LUX
li?
NIVEA
Het beleid der Ned. Varkenscentrale
TOILET ZEEP
LEIDSCH DAGBLAD Derde Blad
Donderdag 4 October 1934
VRAGENRUBRIEK.
boeiend geheel te vormen. Vooral dank zij
de veelverscheidenheld der prachtige en
weelderige costuums, die vol rijke contras
ten waren.
Dat ditmaal speciaal aan de costuums
bijzondere aandacht was gewijd, bleek ons
al dadelijk tijdens de opstelling aan de
Burggravenlaan, waar de deelnemers, ge
steund door de opwekkende roep van den
koeken- en zuurtjesverkooper ni het
„Aspirine voor de 3 Octoberzenuwen" el
kaar bewonderden of uitlegden, wie men
toch voor te stellen had.
Daar aan de Burggravenlaan Is het de
unieke plaats, om alles rustig ln zich op te
nemen, aan de hand van den onontbeer-
lljken Feestwijzer, die ook ditmaal zoo dui
delijk tekst en uitleg gaf.
Men oefent alvast de aan te nemen pa
radepas, de berijders en berijdsters der
triomfantelijke rossinanten laten hun
stormachtige viervoeters wennen aan het
dreunende tromgeroffel, de hellbaardiers,
die hun gemakkelijk colbertje moesten ver
wisselen voor het zware harnas, staan er
nog wat raar op hun metalen beenen te
draaien en vragen zich verbijsterd af, of ze
na afloop van de rit al-of niet een „blik
opener" noodlg zullen hebben, om zich van
hun ijzeren kleeding te bevrijden. En dan:
een charmant tafereeltje, Hendrik Graaf
van Nassau laat zich fotografeeren met
zijn lieftallige gemalin Mencla de Mendoza,
Markiezin van Cenete, die, gezeten in de
vorstelijke karos, voor veel toeschouwers
helaas verborgen zal zijn gebleven. De
jeugdige Michiel bestudeert met ijver het
draaien van het spinnewiel, een zwaar
karwei, dat hij zoo moedig eenlge uren wist
vol te houden en Michiel „de oude" uitste
kend geïmiteerd, knikt met voor een ad
miraal wel zeer vriendelijke blikken van
zijn hoogen troon omlaag. De Water
geuzen van den Briel bevoelen angstig hun
schippersbaardjes, die ze niet mogen kwijt
raken, evenals de woester en heel wat baar
diger uitziende manschappen der russische
troepen, die zulk een heldhaftig uitziend
slot van den stoet zullen uitmaken.
En zoo formeert zich onder het spiedend
oog van de Commissarissen van Orde groep
na groep: uit eenlge losloopende enkelin
gen, die men eerst nog niet goed kan thuis
brengen vormt zich een eenheid, een beeld
uit lang vervlogen tijden, dat kleur en
leven en schoonheid krijgt, getrouwe weer
spiegeling in dezen tijd overgebracht, van
wat zich lang geleden op onze wereld af
speelde
Vóór we t eigenlijk goed beseffen, gaat
dan het sein voor den aftocht: een trilling
van emotie vaart door de massa deelne
mersMen neemt de juiste houding aan
of plooit met een laatste zwier het fraai
gekleurde dekkleed rond het paard der
gracleuse amazone's, die dit jaar in zulk
een groot aantal aanwezig waren.
Men leeft zich in, men voelt in zich den
tooneelspeler ontwaken, men weet plots
iets verschuldigd te zijn aan de nagedach
tenis van dengeen, dien men uit te beelden
heeft.
Het dagelijksche leven wijkt, het dikke
omslag van het veelbladerige boek der his
torie wordt opengeslagen: het spel, dat
welhaast geen spel meer is, maar werke
lijkheid uit eeuwen her, kan beginnen.
