Ci 75 SRZC M WAALS 3 MUG ONTVINGEN Wil WEDEROM DE NIEUWSTE STOffEN T.T. RACES TE ASSEN TOILE köüSCH DAGBLAD Tweede Blad Dinedag JimI l£g| HISTORISCHE FIGUREN. LAND- EN TUINBOUW. UIT DE BONTE WAERELI Burgerwoonhuis Openb. Verkooping DE SOIE MOUSSELINE! VOILE PIQUE ORGANOI - WASCHSTOFFEN SPECIALE PRUS HAARLEMMERSTR. 130-136 LEIDER STRANDTENTEN #-a DE POPULAIRE PETER DE GROOTE. De typische figuur van Peter den Groote is nimmer geheel uit de belangstelling van het publiek geweken. Deze „Tsar und Zlmmermann" is inderdaad breed genoeg van allure om ln de herinnering dermen- schen voort te leven. Later zal het mij misschien vergund zijn, zijn leven in eeni- ge mijner artikelen te bespreken. Dat zal dan een stuk ernstige studie zijn, zooals het onderwerp het vereischt. Nu veroor loof ik mij eenige anecdotische mededee- lingen over hem te doen. Zooals men zich misschien herinneren zal, is, een jaar of tien geleden, ten gevolge van de gelijke nis die er tusschen Peter den Groote en Lenin viel op te merken, veel over den eerste gesproken. Sedert dook hier en daar een studietje, een schetsje, een anec dotische mededeeling op, die den groo- ten geweldige der tweede helft van de 17e eeuw als hoofdpersoon had. Door Tsjecho- 61owaaksche bemiddeling vernam ik voor eeruimen tijd eenige verhalen, die, af komstig uit Russische kringen, zich bepa len tot hem, wiens populariteit zoo groot was, dat zelfs een opera hem tot den held van het libretto maakte. Wat ik bijeen verzamelde, geef ik in het kort hier weer. Ik begin dan met de lezers uit te noo- digen hun oogen te richten op onze mooie hoofdstad Amsterdam, waar in het laatst der zeventiende eeuw ,.de heerscher van alle Ruslanden" gezegd werd, zeer be vriend te zijn met den toenmaligen burge meester Nicolaas Witsen. Nu werden in Peter's rijk de Joden niet tot een geregeld verblijf toegelaten. Van de goede verstandhouding tusschen den burgemeester en den autocratischen kei zer maakten de Amsterdamsche Joden gebruik om hun stadsmagistraat eerbiedig te verzoeken, hun voorspraak te zijn bij den vorst en er bij dezen op aan te drin gen, dat den Joden verlof werd gegeven zich in Rusland te vestigen en er handel te drijven. De bemiddelaar moest er dui delijk het licht op laten vallen, dat dit voor Rusland een groot voordeel zou zijn. Enorme schatten zouden naar Rusland stroomen in ruil voor zijn productenrijk dom. Ten bewijze, hoezeer zij gesteld waren op inwilliging van hun verzoek, boden zij den czaar als eerste bewijs hun ner erkentelijkheid een voor dien tijd zeer aanzienlijke som aan: honderdduizend gulden. Burgemeester Witsen liet zich overreden. Hij bracht het voorstel der Joden tot den hoogen vreemdeling, die hem rustig en ernstig aanhoorde, doch daarna glimlachend antwoordde: .Mijnheer Witsen, u kent de Joden en u kent de denkwijze van mijn volk. Ik ken beide eveneens. Nog is het, met het oog op de laatste, geen tijd, den Joden zetel en woning in mijn rijk toe te staan. Zeg hun uit mijn naam. dat ik hen be dank voor hun aanbod, doch óók, dat ik medelijden met hen zou hebben, zoó zij zich in Rusland zouden vestigen, want, ofschoon zij door de geheele wereld be schouwd worden als de scherpste zaken- menschen, die iedereen beetnemen, zou ik toch bang zijn, dat zij zich in dit op zicht voor mijn Russen het veld moesten ruimen". Men mag wel aannemen, dat de man, die zoo sprak, niet alleen de Joden en de denkwijze van zijn volk kende, doch óók de Russen. Trouwens, hij had kennis van veel. Groote belangstelling had Peter de Groote voor de geneeskunde. Zijn liefhebberij in deze richting ging zóó ver, dat hij, wan neer hij in een hospitaal was, nimmer verzuimde eene anatomische les of eene chirurgische operatie bij te wonen. Meer malen deed hij zelf mede aan