U wexki, drin Regeering pleit voor Verkeersfonds 758le Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 14 September 1934 Derde Blad No. 22848 BINNENLAND. Ook het verkeer te water wordt spoedig geregeld VRAGENRUBRIEK. b „VIERMAAL VASTHOUDEN". ECONOMISCHE EN POLITIEKE BESCHOUWINGEN VAN MINISTER SLOTEMAKER DE BRUINE. Veelzeggende cijfers. Minister Slotemaker de Bruine. Op den Landdag van den Chr. Hist. Statenkring Dokkum heeft prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine gisteren een réde gehouden over „Vier maal vasthouden", waarin hij wees op den nood van ons land en zeide dat die nood wordt verergerd doordat, internationaal de toestand zonder eenig licht is. Het blijft een primaire ëisch om de begrooting sluitend te maken en sluitend te houden. Dit zal in de naaste toekomst nog nieuwe ernstige verplich tingen veroorzaken. De deelen, die thans sprekers departe ment samenstellen, vroegen tezamen in 1914 van de Staatsbegrooting nog geen 5 millioen. Voor dezelfde doeleinden heeft de begrooting van 1934 100 millioen meer gevraagd: in 20 jaar tijd. Daarbij zijn rond f. 60.000.000 in verband met de werkloozen- zorg, maar de andere f. 40.000.000.zijn toch nog aldus verdeeld: voor arbeiders bescherming f. 1.000.000.meer, voor ar beidersverzekering f. 28.000.000.— meer, yoor volksgezondheid f. 2.000.000.meer en voor woningvoorziening f. 9 000.000.meer Spr. beweert geenszins, dat dit alles weel de beteekent, maar hij beweert wel, dat wij zoo niet zullen kunnen verder gaan en dat het de grootste moeite zal kosten om het bereikte zooveel doenlijk in stand te houden. Spr.'s begrooting voor 1935, die de volgende week wordt ingediend, is uit sociaal oogpunt bezien zeer verdedigbaar. Maar spr. vraagt zich wel af, hoe lang hij dat zal kunnen volhouden. Reeds nu heeft spr. natuurlijk bezuinigd en moeten be zuinigingen: er zal met name op de over heidsbemoeienis meer bezuinigd moeten worden. Dat is een zwaar werk. Het is yeel mooier om een nieuw schip te bouwen op te tuigen en te laten uitvaren, zonder dat men op de millioenen behoeft te let ten, dan om gedurende een storm een ge havend schip zoo te leiden, dat het toch nog drijvend blijft. Maar alles overwogen is de laatste taak grootscher dan de eer ste. En dit alles zullen wij in strijd met alle demagogie nadrukkelijk aan ons volk moeten zeggen. Deze economisch-sociale beschouwing is het eerste, wat wij moeten vasthouden. Het tweede is de georganiseerde volksin vloed. Dat het met het Parlement en den parlementairen invloed in de wereld be denkelijk staat, weet ieder. Wij mogen zeer dankbaar zijn voor wat wij in Nederland nog bezitten; maar bewaren daarvan zal slechts mogelijk zijn wanneer wij de be voegdheden scherp scheiden. Het volk heeft niet de taak om te regeeren. Het heeft er ook de kennis van de feiten niet voor. Wanneer dit niet aan het volk na drukkelijk verkondigd wordt en wanneer een valsche demagogie blijft voortgaan te propageeren, dat de regeering de ex ponent is van de volksmassa, dan is het weldra met iederen volksinvloed gedaan. Spr. stelt er prijs op te zeggen, dat naar zijn overtuiging die volksinvloed bewaard moet blijven, reeds daarom, omdat critiek tegenover de Regeering noodzakelijk is en blijft. Zij moet natuurlijk een loyale critiek zijn. Zij moet zóó worden geoefend, dat de oppositie van heden niet anders zou be hoeven te spreken of te handelen wan neer zij morgen meerderheid werd. Spr. betreurt, dat de sociaal-democTatie aan dezen eischen niet voldoet. De Staten-Generaal zullen voor haar deel ervoor moeten zorgen, dat het over leg tusschen regeering en volk blijft loo- pen over het daarvoor aangewezen or gaan, derhalve over de Kamers. Het derde, dat vastgehouden moet wor den, is de nationale gedachte. Daarbij zal het noodig zijn, dat allen oog hebben voor de nationale goederen. Spr. denkt aan het bezit van Oranje, aan een opvatting van geestelijke vrijheid, die zich onder leiding van Oranje en in den strijd tegen Spanje heeft gevormd en sindsdien