"t Is iets over eenenIn de stad
wachten de duizenden, gekomen van hein
de en ver, om te genieten en te bewonde
renZij weten, dat 't nü zal aanvangen,
waarvoor zij moeizaam een plaatsje reser
veerden op straat, in een ontruimde éta
lage of achter het cafétafeltje, dat zij al
eenige uren angstvallig bezet hielden, om
hun mooie uitkijkpost tegen Indringers te
beschermen. Hun lange popelen was ook
dit keer niet voor niets. „Ze komen, ze ko
men!" zoo gaat de roep al snel den stoet
vooruit. En weer ontrolt zich voor hun oog
het bekend, vertrouwd, doch altijd nieuw
gezicht van vaandels en banieren, van
koetsen en van wagens, van edelen en
pages, van edelvrouwen en hofdames, poor
ters en poorteressen, krijgsvolk, narren en
en zotskappen.
Een kleurenweelde is het. die daar langs
trekt, zeldzaam in harmonie met Leiden's
oude straten, grachten en middeleeuwsche
huizen, vooral op het Rapenburg met ons
stijlvol Universiteitsgebouw als schilder
achtige achtergrond
De Leidenaars en allen, die overkwamen
om mét hen het 3 Ocoberfeest te vieren,
kijken: een stoet trekt door de Sleutelstad,
de stad die als geen ander, zich voor 'n der
gelijk gebeuren leent. Wat óndere steden
op dit gebied ln laatsten tijd presteeren,
het moge wel heel aardig zijn, maar zooals
wij het doen, spant toch de kroon, niet
waar?
De moeite van 't lang verbeiden wordt
beloond: zie, wie is die stemmige, zwarte
figuur te paard? Het is Gertrudis, Abdis
van het klooster ter Hunnepe, naast Wille-
brand van Oldenburg, bisschop van
Utrecht. En daar komt Graaf Lodewijk
van Maele al aan met Margaretha van
Brabant: zij maakt een goed figuur. Ha!
ziet de kranige, geharnaste ruiters die Jan
van Schaffelaar omstuwen. Geen vijande
lijke kogel kan hen doorboren! Alweer iets
nieuws: de karos met de spreuk „Hony
soit qui mal y pense" komt aangereden.
Hendrik van Nassau en zijn echtgenoote!
Een boot met varenslieden volgt: dit zijn
de mannen die het tegen den machtigen
Alva durfden opnemen. Dan de „kaerels
van stavast", van wie de victorie uitging:
de stoere Alkmaarders. En na de mannen
die de Unie van Utrecht bezegelden, het
kranige Michieltje, die in zijn jeugd aan
niets anders dan aan het varen dacht,
maar toch ook best zijn hersens bij het
touwspinnen kon houdenEen fiere rij van
Friesche stadhouders doemt op en vlak
daarop, twee mannen in gepeins verzon
ken: schoolmeester-koster Mijndert van
der Thijnen zet aan Karei Rabenhaupt
uiteen, hoe hij een Bisschop van Munster
een poets kan bakken. En dan. te snel het
einde: de pruislsche en russische bevrij
ders, die Groningen voor altijd onder het
Oranjehuis brachten.
Slechts enkele grepen waren dit: zonder
anderen te kort te willen doen, herdenken
wij nog het keurige groepje Schotsche
hooglanders, de schildknapen, die onver
moeid helm, wapen en zwaard van Lode
wijk van Maele torsten en de parmantig
ln de maat stappende musketiers, die
medehielpen, om het aspect van dezen
optocht, waarin verschillende deelnemers
uitmuntten door goede houdingen en rid
derlijke zwier, te verhoogen!
