DE BRAND DER „ATLANTIQUE' li LEIDSCH DAGBLAD - Vierde Blad Vrijdag 6 Januari 1933 WORDT NAAR HAVRE GESLEEPT. 5 BINNENLAND. SCHEEPSTIJDINGEN. HOLLANDSCHE SLEEPBOOTEN KRIJGEN VERBINDING. A- Het eens zoo trotsche zeekasteel. Naai wij vernemen, is de Nederlandsche sleepboot „Roode Zee" er gisterenmiddag in geslaagd een verbinding met het bran dende wrak de Atlantique tot stand te brengen en in den vooravond had ook de Nederlandsche sleepboot ..Lauwerzee" een tros op het schip uitgebracht. Drie opvarenden van de sleepboot „Lau werzee", nX P. M. de Baar, matroos, A. Wygerse tremmer en M. v. Teylingen, licht matroos .allen woonachtig te Maassluis, bevinden zich aan boord van de „L'Atlan tique". Zoodra men de trossen flink had vast gesjord, heeft men met het wrak koers gezet naar Havre, waarvan men gisteren avond nog ongeveer 96 mijlen verwijderd was. Te ongeveer 9 uur in den avond heeft ook de Nederlandsche sleepboot „Witte Zee", eveneens van L. Smit en Co.'s Inter nationale Sleepdienst te Rotterdam, vast gemaakt. Verder vernemen we nog, dat ook een Fransche sleepboot, vermoedelijk de „Abeille" aan het sleepwerk deelneemt. De kabels konden slechts aan het hek van de .X'Atlantique bevestigd worden, daar het voorste gedeelte van het schip nog hier en daar in brand staat. De slagzijde bedraagt bijna 20 graden. De .X'Atlantique" heeft sinds zij Woens dagochtend door de bemanning is verlaten, een afstand van bijna 100 kilometer afge legd, aangezien het schip werd voortgedre ven door een tamelijk krachtigen storm uit Zuid-Westelijke richting. Een aantal vliegtuigen cirkelde boven het schip, teneinde van betrekkelijk geringe hoogte de ontwikkeling van het vuur na te gaan. Een Fransche kanonneerboot bevindt zich voortdurend in de buurt van de X'Atlantique". De mondingen der torpedo- lanceerbuizen zijn op het schip gericht, teneinde het eventueel tot zinken te kun nen brengen. Men vreest namelijk, dat het indien het ontijdig zou zinken, de scheep vaart in het Kanaal zou kunnen belem meren. Het aantal vermisten. Het aantal vermisten wordt thans offi cieel met 19 aangegeven. Zeven en twintig leden der bemanning zijn in een ziekenhuis opgenomen. k De minister voor de handelsmarine. Léon Meyer, heeft een enquête-commissie sa mengesteld. De kapitein van de Atlantique en de eerste officier zoomede tien officie ren en minderen zijn, zooals gemeld, aan boord van een Fransche sleepboot naar de „Atlantique" teruggevaren om aanwezig te zijn bij het versieepen van het schip. Men wil vermijden, dat deze gelegenheid door schepen van vreemde nationaliteit zou worden te baat genomen, om het schip in bezit te nemen, daar volgens het inter nationale recht een door zijn bemanning verlaten schip toebehoort aan de beman ning van de boot, welke het verlaten schip wegsleept. In verband hiermede heeft de president van de „Compagnie de Navigation Sud- Atlantiaue" den admiraal van de vloot- basis Cherbourg verzocht, dat niemand zal probeeren aan boord van de „Atlantiaue" te gaan zonder daartoe uitdrukkelijk door commandant Schoofs te zijn gemachtigd. Onderzoek gaande. In de Parijsche pérs wordt algemeen een nauwkeurig onderzoek geëischt. Men legt er grooten nadruk op, dat tusschen den brand van de „Atlantique" en dien van de „Georges Philippar" een eigen aardige