Het presidium der Ontwapeningsconferentie bijeen. 758te Jaargang WOENSDAG 11 APRIL 1934 No. 22716 STADSNIEUWS. Uitvoerige uiteenzetting van Eden. Het voornaamste Nieuws van heden. BUITENLAND. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIEN: 80 Cts. per régel voor advertentiën uit Lelden en plaatsen ,waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Ct&. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANT;] Voor Leiden per 3 maanden f.2r3S; per week Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per Franco per post f. 2.35 -V portokosten. t. 0.18 ,0-lfe Dit nummer bestaat uit DRIE bladen EERSTE BLAD. Ds. G. OOSTERHTJIS t. In den ouderdom van 83 jaar is Kier ter stede overleden ds. G. Oosterhuis, em. predikant van de Ned. Herv. Kerk. Ds. Oosterhuis diende enkele jaren de Ned. Herv. Gem. van Schraad (Fr.) en legde in 1886 zijn ambt neder om zich als em. predikant metterwoon te Groningen te vestigen. o PROF. BAKHUYZEN v. d. BRINK. Pro. dr. J. N. Bakhuyzen v. d. Brink, nieuw benoemd hoogleeraar in de facul teit der Godgeleerdheid om onderwijs te geven in de geschiedenis van het Chris tendom en van de leerstellingen van den Christelijken godsdienst, benevens in de geschiedenis van het Gereformeerd Pro testantisme, zal zijn ambt aanvaarden met het uitspreken eener rede op 1 Juni a.s. te 4 uur in het Groot-auditorium der Universiteit. o CENTR. NED. AMBTENAARSBOND. Jaarverslag van de afdeeling Leiden. Aan bovengenoemd jaarverslag, dat in druk is verschenen, is het volgende ont leend: De periode, die wij met 't schrijven van dit verslag afsluiten, is voor de arbeiders klasse in 't algemeen en voor het Over heidspersoneel in 't bijzonder er een ge weest van afbraak van vitale volksbelan gen. Wij denken hierbij aan de bezuini gingen op verschillende sociale, en onder- wijs-instellingen, waardoor het gevaar voor geestelijke verarming niet denkbeel dig is. De financieele positie van het Overheidspersoneel is in het afgeloopen jaar wederom voor de Regeering en andere overheids-organen een object geweest om bij te dragen tot het sluitend maken der begrooting. Dat de koopkracht der ambte naren daardoor zoodanig omlaag is ge bracht dat vele dienaren der Overheid thans ver beneden de grens van het be staansminimum leven, is voor die Regee ring niet de grootste zorg. Al hun Regeer- talenten concentreeren zich op middelen om de telkenjare terugkeerende tekorten die 't gevolg zijn van een verkeerd productiesysteem te dekken. En het Overheidspersoneel is door zijn groote verdeeldheid daar telkens en telkens weer het slachtoffer van. Naast de verslechte ring in de finantieele positie heeft de rechtspositie een zoodanige verzwakking ondergaan, dat 't dikwijls de vraag is of nog wel van recht gesproken kan worden. Ook maatregelen der Regeering, waarbij het zelfbestuur van provincies en ge meenten in ernstige mate is aangetast, hebben daartoe bijgedragen. Wij consta- teeren een bewust streven der reactie naar centralisatie der macht, deze in handen ie leggen van een centraal gezag, wat niet bevorderlijk is voor de democratie. Als het in ons land de reactie zou geluk ken haar ideaal" te doen verwezelijken dan zien wij het lot van de ambtenaars klasse donker tegemoet. Duitschland is ons een schrikwekkend voorbeeld. Wat staat ons ambtenaren te doen om de op- marsch der reactie te keeren? Organisatie en nog eens organisatie! Wij zullen de teekenen des tijds hebben te verstaan door onze strijd te richten op 't behoud onzer democratische instellin gen en op een flinke versterking van de eigen macht. De strijd die ons zeker nog te Wachten staat eischt een aaneengesloten optreden en een samengaan van alle ambtenaren. Met terzijdestelling van oude geschillen zullen