Onthulling van Heutsz-monument te Coevorden - Schelde-zwemwedstrijd 74»te Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. In het Paleis van den Koning li A 31 ON NöVARRO <le bekende Amerikaansche filmster, vertoeft thans te Londen. Ramon bestormd door om een handteekening smeekende 'dames. DE ONTHULLING VAN HET BOBSTBEELD VAN WIJLEN GENERAAL VAN HEUTSZ te Coevorden. Links het door den beeldhouwer Falise vervaardigde beeld. Rechts: Prins Hendrik bij de onthulling. MODESHOW VAN BAD- EN STB ANDCOS. TUUMS in het Noorderbad te Zandvoort. Modern strandcostuumpje met doorzichtige parasol. MRS. MOODY WILLS die voor de zesde maal kampioen werd te Wimble don, wordt door miss Dorothy Round gelukgewenscht. ATHLETIEKWEDSTRIJ DEN VOOR DAMES OP HET A.S.C.-TERREIN TE OEGSTGEEST. >,Brunhilde" start voor den driekamp 100 M. hardloopen. BERGER (HOLLAND) wint de 220 yard9 vóór Reid, op de Engelsche athletiek- kampioenschappen. DE VIERDE INTERNATIONALE SCHELDE-BEKER-WED- STRIJD OP DE SCHELDE tusschen Breskens en Vlia* singen. De Engelschman E. H. Temme, die winnaar werd. Een liefdesgeschiedenis uit 't oude Madrid door F. MARION CRAWFORD. Naar het Engelsch door W. H. C. B. 31) ,Mag ik u dan verzoeken met mij naar binnen te gaan?" vroeg hij. alvast naar de deur loopende. „Goed. Breng mij naar haar kamer en laat ons dan alleen." „Heel graag, want liever zou ik haar vanavond niet ontmoeten," zei Mendoza die voelde dat zijn boosheid volstrekt nog niet was geweken. „Ik ben er zeker van dat u verstandiger met haar zult spreken dan ik." f „Dat geloof ik ook," antwoordde Dona Ana, „want als u meeging, zou dat maar opnieuw aanleiding geven tot harde woor den, waardoor de zaak voor mij moeilijker zou worden. Ik geloof niet dat u er spijt van hebt mij alles te hebben verteld is het wel?" „Integendeel. Ik ben u bijzonder dank baar. Ik zal alles doen waarmee Ik u van dienst kan zijn, al hebt u zooeven ook ge zegd dat ik u met niets kon helpen." „Och kom, ik was geërgerd en meende er niets van. moet het me vergeven," zei re liefjes. Toen zij bij de deur waren gekomen, nam zij haar hand van zijn arm, en hij kuste hoffelijk en glimlachend haar vin gers. Toen klopte hij driemaal en onmid dellijk daarop hoorde men het geschuifel van Eudaldo's sloffen, waarna de oude dienaar slaperig de deur opende. Toen hij de prinses zag binnenkomen, nam hij als oud-soldaat dadelijk de militaire hou ding aan. „Eudaldo," zei de generaal op zijn ge wonen, strengen toon, als hij orders gaf, „hare hoogheid de prinses van Eboli gaat vanavond met Dona Dolores naar haar vertrekken. Zorg dat daarna alles wat mijn dochter noodig heeft, haar wordt gebracht, en begeleid jij zelf de dames mèt licht." Maar hiertegen protesteerde Dona Ana met klem. Er was immers maanlicht, er waren lampen, overal was er licht, zei ze. Zij had niemand noodig. Mendoza zwichtte na enkele tegenwerpingen. „Doe de deur open van de vertrekken van mijn dochters," zei hij tot Eudaldo, en zich tot de prinses wendende: „Mevrouw, ik heb de eer u goeden nacht te wenschen en ben uw gehoorzamen dienaar. Mijn dienst roept me weer." „Goeden nacht, generaal," antwoordde Dona Ana met een gratieusen hoofdknik. Diep buigende, ging Mendoza heen. Zijn dienst zou eerst afgeloopen zijn nadat de laatste grande was vertrokken, en de tijd, dien hij besteed had om Dona Ana te ver gezellen, zou juist toereikend zijn geweest voor zijn souper. Zij slaakte een korten zucht van verademing, toen zij zijn ge spoorde hakken en langen degen op den yloer hoorde rinkelen. Dolores was nu in haar macht, die zij tot het uiterst zou ge bruiken. Zij volgde Eudaldo naar de volgende deur, waarvan hij den grendel af schoof. „Blijf buiten wachten," zei ze kalm. „Ik wensch met Dona Dolores alleen te zijn." Dona Dolores is in de verste kamer, uwe hoogheid," zei de knecht. Zij ging de kamer binnen en sloot de deur, waarna Eudaldo naar zijn stoel te rugkeerde, om daar te blijven dommelen, totdat