overeenstemming bestaat. Bij beide schepen is het vuur des ochtends ontdekt en op beide schepen is het uit gebroken in een ledige hut eerste klasse. Voorts waren in beide gevallen de draad- looze installaties reeds zoo goed als van den aanvang van den brand af onbruik baar. Over de resultaten, welke het onder zoek van den brand tot nu toe hebben opgeleverd, verklaarde de minister Meyer der Handelsmarine dat de getuigenverkla ringen eensluidend zijn. Hij verklaarde, dat iedere gedachte aan een kwaadwil ligen aanslag moet worden uitgeschakeld. De tegenwoordige stand van de techniek in aanmerking genomen kan men in geen geval de oorzaak van den brand in een fout der electrische installatie van het schip zoeken. Hoogstens zou een ongeluk kige samenloop van omstandigheden in aanmerking komen. Al het mogelijke zal echter gedaan worden om de waarheid te achterhalen. Alle getuigenverklaringen stemden hierin overeen, dat het vuur zich met on waarschijnlijke en opvallende snelheid uitbreidde. De meeste geredden, waaronder zich ook drie vrouwen bevinden, zijn uitgeput van de pogingen om den brand te blusschen DE NEDERLANDSCHE BANK. Mr. J- Westerman Holstyn benoemd tot directeur-secretaris. Bij Koninklijk besluit van 3 Januari No. 33 is. met ingang van 15 Januari bij de NV. „de Nederlandsche Bank" benoemd tot directeur-secretaris de heer mr. J. Wester man Holstyn, en zulks voor den tijd van zeven jaren. o HET GRIEKSCHE GEZANTSCHAP. en van de daaropvolgende redding. Eeni- gen hebben bijna twee uur in zee rondge dreven, alvorens zij opgepikt werden. De eerste stuurman. Gaston genaamd, deelde den vertegenwoordiger van de „Paris-Midi" mede, dat hij zich met den kapitein, eenige officieren en eenige leden der bemanning nog aan boord bevond, toen er geen reddingbooten meer waren. Uit de sloepen, die om het brandende schip dreven, had men het kleine groepje aan boord van den Oceaanreus seinen gege ven om in het water te springen. Lang hadden zij geaarzeld, ook toen het vuur de plaats waar zij stonden, dicht naderde. Om hen aan te moedigen was Gaston als eerste in het water gesprongen. Het zwem men werd bemoeilijkt door den dichten rook, die over het water hing. Hij was half verstikt, toen een reddingsboot hem op pikte. Uit de verklaringen van de matrozen en vooral van den eersten officier schijnt te blijken, dat men kortsluiting de mogelijke oorzaak van den brand acht. De eerste officier verklaarde dat het schip hevig geslingerd heeft terwijl het noch lading noch passagiers aan boord had, doch slechts een gedeelte van de vaste bemanning. Bovendien heeft men reeds eenmaal geconstateerd, dat bij hevig slingeren een electrische draad is gebroken. De minister van de handels marine Léon Meyer schijnt eveneens deze meening te zijn toegedaan. Met ingang van 1 Januari opgeheven. De heer J. C. Coutzalexis. sedert vier jaar zaakgelastigde van Griekenland in Nederland, is onlangs tot gezant bevorderd en zal binnenkort Den Haag verlaten. Wegens bezuiniging is de betrekking van Grieksch gezant bij het Nederlandsche Hof met ingang van 1 Januari opgeheven. De heer Coutzalexis begeeft zich naar Athene teneinde aldaar op het ministerie van buitenlandsche zaken werkzaam te worden gesteld. De Grieksche regeering heeft als zaak gelastigde in Den Haag aangewezen