U wexki,
drin
Regeering pleit voor Verkeersfonds
758le Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 14 September 1934
Derde Blad
No. 22848
BINNENLAND.
Ook het verkeer te water wordt spoedig geregeld
VRAGENRUBRIEK.
b
„VIERMAAL VASTHOUDEN".
ECONOMISCHE EN POLITIEKE
BESCHOUWINGEN VAN MINISTER
SLOTEMAKER DE BRUINE.
Veelzeggende cijfers.
Minister Slotemaker de Bruine.
Op den Landdag van den Chr. Hist.
Statenkring Dokkum heeft prof. dr. J. R.
Slotemaker de Bruine gisteren een réde
gehouden over „Vier maal vasthouden",
waarin hij wees op den nood van ons land
en zeide dat die nood wordt verergerd
doordat, internationaal de toestand zonder
eenig licht is. Het blijft een primaire
ëisch om de begrooting sluitend te maken
en sluitend te houden. Dit zal in de naaste
toekomst nog nieuwe ernstige verplich
tingen veroorzaken.
De deelen, die thans sprekers departe
ment samenstellen, vroegen tezamen in
1914 van de Staatsbegrooting nog geen
5 millioen. Voor dezelfde doeleinden heeft
de begrooting van 1934 100 millioen meer
gevraagd: in 20 jaar tijd. Daarbij zijn rond
f. 60.000.000 in verband met de werkloozen-
zorg, maar de andere f. 40.000.000.zijn
toch nog aldus verdeeld: voor arbeiders
bescherming f. 1.000.000.meer, voor ar
beidersverzekering f. 28.000.000.— meer,
yoor volksgezondheid f. 2.000.000.meer en
voor woningvoorziening f. 9 000.000.meer
Spr. beweert geenszins, dat dit alles weel
de beteekent, maar hij beweert wel, dat
wij zoo niet zullen kunnen verder gaan
en dat het de grootste moeite zal kosten
om het bereikte zooveel doenlijk in stand
te houden. Spr.'s begrooting voor 1935, die
de volgende week wordt ingediend, is uit
sociaal oogpunt bezien zeer verdedigbaar.
Maar spr. vraagt zich wel af, hoe lang hij
dat zal kunnen volhouden. Reeds nu heeft
spr. natuurlijk bezuinigd en moeten be
zuinigingen: er zal met name op de over
heidsbemoeienis meer bezuinigd moeten
worden. Dat is een zwaar werk. Het is
yeel mooier om een nieuw schip te bouwen
op te tuigen en te laten uitvaren, zonder
dat men op de millioenen behoeft te let
ten, dan om gedurende een storm een ge
havend schip zoo te leiden, dat het toch
nog drijvend blijft. Maar alles overwogen
is de laatste taak grootscher dan de eer
ste. En dit alles zullen wij in strijd met
alle demagogie nadrukkelijk aan ons volk
moeten zeggen.
Deze economisch-sociale beschouwing is
het eerste, wat wij moeten vasthouden.
Het tweede is de georganiseerde volksin
vloed. Dat het met het Parlement en den
parlementairen invloed in de wereld be
denkelijk staat, weet ieder. Wij mogen zeer
dankbaar zijn voor wat wij in Nederland
nog bezitten; maar bewaren daarvan zal
slechts mogelijk zijn wanneer wij de be
voegdheden scherp scheiden. Het volk
heeft niet de taak om te regeeren. Het
heeft er ook de kennis van de feiten niet
voor. Wanneer dit niet aan het volk na
drukkelijk verkondigd wordt en wanneer
een valsche demagogie blijft voortgaan
te propageeren, dat de regeering de ex
ponent is van de volksmassa, dan is het
weldra met iederen volksinvloed gedaan.
Spr. stelt er prijs op te zeggen, dat naar
zijn overtuiging die volksinvloed bewaard
moet blijven, reeds daarom, omdat critiek
tegenover de Regeering noodzakelijk is en
blijft. Zij moet natuurlijk een loyale critiek
zijn. Zij moet zóó worden geoefend, dat de
oppositie van heden niet anders zou be
hoeven te spreken of te handelen wan
neer zij morgen meerderheid werd. Spr.
betreurt, dat de sociaal-democTatie aan
dezen eischen niet voldoet.
