De spoorlijn Alphen-Boskoop-
Waddinxveen-Gouda
DE VLOOTSCHOUW DER K.L.M.
OP SCHIPHOL.
75ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 8 October 1934
Derde Blad
No. 22867
De officieële opening.
ft
KERK- EN SCH00LNIEUWS.
ft ft
Afscheid van Ds. Kruisheop
te Bodegraven.
Het eerste oponthoud van den extra-trein met genoodigden had te Waddinxveen
plaats, waar de keurig ingerichte stationslocaliteiten werden bezichtigd.
In aansluiting op het reeds Zaterdag
niet betrekking tot bovenstaande plechtig
heid gemelde, valt nog mede te deelen, dat
zich onder de autoriteiten o.a. bevonden
de wnd-commissaris der Koningin in
Zuid-Holland, jhr. von Fisenne; mr. Bol-
sius, lid van Gedeputeerde Staten; H. J.
Silvergieter Hoogstandt, hoofd van de afd.
vervoer en mijnwezen van het Departe
ment van Waterstaat als vertegenwoordi
ger van den Minister; ir. W. H. F. van
Eijckevorsel, chef van de dienst van het
vervoer als vertegenwoordiger van de
directie der Ned. Spoorwegen; ir. C. H. H.
J. Driessen, hoofdingenieur, chef van den
dienst van weg en werken; ir. Th. L. W.
baron van Heemstra, chef van het sein-
wezen; ir. J. G. Raveneck, hoofdingenieur
van het rijkstoezicht op de spoorwegen;
ir. v. d. Wall, hoofdingenieur bij en jhr.
Sandberg, griffier van den Provincialen
Waterstaat in Zuid-Holland; de dijkgraven
van de Hoogheemraadschappen van Rijn
en Schieland; de voorzitters der Kamer
van Koophandel te Leiden en Gouda, de
heeren D. ten Cate Brouwer en H. A.
Schreuder; den voorzitter van den Bond
van Plantenhandelaren in Nederland, den
heer Jac. Smits uit Naarden, benevens de
burgemeesters der omliggende gemeenten,
vele raadsleden en anderen.
Precies op tijd vertrok de extra-trein
met genoodigden, waarvan de locomotief
met bloemen was getooid, uit Gouda. Bij
aankomst aan het station te Waddinxveen
stond het plaatselijk muziekkorps op het
perron opgesteld en bracht het Wilhelmus
ten gehoore. Zeer vele ingezetenen had
den zich rondom het eenvoudig, maar keu
rig ingerichte stationsgebouw verzameld
en juichten den eersten trein van harte
toe. Na een korte rondwandeling stapte
het gezelschap wederom in en werd door
gereden naar Boskoop, welks station even
eens in feesttooi prijkte. En niet alleen
het gebouw zelf, maar ook de toegangsweg
vanaf den Zijdeweg prijkte in een fleu
rige versiering met guirlandes van groen
en herfstbloemen. Ook hier werd slechts
gestopt om de plaatselijke autoriteiten op
te nemen en vervolgens werd de reis
voortgezet naar Alphen, waar de gasten
eveneens werden begroet met het Wilhel
mus, uitgevoerd door „Crescendo". Het
zelfde herhaalde zich bij terugkomst te
Boskoop, waar de Harmonie „Excelsior"
aan het geheel muzikalen luister bijzette.
Zoowel hier als te Alphen, was een tal
rijke menigte getuige van de aankomst
van den eersten officieelen trein. In Bos
koop hadden bovendien vele ingezetenen
de vlag uitgestoken ten teeken van
vreugde over de tot standkoming van de
nieuwe verbinding.
In de kwistig met bloemen versierde en
tot ontvangstzaal ingerichte goederenloods
had daarna
de officieele opening
plaats.
Burgemeester Gaarlandt van Gouda als
voorzitter van het comité van voorberei
ding dezer plechtigheid, opende de rij der
sprekers met een woord van welkom tot
alle aanwezigen, in het bijzonder tot de
autoriteiten, waaronder hij ook den „Ur-
heber" dezer spoorlijn, den heer J. H. van
Straaten van Nes begroette.
