Een leeuw voor de filmcamera - Opening Haagsche artistenbeurs
73ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
FEUILLETON.
HET MYSTERIE VAN HET
DIAMANTEN KRUIS
uit het Engelsch van Chester K. S. Steele
door A. W. V. E.—V. R.
17)
Hij maakte zich gereed en nam de twee
deelen van de hengelroede mee. Bij na
vraag aan het bureau van het hotel ver
nam hij, waar hij een sportwinkel kon
vinden, en spoedig bevond de detective
zich buiten in de natte straten, de voch
tige lucht diep inademend want ze was
Jl j en <iaar hield de kolonel van.
Op de een of andere manier had hij het
adres van den juwelierswinkel in het
hoofd, en opeens merkte hij, dat hij bijna
onbewust die richting had ingeslagen.
.„5 werkelij k gek", mompelde hij,
toen hij den nu werkelijk spookachtigen
winkel, waar een enkele lamp voor de
brandkast aan was, voorbij kwam. De po-
lltie hield een oog in het zeil, totdat een
familielid van mrs. Darcy zou zijn over
gekomen.
Binnen glinsterden het geslepen glas en
het zilver als van ouds, maar op den
vloer, diep in den draad van het hout ge
drongen, zat de bloedvlek, in kleur wed
ijverend met de roode robijnen in de ge
sloten brandkast.
„Juist een plaats er voor", mompelde de
kolonel, terwijl hij er voorbij liep naar den
sportwinkel. „Juist een plaats er voor! O,
loop naar de maan! Ik moet het me uit
het hoofd zien te zetten!"
In weerwil van zijn werkelijk overdre
ven eischen, wat betreft een koperen busje
voor zijn hengelroede, vond hij toch, wat
hij noodig had en tevreden gestemd, nu
hij opmerkte, dat het weer wat opklaarde
ging de kolonel weer naar het hotel terug.
Hij liep langzaam, want het was nog niet
laat.
Hoe het precies gebeurde, kon zelfs kolo
nel Ashley, die er toch het meest in be
trokken was, later niet meer zeggen. Doch
toen de detective een drukke straat over
stak, kwam een groote vrachtauto een
hoek omzwaaien en hij stond precies in
zijn weg, toen hij het trottoir afstapte.
Vlug als hij altijd was, sprong de oude
detective op zij. Maar het noodlot, in den
persoon van een kleinen jongen, had juist
een oogenblik tevoren een banaanschil op
straat laten vallen. En de kolonel trapte
precies op die schil, toen hij trachtte uit
te wijken.
Plotseling gleed hij uit, hij poogde tever
geefs zich op de been te houden en toen
viel kolonel Ashley op den grond en de
stukken van zijn hengelroede gleden uit
zijn hand. Daar lag hij en de vrachtauto
rolde met donderend geraas op hem af.
Ze had hem bijna bereikt, en de dikke,
stevige voorbanden waren op het punt,
hem te verpletteren, in weerwil van de
krachtige pogingen van den chauffeur, om
den wagen naar den anderen kant te
draaien, toen een schraal mannetje uit de
menigte op het trottoir vooruit sprong
met een niet te onderscheiden uitroep den
kolonel bij de schouders greep en met etn
uiterste krachtsinspanning aan den dood
ontrukte.
Er klonken uitroepen van schrik en
zuchten van verlichting. De chauffeur van
de vrachtauto vloekte luid, maar het was
meer een dankgebed dan een vloek.
Vuil en bemodderd werd de kolonel door
zijn redder overeind gezet, en verscheidene
menschen vormden een kring om hem
heen. De kolonel was wat verbijsterd,
maar niet zoo erg, of hij hoorde mompe
len: „Hij heeft hem het leven gered!"
Bijna tegelijkertijd op adem komend
en zijn zenuwen de baas wordend, wendde
de detective, wiens stem trilde in weerwil
van hemzelf, zich tot den man, die hem
bijna van onder de wielen had gesleept en
zeide:
„Mijnheer, U hebt mij het leven gered!
U redde mij van een vreeselijken dood, en
ik zeg dit niet, om maar iets te zeggen!
Als U zoo goed wilt zijn om een taxi voor
mij te roepen, mijnheer, en met mij mee
te gaan naar mijn hotel, zal ik
Plotseling zweeg hij, toen hij het gezicht
van den mageren, kleinen man, die hem
had gered, zag een gezicht, dat over
dekt was met sproeten, die over de wan
gen, over den wipneus, en zelfs tot over
de wijduitstaande ooren vlekjes vormden.
„De Sproetige! De sproetige Morgan!"
hijgde de detective, toen hij een New-
Yorkschen revolverheid herkende, die
meer dan één moord op zijn geweten had
„De sproetige Morgan! Jij jij hier!"
hijgde de detective.