het ope- reeren, zoodat hij ten slotte den naam had vrij bedreven te zijn in het aderlaten, in het uittrekken van tanden en meer der gelijke voor een niet zenuwachtigen man interessante bezigheden. Deze bekwaamheid van den czaar werd eens door zijn kamerdienaar Polbojaroff op listige wijze uitgebuit. Deze man had nJ. een vrouw, op wier gehechtheid en echtelijke trouw niet bijzonder te roemen viel. Om haar daarvoor te straffen verzon hij het volgende: In de voorzaal van de keizerlijke ver trekken zat hij op een goeden dag met een diep-droevig gezicht, zoodat het de aan dacht trok van zijn meester en heer, die hem vroeg, wat er aan scheelde. Het ant woord was, dat hem zelf niets mankeerde, doch dat zijn arme vrouw zeer te bekla gen was. Zij verging van kiespijn, doch durfde de kies niet te laten trekken. „Daartoe zal ik haar wel overreden", zeide Peter. Hij liet de vrouw bij zich bren gen en besloot, niettegenstaande haar he vig protest en haar bewering, dat zij geen schijn van kiespijn had, haar mond te onderzoeken. Die bewering had geen waar de. Dat zelden alle kiespijnlijders. Zoodra de tandarts in de buurt was, had niemand meer pijn. De mond werd dus onderzocht, een kies min of meer bedenkelijk gevon den en de keizerlijke operateur legde vlug de tang aan en volbracht zijn arbeid. Hiermede zou de zaak voor den kamer dienaar afgeloopen zijn. zooals hij ge- wenscht had. Maar.hij kon zijn mond niet houden. Hij vond het veel te aardig. Nu had zijn vrouw dan eens een lesje ge had, dat haar heugen zou! Maar dit kwam ter oore van den czaar, die, na 'smans belijdenis van schuld aangehoord te heb ben, hem in eigen persoon zóó afroste, dat, op haar beurt, de vrouw tevreden was over de bedrevenheid van den vorst. Ruwe manieren, zal men zeggen. Zeker, verfijnd is het niet. Het schijnt echter, dat er in dezen autocratischen heerscher ook teederheid kon zijn, evenals hij streng en rechtvaardig was. Een hofdame had door haar gedrag zich vergrepen aan de hoogste menschelijke wet. Als ongetrouwde moeder had zij haar kinderen uit het leven doen verdwijnen. Toen het feit, eerst door nie mand vermoed, aan het licht kwam en haar misdaad duidelijk bewezen was, werd zij ter dood veroordeeld. Zij wist, dat Peter zeer veel met haar op had. Daarop rekende zij bij haar smeeken om genade. Doch de czaar weigerde die: tegen goddelijke en men schelijke wetten had zij gezondigd. Het was niet aan hem om de rechtvaardige straf af te wenden. Den dag der openbare terechtstelling verscheen de zondares, in een wit kleed met zwarte linten, op de gerechtsplaats. Ook Peter kwam daar, kuste haar ten af scheid en zeide: „Aan goddelijke en lands-wetten mag ik u niet onttrekken. Bid ootmoedig en be rouwvol tot God en vertrouw, dat Hij u uwe zonden zal vergeven". Als tegenhanger van het vorige diene een ander geval. Ook hier teederheid en gevoel voor recht. Het was bij een reis door het gouverne ment Nowgorod in een kleine plaats. Peter's komst had de kleine bevolking op de been gebracht en men dromde samen om hem te zien. Achter de rijen die zich verdrongen stond een jong meisje dat zich angstvallig ach teruit hield en telkens wegkroop wanneer de blik van den monarch die gemoedelijk nu met dezen, dan met genen praatte, op haar viel. Toen Peter dit had opgemerkt, liet hij haar tot zich roepen. Het kind kwam, bang, bedeesd, de hand voor het gezicht. Gelach ging op uit de rijen der vrouwen. Om haar te bemoedigen sprak hij haar vriendelijk toe. trachtte haar schuchterheid te verminderen en zeide haar. dat zulk een knap meisje als zij niet zoo bang moest zijn en dat het tijd werd voor haar om te trouwen Bij deze woorden barstte het gelach uit; eenigszins hoonend klonk de algemeene vroolijkheid. Dat ergerde den czaar en hij