75ste Jaargang DONDERDAG 19 APRIL 1934 No. 22723 OFFICIEELE KENNISGEVING STADSNIEUWS. Het voornaamste Nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADyERTENTIEN 30 Cts. per regel voor adveritenttën uit Leiden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 CTs. Bureau Noor'deindsplein Telefoonnummers voor Directie en 'Administratie 2500 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT:,. Voor Leiden per 3 maanden f.2.35; per week f.0.18 Bulten Leiden, waar agenten .gevestigd zijn, per wêëk „0.18 Franco per post f. 2.35 portokosten. Dit nummer bestaat uit VIER bladen EERSTE BLAD. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Lel den brengen ter algemeene kennis, dat J. j. M. Poels, te Lelden, een verzoek heeft ingediend ter bekoming van een verlof B voor den verkoop uitsluitend van alco holvrijen drank voor gebruik in het per ceel Beestenmarkt No. 26, alhier. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. Leiden, 19 April 1934. 9655 NEDERL. HISTORISCH NATUUR WETENSCHAPPELIJK MUSEUM. Opening van een nieuwe afdeeling. Op Zaterdag 28 dezer zal in de boven zaal van sociëteit Amicitia geopend wor den de afdeeling voor Medische Weten schappen van het Nederlandsch Historisch Natuurwetenschappelijk Museum. Dr. J. G. de Lint zai daarbij een voor dracht houden over de nieuwe afdeeling waarna dr. B. W. Th. Nuyens een voor dracht zal houden over: Volcker Coiter. Daarna zullen de genoodigden zich be geven naar het aan de overzijde gelegen museumgebouw waar de nieuwe afdeeling in oogenschouw en de Coiter-tentoon- stelling bezichtigd zal worden. DE LEYDSCHE KEUREN VAN HET JAAR 1658. Antwoord van dr. mr. J. W. Verburgt. De gemeente-archivaris, dr. mr. J. W. Verburgt schrijft ons: Naar aanleiding van het artikel van den heer Fel. Driessen, getiteld: Een vraagstuk betreffende de „Leydsche keuren" van het jaar 1658, in het Leidsch Dagblad van Dinsdag j.l. meen ik enkele opmerkingen te moeten maken. Handelende over het derde deel van de „Beschrijving der stad Leyden" zegt de heer Fel, Driessen, dat Mr. Daniel van Alphen in zijn voorbericht belooft, dat hij „Niets dat waar is verzwijgen of verbergen zal". De heer Driessen beweert echter, dat gebleken is „dat de belofte niet werd ver vuld". Volgens mij is deze belofte wel vervuld; van Alphen weidt in zijn voorbericht van genoemd derde deel uit over den plicht van den geschiedschrijver, waartoe ook behoort het betrachten der waarheid. Zijn bekend werk draagt hiervan op elke bladzijde de sporen en de gronden, waarop de heer Fel. Driessen steunt om van Alplfen te beris pen, zullen aanstonds blijken geheel uit de lucht gegrepen te zijn. De aanval op van Alphen's waarheidszin gedaan, bestaat hierin, dat door dezen het keurboek van 1657 „stelselmatig wordt ver zwegen", terwijl alleen naar het keurboek van 1658 wordt verwezen. Maar dit is geheel in de lijn van een nauwgezet geschiedschrijver. Van Alphen gebruikt alleen offieieele bronnen en zulk een bron is het keurboek van 1658; dit is geredigeerd door een commissie den Mden Januari 1657 gecommiteerd uit het College van Die van den Gerechte. Maar het keur boek van 1657 is een particuliere uitgave van een drukker, die de tekst verkregen heeft van iemand, die een volledige reeks der keuren bezat en deze den drukker uit leende. Het keurboek van 1657 behoorde derhalve niet tot de offieieele keurboeken