den heer T. Triantafyllakos, tot dusverre con sul-generaal van Griekenland te Constan- tinopel. o DE RIJKSBEGROOTING. Nu dezer dagen de Rijksbegrooting voor 1933 bij de Eerste Kamer in behandeling komt, heeft de regeering haar een over zicht doen toekomen van de in de wets ontwerpen tot vaststelling dier begroo ting gebrachte wijzigingen. Hieruit blijkt, dat het eindcijfer oorspronkelijk vast gesteld op f. 642 232.598 nog vóór de openbare beraadslaging in de Tweede Ka mer is verminderd tot f. 642.118.967. Tij dens de behandeling in de Tweede Kamer is alleen de begrootingspost voor het de partement van Defensie veranderd; deze is verminderd met 1 ton. zoodat 't totaal eindcijfer thans bedraagt f. 642.018.967. De begrooting van uitgaven overtreft de raming der middelen thans met f. 101 192.391. Wat men aan boord van de „Ruhr" vertelde. Gisteravond te ongeveer half negen is het Duitsche motorschip „Ruhr" van de H. A. P. A. G„ dat, zooals bekend 86 van de opvarenden van de „Atlantique" heeft gered in de Maashaven te Rotterdam gearriveerd. Aan boord hebben persvertegenwoordi gers een onderhoud gehad met den eer sten stuurman, den heer Förster, en later aan boord van de sleepboot die hen naar de Maashaven had gebracht met den ka pitein van de „Ruhr" den heer W. Fick. Aan het relaas der „Msb." ontleenen wij De heer Förster vertelde dat hij in den nacht van Dinsdag op Woensdag te vier uur de wacht had overgenomen, waarbij hem, zooals daar gebruikelijk, was opgege ven welke schepen in de nabijheid waren. Daarbij was melding gemaakt van een groot passagiersschip, dat achteraf de .Atlantique" zou blijken te zijn. Tegen 6 uur zag de heer Förster dit schip voor zich uit. Het voer met alle lichten aan en plotseling bemerkte hij midscheeps een rosig schijnsel. Even later zag hij vonken boven het schip. Den vier den officier voegde hij toe: „Mensch er brennt!" Hij wekte den kapitein, die onmiddellijk last gaf bij te draalen. Wat dichter bij gekomen ontwaarden zij een vuurpoel, die zich geweldig snel naar het achterschip uitbreidde. Kolossale vlammen lekten aan alle zijden uit het schip en er ontwikkelde zich een geweldige rook. Zoo te zien was het kilometers ver aan de lijzijde van het schip onmogelijk een hand voor oogen te zien. Terwijl men op het brandende schip af voer zette men reeds de stormladders over de verschansing en hing men touwen uit. Men zag dat men van het brandende schip booten uitzette. Te dicht kon men niet bij de „Atlantique" komen, daar dit gevaar zou opleveren. Maar na een tijdje zag men uit de grauwe morgenschemering vier booten opdagen. De menschen, die zich daarin bevonden werden aan boord ge nomen. Inmiddels had men zelf ook booten uit gezet. De eerste, die onder commando van den 2en stuurman Hellman stond slaagde er in een aantal menschen, die in zee dreven, aan boord te nemen en veilig en wel naar de „Ruhr" te brengen. Met een tweede boot, waarover de 4e officier Petersen het bevel voerde, voer men tot op een dertig meter afstand van de boeg van de „Atlantique", die inmid dels dwars voor den wind was gedraaid. Voorop de boeg stonden nog enkele men schen, waaronder vermoedelijk de kapi tein, die men toeriep over boord te sprin gen. Zij weigerden echter dit te doen. Terwijl men in de buurt van het bran dende