vroeg, waarom aldus over dit meisje, dat bescheidener was dan de anderen, ge lachen werd? Of zij. de anderen, soms ja- loersch waren omdat hij met haar sprak en zij hem beter beviel dan allen, die tegenwoordig waren. Toen kreeg hij uitlegging: een boer deel de zijn allergenadigsten heer mede, dat er iets achter stak. Men lachte niet uit af gunst, maar omdat dit meisje in den dorps- ban was gedaan. Tijdens een verblijf der keizerlijke troepen was zij het slachtoffer geworden van een officier en daarvan had zij de gevolgen moeten ondervinden. Daar om. zeide de boer. werd zij door de vrou wen en meisjes beschimpt en geplaagd: niemand gaat meer met haar om. hoewel zij een vlijtig, arbeidzaam en overigens goed kind is" Peter hoorde ernstig toe. Hij zag de zaak anders in dan de verontwaardigde dorps- schoonen. Hij hield een kleine boetpredi- catie. die er op wees. dat een vergrijp te streng gestraft wordt, wanneer het steeds opnieuw aanleiding geeft tot hoon en min achting ,Ik wil dat niet en het zal hier ophouden. Ik beveel u. van nu af aan u weer bij haar aan te sluiten en niemand BEPERKING PRODUCTIE VAN TARWEMEEL. Men meldt aan de N. R. Crt.: De regeering zal zeer binnenkort over gaan tot contingenteering van tarwe voor de productie van tarwemeel. De totale pro ductie van tarwemeel zal belangrijk wor den ingekrompen, en dit zal tot gevolg hebben, dat zeer zeker één. waarschijnlijk meer maalbedrijven worden stopgezet. Een bedrijf, dat zeker komt stop te staan, is dat van de N V. Meelfabriek Kralingen voor heen Viruly en Ravenswaay te Rotterdam. VRAGEN EN ANTWOORDEN. Vraag: Mijn perziken hebben erg te lijden van oorwormen. Is daarvoor ook een bestrijding bekend? v. W. te A. Antw.: Wanneer U deze dieren aan wezig acht spuit dan dagelijks Uw boomen met koud water. Er blijft dan vaak een weinig water in steelholte staan, waardoor de oorwormen zich hierin niet kunnen verschuilen. Het water deert de vrucht niet. Zelfs in rijpenden toestand doet het water geen kwaad. Vraag: Mijn varen wordt er niet mooier op. Is gegierd met koemest. Kan de uitwerking ook verkeerd zijn? Mej. K. te L. Antw.: Het Is zeer goed mogelijk dat de uitwerking averechts is. Vermoedelijk is Uw plant te droog geweest. Alleen wanneer de potaarde flink doornat is mag worden gegierd, met welke mest ook. Zet uw plant gedurende een paar uur met de pot ln 't water. Dit zal haar zeker helpen. Vragen op Tuinbouwgebied aan de Redaktie onder motto „Tuinbouw". IN FRUIT- EN GROENTENTUIN. Op de vruchten van appel- en pereboo- men zien we zwarte vlekken. Dit is het optreden van de schurftziekte (Tusicla- duim). Ook wij hebben de spuitmiddelen toegepast, waarover we voor enkele weken schreven. De voor deze ziekte zeer gevoe lige soorten moeten nu nog eens extra be spoten. Het droge weer is wel zeer ge schikt om de verbreiding van deze schim mel tegen te houden, maar het groote verschil van dag- en nachttemperatuur is oorzaak van het optreden van de ziekte. Niettegenstaande het groote aantal zonne- uren is het niet wat men noemt groei zaam weer; de wind is vaak Noord of Oost, meestal koud en regen laat op zich wach ten. Lezers die de bedoelde afwijking op hun vruchten aantreffen moeten de boo men bespuiten met 1 dl. Californische pap op 75 dl. water. Deze bespuiting, zoo noodig na 14 dagen herhalen. hebbe het hart om haar voortaan ook nog maar het geringste verwijt over haar ver grijp te doen". Er viel niet te spotten met den allerge nadigsten heer, hoe genadig hij ook mocht wezen. De klank in zijn stem en de blik van zijn oogen behelsden eene bedreiging, die niet te negeeren was. 