van Leiden en kon alzoo niet als bron in aanmerking komen bij van Alphen. Daar om teekende van Aiphen dan ook aan, ge lijk de heer Fel. Driessen memoreert; „dat dat Keurboek buiten kennis van de Regee- ring dezer stad te Amsterdam is gedrukt en uitgegeven". Het sensatiebericht van den heer Fel. Driessen steunt aldus op geen enkelen grond en heeft geen enkele reden van be staan. De vragen door hem gesteld, kunnen aldus kortelijk beantwoord worden: 1. Van Alphen heeft wijselijk geen ge bruik gemaakt van het niet-officieele keurboek van 1657; bij hem is geen sprake van verzwijgen van eenige wetenschap. ,2. Het is van geen belang te weten, van wien Jan Hendricksz. de keuren heeft ver kregen om deze particulier te drukken in 1657. 3. De andere keuren, door Jan Hen dricksz. gedrukt, waren waarschijnlijk keu ren van een andere stad in Holland. 4. De zaak, welke de heer Driessen be handelt, is geen „questie" en het heeft geen zin hiervan een questie te maken. U dankend, Mijnheer de Redacteur, voor de mij verleende plaats ruimte, geef ik U tevens te kennen, dat ik niet in voortgezet debat wensch te treden, omdat mij uit het artikel van den heer Fel. Driessen gebleken ri, dat de schrijver zich begeven heeft op «OQ hem onbekend terrein. Z. K. H. PRINS HENDRIK VERJAART. Z. K. H. Prins Hendrik herdenkt van daag zijn 58sten geboortedag. Ter gele genheid van dit feit wappert van alle openbare en vele particuliere gebouwen de nationale driekleur, terwijl de trams de gebruikelijke beugelversiering hebben aangebracht. WAT ZEGT DE SCHRIFT VAN HET RIJK DER 1000 JAREN.' Lezing van dr. K. Dijk. Op uitnoodiging van het Comité voor Schriftuurlijk onderzoek der Eschatologie sprak dr. K. Dijk. Geref. pred. Ie Den Haag, gisteravond in de Hooigrachtkerk overbovengenoemd onderwerp. De bijeenkomst werd geopend met het zingen van Ps. 43 vers 3, waarna de voor zitter van het comité, de heer F. van der Horst, een kort openingswoord sprak. Hij bracht naar voren, dat het eigenlijke doel van het comité was, de bezoekers van de bijeenkomsten op te wekken tot persoon lijk schriftonderzoek. ,De Schrift is de bron waaruit de Gemeente des Heeren leeft. En nog lang niet genoeg wordt de Bijbel door de gemeente gelezen. Moge de voorlichting der verscheidene sprekers, die door het comité worden uitgenoodigd, u er toe brengen, uwen Bijbel te lezen en onophoudelijk te onderzoeken." Nadat ds. Bouwman voorgegaan was in gebed, was het woord aan dr. Dijk. De behandeling van het onderwerp zal, zeide spr., voornamelijk thetisch zijn. al zal het polemische element niet geheel achterwege kunnen blijven. Allereerst gaat het om de kwestie, of er in Schrift sprake is van een tweevoudige wederkomst van Christus. Nergens anders dan in Openb. 20 is er iets te vinden, dat wijst in de richting van een tweevoudige weder komst. Dit is al in zekeren zin een ant woord. Bovendien mogen we de Openb. niet beschouwen als vervat in chronolo gische volgorde. Bijv. behandelt hoofdstuk 12 de geboorte van den Christus. Maar wat in 't eind van hoofdstuk 11 wordt mede gedeeld, betreft reeds het einde der tijden. Daarom mogen we ook niet de gevolgtrek king maken, dat Openb. 20 iets vertelt, dat voorafgaat aan het eindgericht. Waarover gaat het nu in Openb. 