wij schouder aan schou der hebben op te trekken, waar het thans gaat om 't behoud onzer positie. De Vakgroep Gemeente-personeel on derging weer één salaris-verlaging in den vorm van een verhooging der pensioen bijdrage van 3'/= tot 8V2 °/o. Overigens werd in de vakgroepen en onderafdeelingen veel werk gedaan, dat meermalen met succes werd bekroond Het ledental liep terug van 328 op 1 Januari 1933 tot 257 op 1 Januari j.l. Hieronder bevinden zich 90 gemeente en 167 rijksambtenaren. De exploitatie-rekening geeft aan ont vangsten een bedrag van f. 5.663.73 en aan intgaven van f. 5 882.23; de begrooting 1934 sluit in ontvangsten en uitgaven op f. 4.342.50. DE NIEUWE SPANJAARDSBRUG. Scheepvaartstremming. De werkzaamheden aan de nieuwe Spanjaardsbrug over de Zijl vorderen nu snel. De 42000 K.G. wegende klap is op een der brughoofden ter plaatse in elkander gezet. Gisteren is deze door middel van sleden en takels aan een zijde op een stel ling gesleept, welke op een in de doorvaart liggende dekschuit was geplaatst. In den loop van den nacht heeft men deze schuit geleidelijk naar het andere bruggenhoofd getrokken, waardoor de klap tenslotte op haar plaats kwam te liggen. De scheepvaart was door deze werkzaam heden van gisterochtend af gestremd. Blijkbaar was deze afsluiting niet vol doende bekend, want tal van beurtschip pers. die hier gewoonlijk- 's nachts pas- seeren werden er door verrast en onder vonden groot nadeel. Zij waren nu genood zaakt te wachten of om te varen, terwijl zij langs een andere route hun bestemming tijdig bereikt zouden hebben. Omstreeks acht uur hedenochtend kon de doorvaart weer vrij gemaakt worden, waarna een 18-tal schepen de reis ver volgde. o 28 Mei bijeenkomst der Hoofdcommissie. DE JACHTTAFEREELEN IN DE EGYPTISCHE EN VOOR-AZIATISCHE KUNST. UITBREIDING LOCOMOTIEF DEPÓT. In verband met de belangrijke vermeer dering van het aantal treinen met den a.s. zomerdienst op het baanvak Leiden— utrecht zal het locomotief-depót der Ned. bpoorwegen alhier uitgebreid worden. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Wijzigingen: J. Choufour. Hooigracht TTil» LJelden- Brood- en beschuitbakkerij, 'tredend eigenaar: J. Choufour, Leiden, dd. 17 April 1934. Wijz. handelsn. in: K. f*' v®n Aller voorheen J. Choufour. Nieu we eigenaar: K. A. van Aller, Leiden. t H- L. Vorst, Langegracht 79, den Timmerman. Nieuwe eigenaar: W. L- J. Vorst, Leiden, Lezing van Dr. W. D. van Wijngaarden. Gisteravond hield dr. W. D. van Wijn gaarden in het Rijksmuseum van Oudhe den alhier de laatste archaeologische lezing in dit seizoen. Uitgaande van het bekende bericht in het boek Genesis, waar van Nimrod ge zegd wordt, dat hij een geweldig jager was, wijst spr. op de plaats, die de jacht in het leven van de menschen in de oud heid innam. De jacht vormde de grond slag van het gansche leven: daardoor moest men zich levensonderhoud ver schaffen en zich verdedigen tegen scha delijke dieren. Gen wonder dan ook, dat de kunst der oudheid de jachttafereelen kent, zoowel de kunst van oud-Europa (grotten in Spanje en Frankrijk: Mykene) als de Egyptische en Vóór-Aziatische kunst. In Egypte vertoonen deze taferee- len reeds vroeg een eigen Egyptischen stijl. Talrijke afbeeldingen leeren ons, hoe de jacht uit noodzakelijkheid of als sport door de Egyptenaren werd uitge oefend. Telkens maakt men daarbij ge bruik van een bepaald schema, waarbij de jager steeds te voet wordt voorgseteld. Daarnaast treden van het begin van de j 13e dynastie af tafereelen van een andere compositie op, waarbij de jager wordt voorgesteld, rijdende op een lichte, twee- wielige, door paarden getrokken wagen. Egyptische koningen laten zich aldus jagende voorstellen op tempel- en op graf- wanden en op