Plechtige onthulling van het Lorentz-monument. Bargan? VRIJDAG 3 NOVEMBER 1933 No. 22585 STADSNIEUWS. Redevoeringen van mr. A. varv de Sande Bakhuyzen en prof. dr. J. Huizinga. Het voornaamste Nieuws van heden. EIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN "PRIJS DER ADVERTENTIEN: er regel voor advertentlën uit Lelden en plaatsen ltschappen vaD ons Blad gevestigd zijn. Voor alle Ivertentlën 35 Cts per regel. Kleine Advertentlën bU vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. aantal woorden van 30. |nl«ens postrecht Voor eventueele opzending van Cts porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54. PRIJS DEZER COURANTS Voor Lelden per 3 maanden 1.2.35; per week 1.0.18 Bulten Lelden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 Franco per post 1.2.35 portokosten. bestaat uit ZES bladen ISTE BLAD. EN, FRUIT EN BLOEMEN- SVEREENIGING „LEIDEN [N OMSTREKEN". ;ewone ledenvergadering. iomerlust" is gisteravond een ledenvergadering gehouden ®g van de vraag: „Wat doet Bureau van de veilingen in por onze leden en wat kunnen f"leden doen?" C van Vliet, voorzitter, zette voorop moet worden gesteld, ■raai bureau alleen ls een ver- Etie met al wat dit met zich Ier kan hij niet gaan en wordt Ee standorganisatie's niet ge- ■feerste plaats ls op aandringen t C E gekomen de afschaffing van ^Telden voor den tuinbouw; ver- Epoorvrachten-verlaging, vast- Tniumprijzen en de reeds ver- «Tingssteun 1932. at spr. stil bij het contract met I, f het juiste optreden van den Jzuüen wij nu het wederkeerig ■gen. T is het mede door het optre- J C. B. gelukt vrijstelling te |de omzet-belasting op groen- ïit en groenten in blik zullen kt; momenteel is er wederom irbeidsveld geopend: „heffin- jecht". Met een spoed die op- f zijn de belastingen toegepast bij nu reeds constateeren. dat ■rijk bedrag op buitenlandsch ten ls, baten welke in elk op- |ede komen aan de Hollandsche i is men gaan werken voor de Ed nu de door de organisatie pe lijn volgt, zal het mogelijk onend bedrijf te krijgen, meer is door het onver- fen van het C. B., onder leiding pr Valstar verkregen, len wij nu voor onze leden ^B>ord werd ook door den heer ^^Bgeven. kt leven is geroepen een commissie pen; 3 vertegenwoordigers van Bóeren-Leenbank en 3 van de ag. issie zal trachten de tuin- d ,en zoo noodig met daad bij nde bedrijven kunnen op de van de commissie rekenen, der geboden gelegenheid tot 'an vragen werd uiteen gezet, ringssteun 1933 de laatste zal linders zullen door teeltbeper- ^uin eigen groep moeten voor- vat mede door de te heffen invoer- buitenlandsche groenten en ^4 mogelijk zal zijn. svereeniging kan met genoe- vergadering terug zien; het als het aan het wankelen ls sterkt, en zoo het er niet is zal het na deze uiteenzetting .te aanwezig moeten zijn. fouwei Ji, ls DE LEMVOG. tiding van den heer J. J. de jchtigde van den Raad van teen zou gistermiddag in café- L.In den Vergulden Turk" een Te algemeene vergadering van Iers worden gehouden ter be ten een statuten-wijziging, ^oordigd waren 32 aandeelen, 24 stemmen. het vereischte quorum niet las. werd besloten een nieuwe luit te schrijven op Vrijdag 16 DE ARBEIDSBEURS. den 2en Nov. 1933 waren 2959 w^kzoekenden ingeschreven. storlnS lh de bovenleiding te ^BterdSJp11 de- trelnenl0°P tus" Bweest en Leiden eenigszlns jlddag vond ln het Trianon- ■tweede voorstelling ln dit sei- E n De Filmliga Vertoond werd communistische oropaganda- T?.n Bergen" van Jutkevitch, L degens haar strekking moe- tP en daarom niet wenschen te n 20°danige film in ons n, worden, bewijst wel, jmisttsche gevaar nog steeds ts *e grooter is dit gevaar, sinstzinnig wordt voorge- |Sde"ife 'to-boraals en ka- ta!'