De redder, die eerst vroolijk had gegrin
nikt, werd spierwit onder zijn koperkleu
rige sproeten.
„Mijn God, bent U het, kolonel! Het
verder spreken werd hem belet door de
hand van den detective, die zacht, snel
en handig op den mond van den spreker
werd gelegd, zoodat bijna niemand der
omringenden het bemerkte.
„Geen namen hier!" fluisterde de
kolonel den man, die hem gered had, in
het groote oor.
De magere, kleine man kronkelde zich
als een aal en zou door de menigte zijn
weggeslipt, als hij niet met een greep als
van een schroef, dien hij maar al te goed
kende, was tegengehouden.
„Sproetige, mijn naam is op het oogen
blik Brentnall", zei de kolonel met een
grimmig lachje. „En je doet beter met mij
mee te gaan! Wat denk je daarvan?"
De sproetige Morgan aarzelde een
oogenblik, knikte zwijgend, en liep toen
arm in arm met een door hem geredden
man mee.
Mist en regen verzwolgen hen beiden.
HOOFDSTUK V.
Amy's smeekbede.
Rinkelende glazen vormden een vriend-
schappelijken band tusschen kolonel
Ashley en den sproetigen Morgan. De
Sproetige keek als in het nauw gedreven
en kwaadaardig naar de detective.
„Ik verwachtte niet, U hier te zullen
ontmoeten", merkte de revolverheid op, de
woorden in zijn mondhoeken vormende,
bijna zonder zijn lippen te bewegen een
gewoonte, die door lange oefening wordt
verkregen door hen, die in voorloopige
hechtenis zitten en tegen den regel, om
het zwijgen te bewaren, zondigen.
„Geen oogenblik verwachtte ik, U hier
tegen het lijf te loopen, kolonel Ash
„Niet dien naam, Sproetige, wat ik je
bidden mag", en de visscher-detective
glimlachte kalm.
„Je kent mijn kleine gewoonten in dat
opzicht. Ik sta hier bekend als Brent
nall, en daar het jou hetzelfde is, moet je
dien naam gebruiken. Wat jou aangaat,
als de Sproetige
„O, die naam is mij even goed als een
andere! Ik kan hem veranderen, wan
neer ik maar wil! De Sproetige bracht zijn
glas naar de lippen en liet met een „daar
gaat U" den inhoud door zijn altijd dor
stige keel glijden.
„Dat is zoo, Sproetige. Nu, ik verwachtte
ook niet, jou hier te zien, daar geef ik je
mijn woord op. Wanneer heb je New-York
verlaten?"
„Wel, ik ging er vandaan
„Stil", viel de kolonel hem in de rede,
„antwoord niet. Ik had het niet moeten
vragen. Ik vergat, dat je mij net het
leven hebt gered. Bij God, het is niet
voor het eerst, dat ik er ternauwernood
aan ontkwam, maar zóó!" en hij greep
naar zijn glas om de rilling te verbergen,
die hem overviel, toen hij dacht aan de
rammelende wielen van de dreunende
vrachtauto.
„Wel. kolonel, ik
XWordt vervolgd). J
DE KONING DER WOESTIJN ALS FILM STER TE HOLLYWOOD. Niet alleen voor
de fotografen en regisseurs was deze scène opwindend, zijne majesteit de koning der
woestijn voelde zich niet op zijn gemak in deze felle belichting. Alles verliep zonder
moeilijkheden.
OM HET KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND BILJARTEN 2e KLASSE. De wed
strijden te Amsterdam. Los of niet? De heer van Lochem aan stoot.
JACK UYLTON de bekende Engelsche dirigent is met zijn orkest in Engeland terug
gekeerd, na een toer van 3 maanden door Europa De ontvangst aan het Victoria-station
te Londen.
CALVIN COOLIDGE de oud-president
der Vereenigde Staten is overleden.
VOORBEREIDING EN VOOR EEN NIEC
AVE MOUNT EVEREST-EXPEDITIE.
„Zuurstof-pakken", die over het geheele
lichaam electrisch verwarmd worden.
IN DE RESIDENTIE IS EEN ARTISTENBEURS GEOPEND in navol-
gin van Amsterdam en Rotterdam. Enkele artisten op de beurs. V. 1. n. r.
zittend de heer Dekker, mevr. Timm, mevr. Pauline Hervé, Lou Bandy.
Staande de heeren Piet Groenendaal, Ad. Timm, Pierre Leenhouts en
Barandini.
DE JAPANSCHE PRINS TAKA.MATSU bij een bezoek aan een weeshuis
te Tokio.
HET NIEUWE SOLARIUM (bestralingsinrichting) in het gebouw van den
gemeentelijken geneeskundigen dienst te Amsterdam.