Dè Man van de straat.
75ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 7 Aprü 1934
Derde Blad
No. 22713
BINNENLAND.
RECHTZAKEN.
Burgerlijke Stand v. Leiden
Steunt met Uw gaven
het Leidsch Crisis-Comité.
CHRISTELIJK HISTORISCHE
UNIE.
DE ALGEMEENE VERGADERING
TE UTRECHT.
Mr, Schokking adviseerend lid van
verdienste.
ÏVervolg van gisteren).
De woorden ter nagedachtenis van HM.
de Koningin-Moeder in de gisteren reeds
vermelde rede van j'hr. De Geer ter ver
gadering der Ohr, Hist. Unie, werden
staande aangehoord, terwijl de rede ver
schillende malen met applaus werd onder
broken.
Na afloop werd op voorstel van het
hoodtbestuur een telegram gezonden aan
H.M. de Koningin van den volgenden in
houd:
(De Chrlstelljk-Historische Unie in al-
gemeene vergadering te Utrecht bijeen,
(betuigt Uwe Majesteit haar eerbiedige
(buide en wenscht Uwe Majesteit in deze
dagen Gods bijzondere nabijheid toe.
De vergadering stemde met dit telegram
in. door het spontaan zingen van twee cou
pletten van het Wilhelmus.
Vervolgens nam minister Slotemaker de
Bruine het woord, die zijn waardeering uit
sprak voor de rede van den voorzitter en
zijn meening te kennen gaf over de begin
selen. die ook overheidspersonen hebben te
volgen.
De aanwezigen zongen na deze woorden
den minister toe: Dat 's Heeren zegen op
U daal.
De secretaris deelde mede dat er in de
zaal aan afgevaardigden en belangstellen
den ruim 600 menschen aanwezig waren.
Na enkele huishoudelijke mededeelingen
kwamen de voorstellen van het Hoofdbe
stuur aan de orde tot wijziging der statu
ten. deze werden behandeld samen met de
voorstellen van organisatorischen aard, die
door de afdeelingen der Unie waren inge
zonden.
Na enkele discussies werden deze aange
nomen.
Nadat op voorstel van het hoofdbestuur
de heer mr. dr, J. Schokking wegens bui
tengewone verdienste jegens de Unie tot
adviseerend lid van het hoofdbestuur en
van het Dagelijksch Bestuur was benoemd
werd in de middagzitting voortgegaan met
voorstellen van organisatorischen aard.
(Hierondert vallen voorstellen over de ver-
eenigbaarheid van lid der Staten-Generaal
met het lidmaatschap van het hoofdbe
stuur of dagelijksch bestuur. Zoowel het
hoofdbestuur zelf als ook enkele afdeelin
gen hebben een oordeel hierover uitgespro
ken en waarbij tot uiting werd gebracht
dat eenerzijds de partij niet mag bestuurd
worden vanuit de Staten-Generaal noch
dat de Kamerleden hun instructies alleen
van de partijleiding mogen ontvangen
Het resultaat van de verschillende be
sprekingen was dat er door den voorzitter
een concessie werd gedaan, zoodat er bij
de verkiezingen rekening mee wordt gehou
den dat ten hoogste drie leden van de
Tweede Kamer zitting hebben in het dage
lijksch bestuur
Tijdens de discussie over het benoemen
van een propagandaleider en over het voe
ren van doelmatige en geregelde propagan
da, hield mr. Schokking een improvisatie,
die de beste propagandarede was. Waar
blijven onze jongeren, die met kranten en
propaganda-matëriaal op den weg andere
menschen trachten te bereiken, riep spre
ker de vergadering toe.
Intusschen werd de uitslag bekend ge
maakt van de bestuursverkiezing. Mej. mr.
