HET WETSONTWERP OP DE „BESLOTEN" N.V.'s Jaargang ZATERDAG 17 MAART 1934 No. 22697 dagblad voor leiden en omstreken eerste blad. CIEELE KENNISGEVING MUZIEK. IN DEZEN VORM NIET TE AANVAARDEN DE TOESTAND DER KONINGIN-MOEDER. Het voornaamste Nieuws van heden. STADSNIEUWS. EIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIES _1 CS. P®r ro®el 7001 advertentie® uit Lelden plaatsen stf agentschappen van ons Blad gevestigd rijn. Voor alle adere advertentiën 35 Cts. per regel. Kleine advertentlën Itslultend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cta, ji een maximum aantal woorden van 30. Laj» volgens postrecht. Voor ëventueëlë opeending wö bdeveA 10 Cts. porto të betalen. Bewijsniimmer 5 Ot9. Bureau Noorüeinckpïéïh ■*- Telefoonnurhmen voor Directie on Administratie 2500 Redactie 1507. PoeteMt^tiereun Girodienst No. 57095 Postbus No. 54. FfUjS DBZBR COltfVANT*f Voor Leidéft per 3 maanden ft2>86; per week r.ynd-^. f. 0.18 Buiten Leiden, waar agenten gevestigd 3#n, per wees Orle Franco per post ft 335 -f portokosten. mmer bestaat uit ZES bladen HINDERWET. [meester en Wethouders van Leiden het verzoek van: a. L. den Holder anning tot het oprichten van een fabriek in het perceel Galgewater kadastraal bekend gemeente Lel- ctie F No. 1343; b. de firma J. Zit- 0 Zn. omi vergunning tot het uit- van de inrichting voor machinale serking in het perceel Waard No. 2, aal bekend gemeente Leiden, Sec- fo. 397; c. J. F. Raaphorst om ver- g tot het oprichten van een ban- kerij in het perceel Tessel'schade- No. 20, hoek Spieghelstraat, kadas- Sekend gemeente Leiden. Sectie P 19 'ged.}; op de artikelen 6 en 7 der wet; 1 kennis aan het publiek, dat ge- rerzoeken met de bijlagen op de rie dezer gemeente ter visie gelegd [de dat op Zaterdag, den 31 Maart 5 voormiddags te hall elf uren in rceel Breestraat 125 (Bureau van utewerken) gelegenheid zal wor- ;even om bezwaren tegen deze ver in te brengen, terwijl zij er de kt op vestigen, dat niet tot beroep igd zijn zij, die niet overeenkcm- i. 7 der Hinderwet voor het ge- bestuur of een zijner leden zijn ren. teneinde hun bezwaren mon- toe te lichten. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. 17 Maart 1934. 7826 CONCERT LUTHERSCHE KERK. eigenlijk niet jammer, dat orgel- en over het algemeen zoo weinig I worden? En tóch heeft men on- !*eg te blijven! Temeer, wanneer «en vlekkeloos instrument ten staat als dat in de Luthersche pespeeld door een eminent organist Schouten, ditmaal in samen- en in uitstekende onderlinge met Jaap Stotijn en resp. den zoo hoogge waardeer- hoboïst en tweeden fluitist Residentie-orkest, schiep een weldadige sfeer van fit in 't rustige en tot devoten in- ftemmende kerkje, waarin een zeer p accoustiek de klank op superbe fat uiting komen doet. pj onze indrukken van dit uur willen vastleggen, gaat de 'teerst terug naar Stotijn's toongeving, ondersteund door wrtreffelijke ademtechniek. 't Was naar hem te luisteren en weer muzikaliteit te mogen het programma, dat eenigszins ge- was opgesteld, maar veel hoof- subtiele gracie bood, stonden, be- I f Prueludium in A en Fuga van eQ diens Sonate in Es met de .Biciliano", die zoo welsprekend genialiteit getuigden Schouten zijn groote organisti- eaven toonde, de sonate voor hobo, van Jean Baptiste Loeillet speciaal vermaard om zijn tates peel en de Sonate in Es voor hobo van Georg Philipp Telemann, it L «jeorg jrnwpp reiemann, I doemden en vruchtbaren tijd- Ijptöerlijk lieflijke pastorale sfeer pae orgel-hobo-f lui tcombinatie: een stemmenweefsel van teedere en üankschakeering voornaam en j zoowel als uiterlijk tot in détail v°oral bij Jaap Stotijn, wiens sten streelt als bij geen