DRINKT Ulanda VOORJAARSPRIJZEN G. MUS1 WIJNHANDEL Reizen en zingen a FIRMA HOLSWILDER-SARONI DAMES- EN HEEREN-PARAPLUIES I I CARON - HAAGWEG15 -TEL. 105 J LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad Een Hollandsch-Duitsch zangduel NEDERLAND ZIEN IN ACHT DAGEN. Even lekker als vegmcn&rid! Leiden TELEFOON 2661 - MAARSMANSSTEEG 5 Zoo juist ontvangen, een zeer groote sorteering HET ADRES VOOR HET BETERE GENRE. ^lllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllil!^ 5 Alleen de maand JUNI, handhaven wij onze LAGE Prima staatsmijn Wilhelmina Anthraciet j Eerste klas DUITSCHE- zoowel als STAATSMIJN BRECHCOKES Een Vacantie-herinnering. Wij Hollanders, hebben gebrek aan lie deren. Nooit heelt mij dat sterker getrof- len dan wanneer ik met een groep op reis was. Animo om te zingen was er altijd ge noeg, maar liederen, die een leder kende, bestonden er blijkbaar weinig ol niet. Toen lk Indertijd met de Nederlandsche Rels- vereenlglng op de Ollvla een reis maakte naar de Noorsche IJorden, moest lk rnln stens tien maal per dag hooren, dat wij vrij en blij leven op „Neèrland's dierbaren grond" en minstens even veel keeren: ,,'k Heb u lief ,o, Neeheederland". En dat wa len dan nog tenminste liederen, waarbij Je van zang kon spreken, maar wanneer men begon met „Houdt er den moed maar in! ol „En de N. R. V. gaat nooit verloren", dan besefte Je eerst volkomen, dat het met de zangkunst in Nederland maar heel poo- vertjes gesteld was Laat lk het maar bekennen, dat ik mij op mijn reizen wel eens over mijn landgenoo ten 'n weinig gegeneerd heb, vooral ln Duitschland, het land, waar men wel de gelijk zingen kan. Heb lk niet eens op een der mooiste plekjes van het Bode Thai ln den Harz het verheven „En je Bokkle, Bokkle, Bokkie, Bokkie, hé!" hooren gal men, en er de conclusie uit moeten trek ken, dat er Hollanders ln de buurt waren? En kondigde een andere groep landgenoo ten in Altenahr haar komst niet aan met het al even fraaie toen sterk ln de mode zijnde: „En laat de boel maar waaien"? O, ik weet wel, dat het heel onschuldige liede ren waren, vrij wat onschuldiger dan het „Wenn Judenblut vom Messet spritzt", dat de nazi's tegenwoordig ln Duitschland ple gen te zingen, maar lk heb toen toch maar gedaan, alsof lk geen Hollandsch verstond en mijn nationaliteit voor eenlge minuten verloochend. De zanglust van mijn landgenooten heeft mij ln een van mijn vacantles nog eens een vrij penibel oogenblik bezorgd, waar van ik hier vertellen wil. Het was op een Rijnboot tusschen Coblenz en Keulen ln de dagen, toen de Rijnstreek nog door de Franschen bezet was Met ons mede reisde ook een groep Hollanders, voor 't meeren- deel Jongelui, die ln een opgewekte stem ming verkeerden en het dus noodlg vonden aan hun vroolljkhetd ln zangen uiting te geven. De liedjes die zij zongen, waren van beter gehalte dan Bokkle, Bokkie, hè", ja zU verhieven zich zelfs nog aanmerkelijk boven het geliefde „Houdt er den moed maar ln!" ZIJ begonnen met Dirk Witte's Asperlne, vervolgden met Speenhoff's Broekje van Jantje en zette als derde lied het bekende „Zandvoort aan de Zee" in. Het was alles heel onschuldig, maar lk had reeds dadelijk gezien, dat de Duitschers aan boord dat zingen der Hollanders hevig irriteerde. ZIJ wierpen woedende blikken naar mijn landgenooten, die van deze er gernis blijkbaar niets merkten en met volle borst zaten te zingen: „Zandvoort aan de Zee! Zandvoort aan de zee!" Vonden de Duitschers het heiligschennis dat over den Rijn hun Duitschen Rijn inplaats van nationale liederen Louis Davids ode aan het Hollandsche Zandvoort weerklonk? De stemming van de Duit schers werd merkbaar vijandig, maar de Hollanders waren zich geen kwaad bewust Zij