R. A. I. te Amsterdam - Enthousiaste ontvangst van Doumergue veilige havens LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. Jaargang i)E GEWELDIGE BELANGSTELLING BIJ DE AANKOMST VAN DOUMERGUE TE PARIJS. Het enthousiaste: publiek dromt rond de auto van Doumergue, bij diens aankomst te Parijs. DE GROOTE HONDENTENTOONSTELLING TE LONDEN. De kampioen der bloedhonden „Leo of Reynalton", die wat pessimistisch gestemd zijn titel komt verdedigen. U TO M O BI ELTEN TO ON STELLIN G IN HET R.A.I.-GEBOUW TE AMSTERDAM. •Renault-fabriek toont een harer producten in doorsnee. ZEE heeft den zanddijk op de Noordpunt van Texel, die den kleinen Eierlandschen pol- moet beschermen, over een breedte van 13 meter weggeslagen. Een deel van den polder staat nu onder water. Waar de zee een gat in den dijk geslagen heeft. BOKSWEDSTRIJD om het zwaargewichtkampioen- EEN JAPANSCIIE SCHRIJEMACHINE MET 3000 TOET- schap van Engeland. Harvey, die winnaar op punten SEN. Een deel der toetsen is niet zichtbaar, omdat heft werd, voor enkele tellen down. Rechts Larry Gains. toetsenbord verwisseld kan worden. „Ik ga met je mee," was het eenige, dat Quidmore zei, en toen volgden ze samen Geraldine. Toen zij de schuur hadden bereikt, waar het dier moest worden gemolken, liep Quidmore naar huis door. In de hoop een ontkennend antwoord te krijgen, vroeg Tom of hij het morgen met de poeder nog eens zou probeeren. Quidmore draaide zich half om. „Dat laat ik aan jou over." „Ik zal doen wat u wilt," antwoordde Tom, wanhopig over de verantwoordelijk heid, die op hem was geladen. Quidmore liep door en riep op zijn lijzi- gen toon, over zijn schouder heen, nog eens: „Ik laat het heelemaal aan je zelf over." HOOFDSTUK XV. Aan zich zelf overgelaten, kwam hij tot de conclusie, dat hij niet anders kon doen. dan verrichten wat hem was verzocht. Hij werd hierin versterkt door Quidmore's vriendelijkheid, den geheelen avond door. Dat was in huis voor Tom weer iets nieuws. Zooals het altijd het geval is bij menschen, die de gewoonte hebben ande ren te kwellen, scheen alleen al het sta ken van die gewoonte, vriendelijkheid te zijn. Het avondeten verliep zonder een enkel incident, dat mevrouw Quidmore aanleiding gaf zich geprikkeld te gevoe len. Zij was heel opgewekt en onthield zich van haar gewone, machtelooze geklaag. De jongen voelde, dat hij alles wat hem maar mogelijk was, in het werk moest stellen om die goede stemming te laten voort-» duren, AWord,t vervolgdjj j bij hem vast. Wat hij bedoelde met „hooge positie," zou hij niet hebben kunnen ver klaren, behalve dat het te maken had met kennis en geld. Voor geld interesseerde hij zich, niet zoo zeer wat betreft hetgeen men er voor kan krijgen, als voor geld zelf. Hij vond het altijd iets wonderlijks, als hij er over nadacht. Een papieren dollar als voorwerp, had niet meer waarde dan elk ander stukje papier en toch kon je voor de waarde van een dollar allerlei dingen koopen. Maar hij piekerde er net zoolang over, tot hij het waarom begreep. Ook snapte hij door nadenken het beginsel van betalingen per cheque, dat hem aanvan kelijk even onbegrijpelijk was als de po sitie van een gehuwd man. Als couranten hem in de handen kwamen, bestudeerde hij de beursoverzichten, zooals een wilde met kritischen blik kijkt naar de voor hem geen beteekenis hebbende hiëroglyphen, die voor beschaafdere menschen letters en woorden zijn. Zoo kwam hij ook tot de conclusie, dat spoorwegen en dergelijke instellingen van algemeen nut het bezit moesten zijn van een heele boel menschen, die zich hadden aangesloten, om daar hun geld in te steken. Maar de dagelij k- sche fluctuaties op de beurs kon hij niet begrijpen. Als hij er zijn pleegvader naar vroeg, kreeg hij ten antwoord, dat hij dat toch niet zou begrijpen, hoewel hij zelf wist dat hij het best zou snappen. Hij was aan dergelijke antwoorden op vragen, die de onbegrijpelijkheden van het leven betroffen, zoo gewend, dat hij tegen woordig maar zelden iets vroeg. Als hij met een vraag geen raad wist, dan wachtte hij op meer gegevens. Zelfs