De Staten-Generaal zullen voor haar
deel ervoor moeten zorgen, dat het over
leg tusschen regeering en volk blijft loo-
pen over het daarvoor aangewezen or
gaan, derhalve over de Kamers.
Het derde, dat vastgehouden moet wor
den, is de nationale gedachte. Daarbij zal
het noodig zijn, dat allen oog hebben voor
de nationale goederen. Spr. denkt aan het
bezit van Oranje, aan een opvatting van
geestelijke vrijheid, die zich onder leiding
van Oranje en in den strijd tegen Spanje
heeft gevormd en sindsdien telkenmale
zich heeft aangemeld.
Daarnaast staat de eisch, dat alle
groepen zich bewust blijven of worden,
deel te zijn van het groote geheel. Wie in
deze tijden werft voor zijn eigen klasse,
zijn eigen groep, zijn eigen branche, zon
der voortdurend het geheel in het oog te
houden, die versplintert het volk en hij
offert het nationale. De vraag is dan ech
ter of niet gebroken moet worden met
iedere gedachte aan geleding van het
reik en of dit niet louter als één geheel zal
moeten worden gezien. Deze vraag voert
baar het vierde onderwerp, waarover spr.
tenslotte iets zeggen ging: Wij moeten
onze beginselen vasthouden. Wij Willen
niet een staat als albeheerscher. De een
heid moet komen doordat wij ons op onze
geestelijke beginselen bezonnen hebben en
doordat wij, aldus eerst onszelf zijnde, on
derzoeken welke gemeenschappelijke taak
rij met den ander samen kunnen vervullen
Wie de vier genoemde dingen vasthoudt
en het laatste het meeste, die kan met
Gods hulp door deze zware tijden gaan met
een vasten tred.
OPENING DER STATEN-
GENERAAL.
HET OFFICIEEL PROGRAMMA DER
PLECHTIGHEID.
Het officieel programma voor de opening
van de zitting der Staten-Generaal op
Dinsdag a.s. luidt als volgt:
Des namiddags te half een zullen de
leden der Staten-Generaal In vereenigde
vergadering in de Ridderzaal op het Bin
nenhof te zamen komen, onder leiding van
den voorzitter van de Eerste Kamer.
De Ministers en de leden van den Raad
van State zullen zich, des namiddags te
één uur, mede in die zaal vereenigen.
Ten einde de zitting der Staten-Gene
raal te openen, zal H. M. de Koningin, te
één uur met den volgenden stoet van het
Koninklijk Paleis afrijden:
een Commando Cavalerie tot opening
van den stoet; een Rijknecht-majoor en
twee rijknechts te paard; de Kamerheer-
Ceremoniemeester, gezeten in een rijtuig,
met twee paarden hespannen, en met één
lakei naast elk portier; acht Kamer-
heeren, gezeten in twee rijtuigen, elk met
twee paarden bespannen, en met een
lakei naast elk portier; de Grootofficieren,
volgens rang van benoeming gezeten in
twee rijtuigen, elk met twee paarden be
spannen, en met twee lakeien naast elk
portier; de Grootmeesteres en de dienst
doende Dame du Palais. gezeten in een
rijtuig, met twee paarden hespannen en
met twee lakeien naast elk portier; de
Opperceremoniemeester, gezeten in een
rijtuig, met twee paarden bespannen en
met twee lakeien naast elk portier; H. M.
de Koningin, vergezeld van H. K. H. Prin
ses Juliana, gezeten in een Staatsiekoets,
met acht paarden bespannen, en met één
koetsier naast elk paard en vier lakeien
aan elke zijde van de koets.
De Chef van het Militaire Huis en de
Gouverneur der Koninklijke Residentie, te
paard, lijden respectievelijk ter rechter-
en ter linkerzijde van de Staatsiekoets. De
officieren der landmacht van het Militaire
Huls rijden te paard, achter de Staatsie
koets, twee aan twee. naar ouderdom van
rang, de oudsten voor.