Zóó trokken ons de eeuwen voorbij, om-
stuwd door de bekende, iederen keer nood-
zakelijke en immer welkome attributen als
vaandelwacht, onder de correcte leiding
van den heer Harmsen, de rijtuigen waar
in burgemeester fnr. van de Sande Bak-
huyzen en diens echtgenoote, alsmede de
leden van het bestuur der 3 October-
vereeniging. en van de Optochtcommissie,
waarvan de leden overal aanwezig waren,
om orde en een goed verloop te waarbor
gen. Ten laatste, doch als absoluut onmis
baar te beschouwen: de diverse muziek
corpsen, die met hun opgewekte tonen de
fleur en de energie van deelnemers en
toeschouwers erin hielden, als deze er door
het langdurige marcheeren of wachten
één keer den optocht zien, is Immers niet
voldoende! er wat uit dreigden te ra
ken. Zoo mag tenslotte ook niet een woord
van hulde ontbreken aan onze politie, wie
tijdens het voorbijtrekken ook waarlijk
geen lichte taak beschoren was, al kreeg
zij wel eens ongemotiveerd een toornige
blik van het publiek te verduren, wanneer
het voor de paarden, die de straat hadden
vrij te houden, moesten uitwijken.
De gebruikelijke aanbiedingen in Bree-
straat en op het Rapenburg van kostelijke,
verfrisschende dranken of van bloembou-
quetten aan diverse hoofdpersonen
vooral de dames werden met het laatste
bedacht! bleven natuurlijk ook ditmaal
niet achterwege, hetgeen de vreugde tel
kenmale verhoogde! Zouden wij nalaten
een woord van dank te brengen aan het
weer, dat zich zoo goed hield? Neen:
indien dót niet meegewerkt had, zou de
helft van het genoegen bedorven geweest
zijn!
Leiden heeft zijn optocht weer gehad:
erkentelijkheid vervulle onze rechtgeaarde
3 Octoberharten voor het werk van hen,
die hun schouders weer zetten onder dit
grootsche en onmisbare werk. Aan de ont
werpers van het plan de heeren mr. dr.
Verburgt en Leman, aan Jan de Quack,
wiens artistieke verzorging een extra
pluimpje verdient, aan alle organisatoren
en medewerkenden, wier enthousiasme en
lust om iets goeds tot stand te brengen,
tot het einde toe bewaard bleven, een
woord van hartgrondig gemeende waar
deering!
Het leven herneemt zijn gewonen
gang: heden. 4 October zit ieder weer ge
bogen over zijn schrijftafel. Is verdiept in
zijn werk, zij het in geestelijken- of han
denarbeid. is vol zorg over den moeilijken
tijd, vol van schier onoplosbare proble
men. Maar het al- of niet slagen van den
3 October optocht 1934 is voor niemand
meer een probleem: zij is geslaagd en nie
mand kan ons dit heuglijk feit meer
ontnemen
De cabaret-voorstelling.
De traditioneele cabaret-voorstelling in
de Gehoorzaal was de prettige tijdspas-
seerlng van altijd. Zij werd gegeven in
de groote zaal en in den foyer (die beide
uitverkocht waren) en was verzorgd door
onzen befaamden „klein-kunstenaar":
Louis Davids I Dat beteekende dus een met
talent samengesteld program, dat aan elk
wat wils bood en van een voortreffelijk
gehalte. De zeer talrijke toeschouwers
hebben zich bijgevole on kostelijke wijze
kunnen vermaken. Davids, als conferen
cier. is alleen reeds een gang naar de ge
hoorzaal waard. Die toespraak van hem
tintelde van humor en was vol spranke
lend jolijt. Golven van vreugde joeeren
reeds door de zaal voordat het eigenlijke
program nog een aanvang genomen had.
De voorstelling, die o.m. bijgewoond
werd door den burgemeester en diens
echtgenoote. door het bestuur der 3-
October-vereeniging, wethouder Romijn
en andere autoriteiten, bracht allereerst
de verrassende prestaties van „Berny",
den equilibrist, of-te-wel (zooals Davids
het uitdrukte) den man van het even
wicht. Een merkwaardig man. deze Bemy,
die een onbedwingbare lust bleek te heb
ben om op zijn hoofd te gaan staan en
dat bij voorkeur deed op duizelingwek
kende hoogten, zoodat menigeen bij z'n
evoluttën den anderen kant uitkeek, uit
vrees voor ongelukken. Berny bracht het
er echter uitstekend af, evenals zijn col
lega's, de Simex, die het wegblijven van
Fientje de la Mar moesten vergoeden en
zich op schitterende wijze van hun taak
gekweten hebben. Magnifiek gebouwde
kerels waren het. deze vier acrobaten, en
hun alzijdigheid en weergalooze vertolking
der dikwijls buitengewoon zware num
mers waren van dien aard. dat 't publiek
niet ophield dat viertal op onstuimige
wijze toe te juichen. De twee Cavelli's
vonden met hun goede accordeonvoor
dracht aanvankelijk een zeer aandachtig
gehoor, dat evenwel wat ongeduldig werd
(men is nu eenmaal in feeststemming)
toen hun nummers van extra langen duur
bleken te zijn. Het optreden van een
nieuwen conferencier: Johan Kaart Jr.
