De muiterij de „De Zeven Provinciën" iber BmcrH DAGBLAD - Derde Blad Dinsdag 7 November 1933 „Maar li a is ftel'iiit!!! H SISO 'D KERK- EN SCH00LNIEUWS Steunt met Uw gaven het Leidsch Crisis-Comité. x RELAAS van den hoofdmuiter kawilarang. [catie l'it HET DOSSIER van den zeekrijgsraad. raja 6 Nov. (Aneta) De Zee- 1 heeft aan de pers toegestaan nemen van de 4000 folio-vel- Phetrekklng hebben op het onder ste de muiterij aan boord van de ven Provinciën", in welk dossier de v3n beklaagden en getuigen ■vat tengevolge waarvan het thans t is een geregeld verhaald te geven de visie en de handelingen van tofdmuiter J. K. Kawilarang, In- fmatroos der eerste klasse. Het relaas van Kawilarang. let vertrek uit Soerabaja op 2 Jan. de stemming aan boord goed en ol Sabang zoo gebleven. Bij de aankomst te Sabang echter heeft huig het eerste symptoom opge- van ontevredenheid. De aanleiding werd gevormd door een circulaire de korting der salarissen, waarover adering werd gehouden onder lei- Jn den stoker-olieman J. Hendrik, jhet schip uit Sabang vertrokken (tam de bekendmaking af dat de jp soldijen ook gold voor de In- schepelingèn. De korting werd _r gevonden en druk besproken. Bp" kwamen de berichten binnen om- Je dienstweigering, die door Euro- schepelingen te Soerabaja was ge- Bij deze gelegenheid hebben aan 'van de „De Zeven Provinciën" de Khe schepelingen hun ontevreden- ïit over het feit dat deze dienst- trs te Malang in arrst waren ge- i Donderdag 2 Februari kwam de (ven Provinciën" ten tweede male j aan, om des avonds weer voor j ten anker te gaan. Den volgen- werden de persberichten ontvan- r de 425 dienstweigeraars te Soera- l na het lezen daarvan zag Kawi- i korporaal-telegrafist Runambl jkenverpleger Gosal en den matroos rste klasse Paradja bij een tafel j waren de drie hoofdmuiters, die l Straat Soenda gedood zijn toen p de „De Zeven Provinciën" ont- r tafel spraken deze drie sche- nover een plan om op Zaterdag- 1 Februari om negen uur met de hen Provinciën" onder stoom te tneinde den Commandant der Ma- verzoeken om aan boord te komen l te vragen om de gearresteerde reigeraars vrij te laten. werd afgesproken om het schip Igenden avond om negen uur te esteren. Kawilarang zou een stoot de bootmansfluit als signaal dat meestering zou beginnen. Hij ver- dat hij liever een stoot op de had willen geven, maar de an- waren bang dat dit aan wal cn op fuvernementsstoomer „Aldebaran" zou zijn. Kawilarang zelf kon schelen. Toen hij klaar was ging Kr naar het Inlandersverblijf om met Ie hierboven genoemde hoofd-aan- s en met zekeren Basir, een Inland- hepehng, die ook bij den bomaan- tiood is, verdere besprekingen te i. Bij die besprekingen werd besloten i doen teneinde wapens in handen n, daarna het schip te overmees- vervolgens de officieren en on- !ren gevangen te zetten onder Jlng met de vuurwapenen, pdja zou zorgen voor de sleutels van weerrekken en de munitie-bergplaat- pwilarang zegt dat hij bij het over- 1 had aangevoerd dat er geen vuur- noodig zouden zijn, omdat de t en onderofficieren niets zouden tu doen. De anderen achtten dit onmogelijk. I Zaterdagmorgen 4 Februari werden Te besprekingen gevoerd. Afgespro- kerd dat de passagierende schepe- i 's avonds om zeven uur aan boord jen terugkeeren. Dit alles werd aan Bkers en de anderen medegedeeld. Tilarang verklaart dat hij niet weet 'Europeesche stokers dit hebben [is aan wal gegaan en heeft tot half- te Koeto Radja gepassagierd. Ver- os stapte hij in een autobus om posAl naar Oleh-Leh terug te Onderweg werden verschillende gingen in de autobus opgepikt, der ook Paradja, die