Bouw nieuwe verkeersbrug over de Waal - Brand te Zwolle 73sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. HET MYSTERIE VAN HET DIAMANTEN KRUIS g- - BEN VLIEGTUIU ZONDER PROPELLERS, MAAR MET LUCHTSCHOEVEN '- Een nieuwe vinding van William Rahn uit New York. EEN NIEUWE AANWINST VAN ZWARE KLOOSTERRRAND TE ZWOLLE. Het gebouw der paters Dominicanen te HET KOLONIAAL INSTITUUT u n u j J te Amsterdam. Beeld voorstellend Zwolle is gisteravond door brand zoo goed als geheel vernield. Het brandende Sawoeneesche bruid, gekleed in Sawoe gebouw. Ikat-weefsels. NA VELE EEUWEN DE STORMEN GETROTSEERD TE HEBBEN wordt de oude Wieringermeerdijk weggebroken. De steenen wonden gebruikt voor den wegenaanleg en verbetering in Noord-Holland. Partenkirchen DE BOUW VAN DE NIEUWE VERKEERSBRUG OVER DE WAAL BIJ NIJMEGEN. e—Een overzicht van de werkzaamheden aan een der landpijlers. uit het Engelsch van Chester K. S. Steele door A. W. v. E.—v. R. 15) King en Darcy waren echter nog niet lormeel gevangen genomen, doch werden u's getuigen op het hoofdbureau aange houden, hoewel belden ongetwijfeld onder verdenking stonden. Volgens de wet moest Binnen vierentwintig uur een formeele aanwacht tegen hen zijn opgemaakt, en zoolang dit nog niet was geschiedt, dreig de King s advocaat, maatregelen voor zijn persoonlijke vrijheid te zullen nemen. „O, goed, dan zullen we de aanklacht opstellen zeide Thong kalm, toen de ad- cocaat den vinger dreigend tegen den de- tectieve opgeheven, dit punt uitvoerig had behandeld. „Ik zeg niet, dat we de aanklacht tegen uw client zullen Inbrengen, mr. Fussell, maar we zullen in elk geval iemand in staat van beschuldiging stellen Het is onnoodig te vertellen, dat belde verdachten zeiden, niets van den moord af te weten. King die nu nuchter was was zoo openhartig te vertellen, dat hij den. geheelen nacht dien hij in gezel schap van vroolijke kameraden in een be ruchte gelegenheid had doorgebracht dronken was geweest, hetgeen gemakke lijk te bewijzen scheen. Darcy vertelde telkens weer, hoe hij, be neden komend, zijn bloedverwante op den vloer in den winkel had gevonden, en dat hij, behalve dat korte onrustige tijdstip In den nacht, niets bijzonders had gemerkt. Sallie Page kon niets mededeelen; de meid was de stad uit, en geen der winkel bedienden wist meer van de zaak, dan zij zelf hadden vernomen. Aan de hand van Darcy's verhaal hiel den Daley en eenige andere verslaggevers bespiegelingen, of een inbreker den win kel kon zijn binnengedrongen, zonder eenig spoor van zijn griezelige daad ach ter te laten en bij zijn ronddwalen door het huis Darcy's kamer kon zijn binnen gekomen. „Hij zou zelfs geprobeerd kun nen hebben den juwelier te bedwelmen, opperden zij, en was daar misschien ook wel in geslaagd. Daarna den winkel betre dend, was de indringer misschien, juist van plan geweest de brandkast open te breken, toen hij gestoord werd door mrs. Darcy, die misschien beneden was geko men om te zien, wat dat ongewone leven te beteekenen had." Dat was tenminste een theorie, en een, die Insloeg. In elk geval was Darcy, nadat hij, zonder dat hij wist waardoor, was ont waakt, weer in slaap gevallen, en was om zes uur opgestaan, om zich naar beneden te haasten, voor de reparatie van het hor loge van den Indiër het horloge, dat zoo onbehagelijk tikte in den overigens stillen juwelierswinkel, omklemd door de hand van de doode vrouw! Er werd bijge voegd, dat Singa Phut onder politietoe zicht stond, ofschoon er geen verdenking op hem was gevallen. Darcy had eerst zenuwachtig, en daarna verontwaardigd zijn onschuld betuigd, King deed niets anders dan het laatste. Natuurlijk volgde de vraag, zelfs al waren de vermoedens nog zoo vaag, wat het doel kon zijn geweest van de misdaad, met zich meebrengend een tweede vraag, welke man er bij was betrokken. Het was bekend, dat King altijd in