Een Commando Cavalerie sluit den stoet,
die zal rijden: door de Heulstraat, het
Lange Voorhout (Schelppad), over den
Korten Vijverberg naar het Binnenhof.
Te kwart vóór één uur zullen aan den
ingang van de Ridderzaal aanwezig zijn
de officieren der zeemacht van het Mili
taire Huis.
Bij aankomst van den stoet aan de
Ridderzaal zal H. M. de Koningin, aan den
ingang ontvangen worden door een com
missie uit de vergadering, die, vooraf
gegaan door den kamerheer-ceremonie
meester, de acht kamerheeren, de groot
officieren en den opperceremoniemeester,
H. M. geleidt naar den Koninklijken zetel.
De Grootmeesteres en de dienstdoende
Dame du Palais. de Chef van het Militaire
Huis. de Gouverneur der Koninklijke
Residentie, de eerste Stalmeester en de
Officieren van het Militaire Huis volgen
onmiddellijk.
Nadat de zitting door H. M. de Koningin
is geopend, wordt Zij door de genoemde
Commissie voorafgegaan door den Opper
ceremoniemeester, naar de wachtkamer
geleid.
Hare Majesteit de Koningin keert naar
het Koninklijk Paleis terug met den stoet
van het Binnenhof, over den Korten
Vijverberg, door het Lange Voorhout
(Schelppad) en de Heulstraat, naar het
Koninklijk Paleis.
Minuutschoten uit het geschut zullen
worden gelost gedurende den rit van Hare
Majesteit de Koningin naar de vergader
zaal en gedurende den terugrit naar het
Koninklijk Paleis.
WIJZIGING DER IJKWET.
Het tegengaan van misleiding door
flesschen enz. in overweging.
Verschenen is de Memorie van Antwoord
op het Voorloopig Verslag der Tweede
Kamer betreffende het wetsontwerp:
„Nieuwe regeling betreffende de maten,
gewichten, meet- en weegwerktulgen. Wij
lezen erin:
De voorgestelde uitbreiding der over
heidsbemoeiing zal inderdaad eenigermate
belemmerend werken en ook eenige kosten
vergen. Hieraan is niet te ontkomen. De
vorm, welke voor het toezicht op de in
strumenten. welke thans buiten controle
staan, is gekozen, is evenwel een zoodanige
dat met reden de verwachting mag wor
den uitgesproken, dat handel en industrie
daarvan geen overmatigen hinder zullen
ondervinden. Bij doorvoering van het
systeem van keuring naar modellen, zul
len voorts de kosten voor het bedrijfsleven
gering zijn.
De meening, dat van de voorgestelde
keuring naar model'weinig of geen waar
borg voor de juistheid van aanwijzing der
naar het model vervaardigde werktuigen
is te verwachten, kan de minister niet
deelen, al wil hij gaarne toegeven, dat een
volledige waarborg daarin niet is gelegen.
De keuring mag evenwel niet los gedacht
worden van het toezicht, dat op de in ge
bruik zijnde voorwerpen, naar goedgekeurd
model vervaardigd, zal worden uitgeoefend.
Zou na verloop van tijd blijken, dat met
de keuring naar model, gesteund door een
toezicht op in gebruik gestelde werktuigen,
voor één of meer soorten geen behoorlijke
controle kan worden verkregen, dan biedt
het bepaalde in art. 11, eerste lid, de gele
genheid, ten aanzien daarvan tot indivi-
dueele keuring over te gaan.
Het is den minister bekend, dat men van
verschillende zijden verlangens koestert
met betrekking tot een wettelijke regeling,
welke misleiding van het publiek inzake
het gebruik van flesschen enz. tegengaan.
De minister is gaarne bereid te overwegen
of en zoo ja, welke maatregelen zouden
zijn te nemen, om aan de zich hier voor
doende bezwaren tegemoet te komen.
PROEFRITTEN MET DIESELTREINEN.
Bevredigende resultaten na de reparatie.