trouwens, aan den weg, verzocht om de era i n st°ppen. Op dezen tocht Lp' de autobus in het park van - "?dJa een luitenant-kolonel van de f» 2,-L Lhe' Passeeren van dezen ;„"eP Paradja dien officier toe: 'hen procent". "ohi?n" zeide dat d€ overste dit "ebben gehoord. lied we?d iu de autobus gezamenlijk '.Indonesia, ons vaderland" ge- Personen die in de autobus ter,,„ waarom men naar e mij Kawilarang meent dat 'beuren aa" d°ord wisten wat er ^daarnf a6®". zich verkleed en ver- i om hem »n kwartiermeester Tuhu- het anVeTe helpen met het lichten :oos der eertheMrVolgens heeft hii den 1 dat em klasse De la Cruz mede- :!ön" i?. ne2en uur de „De Zeven a. hh eboom zou gaan naar aten on /i dezen matroos last om Kawilarenn^^ .kIaar 'eSSen- geant™52§ beeft de matroos De LSÏÏ?1? dat hij daarvoor zou ■I dai mdadat hij eerst nog had ver- 'olsen de Westkust van Sumatra WahatfS!?? matroos der eerste il të i-nm "PSbdragen om bij den Manut>„!ï,en en de Inlandsche mï IntU3sehnnmocst als roerganger «eword® was het acht uur Ik ontmoette, aldus vertelt Kawilarang verder, Paradja, die mij vertelde dat de Europeanen er reeds van wisten en dat hij de sleutels van de geweerrekken en van de munitiebergplaats reeds in zijn bezit had. Iets voor negen uur, het uur waarop de „De Zeven Provinciën" zou moeten ver trekken, deelde Paradja aan Kawilarang mede, dat het schip nog niet kon vertrek ken, omdat men de patronen voor de ge weren nog niet had bemachtigd. Maar tegen halftien overhandigde Gosal tien houders elk van vijf geweerpatronen aan Kawilarang en deelde hem bij die ge legenheid mede, dat Paradja was ontdekt door den officier van de wacht. Kawilarang vertelde nog tijdens het verhoor, dat de marinier Van der Laak hem omstreeks negen uur den raad heeft gegeven om voorzichtig te zijn met den korporaal, opdat deze niet zou bemerken dat men met de „De Zeven Provinciën" onder stoom wilde gaan. Volgens de verklaringen van Kawilarang heeft Van der Laak hem verteld, dat de Europeesche schepelingen al van de zaak afwisten en dat zil er mede accoord gingen. Later kwam Paradja nog weer bij Ka wilarang, die toen voor een 28 c.M.-kanon lag om te vertellen dat hij was ontdekt door den tamboer De Bree, die den offi cier van de wacht had gewaarschuwd. Toen trok Paradja zijn blauwe werkkiel uit om zich te vermommen en verborg zich achter het 28 c.M.-kanon. Om 10 uur gaf Kawilarang een scherpe stoot op de bootsmansflult. Hij deed dit nadat hij had gezien dat op het voordek alle lichten reeds waren gedoofd en dat de schepelingen zich naar het achterdek be gaven aldus de orders opvolgend. Kawila rang ging toen van het stokersverblijf naar het verblijf van de Europeanen om ook daar een fluitstoot te geven. Bij het verblijf van de Inlanders heeft hij niet gefloten omdat men daar reeds was begonnen. De Inlandsche matroos der eerste klasse Parinussa werd aangewezen om de statie trap te hijschen en Wahap werd naar het spil gestuurd. Kawilarang zelf begaf zich naar de brug, maar hij ging later even naar den bak om te vragen of er stoom voor het spil stond. Toen hem bleek dat er nog geen stoom aanwezig was ging Kawilarang opnieuw naar de brug, waar zich eenige Inlandsche matrozen bevonden en verzocht hen om te waarschuwen wanneer het anker zou zijn gelicht. Toen zette hij de maehine-telegraaf op halve kracht vooruit en gelastte den roer ganger: ,3akboord". Op dat oogenblik bleken de stuur inrichting defect te zijn De „De Zeven Provinciën" stoomde ten slotte op met een vaart van drie mijlen. Onderwijl kwam de kwartiermeester Tu- humena op de brug, waar hij eenige pei lingen nam en op de kaart de koerslijn afzette in Noord-Westelijke richting. Alarm. Op dit oogenblik hoorde Kawilarang op den gouvernementsstoomer „Aldebaran" alarm fluiten. Vanaf het lichtdek werd ge roepen dat de „Aldebaran" onder stoom ging. Kawilarang hoorde van Paradja dat het 7'/i c.M.