74,te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 16 Januari 1934 Derde Blad No. 22645 GEMEENTEZAKEN. Aspirin /onder om/el Lelaslinjf-voor U BENOEMINGEN. Per 31 December 1933 zijn o.a. periodiek afgetreden de navolgende leden van de Plaatselijke Schoolcommissie: Dr. C. de Jong. Lourens Bosch, J. M. Mazurel en MeJ. H. J. Doove. In deze vacatures worden navolgende dubbeltallen aangeboden a. 1. Dr. C de Jong. 2. J. P. Maartense. b. 1. Lourens Bosch. 2. Dr. G. Brouwer. c 1. J. M. Mazurel. 2. J. A. W. v. Kluyve. d. 1. MeJ. H. J. Doove 2. MeJ. W. P. WlJtenburg. In de vacature, ontstaan ln de Plaatse lijke Schoolcommissie door het bedanken van het Ud D. C. Schuit, wordt volgend dubbeltal aangeboden: 1. F. H. N. Bloemink. 2. A. Ulttenbroek. B. en W. stellen voor op hun verzoek de heeren dr. J. C. M. Timmermans, H. P. Veldhuyzen, P. J. M. Nlemer en A. J. B. Poortman te bestendigen als stadsgenees heer. VERORDENING KEURINGSDIENST VAN VEE EN VLEESCH. De Commissie van Beheer over het Openbaar Slachthuis heelt een voorstel aanhangig gemaakt tot wijziging van de verordening op den Keuringsdienst van Vee en Vleesch. Aanleiding daartoe waren tn de eerste plaats twee arresten, welke de Hooge Raad ln den laatsten tijd heeft gewezen en die wijziging van genoemde verordening noodlg maken. BIJ het eerste arrest, van 22 Februari 1932. heeft de Hooge Raad onverbindend verklaard een artikel der desbetreffende verordening van de gemeente Alphen aan den Rijn, hetwelk o.m. keuring van vleeschwaren voorschreef. Zoodanige keuring mocht, naar het oordeel van den Hoogen Raad, haast de Vleeschkeuringswet niet bij plaatselijke verordening worden voorge schreven. Ten gevolge van dit arrest heeft keuring van vleeschwaren. welke ook de Leidsche verordening voorschrijft, hier ter stede (evenals elders) sedert het begin van 1932 niet meer plaats gevonden; daarnaast zal de bedoelde keuring uit de verordening moeten vervallen. In de tweede plaats heeft de Hooge Raad bU arrest van 13 Maart 1933 beslist, dat, met het oog op art. 18 Ud 1 onder g der Vleeschkeuringswet, een gemeenteraad de bevoegdheid mist om bij verordening keurlngsmerken vast te stellen. Aangezien de desbetreffende Leidsche verordening in haar artt. 123 28 en 29 de vaststelling van bijzondere stempelmerken aan Burge meester en Wethouders overlaat, dienen ook deze bepalingen te worden gewijzigd. De bedoelde wijzigingen zijn ln de onderstaande ontwerp-verordening ver vat, Daarbij worden tevens nog een aan tal andere wijzigingen voorgesteld, waar van de wenschelUkheld ln de practljk ls gebleken. REGELING TAXI-BEDRIJF. De ontwlkkelng van het kleln-taxibe- drljf hier ter stede heeft allengs zooda nige vormen aangenomen, dat het naar de meening van B. en W. noodlg ls ge worden, dat de gemeente ter zake regelend gaat optreden. Tot dusverre bestonden, zooals bekend, met betrekking tot het ver voer met taxi-automobielen, welke geen standplaats op den openbaren weg hebben, geen bijzondere voorschriften. De, behoefte daaraan had zich ln onze gemeente nog niet doen gevoelen. Het gevolg van deze vrijheid, ln verband met het verschijnen van een groot aantal kleine taxi's op den openbaren weg, ls echter thans, dat, voor namelijk ln de drukke straten, het verkeer geregeld ernstige belemmering ondervindt, doordat door de taxi's wordt „gesnord" De bestuurders toch rijden daartoe vaak zeer langzaam, wat in de niet zeer breede Leid sche straten een vlot verloop van 't over'ge rij verkeer tegenhoudt; zij trachten door het voortdurend geven