Onze spoorwegmedwerker meldt:
Gisteren hebben verschillende „verbeter
de" Dieseltreinen weer proefritten gedaan.
Naar wij vernemen hebben deze proefrit
ten zeer voldaan en hebben zich tijdens
die rit geen „gebreken" voorgedaan. Vol
gende week zullen weer nieuwe proefritten
gehouden worden.
RECLAME-
7471
dat de zenuwen U parteri
spelen, wanneer, hart
kloppingen en verhoogde
bloeddruk reden.tot be
zorgdheid geven, wan
neer onrustige nachten
Uw gezondheid onder-,
mijnen, ,en het klimmen
der jaren meer zorg voor
„Uw welzijn eischt,
wordt het hoog lijd
aan Koltie Hag te denken.
De echte Koffie Hag
vrijwaart U van de jp-
zweepende werking der
cofteïne, omdat ze ge
garandeerd coffeïnevrij is.
Koffie Hag spaart hart
en zenuwen, maar laat U
hetkostelijk genot van
echte, fijne koffie, zonder
dat Uw nachtrust gevaar
loopt.
Daaröm van ni' af:
VOORKOMEN VAN DUBBELE
BELASTING.
Verdrag tusschen Nederland en België.
Ingediend is een wetsontwerp tot goed
keuring van het op 20 Februari 1933 tus
schen Nederland en België gesloten ver
drag ter voorkoming van dubbele belasting
en tot regeling van eenige andere belas
tingaangelegenheden, met daarbij behoo-
rend slotprotocol, benevens het treffen van
eenige voorzieningen met betrekking tot
de belastingen naar het inkomen, naar de
winst en naar het vermogen.
Aan de Memorie van Toelichting wordt
het volgende ontleend:
In het algemeen zijn de beginselen,
waarvan het verdrag uitgaat, dezelfde ais
die, welke de internationale conferentie
van regeeringsdeskundigen, welke in 1928
te Genève werd bijeengeroepen, hebben ge
leid bij hare voorstellen tot oplossing van
het vraagstuk der dubbele belasting, met
dien verstande, dat regelen, nopens het
belasten van de opbrengst van roerend
kapitaal met uitzondering van vorde
ringen, verzekerd door hypotheek op on
roerende goederen buiten het verdrag
zijn gelaten.
DE NIEUWE SPELLING.
Nu de regeering het verkeerde voorbeeld
geeft
In een circulaire aan de hoofden van
de Gemeentelijke onderwijsinrichtingen
schrijven B. en W. van Utrecht o.a.
De leerlingen, die na het verlaten der
school een betrekking trachten te vinden,
moeten door die school worden uitgerust
met zoo groot mogelijke kennis om een
bestaan te kunnen vinden. Zij zullen daar
toe moeten kunnen lezen en schrijven in
de gangbare spelling, welke vereischt
wordt, met name bij de briefwisseling,
door de overheid gevoerd.
Zoolang de bij Kon. Besluiten van 23
Aug. voor enkele examens voorgeschreven
spelling niet de gangbare is. kan de
school niet volstaan met het onderwijs in
die spelling, In het algemeen zal dus ook
voortaan de tot nu toe onderwezen spelling
op de scholen der gemeente moeten wor
den onderwezen en gebruikt.
Daarnaast zullen de scholen, die oplei
den tot een der bedoelde examens, den
leerlingen de op die examens gevorderde
spelling moeten eigen maken. Aangezien
uit de Kon. Besluiten volgt, dat deze spel
ling in één jaar voldoende kan worden
aangeleerd om haar op het eindexamen te
gebruiken, bepalen wij, dat zij in de
hoogste klasse van het gymnasium, het
lyceum voor meisjes, de hoogere burger
scholen met 5-jarigen cursus en de
avondschool voor handel en administratie
moet worden onderwezen, waarbij echter
de kennis der gangbare spelling niet mag
worden verwaarloosd.
STEUN AAN DE MIJNINDUSTRIE.
Contingenteerings-ontwerp thans
ingediend.