™InS 1927 van het 6e mrbou omcn °P 20 November llngsoefeningen onder de Wijlen prof. dr. H. A. Lorentz. Hedenmiddag om half drie was een aan tal genoodigden bijeengekomen op den hoek van Langebrug en Zormeveldstraat teneinde getuige te zijn van de plechtige onthulling van het Lorentz-monument, hetwelk is aangebracht in een der zijgevels van het Kamerlingh Onnes Laboratorium, afdeeling theoretische natuurkunde en leeskamer Bosscha. Onder hen bevonden zich behalve familieleden van wijlen prof. Lorentz ook de heeren van Beeck Calkoen, afdeelings- chef aan het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen namens den minister en baron van Lijnden, chef van den Rijksgebouwendienst. Nadat de beeldhouweres, mevr. Franzen Heslenfeld het doek had verwijderd, dat tot dusverre het monument voor het oog verborgen hield, begaf het gezelschap zich naar de groote collegezaal. De voorzitter van het Lorentz-comité, mr. A. van de Sande Bakhuyzen, voerde allereerst het woord en sprak ongeveer als volgt: Rede van mr. van de Sande Bakhuyzen. In het bijzonder spreek ik een enkel woord tot de kinderen en kleinkinderen van prof. Lorentz. Wij waardeeren het in hooge mate dat u tegenwoordig heeft wil len zijn. De plaats die uw vader in deze gemeente innam, was zoodanig, dat het verlangen van de gemeentenaren iets te hebben dat aan den beminnelijken man, die tijd vond en hart had om naast groot geleerde ook een voortreffelijk medebur ger te zijn, herinnert, geen verklaring be hoeft. Voor onze burgerij is het bezit van een groot man niet een gebeurtenis, die door zeldzaamheid tot bijzondere onderschei ding prikkelt; in den loop der eeuwen is hun aantal hier groot geworden. Wij wil len aannemen dat een wijs inzicht meer dan onverschilligheid een zucht om voor de talloozen die Leiden's Universiteit en daardoor onze stad roem gaven, een herdenking te stichten, tegenhield, Hoe ook echter, bij beide veronderstellin gen is de uitzondering, die voor uw vader gemaakt wordt, welsprekend. De Prins, Van der Werff, Van der Does en Van Hout en Rembrandt en van de geleerden Boer- haeve en Lorentz, ziedaar een bloemlezing, die wel zeer kieskeurig is. wanneer men denkt aan al die grooten, waaruit te kie zen viel. En hadde ik de stemming der burgerij niet juist gepeild, hadde ik nage laten den weg te banen om aan het alge meene gevoelen uiting te kunnen geven, ik zoude door velen zijn voorbijgeloopen. De drang was te sterk! Initiatief was in dit geval met anders dan niet blind en niet doof zijn. het was voelen wat een leder wenschte, Heeft men de grootheid van uw vader, zijn bijzonderheid door zijn aanraking met het stedelijk leven beter beseit en daarom hem meer gewaardeerd. Er waren er die voor .Leiden's welvaeren" van diepere be- teekenls zijn geweest doch geene die meer spontane sympathie verwierf dan deze eenvoudige altijd hulpvaardige mensch, wiens ieder woord, wiens iedere daad een hart stal. Talloos zijn ook de Leidenaars die hem op ander terrein dan dat der wetenschap leerden kennen en daar iets medekregen van hetgeen zijn leven rondspreidde Ge hebt ons toegestaan den wensch der geheele gemeente in vervulling te doen gaan. Gij hebt ons Comité daarbij gehol pen en gij wilt ons Instaan i£?t u te dee- len in de