van signalen, welke niet voor de vrijheid en veiligheid van het verkeer worden vereischt de aandacht van het publiek te trekken; en zij stoppen, wanneer Iemand van een auto wenscht gebruik te maken, op vaak daarvoor zeer ongeschikte punten, bijv. rijdende in een file, bij den hoek van een straat of niet geheel rechts van den weg. Het behoeft geen betoog, dat, nu het getal der bedoelde taxi's zich steeds uitbreidt en de door die taxi's veroorzaakte belemmering en hinder op den weg steeds grooter worden, ook de behoefte aan een gemeentelijke regeling, welke aan die belemmering en hinder paai en perk stelt, toeneemt. B. en W. achten het oogenbUk voor het vaststellen van zoo danige regeling thans gekomen. Uit den aard der zaak is de behoefte aan een regeling het sterkste daar waar de hinder het grootste is, n.l. op de hoofd wegen in de stad. Doch daar bestaat hJ. tegen beperking van de vervoerzelegenheld voor het publiek het minste bezwaar, aan gezien op deze wegen in de behoefte aan vervoergelegenheid reeds wordt voorzien door de tram en door de communale auto buslijnen (Stadsverkeer De te maken re geling zal dus tevens een ratloneele ver deeling van het personenvervoer in de stad over tram, autobus en taxi kunnen bevorderen. Dit laatste ls ook uit anderen hoofde van belang. Immers naar de meening van B. en W. kunnen de geregelde vervoermid delen als tram en autobus vooi alsnog niet voor het personenvervoer in de stad worden gemist. Het laten voortduren van de on gebreidelde concurrentie, welke de taxi's op het oogenbhk tram en autobus aandoen zou vermoedelijk van zoodanieen invloed' zyn, dat deze laatste vervoermiddelen, al thans ln hun bestaanden omvang niet zouden zijn te handhaven. Dit klemt ln het bijzonder voor de autobusdiensten van Stadsverkeer, die thans in een behoorlijke verbinding van verschillende buitenwliken met het centrum der stad voorzien welke functie, naar het ons voorkomt, voorlooplg J'^ans, niet op bevredigende wijze door xi-bedrljf zal kunnen worden ver vuld. Zoowel in het-belang van het verkeer als ten behoeve van de Instandhouding van de bestaande communale tram en auto busverbindingen achten B. en W derha ?»vi. teeei^aan ïan het ..snorren" door Wat°n,, T opc"b.are" weg noodzakelijk Wat nu de vast te stellen bepaling he- ïjh£ hl de verordenlnó op het voor'za?hl' 'ttWSrden °Pgenomcn, daar- voor zal n i. niet de vorm van een snnr dersverbod ,als ln verschillende andere gemeenten bestaat, waarvan de kern ls 't verbod om op den openbaren weg te rijden met het kennelijke doel zijn motorrijtuig geheel of gedeeltelijk te verhuren, moeten worden gekozen. De ervaring met een der gelijk verbod elders opgedaan, heeft n.l. geleerd, dat de handhaving daarvan ln de practljk uiterst bezwaarlijk ls en de mo gelijkheid om aan een veroordeeling te ontkomen zeer groot. HJ. verdient het de voorkeur de bepaling ln te kleeden ln een voor alle motorrijtuigen geluend verbod om publiek op te nemen op bepaalde wegen n.l. die, waar een dergelijk verbod het meeste noodlg ls. De aanwijzing van deze wegen ware over te laten aan B. en W.; het is de bedoeling, dat in het algemeen daartoe worden aangewezen de wegen waar de tram en de locale autobus rijden. Uit zondering dient te worden gemaakt voor den nacht, voorts voor het geval, dat men een taxi van te voren heeft oesteld, voor I het opnemen van personen ln taxi's op de standplaatsen daarvan en vooi autobussen i volgend artikel wordt dan voorgesteld: Het ls den bestuurders van motorrijtui gen verboden op den