Ingediend is een wetsontwerp tot con-
tingenteering van den invoer van steen
kool, cokes en steenkoolbriketten, krach
tens de Crisis-invoerwet.
De regeering zet in de toelichting uit
een, dat er practisch geen productieland
meer is, dat niet door één of anderen
maatregel zijn inheemsche kolenmarkt
heeft beschermd. Door de gevoerde politiek
van de prijzen zooveel mogelijk te druk
ken, zijn de mijnen er in de afgeloopen
jaren in geslaagd, de werkloosheid, die in
de buitenlandsche mijndistricten tot een
ware ramp is uitgegroeid, nog binnen
zekere grenzen te houden, In het loopende
jaar is echter de toestand in het mijn-
district. zeer hachelijk geworden, terwijl
de invoer, die in het afgeloopen jaar ge
leidelijk was gedaald, in 1933 weer een
stijging vertoont.
In het bijzonder de invoer uit Polen
Verschenen is de Memorie van Antwoord
op het voorloopig verslag der Eerste
Kamer betreffende het wetsontwerp tot
instelling van een Verkeersfonds.
De regeering acht het moeilijk denk
baar, dat geheele of gedeeltelijke coördi
natie zonder wettelijke voorbereiding ten
uitvoer kan komen, omdat ordening van
het verkeer zóó diep zal moeten ingrij
pen, dat de daarvoor vereischte regelen
buiten den wetgever om niet zouden kun
nen worden getroffen.
Gaarne wordt veTklaard. dat ook de
regeering den voorbereidenden arbeid voor
de tot standkoming van de vereischte
corödinatle zooveel mogelijk wenscht te
doen bespoedigen.
Aangezien deze coördinatie, wil zij doel
treffend zijn, regelen voor het geheele
verkeer in onderling verband zal moeten
bevatten, zal niet langer dan strikt noodig
het verkeer te water worden buitengeslo
ten; ook de verdere ontwikkeling van dit
verkeer zal meer dan tot dusver is geschied,
in overeenstemming moeten worden ge
bracht met de economische behoeften in
ruimen omvang.
Met de instelling van een verkeerfonds
wordt o.m. beoogd een overzicht te krijgen
van de verhouding van het geheele ver
keer tot 's rijks financiën; een dergelijk
overzicht geeft reeds dadelijk een tekort
aan, tot dekking waarvan de rijksmidde
len. door het verkeer opgebracht, versterkt
moeten worden.
Verband tusschen deze middelenver
sterking, welke gezocht is in verhooging
van de belasting op motorrijtuigen én het
Verkeersfonds is derhalve zeker aanwezig
zocdat het niet bevreemden kan, dat deze
zaken in een zelfde wettelijke regeling
zijn opgenomen
Bedoelde belastingverhooging zal noodig
zijn, zoolang de financieele uitkomsten
van het Verkeerfonds zoo ongunstig zijn
als onder de tegenwoordige omstandig
heden.
Wijziging in die verhooging kan naar
gelang de toestand van het fonds dit toe
laat geschieden en zij behoeft derhalve
niet als blijvend te worden beschouwd, al
kan thans deze maatregel niet aan een
termijn worden gebonden, zooals met
enkele crisismaatregelen het geval is.
De vrees, dat de heffing van dien aard
is, dat automobielen voor persoonlijk ge
bruik en voor luxe doeleinden minder
gebezigd zullen worden, waarvan weer de
belastingopbrengst en de werkgelegenheid
den terugslag zullen ondervinden, wordt
niet gedeeld.
Minder juist acht de regeering de opvat
ting, dat zij geneigd zou zijn met twee
maten te meten, door in het bijzonder de
belastingverhooging van het motorvervoer
te bezigen, om de spoorwegen te begun
stigen.
In hoever door de belastingverhooging
compensatie aan de spoorwegen zal wor
den gegeven, voor benadeeling als gevolg
van de vrijheid van het motorverkeer
tegenover het gebonden zijn van het spoor
wegverkeer, is onmogelijk juist te schat
ten. De regeering heeft zich ter zake ge
houden aan het rapport-Weiter.