20? De hoofdgedachte is, dat de duivel is gebon den. Het woord ..binden", hetzelfde wat ook Jezus gebruikt, geeft aan. dat de satan tevoren nog niet gebonden was. Jezus spreekt van binding van den satan als over Zijn werk. Is dat reeds gebeurd' Als dat niet is gebeurd, zegt spr.. zit ik verlegen met Golgotha, verlegen met het Kruis, met de opstanding, met de over winning van Christus. Dit is juist de troost van God's kind. dat de duivel tenslotte toch is een overwonnen vijand. De kruis dood van den Christus beteekent de over winning op den satan. Dit is het dan ook, dat bedoeld wordt met het verhaalde in Ocenb. 20. Maar nu kan men vragen, of de duivel nu wel inderdaad een gebonden vijand is? De ontzettende macht van de Zonde schijnt op het tegendeel te wijzen. Maar er staat, dat de satan gebonden is, „opdat hij de volken (d.i. de heidenen) niet meer verleiden Koude." Wanneer we nu de geschiedenis nagaan, dan zien we dat vóór de Kruisdood het in de heele wereld alleen het kleine volk Israël was. dat den Heere diende, terwijl over het gansch heidendom de macht der duisternis heerschte. terwijl nu het Evan gelie van Jezus Christus over de geheele wereld gaat. De macht van het heidendom wijkt. En nu komt de macht van het ongeloof weer naar voren in dezen tijd. Ja, maar er staat ook, dat daarna een kleinen tijd de satan ontbonden zal worden. Waarom? Opdat de satan later niet zal kunnen zeggen „Als ik de macht maar gehad had" Hij krijgt ze, en mag nog éénmaal alles mobiliseeren. In de tweede plaats, opdat zal blijken de triomf van Christus, die enkel met den .adem Zijns monds" den Satan zal vernietigen. Het getal 1000 beteekent, dat er in Gods werk orde en regelmaat is. Het wil niet zeggen, dat het letterlijk 1000 jaren zijn. In vs. 5 staat: „dit is de eerste opstan ding". Dit wil niet zeggen; opstanding des vleesches. Nergens wordt gesproken van tweeërlei opstanding des vleesches. Wat is dan die eerste opstanding? Die betreft de ziel. Door de wedergeboorte staat de ziel van den mensch op uit de eeuwige dood tot het eenige leven. In het eind der dagen zal de opstanding des vleesches plaats hebben. In dat einde der dagen zal Christus wederkomen. Met geen woord spreekt Hij, noch een andere schrijver der Schrift, van een tweevoudige wederkomst. Naar d e wederkomst des Heeren verlangt Gods volk met een oneindig heimwee. Volgens spr. wil het 1000-jarig-rijk dit zeggen, dat Jezus Christus het koningschap heeft. Spr. noemt enkele tegenargumenten, o.a. 1 Thess-4, waarin men wel heeft willen lezen van een „opneming der gemeente". Dat staat er echter niet; vs. 17 wil zeggen, dat er bij Christus' wederkomst, die vol komen onverwacht zal zijn, een bepaald deel der gemeente leven zal op dat oogen- blik, maar dat dit deel zal niet een voor rang hebben boven degenen, die reeds ge storven zijn. Verder de plaatsen uit het Oude Testament, waar gesproken wordt van een herstel van Israël en een wederop bouw van Jeruzalem. Het is de vraag, wan neer dit plaats zal hebben of gehad heeft. Het slaat op de terugkeer uit de balling schap en de opbouw van de tempel onder Nehemia. Maar bovendien heeft het Oude Testa ment in zijn geheel naast een letterlijke ook een geestelijke beteekenis. Het gees telijke perspectief van de profetieën is, dat ver verwijderde gebeurtenissen, die onder ling misschien een groote tusschenruimte hebben, in hetzelfde vlak worden gezien. Zoo wordt ook hier behalve het heil van Israël, het geestelijk heil van Gods volk