ander. accompagnement sloot zich lan rv!den en llitnemend van be- iLn o wat s^aPPe Mendelssohn- v°°r orgel waarvan de or- ^Kte. wat er van te maken viel, b J® Echtelijk teleurstellend inter- jJS31 zij werd gevolgd door de a J;orende „Variationen über ein fnemr *ht fechn van Weismann: knap en van vorm. melodieus en dank te ,v"even.. Jan Prins blonk uit en fcvie in de fluitsoli van Lauber: fiut '?an ^bussy herinnerende i JJJ* uen diens ..Aubade", waarin ft Jr herder bij zijn schapen zoo jèvS Z<S zuiver „ins Blaue hinein" ?5i is modern getinte „Pasto- ugene Goossens, waarin de enaars weer hun gecultiveerde VatÜ technische eigenschappen "jen11 sPreiden. was het besluit, u k, r- Dogmaals zij 't gezegd ':f- Q c i auditorium een ure van Es en van meerendeels pure se^chonki :en! De Minister van Financiën heeft onlangs een wetsontwerp ingediend op de z.g. „besloten" naamlooze vennootschap pen, dat in ons land een hevige beroe- ripg heeft verwekt, hetgeen begrijpelijk is, aangezien ons bedrijfsleven voor het grootste gedeelte wordt uitgeoefend in den vorm der naamlooze vennootschap. En dit wetsontwerp dreigt ingrijpende veranderingen aan te brengen in de financieele structuur van de naamlooze vennootschap. Wij komen hierop nog nader terug. Het onderhavige wetsont werp wordt ingediend onder het zeer onschuldige motto van het paal en perk stellen aan belastingontduiking; de Me morie van Toelichting zegt hieromtrent: „Reeds uit de Troonrede is geble ken, dat de Regeering het noodig acht, paal en perk te stellen aan het mis bruiken van den rechtsvorm der naamlooze vennootschap, om de beta ling van belasting te ontgaan. Het tegenwoordige wetsontwerp strekt hiertoe. Het te bestrijden misbruik be staat, gelijk bekend is, in overmatige reserveering van winsten in zooge naamde besloten naamlooze vennoot schappen, waardoor de bedragen, welke bij een normale uitdeelingspoli- tiek zouden zijn getroffen door inkom- tenbelasting, gemeentefondsbelasting en dividend- en tantièmebelasting, aan de werking van die belastingen worden onttrokken, en dit, terwijl men veelal toch wegen weet te vinden om de winsten feitelijk naar de aan deelhouders te laten afvloeien. Zoo komt het, dat men kan zeggen, dat in den lande een aantal, doorgaans wel gestelde personen zijn, die naar eigen goeddunken bepalen, hoeveel inkom stenbelasting en gemeentefondsbelas ting zij zullen betalen". Inderdaad is in de Troonrede aange kondigd, „dat aan het misbruik, dat in steeds toenemende mate wordt gemaakt van den rechtsvorm der naamiooze ven nootschap, teneinde de betaling van be lasting te ontgaan, paal en perk zal wor den gesteld". Tegen dergelijke maatrege len zal vanzelf sprekend geen recht geaard Nederlander bezwaren koesteren. En indien de Minister zich met boven genoemd ontwerp van wet beperkt had tot het blokkeeren van die wegen, welke men veelal weet te vinden om via de N.V. belastingen te ontduiken, dan ware er ongetwijfeld ook geen beroering verwekt in ons bedrijfsleven. Het onderhavige wetsvoorstel gaat echter veel verder dan het vooropgestelde en in de Troonrede aangekondigde doel', het paal en perk stellen aan de belastingontduiking, aan gezien dit ontwerp een algeheele omwen teling van ons bestaande fiscale systeem zal veroorzaken, wanneer het tot wet wordt verheven. Ingevolge het thans gel dende belastingsysteem worden alleen en uitsluitend de uitgedeelde winsten eener N.V. belastingplichtig. Deze regeling heeft taliooze en tallooze N.V.'s in den lande in de gelegenheid gesteld om gedu rende vele jaren ruime reserves te kweeken, en deze reserves vormen heden ten dage in talrijke bedrij ven de basis van de werkgelegenheid aangezien de betreffende