schip voer zag men plotseling een vreeselijk schouwspel. Tusschen de davits van de Atlantique'" hing een sloep, be mand met een aantal opvarenden, die men juist wilde gaan strijken. Op een gegeven oogenblik zag men echter een van de ta lies doorbranden. De sloep kantelde, bleef aan één talie hangen en allen die er in zaten stortten in zee. Men slaagde er ten slotte in zes van hen te redden. Enkelen van hen hadden zeker twee uren lang In zee rond gedreven en verkeerden in totaal uitgeputten toestand. I Van de „Atlantique", zoo vertelde de DE POSTVLUCHTEN. De „Rijstvogel" (thuisreis) is gisteren te Mersamatruk aangekomen- De „Oehoe" is in Jodhpur en de „Kwar tel" is in Parijs aangekomen. stuurman verder, hebben wij geen radio- seinen ontvangen. Van een Engelsch kust- station ontvingen wij kort nadat wij naar de .Atlantique" geseind hadden de vraag: „Wat seint ge over een brandend schip?" Van ons zijn de eerste berichten over den brand toen gekomen. De hitte, die de „Atlantique" uitstraalde was inmiddels geweldig geworden en het was onmogelijk het schip dicht te naderen. Het schommelde hevig en telkens als een gedeelte van de romp onder water was ge weest steeg een wolk van verdampt water omhoog. Langzamerhand begon het slagzij te ma ken, die naar onze schatting geleidelijk tot wel twaalf graden opliep. Woensdag ochtend om half acht was het schip een groote vuurpoel. Onder de menschen die wij gered had den 86 in totaal bevonden er zich verschillenden die schrammen en vleesch- wonden hadden opgeloopen. Niemand was gelukkig ernstig gewond. Het meerendeel er van waren stewards en stokers. Voorts waren er drie dames onder, een verkoop ster van een fraai Parijsch modehuis, een masseuse en een pédicure en een aantal ingenieurs. Deze laatsten waren in een zeer neerslachtige stemming en wij heb ben hen dan ook niet durven lastig vallen met vragen over wat zich aan boord had afgespeeld. I)e anderen namen de zaak aanvankelijk nog al kalm op. Bij het van boord gaan leefden zij in de stellige overtuiging dat men den brand wel spoedig met eigen mid delen zou weten te blusschen Over het al gemeen hadden zij hun bagage bij zich. Tot half één des middags zoo besloot de stuurman zijn relaas, zijn we bij de At lantique" gebleven Wij waren de laatsten die wegvoeren. Op dat moment brandde het schip nog hevig en kwam juist de „Roodë Zee" opdagen. Voor dien tijd hebben we verschillende andere schepen in de buurt gezien, waar onder het Nederlandsche s.s. „Achilles", de „Fort Castle" en nog een Hollandsch schip (dit zal de „Errato" geweest zijn) die aan de reddingsactie hebben deelgenomen. Wij zijn onmiddellijk naar Cherbourg ge stoomd waar wij onze geredden aan wal hebben gezet. De kapitein van de „Ruhr", de heer W. Flick, vertelde ons daarna nog te hebben gezien dat van boord van de „Atlantique" acht sloepen werden gestreken. Eén daar van is. doordat de davits waren doorge brand gekapseisd en aan de trossen blijven hangen. De .Achilles", die enkele gewon den aan boord had. heeft óm doktershulp geseind, welke door het Duitsche stoom schip „Siërra Salvator" is verleend. De ka pitein uitte zijn spijt erover dat de kleine booten die aan het reddingswerk hebben deelgenomen, geen radio aan boord hadden, zoodat het onmogelijk was het reddings werk