bracht echter onmiddellijk de sfeer terug.
Daar stond dan „de Scheele" uit „De
Jantjes" in levenden lijve op de Leidsche
planken en met juichte hem hartelijk toe.
Hij voelde zich trouwens reeds half en
half Leidenaar, zoo vertelde Kaart leuk
weg, omdat hij zoo kort geleden, bij de
opname van zijn nieuwe film ongeveer
veertien dagen achtereen aan de voeten
van Boerhaave gelegen had
Kaart dan vertelde grappen, lijmde de
pauzes tusschen de diverse nummers aan
elkaar, terwijl Davids in de andere zaal
moest optreden, en speelde zelf met Cor-
rie Korevaar een parodie op het huwe
lijksleven. dat met z'n drie bedrijven den
wonderlijken naam van ..Het drempeltje"
droeg. Prachtig was het tweetal op dreef
en de zaal lachte zich tranen! Walther
Behr was de tengere jongeman, die den
indruk wekte van het geluid eener gra-
mofoon na te bootsen en daarbij op on
gelooflijk zuivere wijze z'n bewegingen
aanpaste bij het geluid van het toestel,
waardoor er Inderdaad reden was voor
mystificatie.
..Sealtiel" goochelde zooals het een be
kwam goochelaar betaamt. Met andere
woorden: de toeschouwers snapten er
niets van en waren nauwelijks meer tot
bedaren te brengen, toen hij binnen en
kele minuten zeker tienmaal aan den
zelfden persoon een sigaren-doos ontfut
selde ondaoks diens onlettendheid En tot
slot: Louis Davids zelf. de leider van het
cabaret. Natuurlijk was ook zijn tijd be
perkt, en hij bepaalde zich derhalve tot
een viertal liedjes, waarin de ..politiek
voor vrouwen", de bridge-manie en de
film-overdrijving een veer moesten laten
en een genoeglijk liedje over een bezoek
aan Artis (met een vroolijk refreintje) de
reeks besloot.
Tec-vr: een biizor-<*" geslaagde svord
die tot. uitbundig anp' rr aanleiding heeft
gegeven!
RECLAME.
8632
Pijnloos scheren
door voorafgaand
Inwrijven met
of NIVEA-OLIE
Leidsche Chr. Oranje-Vereeniging
De Leidsche Chr. Oranje-Vereeniging
had als van ouds ln Gebouw Prediker een
feestelijke samenkomst belegd, welke zeer
druk bezocht was. Velen moesten zich zelfs
met een staanplaats behelpen.
De voorzitter, ds. H. Thomas heette bij
den aanvang allen hartelijk welkom om
vervolgens na een kort openingswoord,
den burgemeester, mr. A. v. d. Sande Bak-
huyzen gelegenheid te geven de aanwe
zigen toe te spreken.
Nadat deze verklaard had gaarne in het
midden der Ghr. Oranje-Vereeniging te
verkeeren en er op gewezen had. dat een
ieder op zijn wijze dezen dag herdenkt,
stond spr. in 't kort stil bij de figuur van
Prins Willem van Oranje en op diens
strijd voor de vrijheid, een vrijheid, die
niet alleen van nationale maar ook van
internationale beteekenls ls geweest.