-kanon aan bakboord onder de brug gereed was om te vuren. De korpo raal-telegrafist Rumambi regelde de in deeling van de wacht. Officieren. Op een gegeven moment, aldus Kawila rang kwam Paradja, die met een pistool gewapend was. vertellen dat bij de radio hut twee officieren stonden. Op het tent dek gekomen zag Kawilarang bij de radio-hut zes met geweren gewapende Inlanders staan, zoomede de luitenant ter zee derde klasse De Vos van Steenwijk met nog een anderen officier. Bij deze offi cieren stond de korporaal-machinist Bos- schart te praten. Kawilarang is toen weer teruggegaan naar de brug, waar een gewa pende schildwacht kwam vertellen dat een paar officieren wilden komen spreken met hen. die de leiding hadden Paradja zeide toen tot den schildwacht dat dit nu niet kon maar wel den volgen den dag. Waar gaat gij heen 7 Een poosje later werd op de brug door den tamboer Bakker een radio-gram ge bracht van den volgenden inhoud: „Waar gaat gil heen, wat is uw doel en wat zijn uw plannen?" Kawilarang stak het telegram in zlln Dit telegram is niet beantwoord. Inmiddels voer de „De Zeven Provinciën" in Noord-Westelijke richting Kawilarang werd als leider van de navigatie afgelost door den kwartiermees ter Tuhumena, die tezamen met den In- landsch matroos der eerste klasse Pari nussa, het schip navigeerde. Uit het verdere relaas blijkt, dat ook de kwartiermeester Grootjans voor de navi gatie was ingedeeld, maar aangezien Ka wilarang hem niet vertrouwde werd de navigatie gevoerd door het hierboven ge noemde trio. De marinier Steffens zorgde geregeld voor de wachtbriefjes. Op Zondagmorgen had Tuhumena wacht Achtervolging Dien Zondagmorgen werd een wit schip zichtbaar. Later werd dit herkend als do gouvernementsstoomer .Aldebaran". Het achtervolgende schip liep steeds meer op de ,,De Zeven Provinciën" ln Kawilarang verklaart dat hij zijn kijker op den achtervolger richtte en een sein van drie vlaggen zag waaien, dat de be- teekenis bleek te hebben: „Ik wensch u te spreken". De matroos Ardani ging naar boven en even bter woei van de ,De Zeven Provin ciën" een ylaggenrfin dat de be teekenis hadvan: „Ik zal op de booten schieten, die trachten langszij te komen". Kawilarang had voor dit sein geen order gegeven. Wel had hij gezegd dat het spre ken van de „De Zeven Provinciën" met de „Aldebaran" door middel van seinen kon geschieden. Later zag Kawilarang weer een andei sein van de „De Zeven Provinciën" waaien, dat zooiets beteekende als: „Ik kan niet. Hierna kwam Rumambi, een der hoofd- aanleggers, die door den bom gevallen is, op de brug mededeelen dat er geen seinen meer mochten worden geheschen zonder toestemming van de bemanning. De „Aldebaran" zakt af. Vanaf dat oogenblik zakte de „Alde baran" en voer nu verder achter de „De Zeven Provinciën" aan. Kawilarang hoorde het sluitstuk van een kanon openaken. Toen schreeuwde hij on middellijk naar beneden: „Niet schieten wanneer ik daarvoor geen order geef". Buiten boord kijkend zag hij enkele ka nonnen gebakst en de noodige granaten gereed liggen, naar zijn schatting wel der tig stuks. Het leven aan boord. Kawilarang heeft tegen de andere hoofd- aanleggers, Rumambi. Gosal en Paradja gezegd, dat de officieren vrij mochten rondloopen aan dek. Ook op de brug mochten de officieren komen, om