar Zuid- Slavië terugkeeren om bij de begrafenis van zijn vader tegenwoordig te zijn. Heden wordt hij te Parijs verwacht. Telegrammen van deelneming. Van alle regeeringen stroomen zoowel de Koninklijke Familie van Zuid-Slavië als beide getroffen landen bewijzen van deel neming toe met het geleden verlies. De misdaad wordt algemeen verafschuwd. Alle staatshoofden zenden telegrammen. In diverse hoofdsteden, zooals te Boekarest en Sofia zijn alle vermakelijkheden ge sloten en waait de vlag halfstok. In Zuid-Slavië- Het bericht van het tragische overlijden van koning Alexander van Joego Slavië heeft daar algemeene verslagenheid en diepen rouw teweeggebracht. Het geheele volk draagt waardig den slag. welke het heeft getroffen. Alle winkels en openbare gelegenheden hebben na het bekend wor den der verschrikkelijke mare gesloten. Over het algemeen kon men zijn ontroering niet bedwingen. De ministerraad is onder voorzitterschap van minister-president Oezoenowitsj bij een. ter bespreking van maatregelen, welke onder deze buitengewone omstandigheden in het belang van het land moeten worden getroffen. Bij zijn vertrek had koning Alexander de koninklijke voorrechten over gedragen aan den ministerraad. Bij art. 42 der grondwet wordt bij den dood van den vorst de kroonprins koning. De kwestie van het regentschap moet bij testament van den koning zijn geregeld. Indien geen testament aanwezig is. wordt het regentschap door de vertegenwoordi ging van het land gekozen. Uit Joego Slavische kringen te Weenen verluidt, dat koning Alexander in zijn tes tament heeft bepaald, dat hij wenscht, dat in geval van zijn dood een regentschaps- raad van drie personen tot de meerder jarigheid van kroonprins Peter de regee ring zal lelden. Deze regentschapsraad zal moeten be staan uit koningin Maria van Joego Slavië, prins Paul en den president van het Op perste Gerechtshof van Belgrado. De politie heeft bepaald, dat alle open bare gelegenheden na tien uur 's avonds gesloten moeten zijn. Sterke politietpatrouilles trekken door Belgrado. Overal is het rustig. Geruchten over opstand in Kroatië zijn tot dusverre niet bevestigd. Naar uit Graz wordt gemeld is de Zuid- Slavische grens echter gesloten. Alle ver keer van Oostenrijk naar Zuid-Slavië is onderbroken. De grens wordt door Zuid- Slavische troepen bewaakt. KONING ALEXANDER VAN ZUID-SLA VIE. Alexander I, koning van Zuid-Slavië. uit het huis Kara-Georgewitsj, was de tweede zoon van koning Peter en koningin Zorka (Aurora), een dochter van koning Nikita van Montenegro. Hij werd 17 December 1888 te Cettinje geboren en genoot met George, zijn ouderen broer, zijn eerste op leiding in het Russische cadettencorps. Toen Peter 15 Juni 1903 na den moord op Alexander Obrenowitsj en koningin Draga gekozen werd tot koning van Servië kwam prins Alexander met zijn zuster Helena naar Belgrado, waar hij onder lei ding van Servische leeraren voorbereid werd voor de academische studie en ver volgens studeerde in het staatsrecht. In Maart 1909 zag kroonprins George af van zijn rechten op den troon, waarop Alexander tot troonopvolger werd uitge roepen. Hij wijdde nu zijn volle belangstel ling aan het leger, waarin hij, evenals zijn broer, aanvankelijk als gewoon soldaat was opgenomen. Bij het uitbreken van den eersten Balkanoorlog (October 1912nam hij het bevel over het eerste Servische leger op zich, waarmee hij de eerste groote over winning behaalde in den slag bij Koe- manovo. Den 24en Juni 1914 nam prins Alexander wegens ziekte van zijn vader het regent schap op zich. Tot den dood van Peter op 16 Augustus 1921, dus gedurende heel den oorlog is hij regent gebleven. Toen besteeg hij zelf den troon als koning der Serviërs, Kroaten en Slowenen. een titel, die later werd veranderd in dien van koning van Zuid-Slavië. Den 29sten Juni 1921 legde hij den eed op de Vivivdan-grondwet af. Den 6en Januari 1929 stelde koning Wijlen Barthou. Alexander deze grondwet buiten kracht. In een manifest tot zijn volk verklaarde hij. dat de partijpolitiek het land aan den rand van den afgrond had gebracht, en dat hij daarom de koninklijke dictatuur invoerde, terwijl hij de Skoeptsjlna, het Joego-Slavische parlement, ontbond. Deze dictatorische toestand duurde tot 2 Sep tember 1931, toen het constitutioneels regiem hersteld werd. In het begin van 1933 begon koning Alexander zich met koning Boris van Bul garije en koning Carol van Roemenië actief met de practische