't Was hem blijk baar ernst met de zaak. want, toen hij het meisje nog eens had toegesproken, en haar bemoedigd had beval hij haar, hem haar kind te toonen. Zoo geschiedde. Toen zij met een aardi- gen. stevigen kleinen vent van twee jaar terugkwam, nam hij den jongen in zijn armen. „Dat is een ferme, mooie knaap, zeide hij; dat wordt een van mijn dappere sol daten. Zorg er voor. dat hij goed wordt opgevoed. Zoo dikwijls ik hier terugkom, wil ik hem zien. Af en toe zal ik naar hem laten vragen. Denkt daarom, gij alle maal! En hij reed weg. De jonge moeder bleef met een handvol roebels hem nakijken. De dorpsbevolking was verbluft. Zij had nu met eigen oogen gezien en met eigen ooren gehoord, wat men bij geruchten zoo menig maal had vernomen: het spontaan-per- soonlijk optreden en volksvaderlijk ingrij pen van dezen krachtmensch, dien zij hun vadertje-czaar noemde, doch dien de his torie om zijn forsche persoonlijkheid en den stempel, dien hii drukte op zijn regee- ringsperiode. Peter den Groote zou be titelen. A. J. BOTHENIUS BROUWER. Bovengenoemde ongunstige groeiom- standigheden hebben vooral het optreden van ongedierte als bijv. bladluis tenge volge. Waar men kan bestrijdt men dit gespuls 't best door de boomen en planten met koud water flink te bespuiten, bijv. uit waterleiding of met motorpomp. Boomen, waarvan de vruchten nog niet binnen en kele dagen geplukt worden, bijv. bij prui men, kan men flink met water nat maken en daarna flink bestrooien met tabaksstof Den volgenden dag spuit men alles met koud water schoon. Meestal is de luis dan grootendeels verdwenen. Een niet duur spultmiddel hebben we tevens in zeep-spiritus. In 10 Liter water twee ons groene of gele zeep mengen en hierdoor roeren 1 maatje brandspiritus. Vóór het gebruik flink roeren. Een paar flinke regenbuien zullen misschien nog meer uitwerking hebben. De insecten wor den dan niet alleen gedood, maar de regen prikkelt de boom tot doorgroeien. Het droge weer is oorzaak stilstand en stilstand bestaat in de natuur niet. Door het op treden van ongedierte en ziekte gaan vele gewassen achteruit. Vele appelboomen zijn bij ons zóó dik met vruchten bezet, dat we moeten uit dunnen. Dit doen we geregeld bij Goud- Reinet, Groninger Kroon, Manks-Codlin, Peasgood Nousuch, en bij de peren Pré- coce de Trevouse, Bergamotte d'Esperen, Dr. Jules Guyot e.a. Door van de drie bij een zittende vruchten twee weg te knip pen, ontwikkelt zich de blijvende dermate, dat het een mooie vrucht wordt, welke meer gebruikswaarde, dus ook meer han delswaarde heeft dan drie kleine vruch ten. Ook bij pruimen loont het vrucht dunnen meestal de moeite. De aardbeien zijn nu in volle oogst. De vrucht heeft vooral op droge gronden nog al watergebrek. Hier en daar zagen we tusschen de rijen geultjes graven, waarin eens per dag water werd gelaten. Voor kleine tuinen is dit werkelijk van belang, voor groote teelten is dit te moei lijk en tevens te kostbaar. Wie nieuwe rijen wil aanleggen verwijdere de jonge ranken niet. Hieraan ontwikkelen zich de jonge planten, noodig voor de aanplant van nieuwe bedden. De beste tijd hiervoor is op lichte gronden Augustus en op zware bodem MaartApril. In den groenten tuin wordt het droge weer flink benut om het onkruid te be strijden. Het losschoffelen van de boven laag heeft bovendien tot voordeel, dat deze bovenlaag dan geheel uitdroogt en mul wordt. Hierdoor wordt de onderliggende aarde vochtig gehouden. Steeds geschof felde grond is dan meestal minder droog dan die waarop deze bewerking niet wordt toegepast. Door nu deze droge grond iets opzij te schuiven, komt de vochtige grond vrij, waarin gemakkelijk kool kan worden geplant of bijv. snij- of princesseboonen kunnen gezaaid. Niet zelden wordt even vóór het zaaien van beide laatstgenoemde groentesoorten de grond eerst natge maakt en daarna gezaaid. Ook is het nu goed weer voor zomerpostelein. Deze groenten vraagt veel warmte. Vooraf