herdenking van uwen vader Aanvaardt daarvoor onzen dank. Ten slotte een woord namens het Comité tot U, Mevrouw Franzen, die de tolk heeft willen zijn voor wat ons geslacht aan ko mende geslachten te zeggen had over de groote figuur, die ons, die hem kenden, nog zoo duidelijk voor oogen staat. Het is voor een Comité samengesteld als het onze een moeilijke, laat ik gerust zeg gen een onmogelijke taak, een oordeel uit te spreken over de op zich zelf al zoo las tige vraag, welke kunstenaar of kunste nares de meest aangewezene is om een monument te ontwerpen. Wij zijn verstan dig geweest en hebben ons tot ter zake wel kundigen gewend en danken het aan hen dat wij op Uw werk opmerkzaam zijn ge maakt; wij gevoelen ons dan ook verant woord aan U de opdracht te verstrekken. Deze aanvaardende heeft U geen een voudig werk op U genomen doch van den aanvang af heeft U getoond dat U een on afhankelijk eigen oordeel wist te vormen en volgen en dat U Uwe kunstopvatting daar niet ondergeschikt wilde maken aan de U verstrekte gegevens, doch integen deel, de vormgeving van Uwe gedachten onafhankelijk heeft weten te houden en te doen overheerschen. Wat toch was het geval. Het Comité voor de oprichting van een gedenkteeken te Leiden wilde dat de "uiterlijke zichtbare huldiging van Lorentz van zeer eenvoudi- gen aard zou zijn en vroeg U een plaquette of relief beeltenis aan te brengen in de leeszaal-Bosscha. U heeft, beter dan wij, gezien dat op die wijze op die plaats geen goed effect kon worden verkregen en aan U danken wij de gedachte om veeleer de ingang van dat gebouw, waardoor Lorentz zich placht te begeven naar het terrein van zijn werkzaamheden waardoor de studen ten gingen om hem te hooren en waardoor nog tal van geslachten zullen gaan om het vak te beoefenen waarin zij Lorentz's naam als die van een der koryfeeën zullen ont moeten, dat die ingang de herinnering aan den grooten meester moest dragen. Daarin wat het bouwkundige betreft bij gestaan door de vaardige hand van den architect C. Royaards, is niet alleen een waardige plaats gemaakt voor Uw monu ment, maar is ook de bedoeling van het Comité op veel schoonere en toch eenvou dige wijze verwezenlijkt. U is een goede leidsvrouwe voor ons gebleken. In hoeverre is U nu geslaagd in de uit beelding. in hoeverre is Uw werk tot een kunstwerk geworden? Een oordeel ont leent zijn waarde aan de beteekenis van hen die het uitspreekt en zal ik mij dan aanmatigen hier meer te doen dan mijn persoonlijke bewondering uit te spreken voor wat Uw wel algemeen erkend talent hier heeft geschapen? Maar in een opzicht ben ik competent want ik mocht getuige zijn van de voortschrijdende totstandko ming van Uw werk gedurende de zoo bij zonder prettige samenwerking namens ons Comité met U. Met ernst en algemeene toewijding heeft U het probleem behandeld en tot oplos sing gebracht en het is voor mij als leek een openbaring geweest te leeren hoe veel zijdige zorg en hoe veelzijdige kennis on ontbeerlijk is om een betrekkelijk eenvou dig herdenkingsmonument tot stand te brengen. Mijn bewondering voor Uwe kun de en werkkracht gedragen door een jeug dig en frisch enthousiasme is dan ook niet gering, en waar de U toegekende prix de Rome voldoende bewijst, dat U als kunste nares uitmunt, de ervaring door ons met U opgedaan als uitvoerster van een kunstopdracht bewijst niet minder dat U ook in dat opzicht alle mogelijke voldoe ning weet te geven. Ik hoop van harte dat wanneer straks een