C. F. Katz, de heeren W. F. C. van den
(Broek en J. ter Haar werden als leden van
het hoofdbestuur herkozen, terwijl in de
vacaturen ontstaan door het aftreden van
prof. dr. J. R Slotemaker de Bruine en het
overlijden van mr. N. G. Veldhoen, als
leden werden gekozen jhr, mr. D. J. de
Geer en prof. dr. T. L. Haitjema te Gro
ningen
De voorzitter heeft nog eenige woorden
van waardeering gewijd aan de nagedach
tenis van dr. Veldhoen.
De afdeeling Workum stelde voor. dat de
Unie trachtte te bevorderen, dat door
werkloozen In werkverschaffing méér pro
ductieve arbeid wordt verricht; dat de
leeftijd (ouderdomsgrens) van de te werk
gestelden wordt verlaagd, zoodat ouderen
alleen steuntrekken en jongeren ook vrij
gezellen, aan de werkverschaffing kunnen
deelnemen; dat de daarvoor in aanmerking
komende personen zoo min mogelijk steun
genieten, doch steeds arbeid verrichten,
tegen een nader vast te stellen uur-, dag-
of stukloon, gedurende een dusdanig aan
tal uren of dagen per week, dat het bedrag
dat thans als ..steun" wordt gegeven even
tueel méér wordt verdiend; dat tenslotte
de aan den landbouw en den veeteelt ge
geven steun zóó worde gewijzigd of uitge
breid dat iedere landbouwer of veehouder
wordt verplicht, per vast te stellen aantal
H.A. land. één of meer arbeiders te werk
te stellen.
De heer Terpstra uit Leeuwarden lichtte
vervolgens een voorstel-Leeuwarden toe,
om gezien het feit. dat het probleem .Kerk
en Staat" aan actualiteit wint, deze kwes
tie in een gereorganiseerde commissie aan
de orde te stellen welke commissie op de
eerstvolgende Algemeene Vergadering haar
laDoort uitbrenge.
Mr. Schokking verdedigde het werk van
de commissie en achtte reorganisatie niet
direct noodig, wanneer de fouten niet aan
wijsbaar zijn. Na stemming werd besloten,
dat de oude commissie een rapport dien
aangaande zal uitbrengen.
Het, voorstel Naaldwijk dat, gezien de
actie, welke ook in ons land uitgaat van
de Nationaal-Sociaüstische Beweging, het
hoofdbestuur een vaste lijn aangeve voor
het toekomstbeleid, gaf geen aanleiding
tot stemming daar het Unieprogram deze
lijnen voldoende aangeeft.
Een voorstel om de opheffing van het
bankgeheim te bevorderen werd van eenige
zijden toegelicht. Daar het reeds laat in
den namiddag was en vel» afgevaardigden
naar huis moesten was de belangstelling
sterk vermindei d
De voorzitter deed vcc-rlezlng van mede
deelingen van minister Oud naar aanlei
ding van het bankgeheim ia de Eerste
Kamer gedaan, en stelde voor dit belang
rijk onderwerp tot een volgende vergade
ring uit te stellen. De heer Snoeck Henke-
mans gaf namens het hoofdbestuur de
verzekering, dat alle moeite gedaan zal
worden om een gelegenheid aan te grijpen
om de moeilijkheid van het bankgeheim
op te lossen.
Daar er nog maax vijf-en-zeventig men
schen aanwezig waren (van de 600) trok
ken de overige afdeelingen hun voorstellen
verder in. waarna de vergadering met
dankzegging werd gesloten.
WIJZIGING VAN INVOERRECHTEN
OP KORTEN TERMIJN.
Voorloopig verslag Tweede Kamer.
De vaste commissie uit de Tweede
Kamer voor overleg met de regeering om
trent vraagstukken en maatregelen, be
trekking hebbende op aangelegenheden
van handelspolitieken aard, in wier han
den dit wetsontwerp is gesteld, acht
dit wetsontwerp er een van zeer verre
strekking. Bij de aanvaarding daarvan
verkrijgt- de regeering naast de vele be
voegdheden, welke haar In den laatsten
tijd zijn verleend, ook op tariefgebied
buitengewoon groote macht.