wordt vochtige aarde bovengespit en daar in gezaaid, nadat eerst de oppervlakte ge lijk is geharkt. Na het zaaien van het fijne zaad mag nJ. niet worden geharkt. De op pervlakte wordt alleen iets aangedrukt en daarna natgegoten. Om het oppervlakkig liggende zaad goed nat te houden wordt het zaaibed gedekt met een natte zak of mat. Meestal kiemt het zaad in 2 x 24 uur, waarna de bedekking wordt verwij derd. Dagelijks wordt gegoten tot de plantjes een paar c.M. hoog zijn: per 10 vierk. Meter is ongeveer 2 ons zaad noo dig. Omstreeks de langste dag zaaien we winter-andijvie, om later de planten uit te zetten op grond, waarop reeds een gewas is geoogst. Bijv. op land van vroege aard appelen, tuinboonen of bijv. doperwten. Uit de groote boonen plukken we de top pen van de planten, wanneer de eerste bloempjes zijn uitgebloeid. De vruchten groeien dan sneller en vooral wordt het gevaar van het optreden van bladluis, welke steeds eerst in de toppen komen, verminderd. Bieten en Brusselsch lof wor den flink uitgedund: 10 a 12 c.M. afstand in de rij is noodig: beide soorten kunnen verplant, dus gebruikt om in te boeten. Schorseneeren en peen worden ook gedund deze laten zich niet verplanten. Omstreeks den langsten dag zaaien we tevens winterramenas. De donkere, kegel vormige is wel de meest gevraagde. Vragen op Tuinbouwgebied aan de Redactie onder motto „Tuinbouw". DE OPGRAVINGEN TE OUEOO. Cuzco. dat ln de Zuidamerikaansoh» republiek Peru ls gelgen, wordt beschouwd als de „archeaologische hoofdstad yam Amerika". Het Peruaansche parlement be sloot een bedrag dat gelijk staat met 260.000 gulden uit te trekken voor oprich ting en instandhouding van een oudheid kundig instituut waarvan al het nabij Cuzco te verrichten opgnavtngswerk zal' uitgaan. Deze maatregel is in het belang van het Peruaansche Nationale Museum dat in November 1033 de arbeid reeds was begonnen ln de buurt van de citadel van Saxa Huamon. De citadel beheerschte eens de keizersstad. Na enkele weken was er al rijke oogst. Men stiet op goed onderhouden vesting muren. kazernes, kanalen, fraai bewerkte steenen en op de fundamenten van een grooten toren. De voorspelling, die de En- gelsche onderzoeker professor Bingman twintig jaar geleden waagde en die hierop neerkwam, dat Saxa Huaman alle te voren op Amerikaansche bodem gedane archea ologische ontdekkingen in de schaduw zou stellen, schijnt bewaarheid te worden. De grond van Cuzoo bevat in groote hoeveelheden al datgene, wat wij aan de Inca's toeschrijven. Tot nu toe geloofde men, dat alle ruïnes, welke men blootlegde, sporen van de door Spanjaarden aange richte verwoestingen waren. Doch de nieuwste opgravingen schijnen aan te too nen, dat Plzarro en de zijnen slechts een gering aandeel in de totstandkoming der ruïnes kunnen hebben gehad. De Peruaan sche vorschers van heden neigen tot de opinie, dat de zg. Inca-bouwwerken voor het grootste deel niets met de Inca's heb ben uit te staan, maar overblijfselen zijn van een beschaving, die honderden Jaren eerder bloeide. De betreffende ruïnes moe ten dan zoo diep in den bodem hebben gezeten, dat zelfs de Inca's er niets meer van gezien hebben. Men heeft te Saxa Huaman waterlei dingen aangetroffen, die wat uitvoering betreft, niet ten achter staan bij de Oud- romeinsche systemen De muurbewerking der vesting vormt een stuk kunstgeschie denis op zichzelf. Tusschen prachtig uit gevoerde fragmenten bevindt zich grof knutselwerk, dat ongetwijfeld uit een la- teren tijd stamt. Men heeft reeds veel over de chemische geheimen der Inca's gehoord. Professor Manuel Bedicto Flores heeft thans dingen gevonden, die er op wijzen, dat de Inca's de kunst verstonden uit menschenbeende- ren edelsteenen te maken. Te Ayaucho, op drieduizend meter hoogte in