Zóó moet zij blijven! Burgemeester P. A. Colijn op bezoek te Aarlanderveen. 74<te Jaargang LEIDSCH EEN HARTELIJKE VERWELKOMING! DAGBLAD, Vrijdag 6 October 1933 Vierde Blad No. 22561 MARLENE DIETRICH PALMOLIVE ZEEP PALMOLIVE ZEEP PALMOLIVE ZEEP x O DRUKBEZOCHTE RECEPTIE. Hierboven de ontvangst bij den intocht van burgemeester Colijn aan de z.g. Vrije Hoef te Aarlanderveen. Dr. W. v. d. Wind, voorzitter van de feestcommissie, begroet den burgemeester met zijn gezin. Een uitbundige ontvangst! Het bezoek van den nieuwen burgemees ter den heer P. A. Colijn met zijn echtge- noote en verdere leden van zijn gezin aan Aarlanderveen behoorende tot de gemeente Alphen. is een zeer grootsche en uitbun dige ontvangst geworden. De geheele ge meente was In feeststemming, wat pleit voor de eensgezindheid, die steeds in dit deel der gemeente heerscht. Een ieder had vrij. Aan werken werd niet gedacht! Bijna geen huis of het Nationale dundoek wap perde vroolijk in de vriendelijk schijnende herfstzon, hetgeen de feeststemming nog belangrijk deed verhoogen. Een ieder, die tnaar even weg kon had zich tegen 2 uur opgemaakt naar de Vrije-Hoef, waar het gezelschap via Ter-Aar weer in de ge meente Alphen a. d. Rijn - Aarlanderveen - zou aankomen. Reeds sinds eenige dogen was diit feit hèt moment van den dag voor de bewoners. Overal werd over het bezoek van den burgemeester en zijn familie, waarover men zich zeer verheugde, gespro ken. Voor dit bezoek had zich dan ook een speciale feestcommissie gevormd. De or ganisatie bleek bij dit comité in uitsteken die handen! Op niet minder dan een drie tal plaatsen had men een eerepoort opge steld waarop vele malen voorkwam de woorden „Welkom burgemeester". Boven dien had zioh een ieder met oranje ge tooid! Het werd een spontane hulde van gansch de bevolking! Was het in de morgenuren reeds overal druk, tegen 2 uur het moment van aan komst, had zich op het punt de Vrije-Hoef een stevig corps ruiters te paard dat de eere-wacht vormde met vele vereenigin- gen, alsmede de feestcommissie opgesteld. Naarmate de wijzer van de klok naar 2 uur wees, werd de belangstelling van de zijde van het publiek allengs grooter, zoo dat de inspecteur van politie met zijn mannen hiertoe speciaal naar Aarlander veen gekomen weldra handen vol werk kreeg om het verkeer gaande te houden! Eindelijk ging het door de gelederen, „de burgemeester is in aantocht"; en ja! wel dra arriveerde het gezelschap in een 2-tal auto's. In de eerste auto zat de burgemees ter met zijn echtgenoote, zoon en dochter, terwijl in de tweede het dagelijksch be stuur nJ. de beide wethouders en de ge meente-secretaris resp. de heeren G. M. Herngreen W. J, Spreij en K. Salverda hadden plaats genomen. De begroeting geschiedde door den voorzitter der feest commissie n.l. dr. W. v. d. Wind Door een 3-tal meisjes der verschillende scholen werden aan mevrouw Colijn bloemen aan geboden. Voorafgegaan door de eerewacht te paard, en gevolgd door de leden van de feestcommissie allen in rok en met hoogen hoed. het tweede ged-eelte der eerë-wacht en een honderd koppige menigte per rij wiel en te voet, toog de stoet naar het dorp en het Zuideinde. Vervolgens naar het speelplein van de O. L. Schooi. Voorop ging het R -K. muziekcorps .DOS." In middels had het muziekgezelschap „Ex celsior" voor het daar wachtende publiek reeds menig nummer ten beste gegeven, terwijl zich hier tevens verschillende ver- eenigingen hadden opgesteld. Nadat den burgemeester door de schooljeugd hier een speciaal vervaardigd welkomstlied was toe gezongen. werd hij door pastoor J. M, Hoo- geveen officieel namens de bevolking be- Toespraak van den pastoor. Spreker wees er op. dat het eenparig besluit dier commissie hem met deze taak had belast en dat hij aan deze opdracht zeer