galmden dat het een lieve lust was, het eene liedje na het andere Het Meisje van de Zangvereeniging was Zandvoort opge volgd en na de Zangvereeniging kwam Speenhoff's Brief van den Marinier aan de beurt BIJ elk nieuw lied steeg de ergernis der Duitschers. Hun priemende blikken gingen nu eens naar de zingende Hollanders, dan weer naar drie Fransche officieren, die aan een afzonderlijk tafeltje op het achterdek ge zeten waren. Ik voelde, dat er Iets broeide. Toen opeens zag ik een Duitsch predi kant opstaan en langs de verschillende tafeltjes gaan. Bij elk tafeltje werd even geconfereerd: de Duitschers knikten dank baar den geestelijke toe en blijkbaar vol daan ging deze dan verder. De Hollanders merkten niets en hadden met onverdroten moed een nieuw lied dat van den Berg- sehen Plas van Speenhoff aangeheven. De Duitschers zaten als „ln aanvalshou- ding" af te wachten. Zij keken allen naar predikant, die weer aan zijn tafeltje had plaats genomen en nu en dan bemoedigend knikte, als wilde hij zeggen: So fort geht's los!" Met een langen uithaal kwam het slot van den Bereschen Plas. Daar op eens stond 'n dikke Dultscher aan een der mid dentafeltjes boven op een stoel. Zijn ge zicht bolde op, alsof hij een trombone zou gaan bespelen en met een stem om kin deren mee naar bed te jagen, zette hij het lied ln: Am Deutschen Rheln. da wollen wir leben, Am Deutschen Rhein, da wollen wir sein! en tegelijk zongen wat zeg ik brul den alle Duitschers mee. De dikke Duitscher was zelfs zoo fanatiek, dat hij zijn wandelstok had genomen en met breeden armzwaai dirigeerend, zijn land genooten aanvuurde. Ik zag naar den pre dikant; hij stond achter zijn stoel, zijn ge zicht was paars, hij zong forte, fortissimo, hij zong met een kracht, alsof hij alle Hol landers van boord wilde zingen. En na el- ken versregel knikte hij de Duitschers toe. als wilde hij hun toeroepen: „Harder, har der, harder nog!" Het Hollandsche troepje zat een oogenblik verbluft. Toen het lied van de „Deutsche Rhein" uit was, applau disseerden zij goedig en zij meenden in hun onschuld den Duitscher geen grooter ge noegen te kunnen doen dan met „Tineke van Heulen" te antwoorden. Maar ik zag onmiddellijk, dat deze „beleefdheid" abso luut niet werd gewaardeerd. De Duitschers zaten op sprong om op het geschikte mo ment den tegenaanval in te zetten. Zoodra was het eerste couplet van Tineke niet uit. of de dikke Duitscher in het midden stond al weer op zijn stoel, den stok in de hoogte en nog sterker dan het eerste lied klonk het nu over het water: Warum 1st es am Rhein so schön? Ik begon te vreezen, dat de predikant barsten zou; hU blies meer dan hij zong. En alle Duitschers brulden, brulden, brul den, dat het daverde over den Rijn. Tegen zulk fanatiek zingen konden de Hollan ders niet op; zij bliezen den aftocht. De Duitschers hadden het terrein behouden en ln dit zangduel overwonnen. Aan het tafeltje zaten de drie Fransche officieren met glimlachende gezichten toe te kijken, maar zij mengden zich niet in den strijd En toch hadden zij het kunnen doen, Indien zij gewild hadden, want het was den Duitschers zooals ik later hoor de verboden op de Rijnbooten te zingen. Maar ln dezen strijd bleven de Franschen neutraal en stonden zij zelfs blijkbaar aan den kant van de Duitsche overwinnaars. En ook ik genoot hoewel de Hollanders de nederlaag hadden geleden van de Duitsche overwinning en mijn sympathie ging uit naar den predikant, die zijn land genooten ondanks het verbod deze voldoening had geschonken. J. B. SCHUIL, Ghandi's vacantle is natuurlijk gewijd aan eten. Met een achtdaagsch Spoor- abonncment Van Oost naar West en Zuid naar Noord. De zomer is begonnen! Het Pinkster- weer heeft ons