kunstvoorwerpen. Dit nieuwe tafereel is afkomstig uit Vóór-Azië, waar het reeds lang bestond en waarmede de Egyptenaren van het Nieuwe Rijk in nauwe aanraking kwamen. Daar kende men sinds lang het gebruik van tweewie lige wagens bij de jacht. Assyrische ko ningen hebben de wanden van hun palei zen versierd met hun jachttafereelen, vol leven en bewegelijkheid. Deze Assyrische jachttafereelen vertoo nen veel overeenkomst met de Egyptische: de houding van den jager is strak en rustig, die der dieren vol spanning en actie. Maar beide, zoowel de Egyptische als de Assyrische jachttafereelen gaan terug op één en hetzelfde jachttafereel, dat reeds in de 16e13e eeuw vóór Chr. bij de Hethieten in Klein-Azië en in Syrië in gebruik was. Deze jachttafereelen hebben vooral een representatief doel; ze dienen om de on weerstaanbaarheid en de onaantastbaar heid des konings te doen uitkomen. In Vóór-Azië heeft het jachttafereel een lang leven gehad. Wij vinden het ook op de kunstwerken der Phoeniciërs en der Perzen, tot in de 7e euw na Chr. altijd naar de oude voorbeelden. Maar men moet afdalen tot de schilderkunst van den nieuwen tijd (Rubens, de la Croix) om jachttafereelen te vinden, die met de Egyptysche en Vóór-Aziatische vergeleken kunnen worden. FILMVERTOONING „VAN BOOM TOT PAPIER". Voor een goed bezette Burcht-zaal is gisteravond de film: „Van boom tot papier" vertoond. De voorzitter van net district Leiden van de Federatie van Boekdrukkerspatroons, de heer J. P. Mulder, sprak een kort welkomstwoord en gaf daarna het woord aan een verte genwoordiger der N.V. G. H. Bührmann's Papiergroothandel te Amsterdam tot het geven van een toelichtende verklaring. De film liet achtereenvolgens zien hoe de geweldige woudreuzen, welke uitver koren zijn als de leveranciers van het courantenpapier, onder de bijlen der hout hakkers worden geveld en per vlot of schip naar de fabnek worden vervoerd. Hier werden de verschillende bewerkingen, welke het hout moet ondergaan alvorens het ons als papier onder de oogen komt, op den voet gevolgd, waarbij de explica teur vele interessante bijzonderheden mededeelde, welke door de aanwezigen met groote aandacht werden gevolgd. De brandweer had voor deze filmvertoo- ning uitgebreide voorzorgsmaatregelen voorgeschreven, welke een vlot verloop niet ten goede kwamen. Onder presidium van Henderson is gistermiddag om half vier de bijeenkomst van het presidium der Ontwapeningscon ferentie te Genève aangevangen. Vice- president is Politis (Griekenland), eere- pre.sident is Motta (Zwitserland) en rap porteur Benesj (Tsjecho-Slowakije). Van de landen zijn vertegenwoordigd; Enge land, Frankrijk, Italië, Japan, de Veree- nigde Staten van Noord-Amerika, Sovjet- Rusland, België, Spanje. Oostenrijk, Ar gentinië, Tsjecho-Slowakije, Zweden. Po len en Nederland. Rede Henderson. Henderson hield een redevoering, waar in hij refereerde aan het den leden van het presidium overhandigde document over den stand der Ontwapeningskwestie. Dit rapport bewijst, dat er geen reden is tot de onderstelling, dat verdere pogingen doelloos zouden zijn. Hij is van meening, dat men voor de besprekingen met de be langrijkste regeeringen wat meer tijd moet nemen. Het zou onjuist zijn, wanneer men deze spanne tijds niet zou toestaan. Doch voordat men van een verdere ver daging zou kunnen spreken, moet men de volgende bijeenkomst der hoofdcommissie vaststellen. Tegelijkertijd moet men, om de werkzaamheden der hoofdcommissie te verlichten, eveneens een termijn vaststel len voor een nieuwe bijeenkomst van het presidium met de taak het plan Macdo- nald te bewerken en aan te passen aan den tegenwoordigen toestand. Henderson herinnerde er o.m. aan, dat in December 1932 eenige der voornaam ste