De belanghebbenden uit de streek tus-
schen Alphen en Gouda, aldus spr., heb
ben blijk willen geven van hun vreugde
over de totstandkoming dezer lijn. Zij
hebben zich daarvoor offers moeten ge
troosten, doch spr. hoopt, dat deze offers
teruggevonden zullen worden in een stij
ging van de welvaart. Spr. wees er vervol
gens op, hoe in de laatste jaren de ver
keerswegen rondom Gouda, zoowel te land
als te water een groote verbetering heb
ben ondergaan en deze spoorlijn vormt de
vervolmaking van dezen ontwikkelings
gang. Alleen een vlieghaven ontbreekt ons
nog, maar ook zonder dat verwacht spr.,
dat Gouda binnenkort Neerlands verkeers-
zwaartepunt zal zijn, voor zooverre het
het goederenvervoer betreft.
Spr. eindigde met den wensch, dat de
opening der nieuwe spoorlijn den weder
opbloei der belanghebbende gemeenten
tengevolge zal mogen hebben.
Mr. H. J. Silvergieter Hoogstadt begon
met de hoop uit te spreken, dat dit feest
het slot moge zijn van een tragedie. Het
ontstaan van deze lijn is van begin tot
einde een lijdensgeschiedenis geweest en
de publieke opinie acht in de tegenwoor
dige omstandigheden de voltooiing ervan
een dwaasheid. Ook de directie der Ned
Spoorwegen heeft met leede oogen de af
werking aangezien, doch spr. hoopt, dat
een spoedige opbloei van het economisch
leven de pessimisten in het ongelijk zal
stellen. Voorloopig zullen wij evenwel onze
grootste kracht moeten concentreeren op
het personenvervoer en daarom roept spr.
de jeugd toe: reist per spoor; reist veilig!
ft
Ir. van Rijckevorssel, sprekende namens
de directie der Ned. Spoorwegen, zeide met
gemengde gevoelens bezield te zijn. Eener
zij ds koestert hij eerbied voor allen, die
hun offervaardigheid en doorzettingsver
mogen beloond zien met de opening de
zer lijn en bewondering voor hen, die aan
den bouw hebben medegewerkt en zich
niet hebben laten ontmoedigen door de
moeilijke terrein-omstandigheden, ander
zijds is er in hem weemoed, omdat de
exploitatie op een zoodanig ongunstig tijd
stip in het economisch bestel wordt ter
hand genomen.
Niettemin geeft spr. de verzekering, dat
de directie haar volle medewerking zal
verleenen om het te sturen in de richting
van een looneride exploitatie, daarbij de
hoop koesterend, dat de streek in haar
welbegrepen eigenbelang in dit streven
het voorbeeld der directie zal volgen. De
lijn AlphenGouda is een kindje, waar
van de geboorte met leede oogen is tege
moet gezien, doch dat niettemin met zorg
zal worden opgekweekt.
Spr. besloot met den oprechten wensch,
dat deze lijn haar levenskracht en ren
tabiliteit zal bewijzen tot heil van de
streek en van hen, die hun beste krachten
gaven tot haar ontstaan.
De burgemeester van Alphen, de heer
P. A. Colijn, herinnerde aan de langdu
rige voorbereiding, welke aan de totstand
koming van deze lijn is voorafgegaan en
bracht hulde aan de Hollandsche inge
nieurs, die den afbouw in dit land van
veen en water zonder noemenswaardige
tegenslagen tot een goed einde brachten.
Spr. wil niet, zooals zijn ambtgenoot uit
Gouda, de aantrekkelijkheden van zijn
gemeente opsommen, doch volstaan met
te zeggen, dat hetgeen gesproken is ten
gunste van Gouda, ook geldt ten aanzien
van Alphen (gelach).
Spr. brengt verder dank aan allen, die
ijverden voor den aanleg van deze lijn, in
het bijzonder ook aan den heer van Straa
ten van Nes, voor wien de dag van heden
wel een groote vreugde moet zijn. Het
spijt spr. alleen, dat de heer v. Nes thans
niet in de gelegenheid zal zijn om het
achtste lustrum der commissie tot aan
leg van de spoorlijn AlphenBoskoop
Gouda te vieren, doch hij geeft hem den
raad deze commissie om te zetten in een
dito tot behoud van de lijn. Dan zal de
heer van Nes een nieuw arbeidsterrein
vinden met verre perspectieven, waaraan
hij weer dagelijks zijn krachten zal kun
nen wijden (hilaritiet).