voor jonge jongens werden de meeste dingen vanzelf duidelijk, als je ze maar onthield en de verkregen verklaring er van dade lijk in toepassing bracht, zoodra de gele genheid zich voordeed. De hoofdzaak is, zoo besloot hij, niet te haastig te zijn, doen zooals de spinnen, waarnaar hij zoo graag keek. Zoo'n spin zat soms uren ach tereen zoo stil als een stukje metaal, met haar kleine oogen als juweelen in een ring. Maar zag zij haar kans schoon, dan be hoefde zij slechts één snelle beweging te doen. Zoo moesten jonge jongens ook handelen. Vandaag kreeg je het eene ding en morgen een tweede. Alles kreeg je op zijn tijd, als je maar wachtte en wakker bleef. Door te wachten en wakker te blijven, zou hij wel ontdekken wat hij moest wor den. Tot zoover was Hij gekomen, toen hij zag dat Geraldine zich bewoog in de rich ting van het hek der weide. Zij gaf hem hiermede een aanwijzing, dat er van die dagelijksche dingen waren, die niet langer konden worden uitgesteld. Terwijl hij de afsluitboomen op den grond legde, en de koe er voorzichtig overheen stapte, zag hij zijn vader den weg in de richting van Bere komen afren nen, zoo snel als zijn schuifelende manier van loopen het hem toestond. Daar de jongen in den laatsten tijd aan zooveel rare dingen van zijn vader gewend was, verbaasde hij zich nauwelijks. Hij was al leen maai* nieuwsgierig, te meer toen hij zag dat de man. inmiddels dichter bij geko men, in een paniekstemming scheen te vrekeeren. ,,'t Is net of hij van iets weg loopt," was de eerste gedachte van den jongen maar waar vandaan begreep hij niet. „Is er iets niet in orde?" De paniekstemming veranderde in ver bazing, maar zijn stem was even fluweelig als altijd. „O, ben jij het! Ik dacht dat het Dig- gory was. Wat heb je-met-die-poeder ge daan?" De jongen legde de afsluitboomen op hun plaats en Geraldine sjouwde naar huis toe. „Die kon ik haar niet geven. Zij was in de keuken aan het bakken." En hij vond het verstandiger bij te voegen: „Ze maakte zilverkoekjes voor u. Die krijgt u bij uw avondeten." Toen gebeurden er nog raarder dingen, waarvan de jongen, die „wachtte en wak ker bleef," eerst veel later de beteekenis begreep. Quidmore wierp zich met zijn ge zicht naar beneden, op den grasberm haast den weg. Daar bleef hij liggen, met zijn voorhoofd op zijn arm, als zoo'n dronken man, dien Tom wel eens als een blok hout naast den een of anderen landweg had gezien. Geraldine draalde haar kop eens om, als om te vragen, waarom men haar niet volgde maar de jongen wachtte, totdat er weer iets anders zou gebeuren Hij vroeg zich af of alle volwassen man nen dergelijke oogenblikken doorleefden of wel of dit iets was, dat behoorde bij den zenuwtoeval, dien de man had gehad en waarvan men hem had verteld. Maar toen Quidmore weer overeind stond, was hij kalm, en elk spoor van den panischen schrik was verdwenen. Iemand van meer ondervinding zou dadelijk heb ben bemerkt, dat er een ontspanning over den man was gekomen, maar een jongen van twaalf jaar zag dat niet. van door BASIL KING 'Uit het Engelsch). Ihtte rS.,?!?r het hek was geklommen, kon e' die b« het boschje was, pkennin» °P en zwaaide ten teeken van |aar baar staart heen en weer. w ongeduldig van aard was, enlreu1 doorgrazen, hem zoodoende looidew-w1"1411 TrUen WW latende, rozen jPL tusschen de viooltjes en de andcSrT' eensdeels omdat hij moe I had .vï*15 omdat hij wilde denken. gédachf om over te denken, dat onsamenhangend warsn. raag P?. concentreerden zij zich tot «1 één 2011 worden. "orden 1hÜ zeker: geen tuln- n bet leva,, 1 omdat hij niet genoot Weinre ff. de buitenlucht, of van te z|jJsteedk zoo nauw in aanra- beele k,-,?; dien vruchtbaren grond. k ®e wifP.akinU met de Quidmores, Want hPf "em voor het oogenblik a'n »erbliif°K, van heel langen duur !*n da? f hier ook wel niet zijn, en dat h.h toch weer weggaan, yotuitie JS^.hiJ zich niet af. Alleen k 1 zou ee„ dat het zou gebeuren. W beklef. °°ge positie in de maat- eden. Ook dit stond Intuïtief

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 5