Tegen het verleenen van bevoegdheid
om bij de Staten-Generaal aanhangige
voorstellen betreffende tariefsherziening
reeds in werking te doen treden alsof zij
al tot wet waren verheven, welke be
voegdheid moet dienen om een dergelijke
benadeelmg van de staatskas te voorkomen
heeft de commissie, hoewel zij de daar
tegen bestaande bedenkingen geenszins
onderschat, geen overwegende bezwaren.
Tegen art. 2 bestaan bij sommige leden
zeer ernstige bezwaren.
Aanvaarding van art. 2 zal aan de
xegeering de bevoegdheid geven, ook om
andere dan fiscale redenen invoerrechten
in te stellen, af te schaffen, te verhoogen
of te verlagen zonder dat voorstellen
daartoe bij de Staten-Generaal aanhangig
gemaakt zijn. Dit artikel, aldus de hier
aan het woord zijnde leden, geeft feitelijk
aan de regeering een blanco volmacht.
Nog belangrijker achtten deze leden de
bezwaren tegen het hanteeren van het
tarief van invoerrechten ter bereiking van
handelspolitieke voordeelen op zichzelf.
De regeering wenscht deze machtiging
voor tweeërlei gebruik, nl. om de tarieven
te kunnen bezigen als onderhandelings-
object en als middel om een Nederland-
schen tak van bedrijf in het leven te
houden, wanneer deze door onverwachte
buitenlandsche maatregelen anders ten
gronde zou gaan. Wat het eerste betreft,
betoogden deze leden, dat „vechttarieven"
een uiterst gevaarlijk middel zijn in den
economlschen strijd; zulke tarieven ver
oorzaken een voortdurende onrust en zij
hebben doorgaans een tweesnijdende
werking.
Het voorgestelde art. 2 van het wets
ontwerp brengt ons geheel in de sfeer
der actieve handelspolitiek; naar het oor
deel dezer leden staat te vreezen, dat de
gevolgen daarvan voor een klein land als
het onze allerminst gunstig zullen zijn.
Wat betreft het steunen van bedrijfs
takken, welke door onverwachte buiten
landsche maatregelen te gronde dreigen
te gaan. door middel van het heffen van
verhoogde invoerrechten, werd opge
merkt, dat aan dergelijke heffingen bij
wijze van steunmaatregelen veel grootere
bezwaren verbonden zijn dan aan contin-
genteeringen. De laatste zijn, zoo meenden
de hier aan het woord zijnde leden, tame
lijk soepel en verdedigbaar als maat
regel tegen deloyale dumping. Voor invoer
rechten als steunmaatregel geldt dit niet;
deze verergeren bovendien de instabiliteit
In het economische leven in bedenkelijke
mate. Overigens zagen deze leden niet in,
dat contingenteering voor het beoogde
doel niet afdoende resultaat zou kunnen
opleveren.
In de derde plaats werd gewezen op de
bezwaren, welke voor nijverheid en han
del verbonden zijn aan plotselinge veran
deringen in het tarief van invoerrechten.
Andere leden deelden de aangevoerde
bezwaren niet.
VLAGGEN DOOR GEMEENTE
BESTUREN.
Verklaring van minister De Wilde.
Op de vragen van den heer Kortenhorst
betreffende het standpunt der Regeering
ten opzichte van gemeentebesturen, welke
het vlaggen bij feestelijke gelegenheden
achterwege laten, luidende:
I. Heeft de minister kennis genomen van
een bericht in de dagbladen, dat bij gele
genheid van de inhuldiging van den bur
gemeester der gemeente Idaarderadeel de
Nederlandsche vlag, nadat deze éérst van
het Gemeentehuis te Grauw was uitge
stoken, weder werd ingehaald, omdat de
Gemeenteraad, welke in meerderheid
socialistisch is .besloten zou hebben het
vertoonen der Nederlandsche vlag van de
openbare gemeentegebouwen bij feeste
lijke gelegenheden achterwege te laten?