duidelijk getoond dat de zon nog schijnen kan. Waarom zouden we niet optimistisch zijn, en voor de ko mende maanden op minstens even mooi weer rekenen? De plannen voor de zomerreis zijn reeds gemaakt, anderen maken geen plannen en trekken er op goed geluk op los, weer anderen zijn midden in de plannenmakerij wat vaak veel hoofdbrekens kost. Wij willen hier een handje helpen, en de aandacht vestigen op een wijze van vacantie-doorbrengen, welke nog geen vol doende bekendheid geniet: het acht-daag- sche-vacantie-spoorabonnement. Eigenlijk is dit abonnement niet spe ciaal voor vacantiegangers, doch wij kun nen het voor ons doel opperbest gebrui ken. Een uur voor ge reizen wilt vraagt ge het aan, waarbij ge een fototje inle vert, en voor 15 gulden voor de derdeklas mag U gedurende acht dagen reizen waar heen ge wilt. In Leiden begint de reis dus. en we zor gen niet te laat te vertrekken. Bedenkt wel, dat alles wat ge 's morgens vroeg af legt, gewonnen ls op de rest van den dag. Om negen uur gaan we uit Lei den en anderhalf uur later zijn we ln Zeist. We vinden hier een prachtig park, met de bekende Bison-weide, waar enkele dezer oerdieren aan wezig zijn. Het is te veel alle bijzonder heden op te noemen, een ieder kieze en zoeke datgene wat hem bevalt. Tegen één uur zeggen we Zeist vaar wel, en rijden over Bilthoven naar Amers foort We kunnen hier een oogenblik ver toeven en de Koppelpoort bezien, evenals de voor eenigen tijd verrolde Amersfoort- sclie Kei, we kunnen echter ook verder rijden naar Nunspeet en daar tegen een uur of half vijf aankomen. Nunspeet biedt den bescheiden reiziger eveneens een zeer goede verblijfplaats; wil men echter een „groote stad", dan reize men verder tot Zwolle. Voor, of na den eten wandelen we in Nunspeet door de prachtige bos- schen, en wanneer onze vacantietijd valt in den tijd dat de helde bloeit, dan is men in Nunspeet verzekerd van prachtige plekjes. Vooral ln panorama's zijn de omstreken van dit plaatsje zeer sterk. Den tweeden dag verlaten we Nunspeet om negen uur en een uurtje later rijden we Zwolle binnen. We kunnen natuurlijk weer de stad gaan bezien, doch ons hoofddoel voor dezen dag ls: Giethoorn. Van Zwolle gaat het dus het beste ver der naar Meppel, en vandaar zoeke een ieder op zijn gelegenheid een verbinding naar Giethoorn Er zijn veel wegen die naarGiethoorn leiden! Om ongeveer half zes vertrekken wij uit Meppel en ruim twee uur later stoomen we Arnhem binnen. Als we nog niet heb ben gegeten vinden we daar gelegenheid voldoende, en voor we naar bed gaan. bezichtigen we het prachtige Sonsbeek, het uitgebreide park waar Arnhem terecht trotsch op is. Voor we echter 's anderendaags ver trekken. gaan we 's morgens vroeg naar Velp of een van de andere prachtige plaatsjes zien, die rondom Arnhem zijn gelegen, waarbij een bezoek aan den Rijn niet wordt vergeten I Om kwart over één rijden we van Arn hem naar Nijmegen, en bezien de stad aan de Waal, het oude Noviomagum, een der oudste steden van ons land (2000 jaar). Ook hier kan men vele tochtjes maken: we noemen slechts naar de Pias- molen en Berg en Dal, om enkele der be kendste te noemen. Wanneer ge wilt, rijden we tegen kwart voor vijf verder naar den Bosch waar we een half uurtje later arriveeren. Ook deze stad is een bezoek wel waard, en we vesti gen in het bijzonder de aandacht op het prachtige oude raadhuis. We overnachten hier en vertrekken den anderen dag om enkele minuten na acht in de richting Maastricht waar we om even voor half elf aankomen. We rijden onmiddellijk verder naar Valkenburg, waar we dan ook reeds om twaalf minuten voor elf zijn. Het zou werkelijk ondoenlijk zijn te beschrijven alles wat dit plaatsje (en zijn omgeving) den