oordeel over Uw werk en over onze keuze zal worden gevestigd dit zoo moge uitvallen als ik weet dat U het door Uwe toewijding verdiend heeft. Het zou U niet aangenaam zijn, weet ik, indien ik hier niet tevens nog een woord van dank sprak tot den heer Royaards voor het aandeel dat hij ln de totstand koming van dit monument nam en einde lijk past zeker niet het minst een warme dankbetuiging aan den heer de Ruiter, den goeden en getrouwen verzorger van de Uni versiteitsgebouwen, die met zeer gewaar deerde hulpvaardigheid en groote welwil lendheid ook hier weer voortreffelijk ad vies gaf en de uitvoering vergemakkelijkte. Rede van prof. dr. J. Huizinga. Voorts hield prof. dr. J. Huizinga, hoog leeraar in de algemeene geschiedenis een rede. Prof. Huizinga sprak als volgt: Men heeft gemeend, dat er bij de ge legenheid, die ons hier samenbrengt, nog iets meer gezegd diende te worden dan de woorden van aanbieding en aanvaarding, die de plechtige handeling zelf uitmaken. M ml eep soord, piej; zoozeer yan her denking van den man, dien wij eeren, als van overdenking van de beteekenis, die ge legen is in de eenvoudige daad, die wij heden voltrekken: het inwijden van een zichtbaar gedenkteeken van Lorentz te Leiden. Het feit, dat niet een natuurkun dige voor u staat, zegt u voldoende, dat hier geen kenschetsing van Lorentz' we tenschappelijke verdienste zal worden be proefd. Vraagt ge, waarom de eervolle taak, hier tot u het woord te voeren, werd toever trouwd aan iemand, die in den volsten zin buitenstaander moet heeten, het antwoord luidt: omdat men wenschte, dat de ge beurtenis. die wij vieren, gedurende enkele oogenblikken voor u zou worden geplaatst in een perspectief van eeuwen en in het licht, dat schijnt uit de historie. Het zal spoedig zes jaar geleden zijn, dat Lorentz aan de zijnen en aan het vaderland aan de wereld en aan de wetenschap ontviel. Ge herinnert u den ongewonen weerslag, dien dat heengaan ln heel Nederland teweeg bracht. Een rouwstoet van in eenvoud grootsche indrukwekkendheid, een koor van deelneming uit gansch de wereld, weldra de wedijver van drie Nederlandsche steden, om voor dezen groote het monu ment te stichten, zijner waardig. Wed ijver, die zich gelukkig spoedig oploste in nationale samenwerking. In Haarlem, waar hij het laatst gewerkt had, en ge storven was, in Arnhem, zijn geboorte stad, verrezen de monumenten, die nu Lo rentz uiterlijk beeld aan ieder inprenten. Enkel de omstandigheden hebben veroor zaakt, dat er jaren verliepen, eer ook Lei den het gedenkteeken, tot welks oprich ting aanstonds besloten was, zou zien. Lei den kón hier rustiger wachten. Immers, aan Leiden bleef, voor de wereld en de wetenschap, Lorentz naam en Lorentz roem toch verbonden. Men kon zelfs vra gen, of Leiden, naast den simpelen steen, die het huis aan de Hooigracht siert, nog een tweede gedenkteeken noodig had. Lei den, dat altijd blijven zou de plek, vanwaar Lorentz' gedachte over de wereld was uit gestraald, de plek. waar het werk van zijn geest in onverzwakte intensiteit zich voort zette. Het was vereering, genegenheid en ge rechtvaardigde trots, wat niettemin drong tot het stichten ook van een Leidsch monument. Nu wij dit na bijna zes jaren, onthullen, is de afstand vanwaar wij op zien naar de figuur van Lorentz, ruimer geworden. Hij is niet meer de gestorvene van het oogenblik. maar de levende voor immer. Hij is ingetreden in de rij aer groote geesten van alle tijden, verbonden aan de