Bezichtiging Van het wrak van de „P. C. Hooft- Brand te 's-Gravenzande 73*te JaargangLEIDSCH DAGBLADTweede Blad FEUILLETON HET MYSTERIE VAN HET DIAMANTEN KRUIS I>E VEROORDEELDE JACHTOPZIENERS VADER EN ZOON v. d. E. bekend uit de drie voudige moordzaak te Putbroek, zijn uit 's-Hertogenbosch naar de gevangenis te Leeuwarden overgebraoht. Aan het station te den Bosch. Links de vader, rechts de zoon. BEZICHTIGING VAN IIET WRAK VAN DE P. C. HOOPT te PERNIS. Do helft van de ontvangsten is voor het Nat. Crisiscomité. Bezoekers voor het loket. Op den achtergrond het schip. EEN FELLE BRAND WOEDDE IN DE GRAANPAKHUIZEN VAN VAN STRAALEN TE 's-GRAVENZANDE. Het pand brandde tot den grond toe af. Het omtrekken van een ge deelte van Óen muur, welke nog overeind gebleven was. DIRECT NA DE BOTSING van drie auto's op den weg OxfordLonden, werd deze foto genomen. Een der be stuurders werd gedood, de twee anderen zwaar gewond. De gewonden worden door den geneeskundigen dienst weggehaald. DE KERSTVAC.ANT1ES ZIJN BEGONNEN. De leerlingen van het beroemde Eton-college te Londen brengen in vroolijke stemming hun bagage naar het station. Zij gaan met de Kerstvacantie naar huis. „Ook de meid niet hoe heet ze? Sall-ie?" „Neen. Daar zou ik niets aan gehad heb ben. Zij ls aoof!" „En. u riep den portier ook niet?" „Neen. Ik was niet klaar wakker, en ik hechtte er geen werkelijke waarde aan, tot lk haar zag dood!" „Hm. Ja" mompelde Carroll. „U ging dus weer slapen. Wat gebeurde er later?" „Ik ontwaakte met een schok even voor zessen. Ik had geen wekker opgewonden, hoewel ik vroeg op wilde staan voor een kleine reparatie, die ik beloofd had, vroeg ln den morgen af te zullen hebben. Maar ik ben zoo gewend, op elk willekeurig uur, dat lk mij den avond van tevoren m het hoofd heb gezet, wakker te worden, dat lk geen wekker noodig heb. Ik had er mijn zinnen op gezet, om half zes op te staan, en lk denk dat het kwart voor zes was, toen lk uit bed kwam. Ik wilde gaarne die reparatie verrichten voor een man. die van morgen met een vroegen trein de stad uit moest. Hij kan nu ieder oogenblik komen en ik heb nog niets gedaan!" „Wat voor een reparatie?" vroeg Carroll .Aan een horloge". „Waar is dat horloge", en de detective tikte de asch van een sigaar dien de ver slaggever hem had aangeboden. Darcy was beneden in den winkel en hoorde de be dienden uit. „Het horloge" mompelde Darcy. „Het het ligt in haar hand" en hij gaf een knikje in de richting van de stille figuur beneden. i „Het horloge, dat nog steeds tikt?" „Ja. maar het gekste ervan ls, dat het ding gisteravond niet liep, toen ik het plan had, aan de reparatie te beginnen. Ik weet niet meer, waarom ik er toen niet aan be gon", en Darcy scheen wat verlegen het geen Carroll niet ontging. „Ik denk dat het was. omdat lk bij het electrische licht bo ven mijn werktafel niet goed kon zien", ging de juwelier voort. „Dat moet lk in orde laten maken. In elk geval deed lk niets aan het Indische horloge dan het bekijken en ik besloot, vroeg op te staan en 't gauw in orde te maken. Ik wond het niet eens op. Ik begrijp niet, hoe het ls gaan loopen of iemand moet binnen zijn gekomen en het hebben opgewonden en dat kan niemand gedaan hebben!" „Wiens horloge ls het?" vroeg Thong. „Het behoort aan Singa Phut". „Slnga Phut!" riep Carroll