gaarne had voldaan, omdat daardoor de heerschende eensgezindheid in de ge meente wel zeer duidelijk aan het licht trad! Daar bij velen wellicht de vraag zou rijzen, waarom Aarlanderveen den nieu wen burgemeester nog eens afzonderlijk meende te taoeten begroeten, achtte spr. zich gedrongen er op te wijzen, dat men weliswaar bij Alphen behoort, maar dat men hier door het landelijk karakter van het dorp en door het beroep, dat door de meeste ingezetenen wordt uitgeoefend, toch ip een geheel afzonderlijke sfeer leeft! Het is hier, zegt spr. anders dan in de „city" der gemeente, zooals hij Alphen noemde. Na hulde te hebben gebracht aan dr. v. d. Wind. wiens organisatorisch talent dit alles bewerkte, gewaagde spr. van de groote harmonie, welke onder de bevol king ter plaatse heerscht een harmonie, zooals die alleen kan voorkomen bij bui- tenmenschen. die als een echt godsdien stig volk opzien tot den Vader, die in de Hemelen woont en in den burgemeester den afgezant zien van God zelf! Spr. be sloot met de verzekering te geven, dat men vertrouwt in den heer Colijn een goeden burgervader in den waren zin van het woord te krijgen en met den wensch. dat de liefde van het volk hem tot in lengte van dagen deelachtig zal mogen worden! Hierna werd door de muziekverg. „Excel sior" en zangverg „De Lofstem" op zeer verdienstelijke wiize koraalmuziek en eeni ge liederen ten gehoore gebracht. Een luid gejuich ging op bij de schooljeugd toen door dr. v. d. Wind werd medegedeeld, dat de burgemeester besloten had haar te trakteeren! Men moet „neen" kunnen zeggen! De burgemeester, die hierna mede na mens zijn gezin dankte voor de buitenge woon hartelijke ontvangst hield hierbij nog de volgende toespraak: „Het was mij een aangename verrassing, aldus spr., te worden uitgenoodigd voor een afzonderlijk bezoek aan Aarlanderveen. Deze verrassing is thans echter tot verwondering gestegen, omdat ik niet begrijp waar ik die buiten gewone belangstelling aan heb te danken! Ik mis alle bijzondere kwaliteiten van mijn voorganger en op hetgeen men van mij verwacht, kan ik slechts herhalen mijn gezegde aan den loco-burgemeester tijdens mijn installatie: „Ik kan in Alphen alleen maar tegenvallen"! Ik heb bovendien nooit gestreefd naar wat men noemt „po pulariteit". Deze is alleen te vinden, als men altijd .ja" zegt. want dit is volgens mij onmogelijk. Voor al In dezen tijd moet men ook het „neen" durven zeggen! Ik heb mij echter voorgesteld, mij met mijn geheele persoon aan mijn ambt te wijden en ook de belangen van de bevolking van Aarlanderveen naar beste wijze te behar tigen. Dit zal mij niet lastig vallen, daar mijn sympathie uitgaat naar het platte land. waar ik geboren ben! Gelet op dé vele moeilijkheden waarin de landbouwen de bevolking zich bevindt hoop ik dat men mijn werkkamer en woning zal vinden, om de moeilijkheden ook in onze gemeente te samen te overwinnen. Ik dank een ieder, jong of oud. van welken rang of stand voor de spontane ontvangst, welke mij en de mijnen zeker lang bij zal blijven!" Uit de menigte ging hierna een „driewerf hoera" op voor den burgemeester. In het schoolgebouw waar de burge meester met zijn familie tot bijna kwart voor 6 recipieerde, werd de thee aange boden en waren de besturen van vereeni- gingen. corporatie's en particulieren in de' gelegenheid nader kennis te maken met den „burgervader" en de zijnen. Van deze' gelegenheid is een zeer druk gebruik ge maakt! Luide toegejuicht door de menigte keerde de burgemeester tegen 6 uur huis waarts. De bewoners zullen zeker de eer ste dagen over dit bezoek nog niet uitge sproken zijn! deraars hèt type van den haantje-de- voorste en van den overwinnaar geworden, tot een bijna mythische gestalte, een held omgeven door een stralenkrans, en bij wiens aanblik