bezoeker biedt. We noemen hier slechts de talrijke en vaak zeer Interessante grotten, de cata comben (een nauwkeurige nabootsing der Romeinsche catacomben), de uit de twaalfde eeuw dateerende ruine, en de prachtige heuvels en dalen. Niet voor niets noemt men Valkenburg de parel van het Geuldal Na overnacht te hebben, vertrekken wij den vijfden dag om 8 uur uit Valken burg naar Maastricht en bezien de stad. Om half twee gaan we naar Eindhoven, waar we om zes minuten voor drie aan komen. Eindhoven bezit de bekendheid als de snelst-groeiende stad van Neder land te zijn, wat het te danken heeft aan de ontwikkeling van zijn industrieën. Het natuurschoon is zeer afwisselend en we treffen hier ook de, voor den liefheb ber vooral, bijzonder mooie vennen aan. Inderdaad is Eindhoven een stad om ge zien te worden en te zijn! Den zesden dag willen wij van Eindho ven, over Breda en Roosendaal, naar Zee land gaan. Om negen uur vertrekken we dus, en zijn om kwart over twaalf in Mid delburg. Ook hier, in de stad die gelegen is op Walcheren, vaak genoemd Zeeland's tuin, vinden wij een groot aantal beziens waardigheden. Allereerst dan de abdij, uit de twaalfde eeuw, welk gebouw voor een groot gedeelte gebruikt wordt voor de diensten van het provinciaal bestuur. Oude gevels vinden we er eveneens in ruime mate, terwijl wij ten slotte nog de fraaie wandelingen over de bolwerken en singels willen noemen. Zoo men wil, kan men per autobus uitstapjes ln de omge ving maken (Domburg b.v.). Om vijf uur rijden we nog even naar Vlissingen, dat een paar minuten verder is gelegen. Van Vlissingen is vooral bekend de ongeveer 3 kilometer lange boulevard langs de Schelde. Vlak bij het station zijn ook de ligplaatsen van de booten naar Engeland. Het standbeeld van de Ruyter zal men hier natuurlijk niet vergeefs zoeken! Een wandeling door de duinen of over het Zuiderstrand kunnen wij gerust aanbe velen. Den zevenden dag gaan we „groote steden" bezien, en om tien minuten over zeven reeds verlaten wij onze eilanden- provincie en om kwart voor tien rijden wij Rotterdam binnen. De vermaarde havens, de groote bruggen en de breede rivier, zij zijn alle een bezoek waard, en na het bezoek aan de groote industriestad vertrekken wij naar Den Haag, bezien de regeeringsgebouwen. en maken daarna per tram een reisje naar Scheveningen, waar we op de pier van de zee kunnen ge nieten. Wij hebben nu maar zeven dagen, ze ven vacantiedagen, ingedeeld, terwijl ons abonnement acht dagen geldig is. Het spreekt echter vanzelf dat boven opgezet plan slechts een schema is; we bezochten immers het Noorden van ons land in het geheel niet1 Bovendien is het mogelijk dat er som migen zijn, voor wie het „reistempo" be zwaarlijk is. Daarom laten wij nog een dag open. dien een ieder bestede naar verkiezing. Wij zijn ervan overtuigd dat wanneer men de proef eens heeft geno men met een vacantieabonnement, men spoedig er weer toe zal overgaan, om op een dergelijke wijze nog andere plekjes van ons land te zien. Want al is Neder land dan ook een klein land. in acht da gen kan niemand het zien. Zelfs in acht maal acht dagen niet1 Het zit geschilderd, dat nieuwe, ln den rug laag uitgesneden Tweka badpak. Elke beweging laat het vrij I En tóch zit het voorbeeldig glad en gespannen. En ook dit seizoen weer van die mooie frissche kleuren. Zon* en waterecht. Let echter vooral op het Tweka-etiket op elk badpak. TWE KA N V. TWEKA TRICOTFABRIEKEN - GELDROP 2758 van de goedkoopste tot de fijnste soorten. Chique knoppen en haken, modejne afwerking. 2718 REPAREEREIV OVERTREKKEN 2757 Mengelberg met vacantle. Belgische Staatsmijn Wilhelmina Willem-Sophia

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 14