De burgemeester van Waddinxveen, de
heer P. A. Troost, wees erop, hoe voor vele
zijner ingezetene deze spoorweg nu juist
niet is een „afgebeden kindeke".
Niettemin heeft het gemeentebestuur,
toen eenmaal vaststond, dat de aanleg
zou doorgaan, steeds zijn volle medewer
king verleend. Een belangrijke industrie
gemeente als Waddinxveen zal in de toe
komst zeker willen profiteeren van de
groote voordeelen van gelegen te zijn aan
„den ijzeren weg". Spr. acht het niet uit
gesloten, dat zijn gemeente als industrie-
en landbouw-centrum een goede klant
wordt van de spoorwegen, mits de directie
wil medewerken en een welwillend oor
verleent aan locale desiderata.
Spr. eindigde met woorden van dank
aan den ingenieur, belast met den aanleg,
ir. J. L. A. Cuperus en den aannemer, den
heer de Vries voor de prettige samenwer
king en met den hartgrondigen wensch,
dat de nieuwe spoorweg den bloei van deze
mooie streek in het hart van Holland en
van zijn nijvere gemeente moge bevor
deren.
ft
De voorzitter der Kamer van Koophan
del te Gouda, de heer H. A. Schreuder,
sprak den wensch uit, dat de sombere
voorspellingen ten aanzien van deze lijn
niet zullen worden bewaarheid en dat zij
evenzeer haar rentabiliteit zal bewijzen
als de lijn GoudaSchoonhoven, waar men
destijds ook zeer sceptisch tegenover stond.
Toen George Stephenson 100 jaar gele
den zijn eerste locomotief bouwde, voor
spelde zijn moeder hem; „George, dat gaat
niet" en toen de eerste machine eenmaal
goed en wel reed, zei ze: „O, George, hij
kan niet meer stoppen!"
Dat zij, aldus besloot spr. onder groote
hilariteit der aanwezigen, de horoscoop
van deze lijn.
De heer D. ten Cate Brouwer, voorzitter
van de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Rijnland te Leiden wees op de
sterk gewijzigde omstandigheden ten tijde
van het besluit tot aanleg van deze lijn
en thans. Toen een druk handelsverkeer
met beperkte vervoergelegenheld, nu juist
andersom. Wat destijds als een dringende
behoefte werd gevoeld, heeft thans veel
van zijn gebiedende noodzakelijkheid ver
loren.
In normale tijden evenwel hebben de
handel en industrie der aanliggende ge
meenten een groote klandizie aan de
spoorwegen aan te bieden en spr. eindig
de dan ook met de hoop uit te spreken,
dat die tijden spoedig zullen aanbreken.
De volgende spreker was de burgemeester
van Boskoop, mr. P. E. Verkerk, die wees
op de groote beteekenis, welke de aanleg
van den nieuwen spoorweg vooral voor
Boskoop heeft. Waren de omstandigheden
gunstiger, dan zou de gemeente niet heb
ben nagelaten haar blij d,schap op groot-
scher wijze te uiten dan thans mogelijk is.
Spr. herinnerde vervolgens aan de vele en
hardnekkige pogingen, welke van Boskoop-
sche zijde zijn gedaan om het gestelde
doel te verwezenlijken en memoreerde in
dit verband ook de belangstelling, welke
H.M. de Koningin steeds voor de plaatse
lijke tentoonstellingen heeft betoond.
De Boskoopsche producten hebben zich
na een 200-jarige relatie met het buiten
land een wereldnaam verworven en van
harte hoopt spr., dat spoedig zonniger
tijden zullen aanbreken. Maar mocht de
immer keerende kans ditmaal eens niet
komen, dan zal Boskoop te gronde gaan
met en niet zonder zijn kweekerijen. Spr.
besloot met de hoop, dat de spoorwegen
een luisterend oor zullen toonen om tot
een doeltreffende en loonende exploitatie
te komen en met den wensch, dat Boskoop
altijd moge blijven een centrum van han
delsverkeer, een propagandist van Holland
in den vreemde en de drager van de vre-
desgedachte door economische ontwape
ning.