Het wordt niet dienstig geacht, van de
belastingverhooging bepaalde categorieën
van vervoerders en nog minder een enkele
onbestemde categorie als kleine vrachtver
voerders uit te zonderen.
De Regeering verzekert, dat het wets
ontwerp niet uitgaat van de grondgedachte
om het spoorwegtekort door verhoogde op
brengst van het motorvervoer te dekken.
De vraag of van de zijde der spoorwe
gen is aangedrongen op indiening van dit
wetsontwerp, wordt ontkennend beant
woord.
Er zal naar moeten worden gestreefd,
dat elk verkeer zich zelf zal bedruipen. De'
vraag, in hoeverre dit thans reeds het ge
val is, kan voor het oogenbllk onbeant
woord blijven en beter na bestudeering
van dit ontwerp door de Centrale Commis
sie tot oplossing worden gebracht.
Overeenkomstig de bedoeling, welke bij
het vijfjarig werkplan van 1933 heeft
voorgezeten, wordt groote aandacht be
steed aan het spoedig tot stand brengen
van de verbindingen in het Westen des
lands. Het tijdstip van voltooiing dezer
verbindingen kan niet met zekerheid wor
den voorspeld. Zoodra omtrent de midde
len over de komende jaren voor de gewone
en de versnelde uitvoering van wegen- en
bruggenverbetering kan worden beschikt
en de gegevens meer vaststaan, zullen
hieromtrent betrouwbare mededeelingen
kunnen worden gedaan.
De zoo goed als voltooide aanleg van de
lijnen GoudaAlphen en Schaesberg
Kerkrade is een gevolg van vroegere ver
bintenissen, waaraan de Staat zich niet
kon onttrekken. Iets dergelijks geldt van
de ringbaan om Amsterdam, welker vol
tooiing echter kon worden opgeschort.
Dat medewerking van den wetgever voor
werkelijk nieuwen aanleg niet licht zal
worden gevraagd, schijnt geen verzeke
ring te behoeven.
De regeering heeft toegezegd, dat zij de
met het oog op de versnelling van den
brugbouw te nemen wettelijke voorzienin
gen spoedig bij de volksvertegenwoordi
ging aanhangig zou maken. Het wordt on-
gewenscht geacht reeds thans over die
voorstellen verdere mededeeling te doen.
Opgemerkt wordt, dat. indien geen bij
zondere maatregelen worden getroffen voor
versterking van de middelen, noodig voor
den versnelden bouw, men voor de bruggen
zich tevreden zal moeten stellen met de
gelden, welke daarvoor uit het Verkeers
fonds kunnen worden beschikbaar gesteld,
hetgeen erop zou neerkomen, dat de bouw
in een veel langzamer tempo zou vorde
ren, dan tot nu toe is aangenomen.
Met de zienswijze van vele leden betref
fende de arbeidsvoorwaarden van chauf
feurs en de kwaliteit van voertuigen stemt
de regeering in. Bij totstandkoming van
de regeling, neergelegd in het wetsont
werp tot herziening van de Motor- en
Rtjwlelwet, ingediend bij Koninklijke
Boodschap van 18 Juli 1934, zal het moge
lijk zijn, voorzieningen in bedoelden zin
te treffen.
Ook de regeering erkent dat niet alle,
maar verschillende z.g. tertiaire wegen van
belang zijn voor het doorgaand verkeer
en dat het billijk mag worden geacht de
beheerders dier wegen te steunen naar de
mate van het belang, dat die wegen voor
dat verkeer vertegenwoordigen.
De regeering is bereids krachtig werk
zaam in de in het Voorloopig Verslag aan
gegeven richting om voor zooveel op de
gewone begrooting van het Wegen (ver-
keers-) fonds onvoldoende gelden beschik
baar kunnen worden gesteld, om de
wegenverbetering met den vereisebten
spoed te bevorderen door middel van het
Werkfonds; mede ten behoeve van werk
verruiming, aanvullende fondsen te ver
krijgen.
De regeering betoogt uitvoerig, dat een
verhooging van de benzine-belasting geen
aanbeveling zou hebben verdiend.