Ds. C. de Meyere, Luth. pred. alhier
sprak dezen avond de feestrede uit. Hij
liet het licht vallen op de veelzijdige be-
teekenis van 3 October 1574; hij voerde
ons in de benauwde veste, waarin honger
en dood huishielden en wees op het belang
van Leiden's ontzet, uit stedelijk, geweste
lijk, nationaal en Internationaal oogpunt.
Hij herinnerde aan de alles overheer-
schende rol. die prins Willem I hierin had
gespeeld. Gedachtig aan het feit, dat de
moord op den Vader des Vaderlands dit
i'aar juist 350 jaren was geleden, besprak
iij eenige liefdevolle, rechtvaardige, on
baatzuchtige en zelfopofferende daden
van den grooten vrijheidsheld en zijn vast
vertrouwen in den Heer zijnen God.
Spreker eindigde met de opwekking:
God te leeren danken, dat er nog altijd
een Oranjetelg op den troon van Neder
land zit en te willen beloven, in vroom
geloof aan God, in trouwe gehoorzaamheid
aan de Koningin en in eerlijke samenwer
king met de regeering ons zelf te geven
tot heil van stad en land, in de hoop dat
het tot in lengte van dagen zal mogen
blijven: Oranje Boven!
De samenkomst, welke een zeer enthou
siast karakter droeg, werd afgewisseld
met muziek van het muziekgezelschap
„Symphonla"' onder leiding van den heer
Plu en declamatie van den heer Spaan
derman.
Het Avondfeest
In de avonduren valt de belangstelling
steeds eenlgermate uiteen. De Schouwburg
vraagt aandacht, de cabaret-voorstelling
in de Stadsgehoorzaal' mag zich ook steeds
in een druk bezoek -verheugen en in de
derde plaats is het Avondfeest op het
Schuttersveld een aantrekkelijke bron van
verni&ak! Op het óflScieele gedeelte van
het terrein heerschte dan ook een ge
zellige drukte. Alle vermakelijkheden wer
den druk bczicht, zoodat buiten groote
files candidaat-chauffeurs hun beurt af
wachtten of de emoties van den sensatie-
baan met angstig kloppend hart verbeid
den.
En dan de hosvlonder, het centrum van
jolijt voor jong en oud! Nauwelijks rustte
de harmonievereeniging Orpheus" onder
leiding van den heer P. de Rook, of ver
sterkte gramofoonmuziek zette de schare
hos-enthouslasten weer in beweging! En
als ook deze zweeg had men steeds nog de
beschikking over een machtig wapen, den
gemeenschappelijken zang! Zoo deinde het
maar door, steeds werden de vermoeiden
weer vervangen door nieuwe groepen hos-
lustigen, die gevaar voor kleeding trot
seerden en het risico van herinneringen
in dn vorm van blauwe plekken en builen
trotseerden om in den steeds snelleren
rondedans uiting te geven aan de hoog
oplaaiende feestvreugde.
De immer voortschrijdende techniek
spaarde ook de kermis niet. Was het vroe
ger voor velen niet een wonder hoe de
exploitanten met stentorstemmen de on
overtrefbaarheid van hun tent in een
rappen woordenvloed den „boeren, bur
gers en buitenlui" verkondigden, thans
zag men ze fluisteren ln een microfoon
en werd men „onthaald" op een stroom
van onverstoorbare, schorre klanken uit
een „geluidstrechter!" Voor de verschil
lende kelen der exploitanten moge het een
verbetering zijn, voor de trommelvliezen
der toehoorders, die op dezen dag toch
al veel te lijden hebben, was het het tegen
overgestelde van een vooruitgang!
Op het onoffieieele kennisterrein
heerschte gisteravond een ontzaglijke
drukte. Voetje voor voetje schoof de dui
zend koppige menschenmenigte langs de
verschillende attracties, welke niet zelden
door den toeloop onbereikbaar waren!
„Des Gutes zuviel" ging hier volkomen
op.