n. Zou de minister, indien dat bericht
waarheid bevat, willen mededeelen, welk
standpunt de Regeering tegenover ge
meentebesturen, die dergelijke, voor het
nationaal gevoel grievende besluiten
nemen en deze tot uitvoering brengen,
inneemt, en wat de Regeering tegen her
haling ervan denkt te doen? heeft minis
ter de Wilde als volgt geantwoord:
I. Deze vraag wordt bevestigend beant
woord. Daarbij worde aangeteekend, dat
het voorstel om niet te vlaggen in de
gemeente Idaarderadeel, in 1931 aangeno
men, niet is uitgegaan van de soc.-dem.
Raadsleden, zooals de vraag kan doen ver
moeden, doch vair een andere partij, die
tot het voorstel overging om te voorkomen,
dat men zou besluiten, op den lsten Mei
van gemeentewege te vlaggen.
II. De Regeering meent, dat dergelijke
besluiten, vooral in tijden, waarin gezags-
handhaving een eerste eisch moet worden
genoemd, zijn te beschouwen als aantas
ting van de Rijkseenheid, waarvan de
nationale vlag een symbool is, en dus on
toelaatbaar zijn. Dit brengt mede, dat zoo
noodig van het schorsings- en Vernieti
gingsrecht dient te worden gebruik ge
maakt. 4|
DE CONTINGENTEERING VAN
VEEKOEKEN.
Aan. het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over het wetsontwerp tot rege
ling van den invoer van veekoeken wordt
ontleend
Verscheidene leden gaven te kennen,
dat Zij, hoewel zij geen bezwaar hadden
tegen het verleenen van steun aan de olie
industrie, beperking van den invoer van
veekoeken daartoe een onjuist middel
achtten.
Ten einde zooveel mogelijk aan ver
schillende bezwaren tegemoet te komen,
werd aan de hand gedaan, den invoer van
veekoeken te monopoliseeren. De Neder
landsche olie-industrie zou dan kunnen
worden gesteund door de heffing van een
monopoliewinst bij den invoer. Men heeft
dan de ontwikkeling van de prijzen der
veekoeken geheel in de hand, terwijl de
opbrengst der heffing in het Landbouw
crisisfonds zou kunnen worden gestort en
zoodoende ten goede zou komen aan dfe-
genen, die de lasten daarvoor moeten om
brengen. Een monopolie-orgaah zou de
koeken kunnen koopen waar het wil, ter
wijl de gewenschte invoerbeperking moge
lijk blijft. Heffing van .monopoliewinst zou
bovendien het min of meer verbroken
evenwicht tusschen veekoeken en andere,
reeds thans met een dergelijke heffing
belaste veevoeder-artikelen herstellen.
Verscheidene andere leden betuigden
hun instemming met het wetsontwerp.
Tegenover den aandrang om de contin
genteering te vervangen door monopoli
seering en heffing van monopolie-winst
werd aangevoerd, dat een dergelijke hef
fing indien de regeering de Nederlandsche
olie-industrie daardoor afdoende zou wil
len behoeden tegen den abnormalen in
voer uit landen, welke door regeerings-
steun in staat gesteld worden tegen zeer
lagen prijs veekoeken te leveren, ten
minste f. 3,50 a f. 4,00 per 100 K.G. zou
moeten bedragen.
Dat zou echter practisch op een verbod
van invoer neerkomen, waarmede de vee
houders ongetwijfeld niet gediend zouden
worden. Bovendien zou door een zoo
danige heffing de export van onze olie
in ernstige moeilijkheden gebracht worden,
terwijl het streven juist op een vergrooting
van onzen olie-export gericht moet zijn.
Vloeide een dergelijke heffing ten slotte
in het Landbouwcrisisfonds, dan zou daar
door. naar het oordeel der hier aan het
woord zijnde leden, het gevaar ontstaan,
dat de verbruikers van veekoeken gesti
muleerd zouden worden om speciaal het
buitenlandsch product te koopen. Ook
daarom achtten zij contingenteering het
juiste middel.