gemeenschappelijk ter hand te ne men. Dat de brand zich zoo snel over het ge- heele schip heeft verspreid, behoeft geen verwondering te wekken, want door het springen van de ruiten had de wind dade lijk vrij spel. Van het trotsche zeekasteel is niets meer over. De kapitein vermeldde nog dat de minister-president en de mi nister van scheepvaart van Frankrijk een telegram hadden gezonden, waarin voor de geboden hulp dank werd gebracht. De nationalistische „Liberté" richt vol gens Wolff naar aanleiding van de ramp van de .Atlantique" allerlei beschuldigin gen tegen Duitsche reederijen. Het blad beroept zich op uitlatingen van een Fran- schen reeder wiens naam het echter niet noemt. Deze zegsman zou reeds vóór den oorlog hebben opgemerkt dat Duitsche scheepvaartkringen leden van Fransche scheepsbemanningen tot daden van sabo tage zouden hebben aangezet Is het niet meer dan treurig, dat zoo iets mogelijk is? ERVARINGEN MET SLAAPWAGENS. Tot dusver nog een matig gebruik. Kort geleden gaven wij de meening weer van de directie der Ned. Spoorwegen over het gebruik, dat gemaakt wordt van de slaapwagens, welke rijden op het traject AmsterdamGroningen. Wij kunnen thans eenige nadere cijfers geven. Van 1 November tot ongeveer einde December werden van Amsterdam naar Groningen vervoerd in de slaapwa gens: le klasse 41, 2e klasse 102 en 3e klasse 104 reizigers, totaal 247. Uit deze cijfers blijkt dat de bezetting van de rijtuigen AmsterdamGroningen matig kan worden genoemd. Zooals echter uit de verdere gegevens blijkt, kan dit nog niet eens gezegd worden van het gebruik van de slaapwagens op het traject van Groningen naar Amsterdam. Van 1 November tot einde December j.l. werden op dat traject vervoerd in de le klasse 17, in de 2e klasse 28 en in 'de 3e klasse 35 reizigers of in totaal slechts 80. In het geheel zijn per week in beide rich tingen vervoerd 39, 55, 49, 49, 30, 28, 49, 28 reizigers. Van Amsterdam naar het Noorden is het gebruik drukker dan van Groningen naar de hoofdstad. Terwijl binnen het hierbo ven genoemde tijdvak op het traject Am sterdamGroningen slechts drie nachten in het geheel geen gebruik werd gemaakt, in geen enkele klasse, van de slaaprij tui gen, blijkt dat in omgekeerde richting, naar Amsterdam dertien nachten alle slaapwagens onbezet bleven. Wij hebben bij de directie der Neder landsche Spoorwegen nog geïnformeerd hoe het thans staat met de plannen om ook op het traject AmsterdamMaastricht v.v. een slaaprijtuig voor de drie klassen in de nachtsneltreinen te laten loopen. Wij vernamen dat voorloopig althans hiertoe niet zal worden besloten. De „Wagon Lits" welke de slaaprijtuigen in ons land exploi teert. heeft zulks aan den dienst van ex ploitatie geadviseerd. Op grond van de inkomsten, door het gebruik van de slaap rijtuigen tot dusver verkregen wordt er geen aanleiding geacht te zijn om tot uit breiding over te gaan. De W. L. heeft hier bij vooral op het oog de genoemde minder gunstige resultaten, verkregen op het tra ject GroningenAmsterdam. Voor de lijn AmsterdamMaastricht aldus werd ons medegedeeld, verwacht de W. L, namelijk dezelfde resultaten. Voor het gebruik naar Maastricht is men niet zoozeer bevreesd, doch naar de hoofdstad verwacht men, evenals zulks thans het geval is van Grp- nineen uit. een slecht