geschetst. Toen Israël den Christus verwierp, had zijn rol afgedaan. Nu was er geen sprake meer van een bevoorrechting der Joden; Vgl. Romeinen 2. Romeinen 11 vs. 26 wil zeggen dat allen, die uit Israël in Christus geborgen zijn, zalig zullen worden; niet, dat het volk der Joden als zoodanig de eeuwige zaligheid zou beërven. Ook het Zionisme is van geen beteeke nis voor de Christelijke toekomstverwach ting. Spr. vindt hiervan geen voorspelling in den Bijbel. Zoo komt spr.. tot de slotsom, dat het rijk der 1900 jaren is de heerschappij van Christus, waarvan de voleinding. Gode zij dank. nadert. Het is de taak der gemeente, om een werkende, een wachtende en een biddende gemeente te zijn. die bidt: .Heere Jezus, kom haastelijk". En Hij zal komen, Halleluja! Met gebed eindigde dr Dijk de samen komst, welke uitstekend bezocht was. De Geref. Zangvereeniging „Hosanna" zong onder bekwame leiding van den heer De Wolf drie liederen van Bach, die op ontroerende schoone wijze ten gehoore werden gebracht. Met het zingen van Gezang 49 1 werd de bijeenkomst gesloten. HET MISVERSTAND INZAKE DE ELTAX Naar aanleiding van het dezer dagen in de pers verschenen bericht, dat de Eltax geen bezwaar heeft tegen goedkeuring van de loonen van haar autobus-chauffeurs, terwijl bij de behandeling van deze aange legenheid in de Raadsvergadering van J.i. Maandag de Burgemeester uitdrukkelijk verklaarde, dat de Eltax daartegen wél overwegend bezwaar had, en op dien grond aanneming van het voorstel om de loonen door Burgemeester en Wethouders te doen goedkeuren ontried, hebben wij ons om inlichtingen gewend tot den Burgemeester Daarbij werd ons medegedeeld, dat bij de voorbesprekingen omtrent deze zaak tusschen de gemeente en de Eltax deze laatste inderdaad verklaarde overwegend bezwaar te hebben tegen inmenging van de gemeente in de loonen van haar per soneel. Achteraf is gebleken, dat hiermede alleen bedoeld was het personeel der taxis niet dat der autobussen, zulks m verband met de bereidverklaring van de Eltax om de voorwaarden, welke voor de bestaande autobusdiensten van ..Stadsverkeer" gel den, te aanvaarden. Goedkeuring van de loonen der chauffeurs nu vloeide voort uit de voorwaarden, gesteld bij het ver- leenen van het gemeentelijk subsidie, niet uit die, gesteld bij de vergunning, welke ingevolge art. 33 ter van de verordening op het Rijden was verleend. Bovenbedoelde bereidverklaring van de Eltax was van ge meentewege, nu geen subsidie van de ge meente werd gevraagd, logischerwijze be schouwd als alleen betrekking te hebben op de voorwaarden, verbonden aan de vergunning krachtens de Rijverordening. Op deze wijze is een misverstand ont staan. waaruit de tegenstrijdigheid tus schen de mededeelingen van den Burge meester en de Eltax is voortgevloeid. Hieruit blijkt dus, dat de Eltax geen be zwaar heeft tegen toezicht op de loonen der autobus-chauffeurs. CIRCUS AM AR KOMT! Het bekende Fransche circus der ge broeders Amar, dat zes jaar geleden een bezoek aan onze stad bracht, zal van Vrijdag 27 tot en met Maandag 30 dezer voorstellingen geven op het Schuttersveld. ONZE LAATSTE PLANETARIUM-EXCURSIE. Wij herinneren er houders van kaarten voor onze laatste Planetarium-excursie aan, dat de trein morgenavond om 19 u. 53 van het station alhier vertrekt en dat op het perron zal worden bekend ge maakt in welk gedeelte van den trein