REORGANISATIE IN DEN GOEDEREN
DIENST BIJ DE NED. SPOORWEGEN.
Naar wil vernemen zal 15 Mei a.s. bij
de Ned. Spoorwegen een groote reorgani
satie in den goederendienst plaats hebben.
De goederentreinen zullen vervallen en
in de plaats daarvan komen „Groepen-
treinen".
Deze nieuwe „Groepentreinen" zullen
met dezelfde snelheid als de gewone per
sonentreinen vervoerd frorden, terwijl bij
vertraging de snelheid nog belangrijk ver
hoogd zal worden.
Daar de treinen geheel op iuchtdrukrem
(kunze knorrem) vervoerd zullen worden,
zal slechts één man, de hoofdconducteur,
op deze treinen dienst doen.
GUNSTIG JAARVERSLAG
VAN DE A.V.K.O.
Van het Jaarverslag van de A.V.R.O.
over 1933, samengesteld door den heer W.
Vogt, directeur van het omroepbedrijf,
werd ons een vóór-afdruk verstrekt.
Er wordt in geconstateerd, dat de
A V.R.O., niettegenstaande de ongunstige
tijdsomstandigheden, in grooten bloei ver
keert. Het totaal aantal leden is belangrijk
gestegen; het is n.l. van 174.682 in 1932 ge
komen op 200.258, alzoo een vermeerdering
van ruim 25.000.
Verleden jaar bedroeg de vermeerdering
t.o.v. 1931 rond 22.000 leden.
De luistervinken contribueerden in 1933
een bedrag van f. 752.060,55, dat is onge
veer 4°/o meer dan in 1932. De oorzaken
van de geringe stijging in het totaalcijfer
der jaar-contributies aldus het verslag
liggen in een daling van de gemiddelde
bijdrage per hoofd der leden.
De ..Radio Bode" had op 1 Januari 1934
een oplaag van 260.000 exemplaren per
week.
De baten, die de exploitatie van de
„Radio Bode" in 1933 afwierp, stegen tot
een record-bedrag. Niet minder dan
f. 690.000 kwam aan de kas van het Om
roepbedrijf ten goede.
Het geraamde bedrijfs-overschot voor
1933, n.l. 200.000 gulden, werd daardoor
werkelijk f. 532.500.
Voor 1934 worden de perspectieven niet
ongunstig genoemd. De luistervinken
stortten in de eerste drie maanden van
1934 reeds f. 350.000 aan contributie. Toch
wordt het bedrijfsoverschot voor dit jaar
voorzichtigheidshalf geraamd op f 200.000.
Waarbij met zorg wordt gedacht aan de
gevolgen van een eventueele radiobelas
ting, die de Regeering heet te overwegen.
De beschikbare direct mobiliseerbare
middelen beliepen op 31 December 1933
een bedrag, groot f. 2.031.485.29 (vorig jaar
f. 1.707.281,96).
Aan de Omroepprogramma's werd ten
koste gelegd een som van f. 659.460,27.
200 Personen bevinden zich in vasten
dienst van de A.V.R.O.
De „Radio Bode" als zelfstandige exploi
tatie, verleende aan den omroep een sub
sidie, groot f. 288.378,45.
De ontwerp-begrooting voor 1934, die
aan de algemeene ledenvergadering op 28
Juli a.s. in Arnhem zal worden aangebo
den. sluit in inkomsten en uitgaven met
een bedrag van f. 1.120.000.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Bij Kon. Besluit is aan H. J. van
Nouhuys, op zijn verzoek met ingang van
15 Mei eervol ontslag verleend uit zijne
betrekking van notaris te Zierikzee.
Zoo er één functie een teeken van dezen
tijd is, dan is dat die van verkeersagent.