aanwijzingen te geven voor de navigatie. De officieren moesten gewoon bediend worden. Gosal en Paradja konden zich hiermede echter niet vereenigen. Zij wilden niet dat de officieren zouden kunnen zien wat er aan boord gebeurde en zij waren bang dat deze officieren een andere koers zouden sturen. Bij het ondergaan van de zon haalde Tuhumena de vlag neer. Dit had steeds plaats zooals gewoonlijk. De tamboer Bakker blies dan de noodige signalen en bij het sein „stilte" maakte ledereen front naar de vlag. Voorts werd er den schildwachten op ge wezen, dat zij in behoorlijk tenue op post moesten staan. Kawilarang stuurde de schepelingen terug, die geen kiel droegen of op sandalen liepen. Maar na dit bevel luisterden alleen de Inlandsche schepe lingen, afkomstig van de Kweekschool voor Inlandsche Schepelingen. Inspectie bij de officieren. Kawilarang zegt In zijn relaas, dat hij gedurende de reis geregeld inspectie heeft gehouden bij de officieren, teneinde te zien af alles goed ging. Hij was daarbij steeds ongewapend. Het was de bedoeling het schip in goeden staat over te geven. Al dien tijd dacht Kawilarang dat men on gestoord naar Soerabaja zou kunnen door- stoomen. Hij werd door de bemanning aangeduid als „onze commandant". Hij maakte gere geld zijn avondronden. Het heeft lang genoeg geduurd! Op Maandag deelde Paradja mede, dat er geen rangen meer aan boord bestonden en geen verschil tusschen schepelingen. Dien middag bleek het telegram aan de wereldpers radiografisch te zijn uitgezon den, waarin de bemanning van de „De Zeven Provinciën" haar bedoelingen be kend maakten. Luitenant Dekker kwam dien dag op de brug. Hij keek naar den koers en zeide. dat hij Kawilarang wilde spreken. Hij vroeg Kawilarang of deze vond dat het lang genoeg had geduurd. Deze had hierop geantwoord: „Ja, dat vind ik ook". Luitenant Dekker vroeg of men den commandant en de officieren aan boord wilde nemen. Hierop hebben Kawilarang en Paradja geantwoord, dat de bemanning dit moest beslissen. Luitenant Dekker heeft er toen op ge wezen. dat er een gevaarlijke koers werd gestuurd. Kawilarang begreep dat hiermede de Banjak-eilanden werden bedoeld, doch Paradia antwoordde, dat de reis tot dusver goed verloopen was, zoodat het niet noodig was den commandant aan boord te laten komen. De commandant mag niet aan boord. Hierna heeft een vergadering plaats ge vonden met de bemanning en daar viel het besluit om den commandant niet aan boord te nemen. Paradja deelde dit be sluit van de vergadering aan de officieren mede. Luitenant Van Boven heeft toen de bemanning toegesproken en zijn woor den werden door Paradja in het Maleisch vertaald. In antwoord op de rede van den luitenant Van Boven riep de bemanning als antwoord: „Tida, Satoe Hari Dimoeka Soerabaja" (Neen, een dag voor Soera baja.) Later, op Dinsdag, bleek dat zich aan boord twee partijen bevonden. Ka wilarang achtte het noodzakelijk dat op nieuw vergaderd zou worden en hij deelde dit mede aan den korporaal Bosschart, omdat die 's morgens enkele uren had ge praat in de toen gehouden bijeenkomst en bij die gelegenheid gedaan had weten te krijgen dat de meerderheid van de beman ning gestemd had voor toelating van den commandant aan boord. De korporaal Bosschart vond dit goed, waarop men opnieuw bijeenkwam en Ka wilarang tot de aanwezigen zeide: „Als het zoo doorgaat laat ik het schip stran den." Hierna werd de vergadering ge houden. De bemanning besliste dat de commandant een dag voor aankomst te Soerabaja aan boord zou worden toege laten. Den volgenden dag werden de wa pens gecontroleerd opdat niets zou ont