telkenmale zich heeft aangemeld. Daarnaast staat de eisch, dat alle groepen zich bewust blijven of worden, deel te zijn van het groote geheel. Wie in deze tijden werft voor zijn eigen klasse, zijn eigen groep, zijn eigen branche, zon der voortdurend het geheel in het oog te houden, die versplintert het volk en hij offert het nationale. De vraag is dan ech ter of niet gebroken moet worden met iedere gedachte aan geleding van het reik en of dit niet louter als één geheel zal moeten worden gezien. Deze vraag voert baar het vierde onderwerp, waarover spr. tenslotte iets zeggen ging: Wij moeten onze beginselen vasthouden. Wij Willen niet een staat als albeheerscher. De een heid moet komen doordat wij ons op onze geestelijke beginselen bezonnen hebben en doordat wij, aldus eerst onszelf zijnde, on derzoeken welke gemeenschappelijke taak rij met den ander samen kunnen vervullen Wie de vier genoemde dingen vasthoudt en het laatste het meeste, die kan met Gods hulp door deze zware tijden gaan met een vasten tred. OPENING DER STATEN- GENERAAL. HET OFFICIEEL PROGRAMMA DER PLECHTIGHEID. Het officieel programma voor de opening van de zitting der Staten-Generaal op Dinsdag a.s. luidt als volgt: Des namiddags te half een zullen de leden der Staten-Generaal In vereenigde vergadering in de Ridderzaal op het Bin nenhof te zamen komen, onder leiding van den voorzitter van de Eerste Kamer. De Ministers en de leden van den Raad van State zullen zich, des namiddags te één uur, mede in die zaal vereenigen. Ten einde de zitting der Staten-Gene raal te openen, zal H. M. de Koningin, te één uur met den volgenden stoet van het Koninklijk Paleis afrijden: een Commando Cavalerie tot opening van den stoet; een Rijknecht-majoor en twee rijknechts te paard; de Kamerheer- Ceremoniemeester, gezeten in een rijtuig, met twee paarden hespannen, en met één lakei naast elk portier; acht Kamer- heeren, gezeten in twee rijtuigen, elk met twee paarden bespannen, en met een lakei naast elk portier; de Grootofficieren, volgens rang van benoeming gezeten in twee rijtuigen, elk met twee paarden be spannen, en met twee lakeien naast elk portier; de Grootmeesteres en de dienst doende Dame du Palais. gezeten in een rijtuig, met twee paarden hespannen en met twee lakeien naast elk portier; de Opperceremoniemeester, gezeten in een rijtuig, met twee paarden bespannen en met twee lakeien naast elk portier; H. M. de Koningin, vergezeld van H. K. H. Prin ses Juliana, gezeten in een Staatsiekoets, met acht paarden bespannen, en met één koetsier naast elk paard en vier lakeien aan elke zijde van de koets. De Chef van het Militaire Huis en de Gouverneur der Koninklijke Residentie, te paard, lijden respectievelijk ter rechter- en ter linkerzijde van de Staatsiekoets. De officieren der landmacht van het Militaire Huls rijden te paard, achter de Staatsie koets, twee aan twee. naar ouderdom van rang, de oudsten voor. Een Commando Cavalerie sluit den stoet, die zal rijden: door de Heulstraat, het Lange Voorhout (Schelppad), over den Korten Vijverberg naar het Binnenhof. Te kwart vóór één uur zullen aan den ingang van de Ridderzaal aanwezig zijn de officieren der zeemacht van het Mili taire Huis. Bij aankomst van den stoet aan de Ridderzaal zal H. M. de Koningin, aan den ingang ontvangen worden door een com missie uit de vergadering, die, vooraf gegaan door den kamerheer-ceremonie meester, de acht kamerheeren, de groot officieren en den opperceremoniemeester, H. M. geleidt naar den Koninklijken zetel. De Grootmeesteres en de dienstdoende Dame du Palais. de Chef van het Militaire Huis. de Gouverneur der Koninklijke Residentie, de eerste Stalmeester en de Officieren van het Militaire Huis volgen onmiddellijk. Nadat de zitting door H. M. de Koningin is geopend, wordt Zij door de genoemde Commissie voorafgegaan door den Opper ceremoniemeester, naar de wachtkamer geleid. Hare Majesteit de Koningin keert naar het Koninklijk Paleis terug met den stoet van het Binnenhof, over den Korten Vijverberg, door het