openbaren weg al of niet tegen betaling publiek op te nemen. a. op de door B. en W., blUkens open- I bare kennisgeving, aangewezen wegen of gedeelten van wegen; i b. op andere wegen binnen een afstand van 25 Meter van wegen, als bedoeld onder a. Het verbod van het eerste lid la niet van toepassing: lo. tusschen half een en zeven uur des voormiddags; 2o. ten aanzien van het afhalen van per sonen aan woningen en andere gebouwen, waar zij vertoeven, Indien de bestelling daartoe vooraf aan de garage of de stand plaats van het motorrijtuig of bij een vorigen rit is gedaan; 3o. ten aanzien van motorrijtuigen, waarmede met vergunning van B. en W. Ingevolge artikel 22 van de verordening op de Straatpolltle op den openbaren weg een standplaats wordt ingenomen, voorzoover het opnemen van publiek op die stand plaats geschiedt; 4o. ten aanzien van openbare middelen tot vervoer van personen, welke met ver gunning Ingevolge de Wet Openbare Wer- voermlddelen of deze verordening ln wer king zijn, voorzoover het opnemen van publiek niet uit anderen hoofde ver boden ls. BELEGGING VAN KASGELDEN. Bij Raadsbesluit van 4 December 1933 werd besloten tot belegging, gedurende het jaar 1934, van overtollige kasgelden. Teneinde het risico, in dezen tijd van onzekerheid aan het uitleenen van gelden verbonden, niet al te groot te doen zijn, wenschen Ged. Staten, dat genoemd be sluit wordt aangevuld ln dien zin, dat aan een publiekrechtelijk lichaam of aan een Instelling, bedoeld onder b. (andere door ons college aan te wijzen instellingen) niet meer dan f. 100.000 mag worden ver strekt zonder machtiging van Ged. Staten. Voorts behoeft de Bank voor Nederland- sche Gemeenten niet meer onder a. afz. n- derlljk te worden genoemd, omdat met haar reeds een rekening-courant-overeen komst werd gesloten. B. en W. zien daartegen geen bezwa ren. AFSTAND STROOKJE GROND. Voor den straataanleg tusschen de I Lusthoflaan en de Os- en Paardenlaan, in j verband met den bouw van 55 gemeente- woningen, heeft de gemeente de beschik- king noodlg over een strookje grond van het terrein van de Gereformeerde Schcol aan de Lusth-flaan. I Het schoolbestuur heeft zich bereid verklaard deze strook grond kosteloos aan de gemeente af te staan. SUBSIDIE BIJZ. SCHOLEN. In verband met het bepaalde in artikel 100 der Lager Onderwijswet 1920, hebben de besturen van de hierna te noemen bij zondere scholen voor lager ondewijs ln deze gemeente, wederom aanvragen inge diend om vergoeding uit de gemeentekas van de Jaarwedden en wedden van aan die scholen, gedurende het jaar 1932, ver bonden z.g.n. boventallige onderwijzers. B. en W. stellen voor te verleenen: L. o. Eerste Leidsche Schoolvereenl- ging f. 1795.33. Vereeniging voor Christelijk Onderwijs f. 2954.76. Geref. Schoolvereenlglng f. 9835.18. R. Kath. Par. Kerkbestuur (Jongens scholen f. 12607.02. Inrichting van liefdadigheid voor R.K. (Meisjesscholen) f. 11076.25. Gesticht „De Voorzienigheid f. 5450.21, totaal f. 70348.75. U. L. O. Vereeniging voor Christelijk Onderwijs f. 3096.25. Geref. Schoolvereeniging f. 1596.83. p- Kath. Par. Kerkbestuur (Jongens school) f.3250, totaal f. 7943.08. VERKOOP GROND. Van, den heer D. Meyer, alhier, ls een verzoek mgekomen, om van de gemeente zeJ?1 °?en ko°P«n het perceel bouw terrein re? Rijnsburgerweg, hoek Hputlaan. n adressant ls overeenstemming v omtrent den verkoop van het ter- nn 'i«eï bekehd gem. Lelden, sectie P., 5?' 