ondernemers zonder die reserves tengevolge van de economische ontreddering, die vrijwel alle bedrijven teistert, reeds lang als slacht offers van de crisis zouden zijn gevallen. Het thans geldende principe onzer belas tingwetgeving, waarbij een naamlooze ven nootschap en hare aandeelhouders alleen getroffen worden door de dividend- en tantièmebelasting, de inkomstenbelasting en de gemeentefondsbelasting, wanneer er winsten worden uitgedeeld, heeft in ons vennootschapswezen heilzame gevolgen veroorzaakt De voorzichtige en beleidvolle ondernemer is zoodoende in staat gesteld om in de goede en vette jaren uit zijn winsten reserves te kweeken welke zijn onderneming en hare werknemers in de magere jaren als een welkome en veelal onontbeerlijke ruggesteun kunnen dienen. De huidige periode bewijst vrijwel dage- Hiks, dat het individu of de onderneming, die in de z.g. prosperiteitsperiode niet zoo verstandig en voorzichtig is geweest om dergelijke reserves te vormen, hetgeen in de goede jaren dikwijls in het geheel niet noodzakelijk schijnt, thans in ernstige moeilijkheden verkeert. Men kan zonder eenige overdrijving verklaren, dat een con servatief financieel beleid en een politiek van ruime reserveering in het vennoot schapswezen de kern vormt van een ge zond en krachtig bedrijfsleven: deze ge zamenlijke reserves vertegenwoordigen als het ware de nationale economische reserve, en zonder ruime reserves wordt het produc tieproces in crisis-perioden tot stilstand of ondergane gedoemd. Deze kwestie, de reserveering eener N.V. betreffende, ver dient bijzondere aandacht bij dè beoor- _dee!tng va® dit wetenfftMeasn. Dit wetsontwerp beteekent zooals in den aanhef is betoogd een algeheeie omwenteling van ons bestaande belasting stelsel; de volgende uiteenzetting zal dit verduidelijken. De Minister schept n.l. in zijn ijver om belastingontduiking tegen te gaan een onderscheid tusschen de z.g. „publieke" N.V. en de „besloten" N.V. De „publieke" N.V. zal evenals voorheen on derworpen zijn aan de werking der divi dend- en tantièmebelasting en hare aan deelhouders zullen inkomstenbelasting ver schuldigd zijn over de uitgedeelde winsten. De aandeelhouders eener „besloten" N.V. worden echter belastingrechtelijk be schouwd als de leden eener vennootschap onder firma, en worden ais zoodanig be lastingplichtig over de winsten, welke door de vennootschap zijn behaald. De aandeelhouder eener bestoten N.V. zal, volgens dit wetsontwerp, derhalve inkomsten- en gemeentefondsbelasting verschuldigd zijn over de winst, welke deze vennootschap behaalt, onverschillig of deze winst al dan niet uitgekeerd wordt. Dit wetsontwerp schept aldus een prin cipieel verschil tusschen de aandeelhou ders eener publieke N.V. en de z.g. „beslo ten" N.V., hetgeen in de Memorie van Toelichting als volgt wordt gemotiveerd; „De thans geldende regeling, waarbij slechts de uitgedeelde winsten belast worden, is tot stand gekomen met het oog op naamlooze vennootschappen wier aandeelen in wijden kring ver spreid zijn en van hand tot hand gaan. Deze regeling is echter volkomen onge schikt gebleken voor het belasten van de winsten van vennootschappen wel ker aandeelhouders in feite behooren tot een zeer beperkten kring van per sonen, die zich onderling door familie banden of zakenrelaties verbonden gevoelen en er licht toe komen, de gedragingen der vennootschap dienst baar te maken aan belangen, die, wel beschouwd, slechts privé-belangen der aandeelhouders zijn". En hoewel de Minister in de Memorie van Toelichting verklaart, „dat het trek ken van een voor belastingdoeleinden juiste scheidslijn niet doenlijk is", meent Zijne Excellentie dit bezwaar te kunnen