Nadat de voorzitter van den Bond van
Plantenhandelaren in Nederland, de heer
Jac. Smits uit Naarden zijn vreugde had
uitgesproken over de totstandkoming van
deze lijn, waardoor de mogelijkheid is ge
schapen de Boskoopsche producten zon
der overladen te verzenden naar de bui-
tenlandsche plaatsen van bestemming in
geheel Europa en de voorzitter van de
Ver. voor Vreemdelingenverkeer te Gouda
en de Middenstandscentrale aldaar, de
heer G. J. J. Pot aan de reeds Zaterdag
genoemde personen, zoomede aan den
heer van Straaten van Nes een gedenk
bord had overhandigd, werden verver-
schingen aangeboden.
Onder zeer groote belangstelling van de
zijde der Boskoopsche bevolking, vertrok
het gezelschap omstreeks halfvijf weer per
extra-trein naar Gouda.
ft
De eerste dag der opening van den nieu
wen spoorlijn GoudaWaddinxveenBos
koopAlphen aan den Rijn is voor de Ned.
Spoorwegen een groot succes geweest en
heeft alle verwachtingen overtroffen! De
toeloop van reizigers vóór de treinen was
zóó groot, dat in de meeste treinen plaats
gebrek was en op sommige stations de rei
zigers niet vervoerd konden worden. Vooral
door visschers werd van de nieuwe treinen
druk gebruik gemaakt. In verband met het
voorgekomen plaatsgebrek zullen vandaag
verschillende treinen met één rijtuig ver
sterkt worden. Ook zullen binnenkort nieu
we grootere Dieselmotorrijtuigen in dienst
gesteld worden.
PREDIKBEURTEN.
VOOR HEDEN.
LEIDEN.
Prediker: Nam. 8 uur, ds. de Groot van
Üelft.
VOOR DINSDAG.
BODEGRAVEN.
Geref. Gem.: Nam. 7 uur, ds. J. R. van
Oordt van Zeist.
BOSKOOP.
Geref. Gem. (Dwars Nieuwstraat)Nam.
halfacht, ds. A. Verhagen van Middelburg.
EEN BEELD DER VOORTSCHRIJDENDE TECHNIEK.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Enter P. v. d. Staaij te
Tricht.
Bedankt: Voor OmmelanderwijkZuid
wending J. A. de Klerk te Leilens.
CHR. GEREF. KERK.
Beroepen: Te Umuiden S. v. d. Molen te
Roterdam-Centrum.
DOOPSGEZ. SOCIËTEIT.
Drietal: Te Groningen: B. Duf our te
Ijlst; L. D. G. Knipscheer te Dantuma-
woude en A. Vis te den Burg op Texel.
Dr. S. O. LOS.
Dr. S. O. Los, de oudste van de predi
kanten van de Geref. Kerk van Den Haag-
Oost, heeft bij de classis Den Haag zijn
emeritaatsaanvrage ingediend.
Dr. Sietse Oene Los, die uit een bekend
predikantsgeslacht stamt, werd 12 Oct.
1871 te Amstelveen, waar zijn vader pre
dikant was, geboren. Hij studeerde aan de
Theol. School te Kampen, waar hij in 1894
candidaat werd. 26 Jan. 1895 aanvaardde
hij het predikambt bij de Geref. Kerk van
Zalk, waar zijn vader hem bevestigde. In
1397 vertrok dr. Los naar De Lier, welke
standplaats hij in 1901 met Hilversum
verwisselde. In die dagen trad hij in den
Geref. Jongeltngsbond op den voorgrond.
Dr. Los werd voorzitter van de Noord-Holl.
af deeling en lid van het bondsbestuur. In
Hilversum bracht dr. Los de ineensmelting
van de kerken A en B tot stand en ge
durende zijn verblijf aldaar promoveerde
hij in 1905 aan de Rijksuniversiteit te
Utrecht tot doctor in de phillsophie op een
dissertatie, getield: „Aristoteles in Neder
land". In 1908 nam hij een beroep aan
naar de Geref. Kerk van Pretoria, waar
(Van onzen specialen verslaggever).