men zelfs niet denkt aan de mogelijkheid van een mislukking of van een nederlaag. Het spreekt van zelf, dat Albers in al zijn rollen steeds dit type uitbeeldt. Hij vertolkt hiervan echter niet alleen de uiterlijke kenteekenen maar speelt het met innerlijke overtuiging en kracht. Het is het onverzettelijke zelfvertrouwen, dat zich van Hans Albers mededeelt aan de bioscoopbezoekers. Misschien gaat de ver gelijking wat mank. maar zij is kernach tig: De blonde Hans is de condensator, die van het witte doek af krachtige levens durf uitstraalt. De werking is daarom zoo sterk, omdat ze echt is. Het geloof aan zich zelf heeft Hans Albers op merkwaar dige wijze verworven. Hij heeft een klassiek bewijs voor dit geloof, dat hij. als een relikwie bewaart: zijn eigen bewijs van overlijden, waarop vermeld staat: .op het veld van eer ge vallen". Dit bericht kreeg zijn moeder in 1916 uit Wilna, en een paar weken later kwam de „dooie" in levenden lijve weer in het vaderland terug. Hij was met een schot in zijn dijbeen naar de andere zijde van het slagveld1 ge kropen en werd daar half doodgebloed, gevonden en op het laatste oogenblik ge opereerd Het scheelde maar weinig of het bewijs van overlijden had waarheid bevat. Hem bleef echter een zekere onver schilligheid tegenover de dingen des levens die vaak menschen eigen is, die dien dood dicht, onder de oogen gezien hebben Klei nigheden worden niet zwaar opgevat, men zet zich er overheen, neemt alle tegen slagen met die berusting en zelfvertrou wen op die hen onbeteekenend maken. Deze innerlijke gesteldheid kan men niet spelen ais men ze niet bezit, en dat Hans Albers ze bezit, maakt zijn „Draufganger"- figuur zoo waar en levensecht. En toch is het weer een andere Albers, dien men in het dagelijksch leven ont moet. Een nadenkende Albers. die in de teruggetrokken rust van zijn villa idyl lisch gelegen aan de Havel de kracht en energie verzamelt, due hij in het film atelier en op het tooneel noodig heeft. Hij laat mij foto's zien van de nieuwe kostuums in de sprekende film „Vluchte lingen". Ditmaal stelt hij een Duitsch of ficier van Chineesche troepen voor. „Als acteur moet men niet alleen den menschen iets kunnen laten zien, maar ook zelf kunnen zien", zegt Albers .An ders is het niet echt, wat men hun voor speelt. Ik bedoe! niet alleen, dat men de uiterlijkheden van het leven moet bestu- deeren maar ook en dat is veel voor namer het zich verbonden voelen met het leven, met de menschen. met de na tuur daaruit put men steeds nieuwe krachten Dan blijft men. met beide bee- nen op den grond en echt ondanks alle spel." „Hier op dit balkon onderhoud ik mij persoonlijk met de natuur", glimlacht Al bers. „In haar domein, onder den vrijen hemel, voelt men. met. a'le vezels de 6chepping. Uit dg afzondering fgordt de innigste saamhoorigheid met haar ge boren. Gelooft u: populariteit maakt éénzaam. En het is vreemd: toch is er voor een ac teur niets mooiers denkbaar dan populair zijn. Maar als men zoo aan allen behoort, verliest men den va9ten grond onder de voeten wel eens en staat plotseling in dien nevel, in dat niet, dat slechts vervuld is van spel en niet van het leven Daarom zoek ik rust en de natuur. Die zijn altijd waar en echt. Vermoedelijk weet Hans Albers niet hoe echt en geheel natuur hij zelf is, zoowel in zijn rollen als in zijn privé-leven. Daar uit spreekt zijn groot, waar talent en dat is het geheim van zijn populariteit. GROOTSCHE BEZETTING VOOR „Mï WEAKNESS". „My Weakness", waarin Lilian Harvey en Lew Ayres de hoofdrollen vervullen, be looft een van Hollywood's meest grootsche operette-films te worden. Zeer belangrijke rollen worden vervuld door: Charles Butterwarth. die dergelijke films maakte onder Lubitsch; Harry Lang don de groote komiek; Susan Fleming, en