Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON. .ri mysterie van het 1b diamanten kruis voor. „Ik ik kom or liever niet dicht bi) ik heb het gezicht van een doode nooit goed kunnen verdragen zelfs niet van mijn eigen vader! Kijk jij maar!" Casey aarzelde een oogenblik en stapte toen naar het lichaam toe. Hij boog er zich overheen en legde den rug zijner hand op de witte, gerimpelde en ingevallen wan gen. Zij waren koud en wasachtig. „Zij is dood", fluisterde hij zacht. „Het is het beste, dadelijk de politie te waar schuwen". „Vermoord?" vroeg Tremlain, die naast Darcy bij de uitstalkasten was gebleven, waarin het zilver blonk. „Ik weet het niet. Haar hoofd is leelijk gekwetst .ofschoon er niet zooveel bloed aan is als ik eerst dacht. We mogen het lijk niet aanraken dat is verboden. We moeten het zoo laten liggen, totdat de lijkschouwer het heeft gezien! Waar is de telefoon?" „Hier recht achter", antwoordde Darcy gretig. „Het nummer van het hoofdbureau is „Ik weet het!" viel Casey hem in de rede. ..Ik moest het eens opbellen, toen er een paard van mij gestolen was. Ik zal het even doen. Waar is dat horloge dat daar tikt?" vroeg hij ophoudend. „O, het ligt in haar hand!" en de twee anderen keken en zagen, vastgeklemd in de handpalm der vrouw, die in elkaar gekrompen op den grond lag, een horloge van ongewoon soort. Het tikte luid. „Hoe komt het, dat het zoo hard klinkt?" vroeg Tremlain. „Omdat het hier zoo stil is", antwoordde Casey. .Kr zal hier zoo meteen leven ge noeg zijn! Maar nu is het zoo stil dan klinkt het tikken zoo hard!" „Het is stil", merkte Tremlain op. „Maar in een juwelierswinkel tikken altijd een menige klokken en horloges en kijk!" riep hij plotseling, „geen enkele klok hier loopt merken jullie dat? Geen enkele! Ze staan alle stil!" „Je hebt gelijk!" riep Casey uit. „Het horloge is het eenige uurwerk, dat hier gaat!" De melkboeren wierpen Darcy een snel len blik toe. „Ja, de klokken zijn alle tot stilstand gebracht!" zei deze, terwijl hij zijn lippen met zijn tong bevochtigde. „Ik had het niet eerder opgemerkt, hoewel ik het hor loge in haar hand hoorde tikken ik dacht dat het haar hart was, dat klopte ik heb dat, meen ik, al eens gezegd ik weet niet meer wat ik zeg! Dit heeft mij vreeselijk aangegrepen!" „Dat spreekt vanzelf", gaf Casey toe. „Vreemd dat alle klokken stilstaan! Mis schien waren zij alle tegelijk afgeloopen?" „Onmogelijk!" antwoordde Darcy, „die regulateur heb ik gisteren nog opgewon den" en hij wees naar de groote klok in de étalage de plechtig tikkende klok, waar mede menig voorbijganger zijn horloge ge- lij kzette. „De andere klokken „En zij zijn alle op verschillende tijden stil gaan staan!" voegde Tremlain er bij. „Dat is ook grappig!" Als er iets grappigs was op die plek des doods, was het wel dit feit. En het was een feit. Van de menigte uurwerken in den winkel tikte er geen enkele; en alle wezen een verschillend uur aan. De groote regu lateur stond op 10.22; een chronometer in een uitstalkast was daarbij vijf uur en eenige minuten vóór. De klok tegenover Darcy's werktafel wees 7.56 aan. Enkele goedkoopere klokken op de planken, waar onder wekkers, die gewoonlijk liepen, ston den nu op verschillende tijden. Zij waren alle stil blijven staan. Slechts het horloge in de hand der doode vrouw tikte, en dat was ongeveer gelijk het wees iets over zessen aan. „Wel, wij moeten de politie waarschu wen", zeide Casey. „En daarna moet ik weg - mijn klanten wachten!" „Jullie zult mij toch niet alleen hier la ten?" vroeg Darcy. „Is er niemand anders in huis?" vroeg Vremlain. want de woonkamers lageD boven den juwelierswinkel