13" (ged.), groot plm 365 M2., tegen den prijs van f. 14 per M2. NOG EENS HET UITBREIDINGSPLAN. e' Praeadvies van B. en W. met be- rfnV???0 bet uitbreidingsplan voor shfnr ?eent.e stel'en zij o. m. voor het be- hoUm S bet gesticht „De Voorzlenig- troff„'„e m ZiJn bezwaarschrift be- E genoemd plan niet ontvankelijk meHo deelden daarbij echter het ln het adres gemaakte i het P'an h->- diende te SS» R gekomen, doch dat zulks, het plan aan te bren- m/ÜTÜ? 1en ?°k aangrenzende gronden "Sfrttt? worden betrokken, bij afzonderlijk Sot w°rden aanhangig gemaakt. net bezwaar van bovengenoemd be- stü-M- tjloSi! b'srin >dat de aan het ge- toebehoorende gronden aan den Zoeterwoudschesingel en het Phllosophen- thans vastgestelde uit breidingsplan zijn bestemd voor villa- bouw, waardoor de voorgenomen bouw een 'hternaat voor zwakzinnige kin aeren en een school voor buitengewoon jyl^^derwljs op die gronden onmoge- .osE°C2'.en ?p bc(- aan den Zoeterwoud gelegen gedeelte van genoemde reeds, thans een Inrichting voor zwakzinnige kinderen aanwezig ls, achten B. en W het gewenscht aan het verzoek van adressant tot wijziging van het plan alsnog te voldoen. De gronden van adres sant moeten dan bestemd worden voor „openbare gebouwen". Deze wijziging brengt echter mede, dat ook de bestem ming van de aangrenzende gronden voor vlllaoouw moet worden prijs gegeven en veranderd ln bestemming voor „beteren bouw" (gesloten bouw en bouw ln blok ken van ten hoogste 4 a 5 en van ten hoogste 8 huizen onder één kap). Tevens kunnen de thans op een diepte van 7 Me ter ontworpen voortuinen teruggebracht I worden tot een diepte van 3 Meter aan den Zoeterwoudschesingel en overigens van 5 Meter. Het met het oog op een en ander opge maakte ontwerp tot herziening van het uitbreidingsplan heeft gedurende den voorgeschreven tUd voor een ieder ter In zage gelegen; er zUn geen bezwaarschrif ten ingediend. VERBETERING ZOETERWOUDSCHE SINGEL. In verband met den bouw van een Inter naat met schoolgebouw (Sinte Lldwina- huis) aan den Zoeterwoudsche Singel, moet het gesticht „De Voorzienigheid" alhier, aan de gemeente op den voor der gelijke gevallen gebruikelljken voet ln eigendom en onderhoud overdragen de strook gTond, deel uitmakende van de per- ceelen kadastraal bekend gemeente Lei den, Sectie M. Nis. 4509 en 4510, groot pl.m. 285 vierk. Meter. Door dezen afstand kan al dadelijk een belangrijk stuk van het gedeelte van den Zoeterwoudsche Singel, gelegen tusschen de trambaan Lelden's Gravenhage en het sportveld, op de bij het uitbi eldings- I plan geprojecteerde breedte worden ge- j bracht. De daarmede te verkrijgen verbetering van den weg ter plaatse, zal echter eerst j dan behoorlijk tot haar recht komen, ln- I dien tegelijkertijd de aansluitende singel gedeelten, eenerzijds tot aan de trambaan Leiden's Gravenhage en anderzijds tot aan genoemd sportveld, worden verbreed en verbeterd. Verbreeding en verbetering van het ge- heele singelgedeelte tusschen de tram baan en het sportveld mag, vooral nu het gedeelte van dien singel tusschen de Hee renstraat en den Lammenschansweg kort geleden werd verbreed en verbeterd, urgent worden genoemd. De breedte van den rijweg op het hier bedoeld singelgedeelte, waarop een vrij belangrijk verkeer plaats heeft, bedraagt toch gemiddeld slechts pl.m. 5.40 M.; ter plaatse, waar een slngelsloot aanwezig ls, ontbreekt zelfs een voetpad. Voorts vormt de Phil sophenbrug. welke tusschen de leuningen niet meer dan 3,80 M. breed ls, door haar geringe breedte en haar ligging onmiddellijk bij een scherpe bocht een belangrijke verkeers- belemmering. B en W. doen nu een plan tot verbetering. Het plan omvat, met inbegrip van het gedeelte singel vóór het b uwterreln van het gesticht „De Voorzienigheid", ln hoofd zaak het dempen en rloleeren van de aan de gemeente toebehoorende sloot voor de perceelen Sectie M. Nis 1165. 