Lange Voorhout (Schelppad) en de Heulstraat, naar het Koninklijk Paleis. Minuutschoten uit het geschut zullen worden gelost gedurende den rit van Hare Majesteit de Koningin naar de vergader zaal en gedurende den terugrit naar het Koninklijk Paleis. WIJZIGING DER IJKWET. Het tegengaan van misleiding door flesschen enz. in overweging. Verschenen is de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer betreffende het wetsontwerp: „Nieuwe regeling betreffende de maten, gewichten, meet- en weegwerktulgen. Wij lezen erin: De voorgestelde uitbreiding der over heidsbemoeiing zal inderdaad eenigermate belemmerend werken en ook eenige kosten vergen. Hieraan is niet te ontkomen. De vorm, welke voor het toezicht op de in strumenten. welke thans buiten controle staan, is gekozen, is evenwel een zoodanige dat met reden de verwachting mag wor den uitgesproken, dat handel en industrie daarvan geen overmatigen hinder zullen ondervinden. Bij doorvoering van het systeem van keuring naar modellen, zul len voorts de kosten voor het bedrijfsleven gering zijn. De meening, dat van de voorgestelde keuring naar model'weinig of geen waar borg voor de juistheid van aanwijzing der naar het model vervaardigde werktuigen is te verwachten, kan de minister niet deelen, al wil hij gaarne toegeven, dat een volledige waarborg daarin niet is gelegen. De keuring mag evenwel niet los gedacht worden van het toezicht, dat op de in ge bruik zijnde voorwerpen, naar goedgekeurd model vervaardigd, zal worden uitgeoefend. Zou na verloop van tijd blijken, dat met de keuring naar model, gesteund door een toezicht op in gebruik gestelde werktuigen, voor één of meer soorten geen behoorlijke controle kan worden verkregen, dan biedt het bepaalde in art. 11, eerste lid, de gele genheid, ten aanzien daarvan tot indivi- dueele keuring over te gaan. Het is den minister bekend, dat men van verschillende zijden verlangens koestert met betrekking tot een wettelijke regeling, welke misleiding van het publiek inzake het gebruik van flesschen enz. tegengaan. De minister is gaarne bereid te overwegen of en zoo ja, welke maatregelen zouden zijn te nemen, om aan de zich hier voor doende bezwaren tegemoet te komen. PROEFRITTEN MET DIESELTREINEN. Bevredigende resultaten na de reparatie. Onze spoorwegmedwerker meldt: Gisteren hebben verschillende „verbeter de" Dieseltreinen weer proefritten gedaan. Naar wij vernemen hebben deze proefrit ten zeer voldaan en hebben zich tijdens die rit geen „gebreken" voorgedaan. Vol gende week zullen weer nieuwe proefritten gehouden worden. RECLAME- 7471 dat de zenuwen U parteri spelen, wanneer, hart kloppingen en verhoogde bloeddruk reden.tot be zorgdheid geven, wan neer onrustige nachten Uw gezondheid onder-, mijnen, ,en het klimmen der jaren meer zorg voor „Uw welzijn eischt, wordt het hoog lijd aan Koltie Hag te denken. De echte Koffie Hag vrijwaart U van de jp- zweepende werking der cofteïne, omdat ze ge garandeerd coffeïnevrij is. Koffie Hag spaart hart en zenuwen, maar laat U hetkostelijk genot van echte, fijne koffie, zonder dat Uw nachtrust gevaar loopt. Daaröm van ni' af: VOORKOMEN VAN DUBBELE BELASTING. Verdrag tusschen Nederland en België. Ingediend is een wetsontwerp tot goed keuring van het op 20 Februari 1933 tus schen Nederland en België gesloten ver drag ter voorkoming van dubbele belasting en tot regeling van eenige andere belas tingaangelegenheden, met daarbij behoo- rend slotprotocol, benevens het treffen van eenige voorzieningen met betrekking tot de belastingen naar het inkomen, naar de winst en naar het vermogen. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: In het algemeen zijn de beginselen, waarvan het verdrag uitgaat, dezelfde ais die, welke de internationale conferentie van regeeringsdeskundigen, welke in 1928 te Genève werd bijeengeroepen, hebben ge leid bij hare voorstellen tot oplossing van het vraagstuk der dubbele belasting, met dien verstande, dat regelen, nopens het belasten van de opbrengst van roerend kapitaal met uitzondering van vorde ringen, verzekerd door hypotheek op on roerende goederen buiten het verdrag zijn gelaten. DE NIEUWE SPELLING. Nu de regeering het verkeerde voorbeeld geeft In een circulaire aan de hoofden van de Gemeentelijke onderwijsinrichtingen schrijven B. en W. van Utrecht o.a. De leerlingen, die na het verlaten der school een betrekking trachten te vinden, moeten door die school worden uitgerust met zoo groot mogelijke kennis om een bestaan te kunnen vinden. Zij zullen daar toe moeten kunnen lezen en schrijven in de gangbare spelling, welke vereischt wordt, met name bij de briefwisseling, door de overheid gevoerd. Zoolang de bij Kon. Besluiten van 23 Aug. voor enkele examens voorgeschreven spelling niet de gangbare is. kan de school niet volstaan met het onderwijs in die spelling, In het algemeen zal dus ook voortaan de tot nu toe onderwezen spelling op de scholen der gemeente moeten wor den onderwezen en gebruikt. Daarnaast zullen de scholen, die oplei den tot een der bedoelde examens, den leerlingen de op die examens gevorderde spelling moeten eigen maken. Aangezien uit de Kon. Besluiten volgt, dat deze spel ling in één jaar voldoende kan worden aangeleerd om haar op het eindexamen te gebruiken, bepalen wij, dat zij in de hoogste klasse van het gymnasium, het lyceum voor meisjes, de hoogere burger scholen met 5-jarigen cursus en de avondschool voor handel en administratie moet worden onderwezen, waarbij echter de kennis der gangbare spelling niet mag worden verwaarloosd. STEUN AAN DE MIJNINDUSTRIE. Contingenteerings-ontwerp thans ingediend. Ingediend is een wetsontwerp tot con- tingenteering van den invoer van steen kool, cokes en steenkoolbriketten, krach tens de Crisis-invoerwet. De regeering zet in de toelichting uit een, dat er practisch geen productieland meer is, dat niet door één of anderen maatregel zijn inheemsche kolenmarkt heeft beschermd. Door de gevoerde politiek van de prijzen zooveel mogelijk te druk ken, zijn de mijnen er in de afgeloopen jaren in geslaagd, de werkloosheid, die in de buitenlandsche mijndistricten tot een ware ramp is uitgegroeid, nog binnen zekere grenzen te houden, In het loopende jaar is echter de toestand in het mijn- district. zeer hachelijk geworden, terwijl de invoer, die in het afgeloopen jaar ge leidelijk was gedaald, in 1933 weer een stijging vertoont. In het bijzonder de invoer uit Polen Verschenen is de Memorie van Antwoord op het voorloopig verslag der Eerste Kamer betreffende het wetsontwerp tot instelling van een Verkeersfonds. De regeering acht het moeilijk denk baar, dat geheele of gedeeltelijke coördi natie zonder wettelijke voorbereiding ten uitvoer kan komen, omdat ordening van het verkeer zóó diep zal moeten ingrij pen, dat de daarvoor vereischte regelen buiten den wetgever om niet zouden kun nen worden getroffen. Gaarne wordt veTklaard. dat ook de regeering den voorbereidenden arbeid voor de tot standkoming van de vereischte corödinatle zooveel mogelijk wenscht te doen bespoedigen. Aangezien deze coördinatie, wil zij doel treffend zijn, regelen voor het geheele verkeer in onderling verband zal moeten bevatten, zal niet langer dan strikt noodig het verkeer te water worden buitengeslo ten; ook de verdere ontwikkeling van dit verkeer zal meer dan tot dusver is geschied, in overeenstemming moeten worden ge bracht met de economische behoeften in ruimen omvang. Met de instelling van een verkeerfonds wordt o.m. beoogd een overzicht te krijgen van de verhouding van het geheele ver keer tot 's rijks financiën; een dergelijk overzicht geeft reeds dadelijk een tekort aan, tot dekking waarvan de rijksmidde len. door het verkeer opgebracht, versterkt moeten worden. Verband tusschen deze middelenver sterking, welke gezocht is in verhooging van de belasting op motorrijtuigen én het Verkeersfonds is derhalve zeker aanwezig zocdat het niet bevreemden kan, dat deze zaken in een zelfde wettelijke regeling zijn opgenomen Bedoelde belastingverhooging zal noodig zijn, zoolang de