vervoer. De W. L. heeft nog geen voldoende ervaring om thans reeds te kunnen zeggen hoe het nachtvervoer zich in ons land zal ontwik kelen. Daarom zijn de plannen voor het traiect AmsterdamMaastricht voorloopig nog uitgesteld. Tel. RIJKSHULP AAN GEMEENTEN. Plaatselijke belastingen dienen tot het uiterste opgevoerd alvorens rijkssubsidie wordt verleend. Eischen van Opcentenheffing. Het aantal gemeenten, dat om de be grooting sluitend te maken, rijkshulp in den vorm van bijdrage in de algemeene kosten der gemeentehuishouding behoeft, neemt begrijpelijkerwijze steeds toe, we gens de enorme uitgaven, die vooral door werkloozensteun op de gemeenten worden gelegd. Bekend is intusschen. dat het rijk, ook al in aanmerking genomen den staat van 's Rijksfinanciën, niet dan in de uiterste noodzakelijkheid tot het verleenen van de zen steun overgaat. Moet eenerzijds op de uitgaven der gemeente daartoe zooveel als slechts eenigszins mogelijk is zijn gesnoeid, anderzijds eischt het Rijk dat de plaatse lijke belastingen tot het uiterste worden opgevoerd, alvorens rijkssubsidie tot het sluitend maken der begrooting wordt ver leend. Thans heeft, naar wij vernemen aldus de „Tel." de regeering aan Ged. Staten der onderscheidene provincies medegedeeld dat in dit geval naast 100 opcenten op de gemeentefondsbelasting, de opcenten op de personeele belasting tot niet minder dan 200 moeten zijn opgevoerd zonder dat de hoofdsommen volgens de wet op de perso neele belasting voor verlaging in aanmer king zijn gebracht. UIT NED. OOST-INDIE. ROLLS ROYCE VLIEGTUIGMOTOREN DOOR NEDERLANDSCHE REGEERING BESTELD. De Nederlandsche regeering heeft bij de Rolls Royce Company in Engeland een aanzienlijk aantal der bekende 500/600 PK Kestrel-motoren besteld om te mon- teeren in Nederlandsche vliegtuigen. De Kestrel-motoren worden ook gebruikt voor de vliegmachines in België, Joego-Slavië, Estland. Rusland, Japan en andere landen. DE ARRESTATIE VAN TWEE ONDERWIJZERS. BATAVIA, 6 Januari (Aneta). De In dische Sociaal Democratische Partij heeft het volgende telegram gezonden aan de SB.A.P.; „Wij vestigen de aandacht op de groote onrust in burgerlijk en militaire kringen en de inheemsche beweging over het feit, dat 2 onderwijzers in preventieve hechte nis zijn gesteld terwijl meerdere onder officieren zijn gestraft". PARTIJ NASIONAL INDONESIA. SOERABAJA, 6 Januari (Aneta). Naar aanleiding van een panflet waarin wordt aangespoord tot deelneming van de Partij Nasional Indonesia en opgewekt wordt tot resolutie is het bestuur der afdeeling der P.NB. door de politie voorloopig aan gehouden. SILVER-JAVA-PACIFIC LIJN. BATOE, 3 Januari van Singapore naar Calcutta. KOTA RADJA, 3 Januari van Tampa naar New Orleans. SAPAROEA, 3 Januari van Pacific Kust te Batavia. JAVA-CHINA-JAPAN LIJN. TJISAROEA, 3 Januari van Batavia te Hongkong. TJIBEDAR, 3 Januari van Batavia naar Samarang. TJISALAK, 3 Jnuari van Hongkong naar Muntok. TJISADANE, 31 December van Batavia te Shanghae. KON PAKETVAART MIJ. SIGLI, arr. 4 Januari te Belawan. MAATSCHAPPIJ OCEAAN. LAERTES, 3 Januari van Jacksonville n. Java. MELAMPUS, 4 Jan. v. Gravesend n. Ham. burg. HOLLAND—AMERIKA LIJN. DINTELDIJK, Pacific Kust naar Rotter dam, was 4 Januari 6.10 uur v.m. 1150 mijlen van Lands End. BEEMSTERDIJK, 4 Janari van