Door de openstelling der gelegenheden
na afloop van het vuurwerk duurde op het
terrein de feestvreugde tot één uur voort.
En ondanks vermoeidheid en de in en in
schorre kelen was het. uur van sluiten toch
weer te vroeg aangebroken! Nog langen
tijd duurde het echter voor de nachtelijke
rust zich over geheel Leiden had uit
gestrekt
Het Vuurwerk.
RAPPORT DER COMMISSIE VAN ONDERZOEK.
Wat de finale voor een revue beteekent
een laatste vertoon van alle mogelijke
pracht en praal om de herinnering aan het
geheel door een oogverblindende laatste
krachtsinspanning zoo lang mogelijk te
doen voortduren is het vuurwerk voor
3-October. Vooral in de stad zijn alle
plekjes met een vrij uitzicht ln de richting
van het Schuttersveld bezet met ontelbare
scharen kijklustigen. Elke vuurpijl wordt
tot het hoogtepunt van zijn baan door het
luchtruim gevolgd, elke knal doet de
duizendkoppige weer een fractie van een
seconde ineenkrimpen van schrik. En de
fraaie, groote stukken, kunstig samenstel
van techniek en kunstzin, lokken telken-
jare bewonderende kreten van „Oh's" en
„Ah's" uit.
Voor dat het eerste stuk werd afgesto
ken werden eenige oogenblikken stilte be
tracht ter nagedachtenis van den bij het
ongeluk in de vuurwerkfabriek omgeko
men Van Wezel.
GEEN FRAUDE OF CORRUPTIE BIJ DE LEIDING
Voor publicatie vrijgegeven is thans het
voorloopig rapport der commissie van on
derzoek betreffende crisismaatregelen, om
trent het door haar ingestelde onderzoek
naar de gestie der Nederlandsche Varkens
centrale. Het rapport is ter Landsdrukkerij
verkrijgbaar. Daarin zijn opgenomen ver
schillende klachten over en critieken op
het beleid der Nederlandsche Varkenscen
trale tijdens haar bestaan, alsmede de
resultaten van het onderzoek in dezen
door de commissie ingesteld.
Naar andere doch niet alle klach
ten en bezwaren wordt nog een onderzoek
Ingesteld, of is zulk een onderzoek nog
gaande. Zoo spoedig mogelijk, aldus wordt
toegezegd in dit rapport, dat dateert van
31 Juli 1934.
Omtrent de instelling der commissie
wordt het volgende gezegd:
„In den loop der algemeene beschouwin
gen over de Rijksbegrooting voor het
dienstjaar 1934 in de Tweede Kamer der
Staten-Generaal werd door eenige leden
bij de regeering aandrang uitgeoefend om
over te gaan tot het Instellen van een com
missie van onderzoek, naar aanleiding van
klachten, welke in het land de ronde deden
over minder juiste toestanden, welke zou
den zijn ontstaan, door bevoordeeling van
bepaalde fabrikanten van vleesch-, meer
ln het bijzonder van varkensvleeschwaren.
Bij Koninklijk Besluit van 19 Januari
1934 nr. 28 .opgenomen in de Nederland
sche Staatscourant van 2 en 3 Februari
1934, nr. 24, werd op voordracht van den
minister van Economische Zaken een com
missie ingesteld, welke tot taak kreeg een
onderzoek in te stellen, omtrent onderwer
pen, verband houdende met crisismaat
regelen, waaromtrent de minister van Eco
nomische Zaken zou oordeelen, dat het
algemeen belang een onderzoek vorderde.
Deze commissie werd geïnstalleerd op 8
Februari 1934 en zij heeft van dat tijdstip
af ter uitvoering van de haar verleende
opdracht „onderzoekingen ingesteld op het
uitgebreide terrein der werkzaamheden
van de N.V.C."
De bij de Commissie ingekomen klachten
waren over het algemeen van economi-
schen aard. Rechtstreeksche fraude bij de
uitvoering der Crisis-Varkenswet 1932 werd
aan de leidende functionarissen niet ver
weten en deze is ook aan de Commissie bij
haar onderzoek niet in het minst gebleken.