Balkanpolitiek bezig te houden. Hij ondernam een aantal reizen naar Boekarest en Athene en de vorige maand bracht hij het eerste staats bezoek sinds den Balkanoorlog aan de Bulgaarsehe hoofdstad Sofia. Het Balkan pact is een der practische resultaten van deze toumée geweest, ofschoon Joego slavië er zeer terughoudend tegenover stond, vooral wijl Bulgarije niet kon toe treden en koning Alexander op de aller eerste plaats de betrekkingen met Sofia wilde regelen. In de binnenlandsche nationaliteiten politiek heeft koning Alexander niet steeds een gelukkige hand gehad. Hoezeer hij innerlijk een toenadering van Serven, Kroaten en Slovenen nastreefde, heeft zijn arbeid in die richting weinig resultaten opgeleverd. Vooral de Kroaten staan nog steeds zeer vijandig tegenover den een heidsstaat Joego-Slavië. Niet het minst de religieuse politiek is daaraan schuld. Zelfs in de uren van zijn hoogste dictatoriale macht kon de koning in dit opzicht niet temperend optreden. Koning Alexander is den 8sten Juni 1922 met prinses Maria van Roemenië in het huwelijk getreden. Uit het huwelijk zijn drie zoons geboren, de oudste, kroonprins Peter, is 6 Septem ber 1923 te Belgrado geboren en dus Juist elf jaar oud. Hij is even na zijn verjaar dag naar Engeland gebracht, waar hij zijn opvoeding zou krijgen op een kostschool. Zijn beide broertjes zijn veel jonger. To- mislav, geheeten naar den eersten Kroa- tischen koning, is 19 Jan. 1928 te Bel grado geboren. Andrei de jongste, 28 Juni 1929 te Bied, 'skonings zomerverblijf in Slowenlë. DE LEVENSLOOP VAN BARTHOU. Aan een recent artikel over Louis Bar thou, den vermoorden Franschen Minis ter van Buitenlandsche Zaken van de hand van Armand Rio, ontleenen wij het volgende: Louis Barthou is geboren In 1862 te Olo- ron-Sante Marle, een stadje in de Fran sche Pyreneeën, gelegen aan de samen vloeiing van de bergstroomen Aspe en Ossau, waar zijn voder een winkel dreef in ijzerwaren. Hij was een zuivere Bear- nais, echter met eenige druppels bloed uit Champagne in zijn aderen, afkomstig van zijn grootvader van moeders zijde, een stevige kerel ut Epernay, die zijn 7 Jaren militairen dienst in de Pyreneeën ver richtte, een ruwe zwoegende smid, die geen letter lezen noch schrijven kon. De oorlog van 1870 liet een diepen in druk na op den jeugdigen scholier. Tegen den muur in de klas hing een opschrift met de woorden: „Kinderen vergeet nooit 187071" en dit zag hij dagelijks. Hij was toen 8 jaar oud. Het „Communiqué" van den generalen staf was toen nog iets on bekends. Slechts de officieele telegram men gaven het land inlichtingen en eiken dag zond de vader den knaap naar het gebouw der onder-prefectuur om het daar tegen den gevel geprikte bulletin te gaan lezen en hem het nieuws mede te deelen. Op een ochtend las hij, geheel ontsteld, het bericht van de catastrofe van Sédan. Toen hij thuis kwam, hoorde hij zijn va der, een Republikein in hart en nieren, uit het venster debatteeren met een stof fenhandelaar van den overkant, een even hartstochtelijk Bonapartist. Het feit, dat de twee tegenstanders van gisteren, op dit ontzettende uur van gezamenlijke smart, verzoend schenen, frappeerde hem voor immer. Hij besefte toen diep, dat het na tionale uitgng boven de politiek. Hij genoot zijn opleiding aan het ly ceum Pau. Reeds toen was Victor Hugo een van zijn goden. Vervolgens studeerde hij rechten te Bordeaux waar hij een re cord vestigde, in den vorm van zes eerste prijzen en waar hij blijk gaf van een vloeiende en warme welsprekendheid. Van woonplaats verwisselen, beteekende voor den jeugdigen Louis Barthou het eene ter rein van overwinning verlaten, om 't an dere te betreden. Zijn redevoeringen op het advocatencongres te Parijs gehouden, nadat hij zijn doct.erstitel had behaald, zijn tot op den huidigen dag beroemd ge bleven. Met een buitengewone snelheid ontwikkelt zich dan zijn politieke carrière, In 1889, na een verkiezingscampagne te Oloron, welke legendarisch is geworden, verschijnt hij in de Kamer, als jongste lid van de Republikeainsche afgevaardigden, om vijf jaar later als ieugdigste minister van de Derde Republiek de portefeuille van Openbare Werken te aanvaarden Van 1889 is er wel haast geen Minister-president, die zijn kennis op gebied der staatszaken niet raadpleegt of een beroep doet op zijn vruchtbare werkkracht zijn vermogen om van de meest Ingewikkelde vraagstukken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 13