breken bij de overgave. Naar de onlknooping, Intusschen was er niets meer gezien van den achtervolgenden gouvernementsstoo mer „Aldebaran". Later echter merkte men de gouvernementsstoomer „Erldanus" op, die de „De Zeven Provinciën" bleef volgen. Op Vrijdag 10 Februari vertoefde Kawilarang op de brug met den korporaal Bosschart en toen hoorde hij deze zeggen: „Als ze een bom gooien zullen ze voor den eersten keer wel misgooien." Kawilarang zegt dat hij toen nog niet begreep waar zulk een bom vandaan zou komen, want hij had nog geen vliegtuigen gezien Bos schart had ook nog gezegd: „Ais je iets bijzonders ziet moet je direct stoppen, want je kan nief winnen tegen zooveel sche 'en" Toen heeft Kawilarang gevraagd of dg RECLAME. 865 Wat zien die deuren eruit! De verf overal dof en met kras sen! Dat is toch al te bar!" Zorgt U van den beginne af er voor, dat niets in de huishouding verkeerd be handeld wordt, neemt U inplaats van grove schuurmid delen altijd het fijne VIM! i Ilfr ilÜ^ fli! 63 Wat de microscoop toonttis. Gewoon srhuurmid- Wereldberoemd rein?' del, SO moot vertroot. gin[i middel VIM, SO Grove stobben ni'iif» maal vergroot. De Ie- raai jgn de oorzaak standdeelen geven een van die akelige krasfijnensmektpoetsmiddel, sen en schrammen. Daarom krast VIM »ovit% ItfM Bewijzen nevenstaande af beeldingen niet hoezeer het Ncderlandschc reinigingsmid del VIM de gewone schuur middelen overtreft? VIM, in de practischc strooihui, is uiterst billijk, De gewone bus kost slechts 20 cents, de groote bus slechts 371 cents. LEVER'S ZEEP MIJ N.V„ VLAARDINGEN menschen op de brug dan misschien be richt hadden gekregen dat er een bom zou worden gegooid. Hierop overhandigde Rumambi hem een telegram dat het ul timatum bevatte. Nadat Kawilarang het bericht vernomen had nam Rumambi hem het bericht weer uit de handen. Rumambi nam daarop een pistool en verklaarde dat hij op dat oogenblik de commandant was en dat iedereen die niet naar hem luis terde zou worden neergeschoten. De korporaal Bosschart had Intusschen de brug verlaten. Rumambi was verder baas op de brug, wat ook al bleek uit het feit dat, toen Kawilarang den roerganger order gaf „stuurboord uitgaan" Rumambi dadelijk zeide: ,3akboord het roer". De bom Kawilarang vertelt dat er toen plotse ling van den bovenbrug werd geschreeuwd „Vliegtuigen in de lucht." Kawilarang zag een vliegtuig boven de „De Zeven Provin ciën". Hij zag het met het bloote oog en keek er ook naar met den kijker. Paradja had nog tegen hem gezegd, over het ulti matum, dat dit maar bangmakerij was en dat ze toch geen bom zouden gooien op een schip dat onder de Nederlandsche vlag voer. Toen Kawilarang het vliegtuig boven de „De Zeven Provinciën" bemerkte, zag hij onder het vliegtuig iets dat op rook leek. Hierop hoorde hij een soort gesis langs zich heen gaan Toen viel de bom langs den brugvleugel aan bakboord. Op het tentdek waar de bom viel stonden vele muiters. Kawilarang was erg duizelig en begaf zich van de brug naar de ziekenboeg. Onder weg zag hij op het dek eenige dooden liggen. In de zie kenboeg trof hij den luitenant Reynierse aan, met een pistool, waarmede hij de ge wonden bedreigde. De korporaal Bosschart zeide tegen de zen officier, dat hij zijn revolver maar moest opbergen, want dat er reeds dooden genoeg waren. Hierna ging luitenant Rey nierse weg. Kawilarang is toen verbonden en over gebracht naar den „Gouden Leeuw" en tenslotte naar de „Java." Tijdens de vaart daarheen zag hij de witte vlag aan de voorstag van de brug van de ,3e Zeven Provinciën" waaien. Hij verklaarde dat hij vrijwillig met