Barbara Weeks Henry Travers. Boots Mal- lory June Vlasek Si.d Silvers Irene Ware en Irene Bentley. allen bekende Holly wood artisten. ..My Weakness" wordt vervaardigd on der leiding van Buddy De Sylva Muziek en woorden zijn van Richard Whiting ein Leo Robbin. terwijl David Butler de regie en Lee Garmes de opnamen zal verzorgen. ERICH POMMER BIJ FOX FILM. Na gedurende twee weken besprekingen te hebben gevoerd in New-York met Mr. Sidney R, Kent. president van Fox Film Corp., is Erich Pommer naar Parijs terug gekeerd, waar hij als „Production Head for Fox Film in Europe" zijn hoofdkwar tier zal opslaan. Mr. Pommer zal een vast aantal groote, belangrijke films maken met Europeesche aoteurs en actrices in verschillende talen, ook Engelsch. Met de productie is in Augustus reeds een aanvang gemaakt. Erich Pommer, een van de bekendste productie-leiders van de wereld, is reeds twintig jaar aan de film verbonden. Hij maakte o.a.: „Siegfried", „Variété", „De blauwe Engel", en „Het Congres danst". In 1927 ging hij naar Hollywood om twee films te maken met Pola Negri, t.w.: „Hotel Imperial" en ,3arbed Wire". Na één jaar hier geweest te zijn, keerde hfj terug naar de Ufa Studio's in Berlijn, waar hij sinds het begin van de sprekende film. films gemaakt heeft in Fransch, Duitsch en Engelsch. GARY COOPER OVER BUITENLEVEN. Toen Gary Cooper dertien jaar was, verklaarden verschillende dokters, dat hij, als gevolg van een auto-ongeluk, zijn leven lang kreupel zou blijven. Degenen, die hem in zijn versohillende succesrollen gezien hebben zullen overtuigd zijn. dat de dok ters zioh vergist hebben. Behalve door zijn sterk spel, valt hij op door zijn slank, krachtig figuur. Een y-zMaufft ."«Ê^er raadde veel be- RECLAME. ^jü. Mariene Dietrich in haar aandachttrek kende creatie in de film „Song of Songs", geregisseerd door Rouben Mamoullan, die deze week hier gedraaid wordt. weging in de buitenlucht aan," vertelde Cooper, „en daarom werd ik naar Mon tana gestuurd. In het begin moesten ze me op een paard helpen, maar ik zette door en dag in dag uit bracht ik in de vrije natuur door. Geleidelijk ontwikkelden mijn spieren zich en kreeg ik een gezonde eetlust. Er is geen geneesmiddel in de we reld, dat vergeleken kan worden met fris- sche lucht en gezonde lichaamsbeweging. Heel veel menschen voelen zich ellendig, omdat zij zichzelf er niet toe kunnen bren gen naar buiten te gaan en daar een groote dosis gezondheid en levenslust op te doen. Jarenlang werkte Gary Cooper als cow boy op een ranch in Montana. Later was hij als teekenaar verbonden aan een dag blad in Helena (een plaatsje in Montana). Hij probeerde aan een grooter blad te ko men en ging naar Los Angeles, waar het hem evenwel niet mocht gelukken werk te vinden. Om in zijn onderhoud te voor zien werkte hij als figurant in de studio's Cooper treedt nu meer en meer op den voorgrond. Binnenkort zal hij te zien zijn met Joan Crawford in „Today we live" (Vrouwen-noodlot) RENÉE ADORÉE OVERLEDEN. De bekende Fransche filmster Renée Adoreé, die vooral bekendheid verwierf door haar creatie in „De Groote Parade", naast John Gilbert, is tengevolge van long-, ontsteking gisteren overleden t Zacht en teersoepel en rose, als haar huid nü is, zóó moet zij ook blijvenUit eigen ervaring weet moeder hoe dit mogelijk is: sinds jaren ge bruikt zij niet anders dan Palmolive zeep bij haar toilet en voor het bad. Regelmatig, tweemaal daags, past zij de eenvoudige maar afdoende Palmolive methode toe: Met het roomachtige schuim van Palmolive zeep en warm water masseert zij twee minuten gelaat, hals en schouders. Daarna spoelt zij af, eerst met warm, dan met koud water. Stellig zal haar dochtertje dit goede voor beeld volgen Jan Kiepura is nu ook gedurende de pauzes bij zijn opnamen, buitengewoon