1166. 747, 4509. 4510, 1708. 1963 en 1962, het weg breken van de Philos phenbrug het dem- Ïien van het ter plaatse van die brug ge- egen gedeelte van de Phllosophensloot het maken van trottoirs ter breedte van gemiddeld 2 M. en van een rijweg met gesloten wegdek, ter breedte van 7.85 M. tot 8.75 M. Met deze verbetering hangt samen het roeien en verkoopen van een 21-tal boo- men aan den huizenkant. Voor de uitvoering van het plan ls het bovendien noodlg te beschikken over eenige strookjes gemeentegrond, welke tot weder- opzeggens aan de eigenaren van de daar achter gelegen perceelen in gebruik zijn gegeven. Indien het bij de uitwerking van het plan wenschelijk mocht blijken, dat bij de bochten over meerdere wegbreedte wordt beschikt, zal getracht kunnen worden den daarvoor benoodlgden grond tegen rede lijken prijs aan te kropen. Overigens be hoeft de wegverbeterlng daarvan niet af hankelijk te worden gesteld. De kosten van uitvoering van het geheele plan worden geraamd op f. 15000. De voor rekening van het gesticht ,.De Voorzienigheid k mende kosten van ver breeding en verbetering van het singel gedeelte vóór het aan haar toebehoorende bouwterrein, bedragen f. 3000. De verbree ding en de verbetering zal mitsdien van de gemeente een geraamde uitgave van f. 12 000 in totaal vorderen. VERBREED ING TOEGANG FRUINSTRAAT Bij Raadsbesluit van 26 Juni 1933 werd besloten den toegang van de Frulnstraat nabij den Zoeterwoudsche Singel, alsmede het daaraan uitsluitend gedeelte van dien singel te verbreeden. Voor een goede aansluiting ter plaatse heeft de gemeente nog de beschikking noodig over de terreinstrookjes bij den hoek FrulnstraatZoeterwoudsche Singel. De ter zake gevoerde onderhandelingen met de eigenaren van de betrokken per ceelen hebben tot overenstemming geleld in dien zin, dat door ruiling en afstand van gronden de gemeente eigenaresse wordt van de strook grond, welke dienen moet voor de afronding van den hoek Zoeter woudsche Singel—Frulnstraat, en dat zij bovendien een terrein verkrijgt voor een nabij de Frulnstraat ontworpen transfor- matorhuisje van de Lichtfabrieken. De voor dit gebouwtje benoodigde grond, voor zoover deze geen gemeente-eigendom ls, wordt, wat betreft het strookje, groot 20 M2., kosteloos afgestaan door J. Voor- sluys. Let daaraan grenzende terrein ls betrokken bij de met C. Vedder Chris- tlaanse aan te gane grondruiling. De heer Vedder Christiaanse ls nj. bereid dit ter rein met de strook grond langs den Zoe terwoudsche Singel aan de gemeente af te staan ln ruil voor de strook grond langs de Fruinstraat. Door de eigenaren zijn eenige voorwaarden oa. betreffende sloot- demping en plaatsing van hekwerken, ge steld, waarvan de voornaamste is het plaatsen van een ijzeren hek op steenen voet langs de terreinen. De kosten hiervan en van de andere, uit de voorwaarden voortvloeiende voorzieningen worden ge raamd op f. 1300 De heeren Voorsluys en Vedder Christiaanse zijn bereid leder '50.— hierin bi! te dragen. Het restant- I bedrag ad f. 1000 kan bestreden wor den uit het crediet ad f. 9200.dat de Raad bij het genoemde besluit van 26 Juni 1933 heeft toegestaan. RECLAME. 