leden der conferentie hadden besloten tot rechtsgelijkheid in een systeem van veiligheid De conferentie zelf heeft vaak besloten dat men naar gelijkheid zal stre ven en wel vooral uoor bewapeningsver mindering en de geleidelijke afschaffing van aanvalswapenen. Men moet erkennen, dat in de laatste weken zekere wijzigin- I gen zijn ingetreden, welke onze werkzaam- j heden moeilijk maken. Henderson bezwoer de leden van het presidium den moed niet i te laten zinken en verder voor de ontwa pening te werken. Hij besloot met de woorden: Ik geloof dat het onze heilige plicht is, deze conferentie tot een einde te brengen, dat in overeenstemming is met de verplichtingen welke bij verdrag zijn aangegaan, want slechts op die wijze kan men hopen, dat een bewapeningswedloop te vermijden zal zijn en het toenemende oorlogsgevaar zal zijn ter zijde te stellen. Uiteenzetting Eden. Hierop heeft de Engelsche lord-groot- zegelbewaarder Eden het standpunt zijner regeering breedvoerig uiteengezet. Eden ging uit van het Engelsche memorandum van 29 Januari j.l. en toonde aan de hand 1 van verschillende voorbeelden aan, hoe Engeland er naar gestreefd heeft het oor spronkelijke plan van Macdonald aan te passen aan den huidigen toestand, zeifs onder opoffering van bizondere Engelsche wenschen. Tegelijkertijd zette Eden nog eens de grondslagen van dit Britsche me morandum uiteen. Vervolgens besprak de Engelsche verte genwoordiger de gebeurtenissen sedert 29 Januari. Hij herinnerde aan zijn rondreis in de tweede helft van 1 ebruari, welke hem gebracht heeft naar Parijs, Berlijn en Rome Hij is in staat geweest overal te constateeren, dat de regeeringen overeen stemming wenschen. Niettemin kreeg hij steeds meer de overtuiging, dat de Engel sche voorstellen van 29 Januari opnieuw gewijzigd moeten worden, wanneer eenig vooruitzicht op een algemeene goedkeu ring wil worden verwacht. De Italiaan- sche regeering zou wel is waar in principe bereid zijn geweest ze aan te nemen, doch zoowel van Fransche als van Duitsche zijde zijn bezwaren en critiek geopperd. '„Uit den tegenwoordigen toestand aldus vervolgde Eden blijkt, dat het Engelsche memorandum van 29 Januari é:i het persoonlijke contact dat sindsdien plaats vond in ieder geval het resultaat hebben gehad, dat dc verschillende mee ningen duidelijker zijn geworden. Niette min staat vast, dat het Britsche memoran dum zonder wijziging geen overeenstem ming zal vinden. Of deze wijzigingen lus- schen de mogendheden zelf kunnen wor den overeengekomen, blijft verder onzeker. Daarbij moet de Britsche regeering in het oog houden, dat de algemeene toestand gewijzigd kan worden, terwijl men nog steeds op een overeenkomst wacht." Eden zeide verder; Op dit oogenbliik kan ik niets zeggen over het Duitsche standpunt ten aanzien van ons memoran dum, aangezien het nog niet is gepubli ceerd. Wij wachten ook op een aanvul lende verklaring van het Fransche stand punt, aangezien de nota, welke wij onlangs uit Parijs ontvingen, slechts voorloopig was en door een definitieve verklaring, welke ons onlangs is beloofd, moet worden aangevuld. Eden legde er vervolgens den nadruk op, dat de moeilijkheden zeer groot zijn. Tusschcn Frankrijk en Duitschland be staan twee principieele tegenstellingen; De tegenstelling t.a.v. de legersterkte cn de berekening der overzeesche troepen cn de geoefende reserves aan de eene zijde en de para-militaire organisaties aan de andere zijde. De tegenstellingen t.a.v. den datum, waarop het nieuwe Duitsche leger, dat met een korten diensttijd, met verdedi gingswapens zal worden uitgerust en t.a.v. de uitbreiding dezer bewapening. Een ontwapeningsovereenkomst is slechts denkbaar, wanneer deze en andere tegen stellingen uit den weg kunnen