de Andes ge legen. heeft Flores onderaardsche ovens ontdekt, waarin de Inca's door toevoeging van zekere chemicaliën de karkassen hun ner dooden in sieraden veranderden. Hij heeft knoken, in ieder stadium van be werking tot het volledig gesneden juweel toe, aangetroffen. De Inca's hebben uit de skeletten voorwerpen vervaardigd, die een belangrijke rol speelden bij de vereering der voorouders. Er zijn uitbeeldingen onder van een treffende levensechtheid. Schei kundigen zullen de geheimen der verdwe nen techniek moeten ontsluieren. Verder heeft Flores, eveneens te Ayaucho hieroglyphen waargenomen, die hij voor tenminste duizend jaar ouder houdt dan het geslacht der Inca's. Tevoren nam men aan dat de oude Zuid-Amerikaansche cul turen geen hieroglyphen gekend zouden hebben. EEN STANDBEELD ALS BIJENKORF, De stad Astorga, in de Spaansche pro vincie Leon, verheugt zich in het bezit van het zoetste standbeeld ter wereld Het be treft hier niet, zooals men zou kunnen denken van een of anderen suikerbakker, maar een echt bronzen standbeeld van Don Carlos Toen men onlangs dit stand beeld wilde reinigen, kwam daaruit een geheel bijenvolk zwermen, dat de werklie den aanviel en hen leelijk toetakelde Als ingang gebruikte de bijen de neusgaten van den Spaanschen held Het standbeeld is vol honing en men weet nog niet. hoe men de bijen moet verwijderen zonder het standbeeld te moeten beschadigen TE KOOP, Korte Hansen straat 14, bev. 5 kamers, keu ken, gang, plaats met groote schuur, geheel gerest, f. 3600. Direct te aanvaarden. 2922a Bevr.: Rijn- en Schiekade 22. bij opbod en afslag op Vrij dagen 29 Juni en 6 Juli 1934, des avonds te 7 uren in het Notarishuis a. d. Hoogewoerd No. 144 te Leiden, ten over staan van A. J. C. VAN DER HEYDEN, Notaris te Leiden, van: Het HUIS en ERF, waarin thans gevestigd „Het café de Rijn", aan den Lage Rijndijk No. 1 te Leiden, groot 64 cen tiaren. Het zeer gunstig ge legen perceel met een breedte van ruim 11 Meter aan de straat, bevat beneden: ruim lokaal, bergplaats en W.C.; boven: voorkamer, ruime keu kenkamer, portaal, W.C., be schoten zolder met drie kamers. Te bezichtigen Dinsdag en Donderdag in de weken van veiling en afslag van 24 uren. 3080 Aanvaarding en betaling der kooppenningen 6 Augus tus 1934. Inlichtingen te bekomen ten kantore van voornoemden Notaris. (N a t u u r z ij d e) voor lingeries en sportjurken, in wit en alle kleuren, 75 centim. breed, per Meter 8105 VOILE HO HE, Mf% allernieuwste dessins *MI Uw japon of mantel wordt gratis geknipt door prima prima coupeuse 3117 Per Luxe Reiswagen naar de (GROOTE PRIJS VAN EUROPA) Op Zaterdag 23 Juni a.s. a f. 5.- p. p. Aanmeldingen bij N.Y, Leidsche Autoboxen- Garage - Tel. 921 Van Oldenbarneveltstr. 37 flinke maat, met luifel f. 12.95 Kampeertenten vanaf f. 5.75. Tentstok 28 ct. Haring 8 ct. Kapstokie 25 cent. Hamer 35 cent. Touw p. m. 4 cent. Opv.baar Waschbakje 1.35, Spiritusstel 80, 1.25. Orig. Primus vanaf f. 3.90 (uitneembaar) Groote keuze Rugzakken, Yeldflesschen, Allum. Kampeerartikelen. NI. BLITZ Co., Haarlemmerstr. 163a, Telf.2417 8094 over do Gruyter. Jaarlijksche Algemeene Ver gadering van Aandeelhouders ln de N.V. Fabriek van Ver duurzaamde Levensmiddelen voorheen L. E. Nieuwenhuizen te Leiden op Woensdag 4 Juli 1934, om 3 uur nam. in Café Restaurant „In den Vergulden Turk", Breestraat 84. Punten van behandeling, alsmede de Balans en Verlies- en Winstrekening met de stukken als bedeeld in Art. 42 W. v. K. liggen vanaf heden voor Aandeelhouders ter inzage ten kantore der Vennootschap, Morschweg 60, alwaar aandeelhouders, die hun stemrecht wenschen uit te oefenen, hun aandeelen uiterlijk op den 30en Juni 1934 moeten deponeeren. 3099 DE DIRECTIB.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 8