4499 Ondanks de nieuw^F^omz de oranje-band bi en van de orarfle"""zir asting blijft de prijs van vpn 20 tabletten 70 cent abletten 10 cent. ROOIING VAN BOOMEN. B. en W. stellen voor 160 hoornen te rooien. Voorts behoort h.l. eveneens te worden overgegaan tot het rooien van de boomen, staande op de Oude Vest en den Oude Singel. De boombeplanting langs de Oude Vest wordt gevormd door 96 gewone iepen op een onderllngen afstand van 7 M. en die langs den Ouden Singel dooi 110 gewone Iepen en 10 kastanjes op een onderllngen afstand van 8 M. Deze be plantingen verkeeren ln slechten staat, hetgeen voornamelijk zijn oorzaak vindt ln den te hoogen waterstand, waardoor de boomen een groot deel van het Jaar ln een zoodanig vochtlgen bodem staan, dat zij zulks op den duur niet kunnen verdragen Ten einde een ook voor de toekomst be hoorlijken toestand te verkrijgen, is het noodig de bestaande beplanting geheel op te ruimen en te vervangen door een andere boomsoort, voor welke de vochtige bodem geen bezwaar oplevert, als hoedanig ln aan merking komt de gewone esch. Ook de rooiing van de boomen aan de Korevaarstraat, tusschen Hoogewoerds- brug en de Barbarabrug ls door B. en W. naar aanleiding van een verzoek van de N.V. Beekman's Kleedlnghandel e.a, om tot verwijdering van die boomen over te gaan, onder oogen gezien. In afwijking van het gevoelen van de Commissie van Fabricage zijn B. en W. echter van oordeel, dat Je algeheele ver wijdering van die boomen, waardoor het aspect van het betrokken straatgedeelte ernstig zou worden geschaad, niet bepaald door het belang van adressanten wordt geëischt. Door verwijdering van de boomen om den anderen, zal, naar het hun voor komt, voldoende aan het bezwaar van adressanten worden tegemoet gekomen, terwijl oo deze wijze het aanzien van het straatgedeelte niet meer wordt aangetast, dan strikt noodzakelijk is. B. en W. hebben daarom besloten de boomen ln bedoeld gedeelte van de Kore vaarstraat, met uitzondering van die staande op het trottoir tusschen de Bar bara steeg en het Levendaal, zoomede, ln aansluiting daaraan, die in het overige gedeelte van de Korevaarstraat om den anderen te doen verwijderen en naar el ders te doen verplanten. AFSLUITING KLIMMENDE LEEUWSTEEG Het verdient, met het oog op het tegen gaan van vervuiling en andere onge- wensehte toestanden, aanbeveling, om de Klimmende Leeuwsteeg, gelegen tusschen de Haarlemmerstraat en de Oude Vest, voor het verkeer af te sluiten, j De steeg, waaraan slechts eenige pak huizen zijn gelegen, ls wegens haar zeer 1 geringe breedte 1.20 M.) voor het ver keer van geen beteekenls. De gebruikers van bovengenoemde per ceelen hebben verklaard op de afsluiting i prijs te stellen. I De afsluiting kan plaats hebben door het aanbrengen van IJzeren hekken aan de belde uiteinden van die steeg, terwijl de eerder genoemde gebruikers dan elk ln het bezit van een sleutel kunnen worden gesteld. EEN PLAN ZITMAN. Op een door den heer Zitman ingediend plan voor den bouw van 5 woonhuizen op het terrein aan den Zijlsingel, hoek Over- rijn, werd door B. en W. afwijzend beschikt, vermits de woningen zoowel aan den Zijl singel als aan den Overrijn waren ontwor pen aan grond, welke niet als straat ls aangelegd en het plan ook overigens niet aan het bepaalde bij art. 1, eerste alinea, van de verordening op het bouwen en slcopen voldeed. Bij die afwijzende beschikking deelden B. en W. o.m. mede, dat zij slechts vergun ning voor een bebouwing van het terrein zouden kunnen verleenen, nadat de Over rijn, voor zoover deze zich langs de toe komstige bebouwing zou uitstrekken, en nog geen gemeente-eigendom zijnde, zoo mede een strook voor straat bestemde grond