Het moderne snelverkeer heeft in zijn alles
meesleependen stroom het noodig ge
maakt binnen de steden zijn uitbundigheid
aan banden te leggen en den opzichter is
de fraaie naam van verkeersagent toebe
deeld. Hij is zonder eenigen twijfel dè man
van de straat. Een simpele handbeweging
en trams, personen- en vrachtauto's, voet
gangers en wielrijders, kortom alles wat
medespeelt in het spel van dezen haastigen
tijd, stopt. De een doet het gewillig, de an
der mopperend; maar wie een poging
waagt te ontkomen aan het bevel wordt
onvermijdelijk teruggestuurd en ziet zijn
verzet vaak bestraft met een proces-ver-
baal Hij is een strenge heerscher de ver
keersagent; maar een hulp in nood tevens.
Hoe vaak stelt hij zich niet in dienst van
ouden van dagen, hulpbehoevenden en
kinderen als deze uit vrees voor den on-
ophoudelijken stroom van auto's en fietsen
op hoeken van straten samenscholen en
den moed missen over te steken? Dan krijgt
de meer en meer verdrongen voetganger
enkele oogenblikken de oude heerschappij
over straat en plein terug en wacht het
geheele verkeer op hèm.
Van Oost naar West en van Zuid tot
Noord moet hij zich wenden en keeren ais
het windhaantje op een kerk om zich be
hoorlijk van zijn taak te kwijten. Niet al
leen de nederige moderne auto maar ook
het verheven Fordje van weleer, dat zuch
tend en proestend somtijds zijn plaats in
de verkeersfile tracht, te bewaren, is onder
geschikt aan zijn wil. De touring-car en
de lilliput-auto, de vrachtauto en de
handwagen, alle stoppen als de agent het
teeken daartoe geeft en rijden door als de
weg vrij is gegeven.
Natuurlijk staat hij aan critiek bloot en
dat deze als de rij der wachtenden wat
groot is geworden, lang niet malsch is be
hoeft geen betoog. Auto-claxon's en fiets
bellen komen dan in werking en den be
schermer der veiligheid wordt vaak niet
direct het zachtste toegewenscht! Bij der
gelijke gebeurtenissen pleegt „Nurks" het
niet onder stoelen of banken te schuiven,
dat het vroeger toch ook goed ging zon
der verkeersagent, maar hij vergeet, dat
het bloed dat toen in den verkeersader
klopte een traag voortkruipende, stroope-
rige massa was vergeleken bij het brui
sende bloed van thans en hij zou het u
kwalijk nemen als ge meendet te moeten
opmerken, dat hij, bij een eventueel onge
luk de eerste 'zou zijn, die het der over
heid kwalijk zou duiden, dat er geen toe
zicht was
De taak van den verkeersagent was bij
zijn eerste optreden ondankbaar. Maar ook
hier is de tijd heelmeester geweest en met
uitzondering van „Nurks" zijn allen thans
eenstemmig van oordeel, dat hij een on
misbare schakel is geworden in den heden-
daagschen beveiligingsketen, welke onze
samenleving omvat. Wellicht beleven wij
in Leiden ook eens den tijd, dat men
deze agenten zooals thans in Londen
het geval is eens per jaar cadeautjes
brengt
Als een strekdam in de rivier staat hij
in het verkeer.
Alles gaat voorbij nu eens in langzaam
dan weer in snel tempo maar wat er ook
gebeure hij moet blijven staan, eenzaam
op zijn houten eilandje in de oceaan van
het verkeer; eenzaam als de lichtschipbe
waker voor de zeemonden. Velerlei men
schen passeeren hem, hij ziet ze allen en
ziet er geen, ze gaan hem voorbij als het
rivierwater 'n brughoofd, een enkel oogen-
blik wachten ze op hem, vormen dan weer
een nieuwe rij en stroomen verder en
verder.
HAAGSCHE RECHTBANK.