voorgangers uit het verst ver leden als aan zijn grooten tijd- en vak genoot, in wiens huis wij staan. Die grootere afstand dan bevestigt slechts de stelligheid van onze overtuiging, dat ook dit eerbewijs van ons geëischt werd. Ons kleine land heeft in den krans van beroemde namen, die tezamen den opgang der natuurwetenschap symboliseeren, een aanzienlijk deel. Van de zestiende eeuw af gerekend staat aan dat firmanent van zooveel sterrebeelden, als er natuurweten schappen zijn, wel menig licht te schijnen, dat in Nederland opging. Onder de uitvin ders en ontdekkers, de onderzoekers en be rekenaars, de denkers en verklaarders. Men vindt die Nederlandsche namen on der de plant- en dierkundigen, de genees- heeren, de scheikundigen, de physiologen, doch in welk domein zoo talrijk en zoo luisterrijk, als in dat der natuurkunde in engeren zin, van den tijd van Stevin en Snellius af tot onze dagen toe? Indien er van die velen uit vier eeuwen twee boven de andere uitstralen, zouden het niet Huygens en Lorentz zijn? Hij heeft zijn plaats in het geheugen der menschheid ingenomen, en dit ons dierbare, met een charisma van den geest der wetenschap gezegende Leiden mag dankbaar zijn voor het lot, dat het tot Lorentz werkplaats maakte. Maar. overvalt ons de vraag, wat heeft het voor zin, om een glorie der wetenschap tot voorwerp van nationalen, ja van lo calen trots te maken. De wetenschap is, en moet zijn, op straffe van haar naam niet te verdiepen, internationaal en we reldwijd, zoo niet in de stof, waarop haar blik gericht is, dan toch in den geest, die haar drijft, in het beginsel, dat haar be zielt, het beginsel van vrijheid onbeperkt door iets dan alleen door den eisch der hoogste en zuiverste waarheid, te belijden met den moed tot die waarheid, tot eiken prijs. De natuurwetenschap verheft zich tot dien graad van een onbetwiste en daad werkelijke internationale lichter dan de wetenschappen, wier object ligt in de studie van menschelijk handelen of den ken in gemeenschap. Deze laatste immers, die men wel cultuurwetenschappen noemt, moeten met zekere voorkeur haar aan dacht allereerst wijden aan dat wat eigen is, wat noodwendig gekend en somtijds gediend wil worden. De natuurwetenschap kent zulke voorkeur niet. of waar een plaatselijke verbondenheid die meebrengt, zooals bij de beoefening van Nederland sche flora bodemkunde enz. daar is die voorkeur onbesmet met de kiem van na tionaal vooroordeel, die zoo gemakkelijk haar weg vindt in het organisme van het op menschelijke instellingen en denkvor men gerichte onderzoek. Wee de natuur wetenschap. als zelfs zij haar immune krachten dienstbaar zou maken aan het bewijzen van de beperkte en onvrije leer stellingen. die een tijdelijk stelsel van ge zag verlangt en voorschrijft! Gelukkig een man. die ais Lorentz door ziin vak en krachtens eigen persoonlijkheid en door de gunst van den tijd die het perk van zijn leven omsloot zich dat leven lang den drager heeft mogen voelen van die vol strekte en onbekommerde IntematlonaU- telt, die aan een liefde tot eigen land ea BINNENLAND. Plechtige onthulling van het Lorentz- monument te Leiden (Stadsnieuws, 1ste Blad). Proees van den polder Nieuwkoop en Noorden contra het hoogheemraadschap Rijnland (Rechtzaken, 4de Blad). Minister Verschuur spreekt Dinsdag voor de radio (Binnenland, 3de Blad). Het echtpaar Lindbergh in ons land (6de Blad). Bezwaren der Tweede Kamer tegen uit breiding der Staatsloterij (Binnenland, 3e Blad). Voorloopig verslag der Tweede Kamer over de begrooting voor Koloniën (Bin nenland. 