Enkele eeuwen geleden hebben onze koe
ne voorvaderen zich den eerenaam van
„Beurtvaarders van de wereld" veroverd;
geen enkele haven ter wereld werd in die
dagen niet door onze schepen bezocht,
geen land of het betrok zijn waren door
middel van ons of zijn artikelen werden
bij ons ter markt gebracht. Holland was
toen één groote stapelplaats van Aziatische
Levantsche, Scandinavische, Indische,
Amerikaansche en Zuid-Afrikaansche wa
ren. De Hollandsche zeeman was om zijn
moed en kunde wijd en zijd vermaard. De
teruggang volgde echter en sprongsgewijze
werd verloren, wat stapvoets was veroverd.
Andere landen namen onze plaats op de
wereldmarkt in, onder andere vlaggen wer
den de wereldproducten vervoerd!
De KX.M. is het die in den loop van haar
15-jarig bestaan Nederland weer op de
oude, eerste plaats heeft teruggebracht.
Uit de eenvoudig opgezette door iedereen
ten doode opgeschreven luchtvaartmaat
schappij is in dit zóó korte tijdsbestek, dat
van een jubileum niet eens sprake is, een
wereldvermaarde dienst gegroeid! Wat de
oude zeevaarders deden met waren, doet
de KL.M. thans met post en passagiers, zij
het dan ook zónder zich te buiten te gaan
aan trans-atlantische vluchten; iets wat
volkomen in strijd is met haar motto „Vei
ligheid voor alles!"
Schiphol en Waalhaven zijn knooppun
ten geworden van luchtlijnen, zooals
Utrecht van oudsher een knooppunt van
land- en thans spoorwegen is. Met haar
diensten op Scandinavië al dan niet in
samenwerking met of aansluitende op de
luchtlijnen van de Zweedsche en Noorsche
maatschappijen, Duitschland, Polen en
Tsjecho Slowakije, België en Frankrijk en
in het Westen Engeland bestrijkt haar net
het belangrijkste gedeelte van Europa en
met de regelmaat van een klok dalen en
stijgen haar machines op of van de ver
schillende luchthavens Wat al is er in deze
zoo snel vervlogen jaren niet veranderd!
Welke vorderingen heeft de immer voort
schrijdende techniek niet gemaakt! Wie
heeft 15 jaar geleden durven droomen van
een wekelijksche luchtvaartdienst op In-
dië en een meerdere malen daags kunnen
vertrekken naar de voornaamste Europee-
sche hoofdsteden? V/ie heeft zich bij het
aanschouwen der primitieve toestellen
waarmede de dienst geopend werd bij
een vlucht naar Londen werd zoo lang
mogelijk het land gevolgd en daarna de
sprong DoverCalais gewaagd gedacht
aan een reusachtig vliegtuig met comfor
tabele plaatsen voor tientallen passagiers?
Zeker, optimisten zijn er steeds en zullen
er toen ook geweest zijn, maar dat het
reeds tfinnen de 15 jaar tot stand zou
komen zal geen hunner gedacht hebben.
ft
De steeds toenemende jacht der mensch-
heid, het opvoeren der snelheden van de
spoorwegen en de uit een oogpunt van be
trouwbaarheid der motoren zeer zeker
nuttige recordvluchten hebben de vlieg
tuigfabrikanten gedwongen steeds snellere
toestellen te bouwen, maar tevens met een
tot op het hoogtepunt bijkans opgevoerde
bedrijfszekerheid. Het aantal motoren per
machine nam toe, daarmede opende zich
de gelegenheid grootere toestellen dus
met meer plaatsruimte te bouwen ter
wijl bij een juiste balanceering de zeker
heid toenam.