opheffen door de belastingadministratie zeer ruime volmachten te verstrekken bij het aanwijzen van deze „besloten" naam looze vennootschappen. Het wetsontwerp geeft voor de „publieke" naamiooze ven nootschap, waarvan de aandeelen in wijden kring verspreid zijn, en welke niet door dit wetsontwerp getroffen wordt, de volgende criteria: a. die, waarbij het beleggende publiek een aanmerkelijk belang heeft, d.w.z. waarvan de aandeelen, tezamen recht- gevende op tenminste een vierde gedeelte van de stemmen, welke bij de uitoefening van de macht in de vennootschap in aan merking komen, zijn toegelaten tot de noteering aan de Effectenbeurs van Amsterdam. b. die. waarvan zooveel aandeelen, als tezamen de macht verleenen bij de be noeming van bestuurders en commissa rissen, in handen zijn van een admmistra. tiekantoor of van een N.V. tot handha ving van het nationale karakter der eerstgenoemde vennootschap, mits al deze aandeelen zijn vertegenwoordigd door certificaten of aandeelen, welke zijn toe gelaten tot de noteering aan de Effecten beurs te Amsterdam. Voor beide categorieën moet bovendien desgevorderd aannemelijk worden ge maakt, dat van de ter Beurze genoteerde aandeelen of certificaten althans een gedeelte is gekocht door de geldbelegging en niet door hen, die de macht in de ven nootschap uitoefenden. Voor de niet publieke N.V., welke krach tens dit ontwerp als „besloten" kan wor den aangewezen, gelden onderstaande criteria a. die, welke gestort kapitaal f. 100.000.— niet te boven gaat. b. die, waarin de macht uitgeoefend wordt of kan worden door samenwerking van minder dan zes personen. c. die, waarvan de financiering of uit- deelingspolitiek zich aanmerkelijk onder scheiden van publieke vennootschappen en zich niet of nauwelijks onderscheiden van vennootschappen onder b. genoemd. d. die, ten aanzien waarvan de machts verhoudingen practisch op één lijn gesteld kunnen worden met de vennootschap als bedoeld onder b. Wanneer dit wetsontwerp tot wet mocht worden verheven, dan zal de belasting administratie, krachtens deze vérgaande bevoegdheden, uit den aard van de zaak talrijke naamloozen vennootschappen als „besloten" kunnen brandmerken. Ook ter Beurze genoteerde N.V.'s zullen voor deze ^apjiyrijzjgg al? „beloften" vennootschap 1® EENIGE REDEN TOT BEZORGDHEID. De toestand van H. M. de Koningin- Meoder is momenteel hetzelfde, doch met het oog op den hoogen leeftijd van Hare Majesteit bestaat er reden tot eenige bezorgdheid. aanmerking komen, indien niet een vierde deel hunner oligarchische aandeelen in de officieele prijscourant zijn genoteerd! Deze fiscale scheidslijn tusschen de eene N.V. en de andere is oJ. noch op juridische noch op economische gronden te verdedigen. Het valt weliswaar niet te ontkennen, dat in incidenteele gevallen belastingontduiking via de naamlooze vennootschap gepleegd wordt, zulks kan echter voor den wetgever geenszins aanleiding zijn om ook bona fide N.V.'s als „besloten" te brandmerken en deze fiscaal als zoodanig te behandelen. Men stelt aan onze grenzen toch niet de geheele bevolking in voorloopige hechtenis, omdat er in dit grensgebied gesmokkeld wordt? Krachtens dit wetsontwerp zullen echter talrijke geheel bona fide onderne mingen onder deze wet gebracht kunnen worden, alleen omdat haar aandeelen kapitaal minder dan f. 100.000 bedraagt, of de macht uitgeoefend wordt door de sa menwerking van minder dan zes personen: terwijl zij toch in het bedrijfsleven geheel dezelfde functie uitoefenen ais de z.g. „publieke" vennootschappen. Wanneer een bona fide naamloozen vennootschap door de belasting-administratie als besloten wordt aangewezen, dan wordt zij in hare financieele