ac tief. Hij heeft nergens meer een hekel aan dan aan doelloos wachten, zonder eenige bezigheid. Dus heeft hij zijn dagelijksche boks-training verzet naar de pauzes tus- schen zijn atelier-werk. Zijn .handenar beid" werd in Neubabelsberg druk bespro ken en zoo kwam het. dat hem door een bekend acteur, die ook als theater-direc teur in Berlijn werkzaam is, werd ge vraagd: „Zeg eens Kiepura. is dat boksen nu noodig voor je beroep? Is dat dan niet schadelijk voor het zingen?" „Niet voor het zingen", antwoordde Kie pura. „integendeel, het verhoogt het re spect. vooral bij theater-administrateurs, als men wat „voorschot op de zaligheid wil hebben. Er werd in de nieuwe toonfilm een grootere opera-scène uit ..Aïda" gedraaid. Voor deze scène nu was een groot aantal koristen geëngageerd. Er was er een onder hen ,die een bijzondere aanhankelijkheid voor Kiepura aan den dag legde en hem reeds meermalen bij een décor-verwisse ling met allerlei vakvragen op kunstgebied had aangevallen. In het begin heeft Kie pura zoo goed mogelijk antwoord gegeven. Doch toen de veertigste vraag luidde: „Mijnheer Kiepura, wat denkt u ais opera zanger van 't zingen in operettes?" was Kiepura's antwoord: „Maar beste vriend, waarom vraag je dat aan mij? Ik weet toch niets van zingen. Ik ben student in de rechten „Student?" .Natuurlijk," zei Kiepura. „Ik heb veie jaren lang rechten gestudeerd. Zingen doe ik maar voor de aardigheid er bij. ter af wisseling van de droge wetten." Deze geschiedenis kwam Kiepura's re gisseur Joe May ter oore en van dien tijd af had Kiepura een bijnaam. Als hij in 't atelier eens niet te vinden was, dan schreeuwde Joe May: „Mijnheer de stu dent. kom eens hier!" HANS ALBERS ZOOALS MEN HEM NIET KENT. Hoe meer populair een acteur wordt, des te grooter wordt het gevaar, dat hij ver start in het type, dat hem zijn populari teit gaf en hem ten slotte alle frlssohe originaliteit gaat ontbreken. Niets kenmerkt het ware talent van Hans Albers beter dan dat hij dit gevaar, ondanks zijn bijna beangstigend groote bekendheid met succes het hoofd geboden heeft. De blonde Hans is voor zijn bewol!- ZIJN VOORNAAMSTE BROODWINNING. ■Het is nog niet zoo lang geleden, dat Jan Kiepura. wiens zang deze week in „Ein Lied für dich" te bewonderen is. de beroemde tenor van de Scala te Milaan, met zijn nieuwe en derde toonfilm naar de groote ateliers te Neubabelsberg trok. De laatste film van Kiepura had in alle landen groot succes. Of het ligt aan zijn jeugd hij is zeker een der jongste Euro peesche tenoren of aan zijn tempera ment. in ieder geval is het een feit dat zijn „invallen" nauwelijks te teilen zijn. Jan Kiepura. Paul Kemp en Jenny Jugo in „Ein Lied für dich". Herinner u bijvoorbeeld maar die ge- ««nardige 121ste opvoering van het •Wed einer Nacht" in het Gloria-Paleis te Herlijn, waar een bescheiden jongeman in net parket plotseling door het publiek herkend en toegejuicht. Jan Kiepura wilde nu eens heelemaal particulier en in cognito zijn film bekijken, die hij tot dus ver nog nooit tot het eind had gezien. J?*18 voor de laatste scène r™ steeds weer op het tooneel ko men, Kiepura was dus herkend. Het uit verkochte huis weerklonk weer van de spreekkoren: Kiepura, Kiepura! Intus- schen liep het al tegen twaalf uur 's nachts Zoo kwam het, dat Jan Kiepura te mi<P dernacht nog op het tooneel van het Glo ria-Paleis stond en verklaarde dat hij gaarne zou zingen doch dat de piano zoo ver achter op het tooneel stond. Bovendien was er ook geen begeleider. Hulpvaardige heeren uit het publiek schoven met den directeur de plano naar voren. Een bekend arts uit Berlijn uit het publiek, stelde zich beschikbaar als pianist, en zoo gaf Jan Kiepura een geimproviseerdi sonceyfc,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 13