Deze ontzaglijke voortgang der techniek
leerde ons gisteren de vlootschouw op
Schiphol door de verschillende reeds
door ons vermelde toestellen met elkaar
te vergelijken. Wie de FII vergeleek met de
Adelaar of de Pelikaan df de Zilvermeeuw
werd getroffen door de enorme verschillen
in bouw en uitvoering. Bij de F. II het
eerste Nederlandsche verkeersvliegtuig, dat
thans nog als laboratorium vliegtuig biji
den Rijksdienst voor Luchtvaart dienst
doet was alles zoo eenvoudig mogelijk,
oogenschijnlijk zelfs slap en teer gebouwd;
de staat van dienst van deze machine
toont echter aan, dat de degelijkheid alles
behalve slap en teer was; de latere toestel
len hebben een grootsch voorkomen met
hun groote, breede en zware vleugels, den
kloeken romp en hun niet alleen in aantal,
maar ook in krachtsontwikkeling, sterkere
motoren en tóch zijn deze, geplaatst naast
de F. 36, den grooten Fokker, op hun beurt
weer nietig en zwak! En tóch wordt met
deze toestellen de wekelijksche dienst
AmsterdamBatavia onderhouden en heb
ben ze in een vrij kort tijdsbestek een on
gelooflijk groot aantal Kilometers afge
legd, prestaties, waarover de geheele we
reld verbaasd is, werden er mee bereikt.
Nóg zijn ze in zwang, maar hoe lang
nogEn zal dan de F. 44 of 48 de F. 36
weer zoozeer in formaat en capaciteit over
treffen, dat dan gezegd zal worden: dat
model heeft afgedaan; het model, waarop
wij thans trotsch zijn en dat de verwezelij-
king schijnt van een ideaal! En dan de
AJU. de Uiver, de DC2Het Amerikaansche
wondertoestel, dat bij de schouw den in
druk wekte als het tusschen de werkpaar
den verdwaalde renpaard, het volkomen
gestroomlijnde toestel, waarmede in de
LondenMelbourne race zal worden mede
gedongen. Wat wijken de laatste twee aan
winsten der K.L.M. onderling ook weer van
elkaar af! De eene zoo groot en forsch,
dat zijn vleugels tientallen bezoekers een
veilige schuilplaats boden voor den regen,
welke een verblijf op het veld niet tot een
genoegen maakte, den ander sierlijk als
een hazewind met de spits toeloopende
vleugels en den ranken romp; een libel van
gigantische afmetingen vervaardigd door
menschenhanden en bestemd om men-
schenkinderen in den kortst mogelijken
tijd naar de meest afgelegen oorden te ver
voeren!
Hoe scherp stak daarbij weer af de ver
der weg opgestelde Krekel, een Koolhoven
toestel dus Nederlandsch fabrikaat
dat aan zes personen plaats biedt en als
lucht-taxi dienst doet! In beide gevallen
zijn de moderne principes toegepast en
toch schijnt het alsof een lange periode
hun tot standkoming scheidt.
Zoo gaf de Koninklijke Nederlandsche
Luchtvaartmaatschappij gisteren een
machtige demonstratie van haar groei, die
tevens die der luchtvaarttechniek en der
vliegtuigbouw genoemd kan worden. Wat
er ook in de komende jaren veranderen zal
aan het uiterlijk of de capaciteit der
machines, de omwenteling kan bezwaarlijk
ingrijpender zijn dan zij in de afgeloopen
15 jaar is geweest, al heeft de schouw be
wezen, dat men in dezen niet te voorzich
tig kan zijn.
Een verheugend teeken was het, dat zoo-
velen deze gelegenheid aangrepen om na
der kennis te maken met onze Luchtvaart
Maatschappij, een lichaam, welke wij allen
met gerechtvaardigden trots vergelijken
met de buitenlandsche ondernemingen,
niet in de eerste plaats echter omdat door
haar expansie Nederland weer in de voor
ste rijen der naties is teruggekeerd, maar
wél, omdat haar principe „Veiligheid voor
alles" het aantal ongelukken tot een mini
mum beperkt heeft, terwijl zij er deson
danks in geslaagd is verbindingen tot
stand te brengen met een regelmaat en
een snelheid, waartoe geen enkel ander
luchtvaart lichaam in staat bleek!
door zijn optreden een verzoening tus
schen de Hollanders en Afrikaanders tot
stand kwam. Hier werd dr. Los ook de
vertrouwensman van Paul Kruger, bij wien
hij kort voor diens dood 5 maanden in
Menton vertoefde. In 1914 volgde zijn be
noeming tot hoogleeraar aan de Theol.