Het oordeel van enkele leden dat, om
het autoverkeer te ordenen, de stichting
van een staatsbedrijf noodig is, onder be
perking van een groot aantal thans werk
zame ondernemingen, wordt door de
regeering niet onderschreven.
vormt op dit oogenblik een bedreiging
voor den binnenlandschen afzet.
In verband met deze ontwikkeling en
met het oog op den steeds ernstiger wor
denden toestand in onze mijnindustrie
heeft de minister een ingrijpen noodzake
lijk geacht.
Het bunkerkolenbedrijf is geheel buiten
den invloed dezer contingenSeering ge
houden.
HULDIGING EDO BERGSMA.
H. K. H. Prinses Juliana heeft aan den
penningmeester van het huldigingscomité,
den heer A. Pierson, bankier te Amster
dam, een bijdrage gezonden voor 't hulde
blijk, dat den heer Edo Bergsma zal wor
den aangeboden ter gelegenheid van zijn
50-jarig voorzitterschap van den A.N.W.B.
Toeristenbond voor Nederland.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Bij Kon. besluit is, met ingang van
15 September benoemd tot directeur van
de Flliaalinrichtmg te Amsterdam van het
Koninklijk Nederlandse!) Meteorologisch
Instituut in vasten dienst de directeur
van de 4de afdeeling van dat Instituut P.
M. van Riel en tot directeur bij het
Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch
Instituut in vasten dienst de adjunct
directeur bij dat Instituut H. Keyser.
Bij Kon besluit is benoemd tot notaris
binnen het arrondissement Middelburg,
ter standplaats de gemeente Zierikzee, J.
J. van den Ende, candidaat-notaris te
Middelburg en binnen het arrondissement
Leeuwarden, ter standplaats Anjum, ge
meente Oostdongeradeel, 3. Bolwijn, can
didaat-notaris te Bolsward.
De gewone audiëntie van den minister
van financiën zal op Maandag 17 Septem
ber a.s. niet plaats hebben.
RECLAME.
20 JAAR LANG DE „DAGELIJKSCHB
DOSIS" GENOMEN OM VRIJ VAN
RHEUMATIEK TE BLIJVEN.
Toen zij 58 was, had deze vrouw rheuma-
tische pijnen. Ze nam Kruschen Salts om
ze kwijt te raken En hier is zij nu nog
steeds vrij van rheumatische pijnen nog
steeds trouw aan de dagelijksche dosis
Kruschen Salts, wat zij nu twintig jaar
lang genomen heeft.
„Het doet mij genoegen U te kunnen
vertellen", schrijft zij, „dat ik meer dan
20 jaar lang Kruschen Salts neem eerst
in Engeland en toen hier zeven jaar lang.
Ik begon er in Engeland mee tegen rheu
matische pijnen en vond dat het me
zoo goed deed, dus ging ik er mee door.
Sinds ik hier ben, heb ik nog geen rheu
matische pijnen gehad. Ik ben nu 78 jaar,
en zal doorgaan Kruschen Salts te nemen
zoolang ik leef. juist de kleine dagelijksche
dosis als opgegeven." Mevr. E. H.
Indien de afvoerorganen niet behoorlijk
functionneeren, zullen afvalstoffen zich in
het lichaam ophoopen, welke de gezond
heid ernstig kunnen schaden, o.a. het
urinezuur, waardoor meestal rheumatische
pijnen ontstaan. De „dagelijksche dosis"
Kruschen Salts spoort de afvoerorganen
tot geregelde werking aan, zoodat alle
schadelijke stoffen uit het lichaam worden
verwijderd en zich nooit meer kunnen op
hoopen. Kruschen Salts is uitsluitend ver
krijgbaar bij alle apothekers en drogisten
a f. 0.90 en f. 1.60 per flacon, omzetbelas
ting inbegrepen. Let op, dat op het etiket
op de flesch zoowel als op de buitenver
pakking de naam Rowntree Handels Maat
schappij Amsterdam voorkomt. 7475
L. H. J.. te L. Doarover dient U zich
tot V. D te wende».