schulden stak, niettegenstaande zijn in komen en de grootere sommen, die hij van tijd tot tijd opnam. Hij was een vaste klant hi den juwelierswinkel en gaf toe, dat hij mrs. Darcy een groote som gelds schuldig was voor een broche, dat hij eenigen tijd tevoren voor zijn vrouw had gekocht. Het was natuurlijk mogelijk, dat hij in zijn dronkenschap naar den winkel was gegaan om den briefopener te halen, waaraan een zonderlinge gril van zijn door drank beneveld brein hem op zoo'n vreemden tijd had herinnerd. Of mis schien had hij bij het kaarten zijn geld verspeeld, en was hij naar mrs. Darcy's winkel gegaan ob wat te leenen, of te zien, of hij iets kon bemachtigen, waarop hij geld kon krijgen. Men wist, dat Harry King den vorigen nacht tot vroeg in den morgen had ge speeld, en dat hij, toen hij op zeker oogen- biik alles kwijt was, zich had veront schuldigd, alleen weg was gegaan en goed voorzien van geld, was teruggekomen. Toen zijn vrienden hem gekscherend ge vraagd hadden, hoe hij aan dat geld was gekomen, had hij gezegd, dat „een dame" het hem had gegeven. Hij ging voort met spelen en verloor weer alles, waarna hij in de grauwe ochtendschemering naar buiten was gestrompeld, en dit was het laatste wat zijn makkers van hem gezien hadden. Daarna verscheen hij voor het eerste weer na den moord in de juweliers winkel. Toen hij nuchter was verklaarde King, dat „een dame" hem werkelijk het geld gegeven had, maar wie zij was, en waarom zij hem om twee uur in den nacht geld had gegeven, wilde hij niet zeggen. Hij gaf toe. dat hij omstreeks elf uur 's avonds naar den juwelierswinkel was gegaan met het doel, te zien, of het gra- veeren van den briefopener al gereed was. Hij was toen nog niet zoo dronken, zeide hij. Hij was alleen maar aangeschoten. De winkel was dicht, vertelde hij, maar hij voegde er iets bij, dat kolonel Ashley en ook anderen, te denken gaf. King zeide, dat hij, hoewel de voordeur op slot was, daar hij goed bekend was, om was geloopen naar de zijdeur in 't steegje, denkend, dat die misschien nog niet dicht zou zijn. Hij hoopte naar binnen te kun nen komen, zeide hij, en het cadeau voor zijn vrouw te kunnen halen. Maar die deur was ook op slot, hoewel hij door het glas licht in de achterkamer kon zien. En hij kon stemmen hooren, die luider klonken dan gewoonlijk. Die stemmen voegde King er bij, waren die van mrs. Darcy en van haar neef, Ja mes Darcy, en klaarblijkelijk waren zij aan het twisten. Toen hem gevraagd werd, waar het twistgesprek over liep, zeide King, dat hij verscheidene malen den naam „Amy" had hooren noemen. Ook was er iets gezegd over geld en over een elec- trische draaibank. Natuurlijk werd toen onderzocht, wie die Amy was, en wat er met die electrische draaibank was bedoeld. Darcy antwoordde schijnbaar openhar tig, dat de Amy, waar het over ging, miss Mason was, de dochter van Adriaan Ma son, een welvarende veeboer in Pompey, een dorp, ongeveer tien mijlen van Col chester verwij derd. Mr. Mason bezat een bezienswaardigheid in zijn raspaarden en stamboekvee, en hij was een man van aanzien in het district Munroe, waarvan Colchester de hoofd plaats was. Bovendien had Amy haar eigen inko men, daar een oom haar een half aan deel in een waardevolle mijn had nage laten. James Darcy en Amy Mason waren ver loofd, hoewel slechts weinigen dit wisten, en het eenige opschudding veroorzaakte, toen Darcy het na zijn aanhouding ver telde. Hij en Amy kenden elkaar al sinds hun jeugd en hadden, toen zij klein wa ren, dicht bij elkaar gewoond. Niettegenstaande zijn rijkdom was mr. Mason een eenvoudig man, en hoewel hij en Amy zelf wel wisten, dat zij iemand met geld en een goede positie kon huwen, waren belden, zooals de veeboer zelf zeide, vóór een huwelijk uit liefde. En dat was het hier. (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1933 | | pagina 5