plaatsen zijn gereserveerd. DE DIRECTIE. LEIDSCHE BURGERWACHT. Propaganda-feestavond ter gelegenheid van het 15-jarig bestaan. In de feestelijk met nationale vlaggen getooide groote Stadszaal werd gisteravond ter gelegenheid van het 15-jarig bestaan der Leidsche Burgerwacht 'n propaganda- avond gehouden. De zaal was uitstekend bezet, toen de voorzitter, de heer mr. F. J. J. Trapman, allen hartelijk welkom heette en zijn blijd schap uitsprak over de groote opkomst. Spr. herdacht allereerst het overlijden van H.M. de Koningin-Moeder, waarmede alle aanwezigen door een oogenblik eerbiedige stilte instemden. Spr. richtte zich daarna tot generaal Bauduin, den burgemeester mr. Van de Sande Bakhuyzen, den oud voorzitter, mr. Pijnacker Hordijk, de ver tegenwoordigers van het militair en bur gerlijk gezag, de universiteit en studenten, de 3 Octoher-vereeniging, het hoofdbe stuur van den Ned. Bond van Vrijw. Bur gerwachten, het Gewestelijk Bestuur van Zuid-Holland, den Bijz. Vrijw. Landstorm, het Motorcorps, de E.H.B.O. en diverse sportvereenigingen. Na te hebben opgewekt tot het verleenen van daadwerkelijken of fhiancieelen steun, dankte spr. de Oude Jagerband voor haar belanglooze medewerking en hij besloot met allen een genoeglijken avond toe te wenschen. Nadat de V.V.S.L. een krans had aange boden en de Jagerband een potpourri van nationale liederen ten gehoore had ge bracht, was het woord aan den burge meester van Woubrugge, mr. J. E. Boddens Hosang, lid van het Gew. Bestuur van Zuid-Holland tot het houden van de pro- paganda-feestrede. Spr. wees allereerst op de moeilijkheid om in dezen zorgelijken tijd een opwek kend woord te laten hooren. Maar toch is dat noodig, omdat wij juist nu, meer dan anders, steunpunten noodig hebben. Een van die steunpunten is het gezag, waarvan H. M. de Konmgin de hoogste vertegen woordigster is. Bracht Zij niet ontelbaar velen door Haar persoonlijk bezoek troost en steun in de meest benarde omstandig heden? Is dat geen reden om het gezag van onze Koningin te schragen? H. M. de Ko ningin heeft eens gezegd, dat Oranje nooit genoeg voor Nederland zou kunnen doen. Maar beseft men wel, welke geweldige ver plichtingen ons land in den loop van bijna vier eeuwen op zich heeft gestapeld jegens ons Vorstenhuis. Als verdere steunpunten in ons volksleven noemt spr. het gezin en het geloof. Het is de eerste taak van de Burgerwacht om die drie steunpunten te schragen en aldus medebouwers te zijn aan den rechtsstaat in Nederland. Spr. herin nerde vervolgens aan drie gebeurtenissen in ons nationale leven, welke even zoovele manifestaties waren van trouw aan ons Vorstenhuis, n.l. de hulde gebracht aan de nagedachtenis van den Vader des Va derlands in het voorjaar van 1933; aan de massale betooging van aanhankelijk heid bij het regeeringsjubileum van H.M. de Koningin in September 1933 en tenslotte aan de roerende deelnemende belangstel ling van het gansche volk bij het overlijden van H.M. de Koningin-Moeder in Maart j.l. en hij besloot met den wensch, dat het volk van Nederland in dien trits een be zegeling moge zien van den eeuwenouden band tusschen ons land en Oranje (ap plaus). De voorzitter bood mevr. Boddens Ho sang bloemen aan. Na eenige partijen degenschermen tus schen leden der Burgerwacht, gevolgd door demonstratie-degen- en floretpartijen tus schen de heeren De Jager en Gijsberti