aan den Zijlsingel, op de gebruike lijke wijze kosteloos in eigendom aan de gemeente zou zijn overgedragen en de kosten van straataanleg c.a. op den langs het bouwterrein gelegen grond, welke kos ten worden geraamd op f. 2309.ter nadere verrekening in de gemeentekas waren gestort. Deze handelwijze is geheel in overeen stemming met de voor dergelijke gevallen gebruikelijke gedragslijn. Aanleiding om van die gedragslijn ln dit geval af te wijken, achtten B. en W. niet aanwezig. Adressant wendde zich daarna tot het College met verzoek om van de betaling van bedoelde kosten te worden ontslagen, op welk verzoek uiteraard, overeenkom stig het gevoelen van de Commissie van Fabricage, niet kon worden ingegaan. DE PLANTSOENDIENST. Door de Commissie van Fabricage is eenlgen tijd geleden het initiatief geno men. ten einde tot een reorganisatie van den plantsoendienst te komen, aangezien bij haar twijfel was gerezen, of de vrij hooge kosten van dezen dienst wel op de meest economische wijze werden besteed. Op verzoek van gemelde commissie heeft de Directeur der Gemeentewerken, tot wiens dienst de plantsoendienst behoort, dienaangaande een rapport uitgebracht, terwijl voorts de wenschelljkheid werd gevoeld ter zake een advies te ontvangen van een bulten den dienst staanden des kundige. Als zoodanig werd aangezocht de heer J. L. Bouwer directeur van den dienst van den Hout en de Plantsoenen te Haar lem, die zich bereid verklaarde het ge meentebestuur in dezen van advies te dienen. Op grond van haar onderzoek van de uitgebrachte rapporten, waaruit naar de wenschelljkheid was gebleken de orga nisatie van den plantsoendienst op ver schillende punten te verbeteren, deed de Commissie van Fabricage een voorstel In zake de beoogde reorganisatie, waarmede B. en W. zich, nadat dit op enkele punten op grond van een nad.er onderzoek nog eenigsztns was gewijzigd en aangevuld, geheel hebben vereenlgd. De voorsteden der commissie betreffen het volgende: In de eerste plaats ls de vraag over wogen, of al dan niet tot Instelling van een zelfstandigen plantsoendienst zou moeten worden overgegaan. Wat dit be treft zijn alle adviseurs van meening dat voor de gemeente Lelden handhaving van den bestaanden toestand, waarbij de plantsoendienst een afdeellng vormt van den dienst der Gemeentewerken, aanbe veling verdient. Voorts ls de Commissie van gevoelen, dat de leiding en het toezicht bij de plantsoenen onvoldoende tot hun recht komen, voornamelijk doordat de opzlcnter overbelast is. Ten einde hieraan tegemoet te komen, achten B. en W„ ln overeen stemming met de Commissie van Fabri cage. een tweetal maatregelen gewenscht. In de eerste plaats dient de opzichter te worden bijgestaan door een assistent, waartoe een adjunct-technlsch-ambte- naar ware te benoemen; op de ontwerp begroting voor 1934 hebben B. en W be reids de noodlge gelden daarvoor uitge trokken. En daarnaast dient de opzichter te v/orden ontheven van de werkzaam heden met betrekking tot het verhuren van de gemeentelijke landerijen. B. en W. zouden deze werkzaamheden willen zien opgedragen aan een bljzonderen deskun dige, hetgeen behalve dat het den plantsoenopzichter gelegenheid geeft zich meer aan zijn eigenlijke taak te wijden I bovendien aan een doelmatige exploitatie van de landerijen ten goede zal komen. Ten derde ls door de Commissie van Fabricage aandacht geschonken aan de werkwijze bij den plantsoendienst. De door de Commissie aanbevolen werkwijze was reeds te voren als proef bij den dienst Ingevoerd en zal voortaan