Rotter dam te Boston. BOSCHDIJK, Norfolk naar Rotterdam, pass. 4 Januari 's nachts Scilly, DRECHTDIJK, Rotterdam naar Pacific Kust, 8 Jan. van Bermuda. JAVA—NEW-YORK-LIJN. SALEIER, 2 Januari van Boston naar New York. SEMBILAN. Java naar New York, 5 Jan. van Port Said. HALCYON LIJN. ROZENBURG, 4 Jan. v. Oran te Huelva. MAATSCHAPPIJ NEDERLAND. TALISSE, uitreis, pass. 4 Jan. Ouessant, TABINTA, uitreis, pass. 4 Jan. Gibraltar, TABIAN, thuisreis, was 3 Jan. 5.50 u. n.m, 300 mijlen Z, van Lands End. POELAU TELLO, uitreis, 4 Jan. v. Belawanf POELAU BRAS, thuisreis, 4 Januari vanl Colombo. TABIAN thuisr., 5 Jan. te Liverpool. JOHAN VAN OLDENBARNEVELT, thuisr., 5 Jan. v. Aleiers. CHR. HUYGENS, uitr., 5 Jan. te Southampl- ton. HOLLAND—AFRIKA LIJN. HEEMSKERK, uitreis, pass. 3 Januari Finisterre. MELISKERK, thuisreis, 5 Januari te Marseille. MAASKERK, uitreis, 4 Jan. te Bordeaux, REGGESTROOM, thuisreis, pass. 4 Jan. Finisterre. SPRINGFONTEIN. 5 Jan. v. Bremen te Hamburg. KON. HOLL. LLOYD. DELFLAND, uitreis, pass. 4 Jan. n.m. 11 u, Fernando Noronha. SALLAND, 4 Jan. n.m. 7 uur van Hambuy naar Amserdam. FLANDRIA. uitr., 4 Jan. van Rio Jan er. KON. NED. STOOMBOOT-MIJ. ACHILLES, 4 Januari n.m, 8 uur van Cherbourg naar Melilla. AGAMEMNON, 4 Januari van Alexandria naar Panormos. GANYMEDES 5 Januari vin. 7.30 u. van Amsterdam te Hamburg. HERCULES, 4 Januari n.m. 5 uur van Istanboui te Bourgas. NEREUS, 4 Januari n.m. 3 uur van Dan zig naar Stettin. TRAJANUS, 4 Jan. van Amsterdam te San Juan. BARNEVELD, uitr., pass. 4 Jan. Dungeness AMAZONE. 4 Jan. v. Bari te Calamata. CALYPSO. 5 Jan. v. Genua te Savona. ORION 5 Jan. v. W. Indië te Amst. ORESTES. 5 Jan. v. Derindje te Samos. VENUS 5 Jan. v. Livorno te Civita Vec- chia. IRENE 5 Jan. v. Oran te Palermo. HEBE 5 Jan. v. Amst. n. Middl. Zee. MARS, 5 Jan. v. Amst. via Havre n. Middl. Zee. TRITON. 5 Jan. v. Amst n. Middl. Zee. HOLLAND—OOST-AZIE LIJN. OUDERKERK, uitreis, pass. 4 Januari Gibraltar. MEERKERK, thuisreis, 4 Januari van Dairen. ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA LIJN. ALCYONE, 4 Januari van Rotterdam naai Hamburg. ALWAKI thuisr.. 4 Jan. v. Santos. ROTTERDAMSCHE LLOYD. KOTA PINANG, uitreis, pass. 4 Januari Point de Galle. KOTA AGOENG, thuisreis, pass. 4 Jan. Finisterre. DEMPO. thuisr., 5 Jan. te Suez. TAPANOELI. thuisr., 5 Jan. 12 u. 'smid-I dags van Gibraltar. o DIVERSE STOOMVAARTBERICHTEN SOESTERBERG, 4 Januari van Bakouilo naar Honfleur. IMPORT, 5 Januari van Rotterdam te Londen. I ORANJEPOLDER, 5 Jan. van R'dam te Londen. KEILEHAVEN, 2 Jan. van Port Gentil n. Rotterdam. WAALHAVEN, 3 Jan. van Rotterdam te Port Gentil. ZWARTE ZEE. sleepboot, naar Falmouth, was 4 Jan. 12 u. 's middags 250 mijl® W. v. Falmouth, met het s.sa „Witram' op sleeptouw. LETO, 4 Jan. v. Bahia Blanca n. Las Pa!' mas v.o. ST. PHILIPSLAND. 4 Jan. v. Kopenhagen n. de Tyne. WESTLAND 5 Jan. v. R'dam te Leith. CREOLE JEFE. Aruba n. Palembang. pass- 3 Jan. Point de Galle. DORDRECHT n. Rouaan was 3 Jan. 11 25 n.m 1550 mijlen W van Scilly. OOSTZEE slb. n Landscrona was 3 Jan, 6 u 50 n.m. 75 mijlen Z.W van Niton, met het ss Eetna" op sleeptouw. OOTMARSUM R'dam n. Z.-Amerika pass 2 Jan. Ouessant. TROMPENBERG Cardiff n. Las Palm® pass. 2 Jan. Ouessant. 2—4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 14