Ho- denpijl, bracht de Jagerband onder leiding van den heer Huguenint een Faustfantasie ten gehoore, waarna de heer en mevrouw Ciinge Doorenbos met hun levensliedjes een daverend succes oogstten. Mevrouw Clinge Doorenbos werd voor haar volgzame piano-begeleiding gehuldigd met 'n bouquet bloemen. Het gedeelte na de pauze werd grooten- deels gevuld door muziek van de J. B„ terwijl de heer J. C. Burgersdijk uit Den Haag voortreffelijke goocheltoeren ten beste gaf, waarvoor hem een welverdiend applaus ten deel viel. Aan het slot van den geslaagden avond, welke eerst ver over elf uur een einde nam, heeft de voorzitter, mr Trapman, nogmaals opgewekt tot aansluiting als lid of donateur bij de Leidsche Burgerwacht. WERK STOPGEZET. Naar wij uit goede bron vernemen, wordt morgen het werk van de bouwcom binatie „Zuiderzicht" in den Rodenbur gerpolder stopgezet, waardoor pl.m. 50 ar beiders zonder werk komen. Oorzaak hier van is het langdurig uitblijven der bouw vergunning. De gemeentelijke instanties verleenen alle medewerking, doch de be slissing van Ged. Staten laat heel lang op zich wachten. BINNENLAND. Vereenvoudiging schrijfwijze Nederland- sche taal; het rapport der commissie, die invoering op de scholen ingaande 1 Sep tember a.s. voorstelt. (3e Blad). Noodweer boven ons land; meerdere per sonen gewond en eenige huizen afgebrand; windhoos te Mook bij Nijmegen. (3e Blad), Steun aan landbouw en industrie; me morie van antwoord inzake het landbouw crisisfonds. (3e Blad). Ons parlementair overzicht. (3e Blad). De nooden van den middenstand; urgen tie-program van de drie middenstands bonden. (Binnenland, 3e Blad). BUITENLAND. De Fransche nota aan Engeland inzake de Ontwapening gepubliceerd. (Buitenl. en Tel. Ie Blad). Verontrusting over de Japansche ver klaring over China. (Tel. Ie Blad). Roehm over de nat.-soc. revolutie. (Bui tenland, le Blad). Relletjes te Kopenhagen in verband met de zeeliedenstaking. (Buitenl. le Blad). JHR. BOSCH RIDDER VAN ROSENTHAL. BENOEMD TOT COMMISSARIS DEE KONINGIN IN UTRECHT. Jhr. Bosch Ridder van Rosenthal. Bij K.B. van 18 April is met ingang van 1 Juni 1934 benoemd tot Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht, Jhr. mr. dr. L. H. N. Bosch Ridder van Rosen thal, met gelijktijdige toekenning van eer vol ontslag met ingang van dien datum als burgemeester der gemeente 's-Graven- hage, onder dankbetuiging voor de ge wichtige diensten door hem in die betrek king bewezen. DERDE STERFGEVAL OP DE „STREEFKERK". Thans een Leidenaar overleden. Naar wij vernemen is thans bericht ontvangen uit Port Said van een derde sterfgeval op het s.s. „Streefkerk", als gevolg van de aan boord heerschende typhus-epidemie. Overleden is namelijk het lid der be manning, de heer Jacobus Klein, wonen de alhier. Het slachtoffer was 19 jaar oud. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Nieuwe inschrijving: Slijterij „De Wijn kelder" (filiaal), Prinsessekade 5, Leiden, Wittevrouwenstraat 32, hoofdzetel Utrecht Handel in wijnen en gedistilleerd. Wijzigingen: Firma J. van Cleef, Haar lemmerstraat 174, Leiden, Manufacturen. Vestiging filiaal, Westeinde 157, dd. 15 Mei 1933. 's-Gravenhage. H. Kors, Lange Mare 118, Leiden. Bloemist en winkelier. Wijziging uitge oefend bedrijf: Bloemisterij opgeheven, thans alleen winkel in bloemen en plan ten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 1