deflnl- i tlef worden gevolgd. In de vierde plaats acht de Commissie wenschelijk een meer doelmatige indee- ling van het personeel bij de plantsoenen, n.l. ln drie groepen (thans bestaan er, zooals men weet. vier groepen). Voor de uitvoering van dit onderdeel zal het College de noodlee stanpen doen. I Vervolgens geeft de Commissie als haar meening te kennen, dat de uitrusting van j de kweekerlj eenige uitbreiding dient te I ondergaan. Deze betreft het bouwen van i een kantoortje met werkplaats en berg ruimte, van een kweekkas en van enkele broeibakken. Eerstgedoeld gebouwtle zal van eenvoudigen aard en van bescheiden afmetingen kunnen zijn en kunnen bevat ten een kantoorvertrek voor den en zijn assistent alsmede een lokaal, dat als werk- en bergplaats en als schalt- lokaal zal kunnen worden gebruikt. De kosten van zoodanie gebouwtje worden geraamd op rond f 2800 De beoogde kas zal 'n breedte van pl m 5 81 M. en 'n hoogto van plan. 3.70 M., olj een lengte van pl.m. 25 M. moeten verkrijgen en zal een uit gave. naar raming pl m. f. 3500 veretsehen. Wat betreft de broeikassen ls het de be doeling, dat twee eenzüdlge bakken, elk groot pl.m. 19 bij 2.19 M.. en een tweezij dige bak. groot plm. 25.20 bij 4,20 M., worden gemaakt. De kosten daarvan wor den geraamd op pl.m. f. 1400. BIJ een en ander dient voorts gerekend te worden op aanleg van een centrale verwarming, waarvoor een bedrag van pl m. 2300 moet worden uitgetrokken. In het geheel zullen de voorzieningen op de kweekerlj derhalve een uitgave vereischen van pl.m. f 10 000. Deze uitgaaf ware te verdeelen m-cr 10 jaren, te beginnen met het Jaar 1934. Het voor dit Jaar noodlge bedrag ad f. 1000 zal u:t den post voor onvoorziene uitgaven kunnen worden geput. Ten slotte komt de Commissie van Fa bricage tot de conclusie, dat aan 't mede door haar overwogen denkbeeld om voor den plantsoend'enst een speciale commis sie van advies ln het leven te roepen, waarin het deskundige element meer naar voren zou komen, vooralsnog geen uitvoe ring moet worden gegeven. Naar overtuiging van B. en W. zal de algeheele doorvoering van het boven ge schetste reorganlsatle-plan strekken tot het verkrijgen van een zoo eroot moeeliik nuttig effect van de b"1angri1ke uitgaven, welke de gemeente zich taarlllks voor de plantsoenen moet getroosten, en daardoor tot het bevorderen van een zoo zu'nlg mogelllk beheer. In het bijzonder zullen de verbetering van het toez'cht en de veranderde werkwijze aan de arbelds- praestatie van het ncrsoneel ten goede komen. B en W. mogen er In dit verband on wijzen, dat ln de laatste laren mede dank zll voorlooplge Invoering van enkele der boven aangegeven maatregelen het bedrag aan arbeldsloonen hetwelk bij dezen tak van dienst ongeveer 75"/,, van de totale uitgaven vormt reeds belang- riik kon worden Ingekrompen Moest daarvoor op de begroeting voor 1931 nog e"n b°drag van f. 48 8g9 worden geraamd, voor 1034 is deze oost teruggebraeht tot f 41 350. zulks niettegenstaande de om standigheid. dat gedurende dien tlld de oppervlakte aan plantsoenen ln de ge meente. door aanleg van nieuwe straat- comnlexen, een aanmerkelijke uitbreiding heeft ondergaan. VOORSTEL-SCDÜLLER. De heer SchOller doet opnieuw een zeer uitvoerig toegelicht voorstel om het ver voer van het materiaal van Gemeente werken In eigen beheer te doen uitvoeren. De destijds bit de begrooting 1033 door wethouder Splinter gegeven cijfers tracht de voorsteller daarbij te ontzenuwen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1934 | | pagina 9