de muiterij had meegedaan uit medelijden met zijn te Soerabaja op gesloten kameraden. Hij had verwacht dat zij door het uitvaren van de „De Zeven Provinciën" in vrijheid zouden worden gesteld. De uitspraak van het vonnis uitgesteld. SOERABAJA, 7 November. (Aneta) De president van den Zeekrijgsraad, luite nant-kolonel van het Korps der Mariniers, C. J. C. Dorren, deelde mede, dat het von nis nog in beraad wordt gehouden. De uitspraak welke op heden was be paald, is uitgesteld en definitief bepaald op 14 November a.s. BEGRAFENIS A. WERUMEUS BUNING. Gisterenmiddag heeft op Oud Elk en Duinen te den Haag de teraardebestelling plaats gehad van het stoffelijk overschot van den heer A. Werumeus Bunlng, in leven oud-zeeofficier, oud-directeur van het Ethnographlsch Museum en bekend schrijver van Marineschetsen. Er waren zeer veel belangstellenden. Een aantal bloemstukken dekte de baar. Nadat op het orgel een aria van Bach was vertolkt, sprak in de rouwkamer oud minister Cohen Stuart woorden van af scheid. Spr. schetste den ontslapene als oud-zeeofficier, die aan zijn zeemanschap de stof ontleende voor zijn meesterlijke schetsen, welke hem een groote populari teit bezorgden. Daarna is nog het woord gevoerd door kapitein luit. ter zee b/d. D. J. Boom, den heer EJoriaa en d"n heer A. Hallema, PREDIKBEURTEN. VOOR WOENSDAG 8 NOVEMBER. LEIDEN. Geref. Kerk (N. Rijn)Voorm. 10 uur en nam. halfdrle en halfacht (Dankdag), ds. Honkoop van Den Haag. ALPHEN AAN DEN RIJN. Ned. Herv. Kerk (Jullanastr.): Nam. halfacht. prof. dr. F. W. A. Korft van Lel den. Lokaal v. Mandersloostr.: Voorm. 10 en nam. 7 uur (Dankdag), de heer Redelijk heid van Ouwerkerk a. d. IJssel. BENTHUIZEN. Geref. Gem.: Voorm. halftien en nam. 2 en 6 uur (Dankdag gewas), ds. Lemain, van Rotterdam. BOSKOOP. Chr. Geref. Kerk: Voorm. halftien en nam. 8 uur (Dankdag gewas), ds. Bljde- mast. Geref. Kerk: Nam. 7 uur (Dankstond ge was), ds. Petersen. Ons Lokaal (Nleuwstraat)Nam. 7 uur, de heer Tiesema van Hilversum. HILLEGOM. Ned. Herv. Kerk: Nam. halfacht (Dank stond gewas), ds. H. Bakker van Amster dam. LEIDERDORP. Ned. Herv. Kerk: Nam. 7 uur (Dank stond gewas), ds. Streeder. NIEUW-VENNEP. Chr. Geref. Kerk: Nam. 7 uur, de heer Aangeenbrug. OEGSTGEEST. Pauluskerk en H. Morschweg: Nam. halfacht, Bijbellezing. VALKENBURG. Ned. Herv. Kerk: Nam. 7 uur, ds. L. Boer van Scheveningen. VEUR-LEID SCHEND AJVL Geref. Kerk: Nam. halfacht, ds. Bou- kema. WADDINXVEEN. Chr. Afg. Gem.: Nam. 7 uur (Dankstond gewas), ds. Grlsnlgt. NED. HERV. KERK. Bedankt: Voor Bolsward, J. Boonstra te Gieten. Voor Nijkerk, E. Schimmel, te Ameide. GEREF. KERKEN. Bedankt: Voor Heerde, Chr. W. J. Teeu- wen te IJmulden-Oost. Beroepen: Te Middelburg J. v. Herksen te Ermelo, (voorheen te Hlllegom). RECLAME. Vergiftiging op groote schaal Het wemelde op zolder cn deel van den landbouwer P. te Aalten van de ratten en daar ze voldoend* voedsel konden vinden, meende bil dat daartegetf niets gedaan kon worden. Eenigen tijd later schreef bij: .Ten einde raad probeerden we Rodent met dM schitterende resultaat: 80 doode ratten. Dit resultui bereikten we met slechts één doosje Rodent van 5ê cent." Of U last hebt van één of van honderd rattenJ Rodent zal ze absoluut uitroeien. Het trekt dit onge» dlerte onweerstaanbaar aan en leidt ze zeker naar hun verderf. Ook muizen ontkomen niet aan Rodenti Koop nog heden een enkele doos ft 50 cL of een dubbele doos 90 ct en morgen zult U van rat em muis bevrijd zijn. O.a. bij alle drogisten. Imp.: F»i B. Mei aders ma - Den Haag. 382

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 11