een massief bruin steenen gebouw in den stijl van dri» eeuwen geleden. „Alleen Sallie Page, de keukenmeid. Zij is doof, en zal meer tot last zijn dan 'dat zii telpt. De meid van mrs. Darcy komt van middag pas terug. Ik blijf niet graag al teen!" „O, maar je zult niet lang alleen zijn", merkte Casey op. „De politie komt, zoodra we maar een woord gesproken hebben. En daarbuiten staat ook al een menigte men- •chen!" Het was zoo er stonden mannen en •ongens en hier en daar een winkelmeisje, •lat op weg was naar haar werk. Zij had den de twee melkwagens voor den juwe lierswinkel zien staan, waar, ofschoon de kostbaarste stukken in de brandkast lagen, nog heel wat lag uitgestald in de schitte- rende étalages, dat het oog van den voor bijganger trok. Iemand had iets buitenge woons gemerkt en was blijven staan daarna nog iemand. Een ander zag, toen bij naar binnen gluurde, het gekromde bchaam met dien rooden vlek in het witte haar. Van minuut tot minuut aangroeiend, oerste de menigte zich tegen de nog ee- ;loten voordeur. Degenen, die vooraan ■■tonden, drukten hun neus tegen de ruiten. „Haast je en roep de politie!" smeek te Darcy. Casey wilde juist telefoneeren. toen Tremlain, die door de zijdeur naar buiten was gegaan, terugmelde met de mededee- 'ing: ..Daar komt een agent! Ik denk. dat bij al dat volk zag! Wij kunnen hem even vertellen, wat wij gezien hebben, Casey, en -ten wegrijden. Ik ben laat!" .Ik ook!" Met geweldig krakende, van dikke zolen voorziene schoenen, kwam de politieagent aanstappen zonder zich ook maar in het minst te haasten. Hij wist wel, dat. wat er iok gebeurd was, hij het te weten zou vomen. .Wat is er te doen?" vroeg agent Mulli gan. (Wordt vervolgd). het Engelsch van Chester K. S. Steele door A. W. v. E.v. R. den grond, precies in het midden de uitstalkasten", antwoordde eveneens fluisterend. Het scheen er te behooren. r kijk!" Hij wees met een beven- Zij heeft een slag op het hoofd riep Casey uit. „Kijk eens, ik kijk er liever niet naar," mom- ircy flauwtjes. merkte Tremlain op, „wat is een geluid?" listerden en hoorden het alle drie. tikken van een horloge!' Darcy. „Eerst dacht ik, dat hart was, dat klopte het klonk Maar het is slechts een hor- stemde Casey toe. „Wij er ons liever eerst van overtui- Pn°Prdat wij de politie opbellen. Mis- hooi? alleen maar gevallen en heeft h°°fd bezeerd!" 4 JU maar kijken!" stelde Tremlain OP DEN BROEKSLOTERWEG TE AMSTERDAM reed een vracht auto tegen de nieuwe electrische tram naar Purmerend. De auto sloeg om. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. HET KABINET-BONCOUR GEVORMD. De nieuwe Fransche minister van Financiën Cheron in het kabinet-Boncour. Cheron omgeven 'door journalisten^ „IIET LICHT DER WERELD". Schilderij door Bernard de Hoog uit de residentie, tentoongesteld in den kunsthandel Niekerk aldaar. Het doek zal op de in het volgend jaar te Chicago te houden tentoonstelling worden geëxposeerd. DE GEMEENTE VALKENSWAARD TE AMSTERDAM een ernstige diphtheric-epidemie uitge- ken. Het aantal patiënten is reeds meer zestig. Op de besmette woningen wordt een kaart geplakt. is een proeftocht gemaakt met den nieuwen ijsbreker ,,IJs- beer". Het vertrek voor de proefvaart. GELEGENHEID VAN ZIJN ZESTIGSTEN VER- werd burgemeester de Vlugt van Amster- gisteren een serenade gebracht door het Amster- damsohe Politie Muziekcorps. IN 240 BIOSCOOPTHEATERS zal in de Kerstweek de jaarlijksche collecte gehouden worden voor de stichting „Bjo Vacantie-oord". De busjes worden verzonden uit Amsterdam naar verschillende plaatsen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1932 | | pagina 5