zij weer te voorschijn zou komen. Nauwelijks had zij twee passen in de zwak verlichte kamer gedaan, of een scha duw gleed tusschen haar en de lamp, die onmiddellijk daarop werd uitgeblazen. Zij uitte een kreet van verbazing en bleef stil staan. Overal, behalve in Mendoza's wo ning, zou zij uit vrees voor haar leven zoo hard zij maar kon naar de deur zijn ge- loopen en getracht hebben die te openen, want zij had veel vijanden en was daarom altijd op haar hoede. Maar zij onder stelde dat de schaduw, die zij had gezien, Dolores was. En zonder te aarzelen riep zij op vriendelijken toon: „Dolores! Ben jij daar?" Een oogenblik later voelde zij een kleine hand op haar arm. „Wie bent u?" hoorde zij heel zachtjes vragen, en Dona Ana wist niet beter of het was Dolores, die fluisterde. Het be staan van Inez was zij totaal vergeten; zij had het meisje weinig ontmoet en nooit op haar gelet, hoewel zij wist dat Mendoza ook een blinde dochter had. „Ik ben het de prinses van Eboli," antwoordde zij, op denzelfden vriende lijken toon. „Ssst! U moet fluisteren." „Je vader is weg je hoeft niet bang te zijn." „Goed, maar Eudaldo is buiten en als hij niet slaapt, hoort hij alles. Wat is er? Waarom bent u hier?" „Ik wou een beetje met je praten," ant woordde Dona Ana, nu ook fluisterend, om aan het verzoek van het meisje te vol doen. ,Kan je niet wat licht maken? Waarom blies je de lamp uit? Ik dacht dat je in een andere kamer was." „Ik schrok, want ik wist niet wie er bin nen kwam. Als het u hetzelfde is, kunnen we heel goed in donker praten. Ik zal u wel naar een stoel brengen, want ik weet precies waar alles in de kamer staat. De prinses liet zich een paar passen lei den en aanstonds voelde zij zachtjes in een zetel te worden gedrukt. Wel was zij verbaasd, maar de vrees beseffende, die het meisje voor haar vader had, vond zij het 't beste haar maar haar zin te geven. Inez had niets gezegd, dat aanleiding kon geven tot de gedachte dat zij niet Dolores was. Intiem als de zusters met elkaar om gingen, wist Inez bijna evenveel van de prinses als Dolores zelf, en zoolang het ge sprek fluisterend werd gevoerd, was er ab soluut geen kans dat haar stem haar zou verraden. Het vlug denkende meisje vond het echter vreemd dat Dona Ana Dolores niet had gezien, die toch den heelen avond op het feest moest zijn geweest zij vreesde dat er iets bijzonders was ge beurd. Als dat het geval was, was haar eerste gedachte haar zuster te helpen, maar zoolang zij in Dolores' plaats een ge vangene was, kon zijn niets uitrichten, en daarom besloot zij dat de prinses haar moest helpen ontvluchten. Dona Ana begon vlug en met welgeko zen woorden te spreken. Ze zei den toe stand van het meisje te kennen en al lang te weten hoe innig zij en Don Jan van Oostenrijk elkaar liefhadden. Zij verklaar de volkomen met beiden te sympathisee- ren en alles te willen doen om hen te hel pen. Toen vertelde zij dat zij Dolores op het hoffeest had gemist. Onwillekeurig schrok Inez en haalde hoorbaar en snel adem, maar Dona Ana vond het heel natuurlijk dat Dolores op de eene of andere wijze uiting gaf aan haar teleurstelling wegens haar opsluiting juist op den avond, waarop het heele hof bijeen was om den man, dien zij lief had, te begroeten. Daarna vertelde de prinses dat zij na het souper Mendoza had ontmoet, met hem was opgeloopen en na heel wat moeite de waarheid van hem was te weten gekomen en van hem toestemming had gekregen om Dolores eenige dagen onder haar hoede te nemen, dankbaar als hij was dat zij werkelijk met haar en Don J an sympathiseerde, wat hij nooit had ge dacht. Toen vertelde zij het staatsgeheim, dat Dolores natuurlijk moest weten, dat de koning het huwelijk wenschte, omdat hij jaloersch was op zijn broeder en daar om wilde dat deze genoeg kreeg van het winnen van veldslagen om dan als een ge lukkig man een rustig leven te gaan leiden. iWordt vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5