HET ONTLUIKENDE VOORJAAR
'AN REGEN MMI NAAR ZON
EN KOU EN WARMTE!
fl. 20.- 22.50 25.- 27.50 30.-
AANBIEDIHGi! -G8LBEIIT-C0STÜMES
vmihK^V^i
Heeft onze Voorjaars-
Etalages al gezien?
LENTE-OVERPEINZINGEN VOOR IEDEREEN.
[Lentetijd
in aantocht.
IN SERIE-PRIJZEN
Prima Confectie
Schitterenden Pasvorm
Nieuwste Dessins
ZIE ONZE ETALAGES
IN IEDEREN PRIJS, VOOR IEDEREN VOET
HAARLEMMERSTRAAT 168
p Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 21 Maart 1934Vierde BladNo. 22700
VOORJAARS-BIJLAGE
KOREVAARSTRAAT - STEENSCHUUR - LEIDEN
^mnn i mi iMB—n wwaam—
IS
uiminimiIinnmil agBMBMSai. fr'jJtSkflakg. niiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiillliliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiio
«■iiililliliiiiiiiiiiiiiiiiii™ 'BÖT' 21 I Iii. H fflBfa iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiioiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
KHAN
BEHOORT U REEDS TOT ONZE
VELE TEVREDEN KLANTEN?
in de zon, wie verheugt zich niet op aller
lei werkjes in den tuin, waar nu iederen
dag het aspect veranderen gaat en de vale,
grijze kleur op gaat klaren tot een helder-
stralend groen?
9
Dat alles brengt genoegens, die ieder
jaar als weldaden vallen op het gemoed,
dat zich langzamerhand blind gestaard
heeft op kachels en kolenkitten, op cen
trale verwarmingsbuizen, op medemen-
schen wier vale gelaatskleur ervan getuigt
dat zij een warm zonnetje en wat frissche
buitenlucht hard noodig hebben!
„Gezelligheid kent geen tijd" zegt het
spreekwoord, maarwij willen er aan
toevoegen: „Gezelligheid kent zijn tijd".
Van de wintergezelligheid in onze knusse
Hollandsche „binnenhuisjes", door zoo-
velen opgehemeld, hebben wij genoeg ge
noten: 't wordt tijd de bakens te verzetten
en van nu af aan ons op „den buiten" te
concentreeren. Dat geeft weer een ander,
geest en ziel verkwikkend genot, als het
weer tenminste maar meewerkt!
Tot nu toe was de Bildt ons helaas over
't algemeen niet gunstig gezindterwijl wij
dit schrijven hangen donkere wolken aan
den hemel en uit onze jas, die wij zoo juist
te drogen hingen .tikkelen de regendrup
pels op den grond.Zoodat 't ons moei
lijk valt, te gelooven, dat de lente, werke
lijk in aantocht is!
Maar ieder oogenblik kan 't anders wor
den. Dan komt de uit de sprookjes welbe
kende lentefee ons tegemoet en voert ons
mee langs velden en wegen, naar zee en
naar duin!
Bedrijvigheid heerscht of komt overal:
de boer heeft het druk met zijn land en
vee, de bollenkweeker haalde reeds de riet-
lagen van 't veld, een ieder, die een tuintje
heeft, slaat verwoed aan 't mesten en
zaaien en men maakt plannen, om er weer
eens op uit te trekken
De dames kijken vlijtig de nieuwe mode
na. de heeren werpen alvast een bedenke
lijk oog in hun portemonnaie. de huisvrou
wen gaan ijverig aan den gang, om alles
op te poetsen en zijn door de „schoon
maakwoede" bezeten, schilders loopen af
en aan om de huizen in nieuwen glans en
kleur te zetten, de badpakken worden te
voorschijn gehaald en men constateert
met schrik en ontzetting, dat er ondanks
alle voorzorgen, alweer de mot inzit.
Dit is maar een greep uit alle lente
geneugten", die zich voor gaan doen: ieder
weet er nog wel tientallen aan toe te voe-
gcn.
Maar 't bovenstaande is al genoeg, om U
te toonen, dat er een totaal nieuw leven op
komst is!
Met den winterslaap is t nu gedaan:
mensch en dier ontwaken!
Wij zijn „de donkere wintertunnel" door
gegaan en worden nu van holbewoners tot
natuuronderzoekers herschapen. Tenmin
ste, als wij ten volle van het „lente-ontwa
ken" willen profiteeren! Juist de wisselin
gen, die elk jaar ons schenkt, geven door
haar sterke contrasten zoo oneindig veel te
genieten: laten wij daarom den schoonen
tijd, die komen gaat, uitbundig begroeten!
HET NISHWi; yaSVgJS! Jéèftü® Zè&TE&i
yy
tons van het „nieuwe leven'
profiteeren gaan
|u alweer de Lentebij lage van het
>ch Dagblad"? Zóó zullen velen vra-
wanneer zij deze Voorjaarspraatjes en
latjes lezen gaan.
|a; het jaar 1934 vliegt voorbiji-.CySJa
etren wij onze brieven en andere pape-
Knmet „21 Maart": het officieele begin
[het Voorjaar.
i wintertijd is afgeloopen: een nieuw
Igetij begroet ons! Wij herinneren ons
k levendig den donkeren dag, waarop
I het herfstpraatje schreven en het
we voorjaar leek toen nog zoo vèr af.
de winter vloog om: ingespannen
i iedere dag ons bezig met het dage-
ffhe werk, de telkenmale verrassende
merkwaardige sensaties van het veel-
fetèndè wereldgebeuren, dat méér dan
|dc aandacht vast hield, nauwelijks tijd
i om tot rustige bezinning te komen!
Iplotseling staat daar dan weer: de
(ïe lente met haar nieuw geluid! Kun-
T«ij bij alle lente-literatuur, die in den
(van eeuwen en eeuwen verscheen, er
lists aan toevoegen, dat origineel mag
fel?
neen: dit zou zelfoverschatting
li Maar tóch: iedereen wil op zijn tijd
[even herinnerd worden aan het be
dekkende jaargetij, dat nu zijn intree
|tzijn aandacht gevestigd zien op alle
"the, maar ook prozaïsche gebeurte-
o, die de lente vergezellen.
f®der dat wij „stads" menschen het
blijk goed merkten, begon de natuur
F uit te loopen en o! zoo gauw zullen
luns kunnen verzadigen aan de milde
jaarsgeuren ,die als een wondere be-
ons omzweven gaan, aan het uit-
Pw van boom en plant en bloem, lente-
poen, die de menschheid van nieuwe
wachtingen vervullen!
v landman zag deze teekenen reeds van
[eerste oogenblik af, maar wij, tusschen
b hulzen en langs onze straten, met
P'Jls heel weinig dat aan het echte
Ptenleven" herinnert, dachten nog
r®ts aan winterkou, aan grauwe regen-
•'Mr nu gaat toch al heel spoedig 'het
r'*-..lentefestijn" beginnen, waarnaar
'ieder in zijn hart zoo vurig verlangt!
hebben genoeg van het rillen en
r® in de winterjas: wij willen weer
bochten en wandelingen maken, de
- ,°P of het water induiken! Wie
^ht zich niet te laten bruinblakeren
HEEFT U ZE AL BEWONDERD, DIE LEUKE
NIEUWE MODELLEN MET HUN APART
CACHET? EN WAT EEN VERSCHEIDEN
HEID IN KLEUREN EN SNITTEN. PAST ZE
EENS AAN, VOELT EENS, HOE GEMAKKE
LIJK ZE AAN UW VOET ZITTEN, DAT IS
EEN EERSTE VEREISCHTF.