School te Potchefstroom, waar hij ook
college gaf aan het Universiteitscollege in
de philisophie. Dr. Los aanvaardde zijn
professoraat met 'n inauguratie over: „De
Na-catechisatie". In Zuid-Afrika heeft dr.
Los verdienstelijk werk gedaan en in 1912
werd hij op voorstel van den tegenwoor-
digen premier Hertzog, door de Universi
teit van Kaapstad honoris causa benoemd
tot Magister Artium (meester in de lette
ren). In 1920 vertrok dr. Los met verlof
naar Nederland en legde hij om huiselijke
redenen zijn profesoraat neerj Van de op
hem uitgebrachte beroepen nam hij dat
naar de ongedeelde kerk van 's-Graven-
hage aan als opvolger van wijlen ds. Js. v.
d Linden. 26 Januari 1921 deed hij zijn
intrede in de Nieuwe Zuiderkerk in de
Residentie, sprekende over Hebr. 4 12,
na tevoren in denzelfden dienst te zijn
bevestigd door zijn neef ds. S. O. Los van
Giessendam. 12 Mei 1922 promoveerde dr.
Los aan de Vrije Universiteit tot doctor
in de theologie op een proefschrift, geti
teld: „Het gevoel in de Heilige Schrift"
onder leiding van prof. dr. W. Geesink. Ook
hier slaagde dr. Los cum laude voor zijn
doctoraal examen. Dr. Los is o.m. mede
werker aan het Chr. Paed. Tijdschrift, aan
het Weekblad van de Ver. van Chr. On
derwijzers en aan het Kerkblad van de
Ger. Kerken van 's-Gravenhage. Hij is
voorzitter van de commissie ad art. 10 der
statuten van den Schoolraad en was ook
bestuurslid van het Paed. Congres. Van
zijn geschriften noemen we: Beginselen
van de karakterkunde; Persoonlijkheid en
karakter in de H. Schrift; Groote paeda-
gogen, enz. Dr. Los was ook secr, van de
Ver. voor Chr. Paedagogiek. Na zijn weder
komst in Nederland bracht hij weer een
en andermaal, 'n bezoek aan Zuid-Afrika.
Als hem emeritaat verleend wordt, denkt
dr. Los, die te 's-Gravenhage blijft wonen,
opnieuw een reis te maken naar Zuid-
Afrika.
Automobilisten, motorrijders en
trambestuurders, helpt mede het
stadsrumoer te bestrijden.
Voor een geheel gevuld kerkgebouw te
Bodegraven hield ds. Kruishoop gisteren
zijn afscheid naar aanleiding van 2 Petr.
1: 19 „En wij hebben het profetische
woord dat zeer vast is, en gij doet wel dat
gij daarop acht geeft, als op een licht
schijnende in een duistere plaats, totdat
de dag aanlichte en de morgenster opga
in uwe harten".
Spreker bepaalde zijn gehoor bij een
krachtdadige uitspraak: 1. Waarop deze
gegrond is. 2. Waartoe deze vermaand. 3.
Wat deze verzekerd. Deze zeer ernstige
prediking werd onder groote aandacht
uitgesproken terwijl de spreker zichtbaar
onder den indruk van de scheiding was.
Hierop volgden de gebruikelijke toespra
ken tot den Kerkeraad, Kerkvoogden en
Notabelen, koster en organist. Tegenwoor
dig waren: B. en W. van Bodegraven het
personeel der bijzondere scholen en de
leiders der jeugdorganisaties.
Namens den keakeraad werd ds. Kruis
hoop toegesprokni door ouderling Bate
laan en namens den Ring door ds. van
Beusekom uit Aarlanderveen; mede was
aanwezig ds. Hoeuft van Ter Aar. Toege
zongen werden Ps, 121: 4 en Ps. 20: 1.
Diep onder den indruk van het gespro
kene gingen de toehoorders huiswaarts.