In hooger beroep stond terecht F. C. K„
uit Stompwljk, die door den Kantonrech
ter te Den Haag was veroordeeld tot f. 10
boete wegens overtreding der visscherij-
wet. De officier vroeg bevestiging van het
vonnis. Uitspraak 19 April.
Vervolgens stond terecht W. v. R., kaas
handelaar uit Leiden, die bij vonnis van
den Kantonrechter te Den Haag, was ver
oordeeld tot f. 30 sub. 10 dagen hechtenis
en 4 dagen principieele hechtenis wegens
overtreding der warenwet. Bij verdachte
was kaas aangetroffen welke verschijn
selen vertoonde van bederf.
De officier vroeg vernietiging van het
vonnis, alleen wat de principieele straf
betrof. Spr. verzoekt dat alleen de geld
boete zou gehandhaafd blijven.
Vonnis 19 April.
HAAGSCHE POLITIERECHTER.
De officier van Justitie eischte tegen C.
S. de J. uit Lisse wegens oplichting een
geldboete van f. 40 sub. 20 dagen hech
tenis.
Overeenkomstig den eisch werd verd.
veroordeeld.
In de verdachtenbank nam plaats de
24-jarige M. J. P. uit Voorburg. Verdach
te was bij dagvaarding ten laste gelegd
mishandeling van zijn aanstaanden
schoonvader den heer J. uit Voorschoten.
Verdachte kon zich er niets van herin
neren. daar hij onder den invloed van
sterken drank verkeerde.
De officier eischte een geldboete van
f. 40 subs. 40 dagen hechtenis. Overeen
komstig den eisch veroordeelde de Politie
rechter verdachte.
Voortgezet werd de zaak tegen den 18
jarigen C. Sch. den B. uit Lisse, die op 1
Dec. j.l. terecht heeft gestaan wegens
diefstal van een taschje van een dame
die op den Gooweg te Noordwijk liep te
wandelen.
Verdachte beweerde dit gedaan te heb
ben op aandrang van een vriend van hem
GEBOREN:
Wilhelmus, Z, van M. Overdijk en E. van
Steenbergen Johanna Hendrika, D. van
N. v. Es en J. H. v. Berkesteijn Gerardus
Antonius Cornells, Z. van G. A. C. Hoppe-
zak en S. G. M. Roeters Jan. Z. van J. G.
Schreuders en L. Vonk Theunis Hen-
dricus Franciscus, Z. van H. Schokker en
A. M. Startman Cornells Paulus, Z. van
C. P. v. d. Meeberg en M. J. J. Witte
Jacobus Johannes, Z. van H. W. Aarsman
en W. A. Dikker Maarten Arie, Z. van
M. v. d. Zwan en C. Guijt Cornelia
Johanna,, D. van C. H. Klein en C. J. Doove
Jozef Johannes Cimibertus, Z. van A. I.
Castelein en S. E. Sloots Rosina Helena,
D. v. A. Wendt en J. M. Sasburg Jo
hanna Maria, D. van A. Wendt en J. M.
Sasburg.
o
OVERLEDEN.
J. de Romijn, M. 76 j. G. Boverhof,
M. 47 j. B. Broers, M. 58 j. W. de
Bruin—Beurze, Vr. 68 j. C. K. Schellin-
gerhout—v. d. Hoeve, Vr. 62 j.
De officier van Justitie had tegen verd.
geëischt op 1 Dec. j.l. 6 maanden gevan
genisstraf onvoorwaardelijk.
Er was een reclasseeringsrapport inge
wonnen.
De officier van Justitie wilde nu zijn
eisch eenigszins wijzigen en vroeg nu 6
maanden gev.straf waarvan 4 maanden
voorwaardelijk met 3 jaar proeftijd en
onder bijzondere voorn"»» >'<>en en 2 maan
den onvoorwaardelijk.
De Politierechter veroordeelde verd.
tot 6 maanden gev.straf voorwaardelijk
met 3 jaar proeftijd en onder bijzondere
voorwaarden.