3de Blad). De verduistering te Maarssen beloopt f. 80.000 (Gemengd, 5de Blad). Een marinesloep in gevaar; vice-admi- raal Brutel de Ia Riviere was aan boord (Gemengd, 5de Blad). De vergiftiging te Schoonhoven toch door gas veroorzaakt? Een der slachtoffers overleden. (Gemengd. 5de Blad en Laatste Berichten, 1ste Blad). BUITENLAND. Norman Davis bezoekt Boncour (Buiten land 3de Blad en Tel., 1ste Blad). Het parlement op Malta ontbonden, de regeering afgezet (Buitenland, 3de Blad), Voortzetting van het Rijksdagbrand* proces (1ste Blad). volk in dn weg staat, ja die tot hoogeren aarcf verhefte de internationaliteit. die he den ten dage soms schijnt haar „vast blok huis tot bewaarnisse" der beschaving enkel daar nog te kunnen vinden, waar de geest heerscht in zijn werk van het erkennen der waarheid en het scheppen en aan schouwen der schoonheid. Lorentz Neder lander en wereldfiguur, hem eeren wij. Ziet hem in gedachten zooals ge hem ge kend hebt: met den vriendelijken blik, de gemakkelijke toegankelijkheid voor ieder een, met de vlotheid van zijn woord en den helderen klank van zijn stem, den Lorentz. die voor een internationaal ge hoor een moeilijk betoog van een ander begrijpelijk kon maken door het voor de vuist in het Fransch over te brengen Lo rentz, in wien het ideaal van den moder nen man van wetenschap belichaamd mocht heeten. Dat op hem eenmaal de keus viel als voorzitter van de internatio nale commissie voor Intellectueele samen werking, het schijnt ons meer dan rede lijk haast noodzakelijk. Laat het don niet zijn bevrediging van plaatselijken trots, wat ons vervult, nu Leiden ook zijn Lorentz-monument heeft. Dit symbool spreke van andere dingen dan van Leidsche glorie. Wie aan Lorentz' beeld voorbijgaat, zie daarin een teeken, een verzekering, een belofte. Van dingen, die klaarder en beter zijn dan de woelige verwardheid, die ons omringt. Van de een heid des menschdoms in den geest. Tenslotte werd nog het woord gevoerd door den rector-magnificus, prof. mr. D. van Blom, die ongeveer het volgende zei; Dankwoord van den rector-magnificus. De Leidsche Universiteit behoeft, om hare Decora Academiae in eere te houden, geschenken niet. Maar sterk gevoelt zij de symbolieke beteekenis ervan. Een ge beurtenis als deze is uiting van dankbaar heid en piëteit jegens één van onze aller grootsten, gevoelens die binnen en buiten de muren van onze universiteit gelijkelijk aanwezig zijn. Gaarne aanvaard ik hierom namens onze Universiteit en hiertoe door het College van Curatoren gemachtigd dit kostbaar geschenk. Na afloop werden ververschlngen rond gediend. Morgen zal in het perceel Hoogewoerd 41, waarin tot een maand geleden geves tigd was de tapijtzaak der firma Splinter, geopend worden de Eenheidsprijzenwinkei „Hadeka" (het adres der kleine artikelen). Alle mogelijke artikelen men kan deze zoo raad niet verzinnen zijn hier te verkrijgen tot den prijs van f. 1. Tevens is er een lunchroom, waarvan men gebruik kan maken, zonder eenige dwang tot koopen. Ook in den winkel zelf blijft men in dit opzicht geheel vrij. Zeer overzichtelijk staat alles opgesteld met duidelijke prijsaanduiding, hetgeen zeker tot groot gemak van den kooper is. Een en ander maakt een zeer verzorgden indruk en is een bewijs, hoe zeer de exploitante, mej. Splinter met den tijd wenscht mee te gaan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 1