worden ge ruimd. Eden deelde als zijn meening mede, dat, wanneer een overeenkomst welke ont wapening medebrengt, tot stand mocht komen, dat snel moet geschieden. Hij is ook van meening, dat slechts een zoo danige overeenkomst als waardig beeld van zulke groote pogingen kan worden be schouwd. Om deze reden is de Britsche re geering ook van meening, dat belangrijker dan de bijeenroeping van de hoofdcom missie der ontwapeningsconferentie het verloop der ontwapeningswerkzaamheden in de volgende weken zal zijn. De Engel sche regeering wenscht niet de directe ge- dachtenwisseling tusschen de regeering te onderbreken, zoolang deze op nutbrerigen- de wijze plaats vindt. Aan den anderen kant is zij er evenwel van overtuigd, dat deze onderhandelingen reeds zeer spoedig den stand zullen hebben bereikt, waarop het presidium der confe rentie er kennis van kan nemen en waarop het presidium dat kan besluiten stappen te ondernemen, welke kunnen worden ge daan op de basis der bereikte resultaten. Ik moet derhalve voorstellen, aldus be sloot Eden, dat het presidium der confe rentie, wanneer het zich vandaag ver daagt, nog besluit opnieuw einde dezer maand, ongeveer 30 April, bijeen te komen, waarbij het aan het goeddunken van den president moet worden overgelaten dezen termijn uit te stellen, indien hij zulks wenschelijk zou achten. Andere sprekers. De vertegenwoordiger van Rusland, Boris Stein, bepleitte daarentegen een zoo spoedig mogelijke bijeenroeping der hoofd commissie van de ontwapeningsconfe rentie. De Italiaansche markies di Soragna sloot zich bij het Britsche standpunt aan. Motta hield een korte redevoering, welke optimistisch gestemd was. De Poolsche graaf Raszinski legde er den nadruk op. dat slechts de algemeene commissie het recht heeft definitieve besluiten te nemen. Tot dan behoudt zijn regeering zich alles voor. Massigli verklaarde namens Frankrijk in te stemmen met de voorstellen van Eden en stelde een nieuw antwoord van Frank rijk in het vooruitzicht. Tegen zes uur was de zitting van het presidium ten einde. Overeenkomstig het Engelsche voorstel heeft het presidium zich verdaagd tot 30 April. Tegelijkertijd is besloten de hoofd commissie tegen omstreeks 23 Mei te laten bijeenkomen. ANALYST-EXAMEN. Van de Leidsche Analistenopleiding aan het Rapenburg No. 30 namen 15 leerlingen deel aan de door de Ned. Chem. Ver. af genomen examens. Na het schriftelijk gedeelte werden 9 leerlingen voor scheikunde en 4 leerlingen voor natuurkunde vrijgesteld van het mondeling examen. Geslaagd zijn voor algemeene ontwikke ling: J. J. Jansse (Rotterdam); natuur kunde, scheikunde en algemeene manipu laties de dames E. M. Hakkenbroek, J. Th. C. Pijnacker Hordijk., D. C. v. Hulst, C. A. F. Keiler (met algebra), C. Bosch, W. v d. Laan, allen te Den Haag, J. Batteljee (met algebra), M. E. v. Soest, Oegstgeest, J. v. Herwerden, Rotterdam, N. Planjer, Leiden; en de heeren A. v. d. Laan te Leiden en J. C. de Back, Den Haag. Voor alle onderdeelen der examens wer den 2 candidaten afgewezen. Naar wij vernemen zullen op den feestavond, welke door het overlijden van H. M. de Koningin-Moeder uitgesteld werd en nu zal plaats hebben op Vrijdag 13 April a.s., aan een 125-tal leden van de afd. Leiden van genoemden Bond het Mobili- satiekruis en het bijbehoorend brevet wor den uitgereikt. Tevens zal dien avond een zestal Witte Mobilisatiekruisen worden uitgereikt, welke door het Hoofdbestuur zijn toegekend voor tijdens de mobilisatie 1914/'18 door enkele personen aan de ge- mobiliseerden bewezen bijzondere dien sten. Het bestuur hoopt, dat precies op tijd zal kunnen worden aangevangen, teneinde het uitgebreide en welvoorziene program ma vlot te kunnen afwerken. Wij verwijzen naar de advertentie