financieele uitkomsten van het Verkeerfonds zoo ongunstig zijn als onder de tegenwoordige omstandig heden. Wijziging in die verhooging kan naar gelang de toestand van het fonds dit toe laat geschieden en zij behoeft derhalve niet als blijvend te worden beschouwd, al kan thans deze maatregel niet aan een termijn worden gebonden, zooals met enkele crisismaatregelen het geval is. De vrees, dat de heffing van dien aard is, dat automobielen voor persoonlijk ge bruik en voor luxe doeleinden minder gebezigd zullen worden, waarvan weer de belastingopbrengst en de werkgelegenheid den terugslag zullen ondervinden, wordt niet gedeeld. Minder juist acht de regeering de opvat ting, dat zij geneigd zou zijn met twee maten te meten, door in het bijzonder de belastingverhooging van het motorvervoer te bezigen, om de spoorwegen te begun stigen. In hoever door de belastingverhooging compensatie aan de spoorwegen zal wor den gegeven, voor benadeeling als gevolg van de vrijheid van het motorverkeer tegenover het gebonden zijn van het spoor wegverkeer, is onmogelijk juist te schat ten. De regeering heeft zich ter zake ge houden aan het rapport-Weiter. Het wordt niet dienstig geacht, van de belastingverhooging bepaalde categorieën van vervoerders en nog minder een enkele onbestemde categorie als kleine vrachtver voerders uit te zonderen. De Regeering verzekert, dat het wets ontwerp niet uitgaat van de grondgedachte om het spoorwegtekort door verhoogde op brengst van het motorvervoer te dekken. De vraag of van de zijde der spoorwe gen is aangedrongen op indiening van dit wetsontwerp, wordt ontkennend beant woord. Er zal naar moeten worden gestreefd, dat elk verkeer zich zelf zal bedruipen. De' vraag, in hoeverre dit thans reeds het ge val is, kan voor het oogenbllk onbeant woord blijven en beter na bestudeering van dit ontwerp door de Centrale Commis sie tot oplossing worden gebracht. Overeenkomstig de bedoeling, welke bij het vijfjarig werkplan van 1933 heeft voorgezeten, wordt groote aandacht be steed aan het spoedig tot stand brengen van de verbindingen in het Westen des lands. Het tijdstip van voltooiing dezer verbindingen kan niet met zekerheid wor den voorspeld. Zoodra omtrent de midde len over de komende jaren voor de gewone en de versnelde uitvoering van wegen- en bruggenverbetering kan worden beschikt en de gegevens meer vaststaan, zullen hieromtrent betrouwbare mededeelingen kunnen worden gedaan. De zoo goed als voltooide aanleg van de lijnen GoudaAlphen en Schaesberg Kerkrade is een gevolg van vroegere ver bintenissen, waaraan de Staat zich niet kon onttrekken. Iets dergelijks geldt van de ringbaan om Amsterdam, welker vol tooiing echter kon worden opgeschort. Dat medewerking van den wetgever voor werkelijk nieuwen aanleg niet licht zal worden gevraagd, schijnt geen verzeke ring te behoeven. De regeering heeft toegezegd, dat zij de met het oog op de versnelling van den brugbouw te nemen wettelijke voorzienin gen spoedig bij de volksvertegenwoordi ging aanhangig zou maken. Het wordt on- gewenscht geacht reeds thans over die voorstellen verdere mededeeling te doen. Opgemerkt wordt, dat. indien geen bij zondere maatregelen worden getroffen voor versterking van de middelen, noodig voor den versnelden bouw, men voor de bruggen zich tevreden zal moeten stellen met de gelden, welke daarvoor uit het Verkeers fonds kunnen worden beschikbaar gesteld, hetgeen erop zou neerkomen, dat de bouw in een veel langzamer tempo zou vorde ren, dan tot nu toe is aangenomen. Met de zienswijze van vele leden betref fende de arbeidsvoorwaarden van chauf feurs en de kwaliteit van voertuigen stemt de regeering in. Bij totstandkoming van de regeling, neergelegd in het wetsont werp tot herziening van de Motor- en Rtjwlelwet, ingediend bij Koninklijke Boodschap van 18 Juli 1934, zal het moge lijk zijn, voorzieningen in bedoelden zin te treffen. Ook de regeering erkent dat niet alle, maar verschillende z.g. tertiaire wegen van belang zijn voor het doorgaand verkeer en dat het