bedrijfsgestie en speciaal in haar reserveeringspolitiek aan fiscale ban den gelegd. Hare aandeelhouders worden door deze aanwijzing plotseling belasting plichtig over de behaalde winsten, hetgeen voor de betreffende „besloten" N.V. aan leiding zal zijn om een vlotere uitdeelings- politiek te beoefenen, want de aandeelhou ders zullen uiteraard de door hen verschul digde inkomstenbelasting uit deze N.V. willen putten, terwijl zij daarnaast ook nog inkomsten zullen opeischen. Het spreekt vanzelf, dat het kweeken van de voor het bedrijfsleven zoo dringend noodzakelijke reserves dank zij zoodanige fiscale maat regelen danig in het gedrang zal komen, en hiervan zijn voor de volkshuishouding in een crisisperiode slechts rampzalige resul taten te verwachten. Dit wetsontwerp is dus evenmin vanuit een economisch oog punt te verdedigen. Maar daarenboven beschouwt de Minis ter blijkens dit wetsontwerp de aandeel houders eener „besloten" N.V. in feite als mede-ondernemers, hetgeen als algemeene stelregel onjuist is, en beoordeelt hen dien tengevolge fiscaal als leden eener vennoot schap onder firma, hetgeen in hooge mate onbillijk is. Dit standpunt is onjuist, om dat de aandeelhouders eener „besloten" N.V., b.v. de weduwen en andere niet in het bedrijf werkzame erfgenamen van de oorspronkelijke oprichters eener dergelijke N.V., geen mede-ondernemers zijn. Hun fiscale positie kan hoogstens vergeleken worden met die van de commanditaire vennooten eener vennootschap en com mandite, die alleen inkomstenbelasting verschuldigd zijn over de door hen ontvangen uitkeeringen. maar die. zeer te recht,, niet aangeslagen worden over hun evenredig deel van de behaalde winst der vennootschap. Het standpunt is in hooge mate onbillijk, omdat de Minister daarbij van de redeneering uitgaat, dat de wijze waarop inkomstenbelasting geheven wordt van de leden eener firma, in de practijk tot bevrediging stemt. Dit is n.i. in het ge heel niet het geval, men denke b v. aan de onbillijkheden welke de werking der pro gressie veroorzaakt bij sterk wisselende in komsten. de mogelijkheid van bedrijfsver liezen. die niet ten volle gecompenseerd kunnen worden met de winsten van de twee volgende jaren, de voorttfjf .nde meenimgsverschillen tusschen fiscus en firma's over de toe te passen afschrijvings percentages, enz. Conciudeerende kan slechts geconstateerd worden, dat het onderhavige wetsvoorstel op onjuiste grondslagen berust, aangezien: I. de strekking vee! verder gaat dan het vooropgezette doel. paai en perk stel len aan belastingontduiking, en als zoodanig verzwaring van den bestaan- den belastingdruk kan beteekenen: II. de gezonde reserveerings- en afschrij- vlngspolitiek van het bedrijfsleven be dreigd wordt en onbillijke discriminatie tusschen de eene N.V. en de andere mogelijk wordt: m. de aandeelhouders van een „besloten" N.V. belastingrechtelijk op één lijn ge steld worden met de leden eener ven nootschap onder firma, hetgeen tot onbillijkheden kan voeren. IV. in deze tijden versobering en bezuini ging van primair belang zijn en ver hooging van den belastingdruk uit den booze is. In een volgend artikel zullen wij een beknopte uiteenzetting geven van de hin derlijke gevolgen, welke dit wetsontwerp ,ln de practjjk dreigt te veroorzaken, BINNENLAND. De toestand van H.M. de Koningin-Moe der geeft eenige reden tot bezorgdheid. (le Blad). Huldiging van dr. A. F. Philips te Eind hoven; hij is benoemd tot Commandeur in de Orde van Oranje Nassau. (5e Blad en Laatste Berichten, le Blad). Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging van invoerrechten. (4e Blad). Proefneming om vroegere land- en tuin- Louw-arbciders in hun vak terug te bren gen door een toeslag aan de werkgevers voor nieuw aan te stellen personeel. (Land- en Tuinbouw, 4e Blad). Handelsovereenkomst tusschen Neder land en Frankrijk geteekend. (Binnenland 3e Blad). Veenbrand in de Peel. (Gemengd, 4e BI. en Laatste Berichten, le Blad). Het werkloosheidscijfer van 10 tot 24 Februari met ruim 15.000 gedaald. (Bin nenland, 3e" Blad.) Knoeierijen met vlceschwarcn aan rijks instellingen; een uitgebreid complot ont dekt. (Laatste Berichten, le Blad). BUITENLAND. Te Rome is een overeenkomst bereikt. (Buitenl., 2e Blad). De Fransche minister van handel blijft toch te Londen. (Buitenl. 2e Blad). De vlucht van Insull. Hij wordt terugge bracht. (Buitenl. 2e Blad). VOORDRACHTEN PROF. HANS KELSEN Prof. Hans Kelsen, de bekende staats- theoreticus, thans hoogleeraar te Genève (eertijds te Weenen en daarna te Keu len), zal op Woensdag en Donderdag a s. 21 en 22 dezer, in het universiteitsgebouw gebouw voordrachten houden, op uitnoo- diging van de Faculteit der Rechtsge leerdheid en van de Juridische Faculteit der Leidsche Studenten. Onderwerp: Die Sozialphilosophie des Aristoteles. TENTOONSTELLING JAN VAN HERWIJNEN. De officieele opening. Gistermiddag werd in de „Lakenhal"- onder auspiciën der Leidsche Kunstveree- niging een tentoonstelling geopend van teekeningen en schilderijen van Jan van Herwijnen. De voorzitter der Leidsche Kunstveree- niging, mr. J. Slagter. sprak een woord van welkom tot autoriteiten en verdere aanwezigen. Op deze expositie, zoo deelde spr. verder mede. vinden we dee eerste teekeningen uit 1018, waardoor van Her wijnen bekendheid verwierf. Niet aanwe zig zijn de teekeningen uit 1921, van ver pleegden uit een krankzinnigengesticht, die in het bezit van de firma Goudstikker zijn. Somber en zwaar van geestelijke spanning is het schilderwerk tot 1930. In dat jaar komt er een wending naar het lichtere en blijde, en „Ponte Vecchlo" te Florence is daarvan het eerste getuigenis. Daarna volgen weldra groote stillevens, licht van kleur en steeds blanker van toon, waarvan de ontspanning steeds meer duidelijk wordt. Spreker merkt ver der op, dat het werk in zijn ernst en diepte voor zich zelf spreekt en hoopt, dat het de waardeering moge ondervinden die het verdient, waarmee hij de tentoon stelling voor geopend verklaart. Onder de aanwezigen merkten we op den burge meester, mr. A. van de Sande Bakhuy- zen, de heeren Rosier, secretaris en prof. Barge lid van de Commissie voor de Lakenhal, overste J. Irish Stephenson, dr. de Gelder, directeur van het Prenten kabinet. mevr. Bicker Caarten, deze drie bestuursleden van de Leidsche Kunstver- eeniging, dr. Uböels, de heer M van Doorn en mevr. SchoutenLeignes Bak hoven van de Vereeniging „De Kunst om de Kunst", de heer A. Coert, directeur van de Lakenhal, de heer van Lier uit Amster dam, terwijl de schilder zelf verschillende autoriteiten en andere aanwezigen rond leidde. De tentoonstelling blijft drie weken geopend. o JONGETJE VERDRONKEN. Gistermiddag te omstreeks kwart over vijf vermiste de schippersvrouw, liggend met haar schip „Op hoop van zegen" voor de werf der Gebrs. Boot aan den Lage Rijndijk haar ongeveer 3>/:-jarig zoontje met wien zij tijdelijk alleen aan boord vertoeft, aangezien haar man in het Academisch Ziekenhuis te Utrecht wordt verpleegd. Toen het kind op de werf met gevonden werd. begon men te dreggen, met het droevig resultaat, dat na eenigen tijd uit het water tusschen het schip en den wal het lijkje van den jongen werd opgehaald. Pogingen van den Eerste Hulpdienst en dr. de Bruyne om de levensgeesten op te wekken, bleven helaas zonder gsvolg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 1