in dit nummer betreffende de zomercam- pagne van het Trianon-Theater. BINNENLAND. Credietverleening aan den midden stand; voorloopig verslag der Tweede Kamer (Binnenland, 3de Blad). De regeering heeft besloten tot steun aan het Drentsche veenbedrijf (Binnen land, 3de Blad). Het aantal typhus-gevallen op 't stoom schip „Streefkerk" neemt toe (Gemengd, 3de Blad). Lugubere ontdekking op de Reeuwijksche Plassen; de 24-jarige W. uit Den Haag slachtoffer van een misdaad? (Laatste Berichten, le Blad). BUITENLAND. De bijeenkomst der Hoofdcommissie der Ontwapeningsconferentie. Verdaging tot 30 dezer (Buitenland en Tel., 1ste Blad). Tegenstrijdige berichten over het com plot van officieren in Roemenië (Buiten land, 1ste Blad). De actie der Fransche ambtenaren (Bui tenland, 1ste Blad). DE ALGEMEENE TOESTAND. De Ontwapening. Over de bijeenkomst van de hoofdcom missie der Ontwapeningsconferentie men zie elders mag men tevreden zijn. Uit het verloop blijkt duidelijk, dat men den moed nog niet heeft laten zakken, dat men alle zeilen wil bijzetten, om al thans een volledig echec te vermijden, zoo dit slechts eenigszins mogelijk is. Dat is tenminste een goed teeken. Overigens is men, practisch gesproken, natuurlijk nog niet verder gekomen. Men is immers midden in een reeks belangrijke besprekingen, als b.v. tusschen Frankrijk en Engeland. Daarbij zal echter spoed worden betracht, gezien het feit. hoe 30 April opnieuw een bijeenkomst is bepaald al kreeg voorzitter Henderson het recht, eenige dagen uitstel toe te passen, zoo dit gewenscht zou blijken. De Fransche gezant heeft bij zijn terug keer te Londen Sir John Simon opge zocht. Reuter meent te weten, dat bij de En- gelsch-Fransche ontwapeningsbesprekin gen nieuwe vorderingen zijn gemaakt en dat de uitvoeringswaarborgen van een ontwapeningsconventie evenals de kwes ties, die in verband staan met de jongste Fransche nota, speciaal besproken zijn. De Poolsche delegatie bij den Volken bond heeft gevraagd op de agenda der volgende assemblee te willen plaatsen, de bespreking der kwestie van de uitbreiding tot alle staten leden van den Volken bond van de verplichtingen, welke be trekking hebben op de bescherming der minderheden, waartoe tot nu toe slechts zekere staten zich onderling verplicht hebben. o ROEMENIE. De arrestatie der officieren. Zooals gisteren gemeld, zouden vele of ficieren gearresteerd zijn wegens een complot tegen iemand uit de omgeving van den koning. Van zekere zijde wordt daarover gemeld: Er is een samenzwering ontdekt tegen het leven van koning Carol en mevr. Lu- pescu. Het complot stond onder leiding van kolonel Precup en werd gesteund door generaal Schmidt, terwijl verder ko lonel Pratraulja en tal van officieren en studenten erbij betrokken waren. Het plan was de kerk in de lucht te laten vliegen tijdens den Paaschdienst, wanneer de koning en mevr. Lupescu daar aanwezig zouden zijn. Alle betrokke nen zijn gearresteerd. Wat daarvan juist is? Officieel wordt het heel anders voorgesteld en geeft men volgende mededeeling uit: In de laatste dagen zijn overdreven en alarmeerende geruchten in omloop over een ernstige samenzwering en de arresta tie van tal van hooge officieren. Deze ge ruchten hebben als eenig juiste basis de opening van een onderzoek tegen eenige onverantwoordelijke personen, bij wie zich naar het schijnt eenige militairen hebben aangesloten. Nadere officieele mededeelingen zullen over deze aangelegenheid worden gepu bliceerd. zoodra het eerste deel van het onderzoek ten einde zal zijn. Verzekerd kan worden, dat de aangelegenheid in geen geval de beteekenis en de draag wijdte heeft, welke zij volgens de gepu bliceerde berichten zou hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 1