ZIJ spreekt als haar overtuiging uit, dat
van fraude of corruptie bij de leiding der
Nederlandsche Varkenscentrale, met name
ook bij den heer S. van Zwanenberg als
directeur, geen sprake is geweest en dat
den toenmaligen minister van Economi
sche Zaken, aan wiens adres in enkele
openbare vergaderingen beschuldigingen
waren geuit, noch den regeeringscommis-
saris voor de uitvoering van de Crisis-Var
kenswet 1932 in dit opzicht lets ten latste
kan worden gelegd.
Wat daarentegen de economische en or
ganisatorische werkzaamheden der Var-?
kenscentrale aangaat, de Commissie meent
uit haar onderzoek te moeten vaststellen
dat ongetwijfeld in dit opzicht door de
Centrale fouten zijn begaan.
Zoo meent zij te moeten betwijfelen of
de Nederlandsche Varkenscentrale met
haar bemoeiing ln zake den steun aan de
varkenshouderij niet te ver gegaan is, waar
door particuliere belangen wellicht sterker
zijn aangetast, dan de behartiging van de
aan de Centrale Varkenscentrale opgedra
gen belangen strikt genomen had ver-
eischt.
In dit verband heeft de commissie nage
gaan of inderdaad het beleid der N.V.C.
en wel in het bijzonder het afsluiten van
het bekende bacon-contract de bacon-
lndustrie in staat gesteld heeft haar debiet
op de binnenlandsche markt ten koste van
haar concurrenten uit te breiden. In het
bijzonder werd hierbij de vraag onder de
oogen gezien of de baconbedrljven de var
kens, welke zij van de Nederlandsche Var
kenscentrale betrokken, tegen te lage prij
zen verkregen hebben. Een vergelijkend
onderzoek naar de inkoopsprijzen van de
zoogenaamde „beschutte" en „vrije" bacon-
bedrijven bleek voor een juiste beoordee
ling van dit vraagpunt noodzakelijk. De
uitkomsten van dit onderzoek zijn binnen
kort te verwachten.
De commissie merkt echter reeds op,
dat de omstandigheid, dat de bacon-indus-
trie zich op de binnenlandsche markt is
gaan toeleggen, ook oorzaken heeft, welke
geen verband houden met de uitvoering der
Crisis-Varkenswet 1932.
Uitvoerig gaat de commissie voorts de
andere ten aanzien van het bacon-contract
geuite klachten na. Ongetwijfeld acht zij
het verwijt gerechtvaardigd, dat de bacon-
fabrikanten in feite met zichzelf contrac
teerden, aangezien zoowel de directeur der
Nederlandsche Varkenscentrale als de
meerderheid der bestuursleden bij de ba-
con-industrie betrokken waren. Dat het
contract hiervan de sporen vertoont is
naar het oordeel der commissie niet te ont
kennen.
Daarentegen valt, naar zij meent op te
merken dat het ontwerp bacon-contract
ook de goedkeuring heeft verworven van
die leden van het bestuur der Nederland
sche Varkenscentrale, die met de bacon-
industrie geen relatie hadden, terwijl te
vens van te voren het juridisch advies van
den landsadvocaat en het economisch ad
vies van den regeeringscommlssaris voor de
varkenshouderij was ingewonnen.
Voorts moet niet uit het oog verloren
worden, dat de taxaties, waarop de aan
de bedrijven toe te kennen vergoedingen
waren gebaseerd, zijn verricht door te goe
der naam en faam bekend staande des
kundigen. en dat de Crisis-Accountants
dienst door een scherpe controle er voor
gewaakt heeft, dat door de Nederlandsche
Var kenscentrale geen ongemotiveerde be
talingen werden verricht.
De geuite klacht, dat verschillende groe
pen van belanghebbenden in het bestuur
de>' Nederlandsche Varkenscentrale niet
waren vertegenwoordigd, acht de Commis
sie feitelijk juist.