uit. .Hemel, wat een naam! Wie heet er zoo?" „Singa Phut is een Indiër" verklaarde Darcy. „Hij heeft een rariteitenwinkel ln Waterstreet. Wij hebben eenige bijzondere dingen van hem gekocht voor onze klan ten; vreemde kralen halskettingen en der gelijke Hij liet het horloge bij mijn nicht achter die mij verzocht, het te reparee- ren. Er moest een nieuwe veer in en eeni ge schroefjes zaten los". „Hoe komt het horloge ln mrs. Darcy's hand?" vroeg Carroll. „Dat weet ik niet" „Wat voor een man is die Indiër Sin ga Singa begon Thong aarzelend. „Singa Phut is een kalme. Ijverige In diër", antwoordde Darcy. „Hij woont hier nog niet lang maar lk ken hem uit New- York. Hij doet al verscheidene jaren zaken met mij." „Is het een rechtschapen man, niet een van die lieden die een zijden koord ge bruiken om er je mee te wurgen?" vroeg Thong, die wel eens gehoord had van de Wurgers. „Geen sprake van", zelde Darcy en er speelde een lichte glimlach om zijn mond, „hij ls een gentleman!" „O!" zeiden Carroll en Thong tegelijk. Weer werd er op de zijdeur beneden ge klopt. Er was nu wat minder volk. en Mul ligan behoefde geen stroom menschen te gen te houden, toen hij opendeed. „Dr. Warren", diende de agent aan, naar boven roepend naar Carroll en Thong. „De districtsgeneesheer", verklaarde Car roll. Het is het beste, naar beneden te gaan mr. Darcy. Hij zal u eenige vragen moeten stellen. Daarna moeten wij u nog spreken. Er valt heel wat te vragen in een geval als dit", voegde hij er half veront schuldigend bij. „Zeker", stemde de juwelier toe. „Dr. Warren' sprak Thong tot zijn mak ker, toen Darcy voor hen uit naar beneden liep, „nu hooren wij waardoor zij gedood werd, en misschien zullen wij dan een punt van uitgang hebben". „Ik geloof, dat we het al hebben", merk te Carroll op. „Ja misschien.en toch misschien niet! Kom mee!" den door Mulligan werden bezig gehouden. De districtsgeneesheer ,die tevens lijk schouwer was was nog niet gekomen. „Ja, in het eerst dacht ik dat er iemand ln mijn kamer was geweest maar toen ik er over nadacht, was ik er niet zeker van Al wat ik weet is dat ik heel vast sliep eigenlijk vaster dan gewoonlijk, en dat ik plotseling een klok hoorde slaan. „Drie of vier?", mompelde Thong. „Ja. ln elk geval drie, misschien vier. Het een oil ander deed mij plotseling ontwaken, maar wat kan ik niet zeggen. Ik herinner mij, dat het mij toen toescheen, dat iets over mijn gezicht had gestreken". „Een hand", opperde Carroll. ,Dat weet ik niet zeker. Misschien heb ik ook maar gedroomd" „Maar hoe voelde het aan?" drong Thong aan. „Meer alsof een of andere stof over mijn gezicht ging dan een hand of het kan ook een hand met een handschoen zijn ge weest. Ja dat kan het zijn geweest! Toen probeerde lk goed wakker te worden maar ik hoorde den wind huilen en den regen kletteren en daar mijn raam openstond dacht lk dat het gordijn misschien over mijn gezicht was gewaaid. Dat verklaarde het vond lk en dus „Ja, het kan het gordijn zijn geweest" zelde Thong langzaam. „Maar wat deed u toen?" Niets! Ik lag een poosje stil en ging toen weer slapen. Ik was misschien maar drie of vier minuten wakker". „U riep mrs Darcy niet?" Heen." uit het Engelsch van Chester K. S. Steele door A. W. v. E.—V. R. (Wordt vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5