billijk mag worden geacht de beheerders dier wegen te steunen naar de mate van het belang, dat die wegen voor dat verkeer vertegenwoordigen. De regeering is bereids krachtig werk zaam in de in het Voorloopig Verslag aan gegeven richting om voor zooveel op de gewone begrooting van het Wegen (ver- keers-) fonds onvoldoende gelden beschik baar kunnen worden gesteld, om de wegenverbetering met den vereisebten spoed te bevorderen door middel van het Werkfonds; mede ten behoeve van werk verruiming, aanvullende fondsen te ver krijgen. De regeering betoogt uitvoerig, dat een verhooging van de benzine-belasting geen aanbeveling zou hebben verdiend. Het oordeel van enkele leden dat, om het autoverkeer te ordenen, de stichting van een staatsbedrijf noodig is, onder be perking van een groot aantal thans werk zame ondernemingen, wordt door de regeering niet onderschreven. vormt op dit oogenblik een bedreiging voor den binnenlandschen afzet. In verband met deze ontwikkeling en met het oog op den steeds ernstiger wor denden toestand in onze mijnindustrie heeft de minister een ingrijpen noodzake lijk geacht. Het bunkerkolenbedrijf is geheel buiten den invloed dezer contingenSeering ge houden. HULDIGING EDO BERGSMA. H. K. H. Prinses Juliana heeft aan den penningmeester van het huldigingscomité, den heer A. Pierson, bankier te Amster dam, een bijdrage gezonden voor 't hulde blijk, dat den heer Edo Bergsma zal wor den aangeboden ter gelegenheid van zijn 50-jarig voorzitterschap van den A.N.W.B. Toeristenbond voor Nederland. VERSPREIDE BERICHTEN. Bij Kon. besluit is, met ingang van 15 September benoemd tot directeur van de Flliaalinrichtmg te Amsterdam van het Koninklijk Nederlandse!) Meteorologisch Instituut in vasten dienst de directeur van de 4de afdeeling van dat Instituut P. M. van Riel en tot directeur bij het Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch Instituut in vasten dienst de adjunct directeur bij dat Instituut H. Keyser. Bij Kon besluit is benoemd tot notaris binnen het arrondissement Middelburg, ter standplaats de gemeente Zierikzee, J. J. van den Ende, candidaat-notaris te Middelburg en binnen het arrondissement Leeuwarden, ter standplaats Anjum, ge meente Oostdongeradeel, 3. Bolwijn, can didaat-notaris te Bolsward. De gewone audiëntie van den minister van financiën zal op Maandag 17 Septem ber a.s. niet plaats hebben. RECLAME. 20 JAAR LANG DE „DAGELIJKSCHB DOSIS" GENOMEN OM VRIJ VAN RHEUMATIEK TE BLIJVEN. Toen zij 58 was, had deze vrouw rheuma- tische pijnen. Ze nam Kruschen Salts om ze kwijt te raken En hier is zij nu nog steeds vrij van rheumatische pijnen nog steeds trouw aan de dagelijksche dosis Kruschen Salts, wat zij nu twintig jaar lang genomen heeft. „Het doet mij genoegen U te kunnen vertellen", schrijft zij, „dat ik meer dan 20 jaar lang Kruschen Salts neem eerst in Engeland en toen hier zeven jaar lang. Ik begon er in Engeland mee tegen rheu matische pijnen en vond dat het me zoo goed deed, dus ging ik er mee door. Sinds ik hier ben, heb ik nog geen rheu matische pijnen gehad. Ik ben nu 78 jaar, en zal doorgaan Kruschen Salts te nemen zoolang ik leef. juist de kleine dagelijksche dosis als opgegeven." Mevr. E. H. Indien de afvoerorganen niet behoorlijk functionneeren, zullen afvalstoffen zich in het lichaam ophoopen, welke de gezond heid ernstig kunnen schaden, o.a. het urinezuur, waardoor meestal rheumatische pijnen ontstaan. De „dagelijksche dosis" Kruschen Salts spoort de afvoerorganen tot geregelde werking aan, zoodat alle schadelijke stoffen uit het lichaam worden verwijderd en zich nooit meer kunnen op hoopen. Kruschen Salts is uitsluitend ver krijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f. 0.90 en f. 1.60 per flacon, omzetbelas ting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch zoowel als op de buitenver pakking de naam Rowntree Handels Maat schappij Amsterdam voorkomt. 7475 L. H. J.. te L. Doarover dient U zich tot V. D te wende».

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 9