Zij meent dat ook bescheiden vertegen
woordiging van andere belangengroepen,
met actieve deelneming in de gestie der
Centrale, het ontstaan van wantrouwen en
ongegronde verdenking, zou hebben tegen
gegaan.
De Commissie is voorts van oordeel, dat
ook wat de financleele en administratieve
gestie der Nederlandsche Varkenscentrale
aangaat, waarop, naar haar is gebleken,
door den Crisis-Accountantsdienst een
doeltreffende controle is gehouden meer
en tijdiger openbaarheid wenschelijk ware
geweest, terwijl ook een voortvarend on
derzoek ten aanzien van ingekomen klach
ten een middel ware geweest om het ver»
trouwen van de burgerij in de onkreuk
baarheid der leiding te versterken.
Onverwijld na het verschijnen van het)
rapport, heeft de Minister van Economi
sche Zaken opdracht gegeven, voor zoover
aan de door de Commissie gemaakte op
merkingen nog niet reeds uit anderen
hoofde gevolg mocht zijn gegeven, deze
te onderzoeken en verbetering aan te
brengen.
De vraag ln hoeverre de bemoeiingen
van de Nederlandsche Varkenscentrale
zich verder zullen gaan uitstrekken door
den aard der haar ter behartiging opge
dragen algemeene belangen strikt wordt
vereischt is bij den Minister nog in on
derzoek, vooral ook in verband met een
tot den Minister door de 3 Centrale Land
bouw Organisaties gericht verzoek, aan de
N.V.C. opdracht te geven zich in de toe
komst ook bezig te houden met dén bin-
nenlandsehen handel in varkens. De Mi
nister wacht de laatste adviezen en zal
daarna zijn beslissing nemen. Evenzoo
wordt de verhouding tot diverse binnen
landsche slachterijen thans nader onder
de oogen gezien. Aan de klacht, dat ver
schillende groepen van belanghebbenden
niet in het Bestuur der N.V.C. vertegen
woordigd zouden zijn, was reeds gevolg ge
geven bij de oprichting van de Ned. Vee
houderij Centrale, waarbij aan de be-
stuursbenoeming een zoo breed mogelijk
overleg met groepen van belanghebbenden
is vooraf gegaan. Omtrent de samenstel
ling van verschillende Commissies in deze
Centrale wordt thans door den Mini-ter
het oordeel van het Bestuur gevraagd,
waarna de benoeming zal plaats hebben.
De Minister heeft maatregelen genomen,
dat zoowel de besturen als de Commissies
minstens een bepaald aantal vergaderin
gen per jiar zullen houden. In hoeverre
aan den wensch van de Commissie tot
meerdere publiciteit van contracten en
finantieele resultaten gevolg kan worden
gegeven wordt nog door den Minister on
derzocht.
Door de nieuwe gecentraliseerde con
trole, waarover de Minister thans beschikt,
vertrouwt hij meer dan het vroeger mo
gelijk was, fraude gevallen tot een minime
terug te brengen. In ieder geval zijn reeds
maatregelen getroffen, waardoor elke
klacht, welke inkomt, nauwkeurig wordt
onderzocht.
Ten aanzien van het baconcontract moge
ten slotte nog worden opgemerkt, dat
gelijk bekend reeds eenigen tijd een
nieuwe regeling in werking is getreden,
waarbij aan de bezwaren, welke naar
voren zijn gebracht, tegemoet wordt ge
komen.
RECLAME.
8639
F. C. van D. te K. Wendt u tot den
directeur van de MiddJukre Handelsavond-
schooi van het Genootschap „Kennis is
Macht", mr. dr. H. D. M. Knol, tijdelijk
Mareschool, alhier.
G. V. d. L. te N. Noordwijk. Lelden,
Alphen, Bodegraven, Woerden, Utrecht,
Amersfoort, Hoevelaken, Milligen, Apel
doorn. Totaal 125 K.M.
De dienst Amsterdam—Harderwijk is
sedert 15 September gestaakt.
88